ir r VOOR DE KINDEREN VOOR DE VROUWEN. V Ick weet een eerbaer paer in dees contrye woonen, Dat eagh syn houwelyck met eenen soon bekroonen, Die wier met sorgih omringt en liefde tallenkant, Vermits hij was hun ai, hun eenigst echtepandt. Maer so het dickmaels gaet, die wy het meeste minnen, Toont ons voor wyse raedt syn averegste sinnen Een vereken gaet vooruyt by treeken aen syn steert, Maer treckt men aen syn kop so gatet omgekeert. Sy stelden 't jong dan op de H.B.S. te leren Het einddiploma was het wit van hun begeren, Vermits met soon pampier je heel wat worden kan, Maer onse domme gast, die dacht daer nimmer an. Hy leerde noyt met lust, hoe datse mochten smeecken, Hoe dat de moeder kloeg, hoe dat de man mocht preecken. Totdat tenenden raedt sy hebben nagedaen, Wat seekre voerluy doen by honden die niet gaen. Wanneer den hondt niet wil en hem hout weggekropen, Wanneer den hondt verdrayt om seffens doop te loopen, Dan hangt de loose boer een endtje beuling öp Voor aen de hondekar en voor den hondt syn kop Dan loopt het stomme dier en wil de beuling krygen Dan loopt het als een haes de beuling na te hygen. Zoo deedt de vader oook, die lockte 't domme kindt Tot leeren altyt voort met wat de jonge sint. Maer evenals de boer den langen dag ten ende Den hondt het worstje geeft, daer hy so hardt om rende, En opte langen lest, vangt hy het. spel weer aen, Gestaegh met vetter hap het beestje noopt te gaen, So most de vader oock den knaap steets meer verleien, Dat dese leeren sou, dat hem syn meesters seien. Wast eerst een koeck, een boeck of ander kinderspel, 'tEn wier een voetbal, een fiets, een kiektoestel. De vader gaf syn soon tot boven syn vermogen, Die hem bedriegher docht, sagh hem aldra bedrogen. Het einddiploma wier vap. soonlief hoog gepryst, Hy heeft voor dat pampier een motorfiets geëist, En of de vader sucht en hem den kop mocht krouwen, De loose quant die gingk hem by syn woorden houwen. Doe de vacantie quam en 't einddiploma oock Was heel het huys in las en in benzine- smook. Vant krayen van den haen totdat de kater krolde Was het de motorfiets daermee de jongen solde. Hy stack hem smorgens vroegh al in een leeren buys, En haelde 't onding uit het schuurtje achter 't huys, En zeulde door de gang en in het voorportaal, En maeckte stof en stanck en alles vuil en kael, En morste olie op de matten in de keucken, En altoos liep het af met deucken en met breucken. Dan stondt hy voor de deur met al syn kameraadts; Van Harleys, Hendersons en Indians was de praets. Dan sloegh de motor door, dan rinkelden de glasen Totdat ten lest hy gingk achter de straeten rasen, Dan keek hem alles na, het heele Franckenslag Dat maekte van den aep, aldaer hy vloogh gewag, En kwam hy weer in huys, dan hadt hy mankementen, Een moer, een bout, een klep, de vader gaf de senten. By wat het hadt gekost, veul meer dan duysent pop, Daer kwam er iedere maent een hondert bovenop. Het minste dattie reed was eens per dagh naar Leyden Vol haest of hem een saeck van groot gewicht verbeyde. En achter op de steert daer sweefde als een fee Doe etondt het in de echuur te kyeken voor oudroest, Doe heeft de vader selft het yser op gepoetst, En seulde der mee heen en mocht er neffen lopen, En gingk het voor een priok en niet metal verkopen. Gy die dit sproockjen leest, als het Augustus wordt En gy soon vlasbaert siet, die door de straeten snort, Of alles sou vergaen als hy maer even draelde, Weet dat so een nog pas syn einddiploma haelde. G. B. H. Een versta ndllge koop. Een boer kocht een paard voor vier honderd gulden. Ik zal je drie honderd gulden contant geven en dan blijf ik je de rest schuldig; alleen op die conditie wil ik het paard hebben. De koopman stemde daarin toe, en de boer reed op zijn beest naar huis. Een maand later kwam de koopman om zijn geld. Je weet toch wel op welke uitdruk kelijke voorwaarde ik den koop heb ge sloten, sprak de boer, als ik je die hon derd gulden gaf, bleef ik ze je immers niet schuldig, en dat was toch onze con ditie. KLEINE WIJSHEDEN. Het huisgezin Is voor de dochter de oefenschool voor haar volgend leven; de plaats waar zij door liefde en vriendelijk heid zooveel geluk kan aanbrengen. Er zijn menschen die zoo openhartig zijn dat het hun onmogelijk is, iets te zeggen wat ze niet meenen, en ook denken dat anderen dat doen. De man, die de meeste praats aan tafel bij zijn vrienden heeft en hen gedurig aan het lachen houdt heeft gewoonlijk niets meer te zeggen als hij bij zijn vrouw thuis komt. Kunst is, de kunst te slijten, zei een schilder, toen hij met een paar geweiger de doeken uit de bank van leening kwam. De gemoedsstemming, de levensinrich ting van een mensch wordt niet gewijzigd door verstandige redeneering, maar door zedelijke invloed, door aangrijpende in drukken bovenal. Het is een kunst om niet te handelen, vóórdat het tijd is, zeer zeker, doch het is een even groote kunst om wel te handelen zoodra het tijd is, en het goede oogenblik niet voorbij te laten gaan. Ds figuur echter moet in ieder geval ten ger of slank zijn, daar de dwarse garnee ring van opgenaaide paillettes (op de wit te jurk paarlemoer- en op de zwarte git- paillettes) een korte of dikkere figuur erg plomp zouden maken. Wanneer het paillet-versierwerk te veel arbeid mocht zijn, dan kan men heel ge schikt daarvoor afgepaste banden koopen, die, wanneer éénmaal opgewerkt, heel goed voldoen en bijna als handwerk aan doen. Het behoefde niet Vader: Wacht bengel, ik zal je lee ren je mooie broek zoo te scheuren! Jongen: Och vadertje, doe het maar niet; ik kan het al. Apotheker: Is dat nu de moeite war.rd om een mensch voor een stuiver peper munt-olie midden in den nacht uit zijn bed te halen. Dat is de laatste keor hoorl Boer: Wat! Behandel je zoo een klant, dan ga ik naar een ander hoor! NIET VOOR DEN BAKKER, maar: Wat hij van schroeven en haken Nog anders kan maken Dan tochtende ramen En deuren, die kraken. BABBELUURTJE OVER MODE. RIJK GEGARNEERDE AVONDTOILETTEN. ....Evenals vele andere stukken is ook de avondjapon of gekleede japon de laat ste jaren sterk veralgemeeniseerd. Dit heeft ten gevolge dat er natuurlijk daarom langzamerhand op dit gebied een zeer ruime keuze is gekomen. Wat al soorten zijn er niet. Daar heeft men in de aller eerste plaats de zeer elegante japon van brocaatzijde, gebrocheerd fluweel, zware satin, velours-chiffon. Dan nog de afge paste robes van georgette en tule, bestikt met stukjes kleurig glas of met paillettes of soms ook wel rijk doorstopt of gebor duurd. Het middelste model van onze teeke ning is daar een voorbeeld van. Dit is een combinatie van crêpe georget te en taftzijde en wel in deze volgorde: Bolero-jakje, ceintuur en ruches zijn van taftzijde en rokje met voorblouse zijn van crêpe georgette. De kleur was teer-groen en voor beide stoffen precies eender. De blouse en een streep boven de taft-ruches was benaaic met paarleipoer-paillettes. Trots het nu niets geen ingewikkeld of vernuftig model was, deed de japon toch in-fijn en zeer smaakvol aan. Een blond tenger jong vrouwtje of meisje zal er buitengewoon lief in uit zien. Naast al deze soorten heeft men dan ook nog de soort, waarop ik nu speciaal de aandacht wil vestigen, n.1. die, welke over 't geheel of op gedeelten rijk gegar neerd zijn, hetzij met bewerksel van de eigen stof of met galon of borduurwerk in kralen, parelen, git of zijde en ander materiaal. Meestal wordt voor de japon zelf satin of crêpe de chine gebruikt of ook wel eens taftzijde. B.v. van deze laatste soort ziet men dikwijls smalle reepen aan één kant Een maegt, die hadt de vreught van 't .la 17a c.M. uitgerafeld tot mooie figuren einddiploma mee. i of dikke ruches op de japon genaaid. Dit Maer na een maent of wat doe gong het maakt een pittig en heel smaakvol effect hem vervelen, Of, ook wel dat defie manier van doen toe- Doe kon het hele ding den jongen niet gepast wordt op een jurk van veel dun- meer schelen, 1 nere substantie. rr Het materiaal: De resultaten: Daar zat 't hem. Waard uit een dorpsherberg: De wijn schijnt u niet te smaken, mijnheer, was de flesch misschien niet luchtdicht af gesloten. Gast: Wel luchtdicht, maar waar schijnlijk niet waterdicht. Lientje: Mama, als ik eens trouw, wordt u dan schoonmoeder? Mama: Natuurlijk! Lientje: Dan trouw ik liever niet. De japon ernaast daarentegen is veel meer geschikt voor een stevig figuurtje daar het geheel wat zwaarder aandoet. Het origineel was van banaan-gele- satin en versierd met zwart satijnen bie zen, die met een soort lauwertak gebor duurd waren in fijn groen, rose en goud. Dit toilet werd door een zwart-gelokte jongedame gedragen, het stond schitte rend en paste zich volmaakt aan bij de resolute figuur van de draagster. Het allereerste figuurtje van onze teeRfl v«n nauiermi moent De- ÜÏIÜÜKJ? »«f» Majesteit, ba- EEN IJDELE DAME. Maria Antainebte, die laatste koningin van Frankrijk vóór die Revolutie, was dol op de opera, en' ging er dikwijls heen. Op zekeren avond, dat de Koningin zich weer in haar loge in het opera-gebouw bevomdi, zat er in de loge tegenover haar een schatrijke bankiers-vrouw, die behalve vele andere juweelen een paar schitte rende diamanten armbanden droeg. De bankiersvrouw was zóó verhangend: de aandacht van de Koningin op haar juwee- en te vestigen, dat ze h'aar hanidlen over de fluweelem ballustrade van de loge liet hangen, waardoor de armbanden op hun voordeeligst uitkwamen. Inderdaad: wierp die Koningin eenige malen, een veelbeteekenemden blik in de richting van die rijke vrouw, die zeer ver heugd' was met de koninklijke aandacht, aan haar sieraden geschonken. In den loop van den avond, werd er op de deur van de loge geklopt, waarin de bankiersvrouw zat en even later trad bui gend' een bediende binnen, gekleed in de koninklijke livrei, dile na veel buigingen en oomplimeniten uit naam van de Ko ningin verzocht of Hare Majesteit de armbanden eens van naderbij mocht be- cnme. Het model was zeer eenvoudig en wondering opw kten. In een oogwenk wns daardoor uitermate geschikt voor een 17 de armband losgemaakt en in de handen 18-jarige backfish. Inmiddels is het van van dien Koninklijken bediende gelogd SZiSS&F ST vervaardigd ook een De bankiersvXkoekvol &eachikt model voor een jonge vrouw, ting naar die Koninklijke loge, vol' verwach- maar zag daar geen bediende versohij nen. Ze werd wat ongerust en toen de bediend© zelfs na het einde van een bedrijf nog niet versoheen, begreep de rijke vrouw, dat ze door een handigen dief bedrogen was. De politie w rd onmiddellijk gewaar schuwd en reeds den volgendien dag werd de bankiersvrouw gelukkig gemaakt door een schriftelijke kennisgeving van den hoofdcommissaris. Deze vermeldde dat die di f gevangen was en de armband gevon den in diens woning. Tevens verzocht de hoofdcommissaris de eigenaresse, met haar anderen armband, op het bureau te willen komen, om' te bewijzen, dat het ge vonden exmplaar het hare was. Indien zij zelf geen gelegenheid had te komen, kon zij volstaan met den inspecteur van politie, die het schrijven bij haar had be- zongd, den anderen armband mede te geven. De dame, die er niet van hield zóó vroeg in den morgen uit te gaan, gaf den •anderen armband, aan den inspecteur mede en wachtte verlangend op het terug, bezorgen van haar beide sieraden. Ze wachtte één uur, twee uur, drie uur te vergeefs en toen drong het langzamer hand tot haar door dat ze ten tweede male was opgelicht. Dezelfde schelm, die in het theater voor bedieniae dier Koningin had gespeeld, had zich nu vermomd als in specteur van politie. De domme ijdele vrouw had een heel gevoelige les gehad, maar zag haar kostbaarheden nimmer terug. RAADSELS. Oplossingen der vorige raadsels. Bij een ontmoeting zijn natuurlijk beide treinen even dicht bij Amsterdam, of als je heel precies wilt wezen en de ontmoeting juist op het oogenblik noemt vóór de beide locomotieven elkaar passeeren, dan is de Amsterdamsche trein juist zijn eigen lengte dichter bij Amsterdam. H Kennis is macht, kist, machine, nis. Nieuwe raadsels. I Welk spreekwoord staat hier? h...e. n a e. d e 8 0 p. H X Op de kruisjeslij- X nen komt de naam van X een schier-eiland. X Op de le rij een XXXXXXXXX medeklinker. X Op de 2e rij een X deel van het gelaat. X Op de 3e rij een X ouderwetsch wapen. Op de 4e rij een stadje in N.-Holland. Op de 5e rij het gevraagde woord. Op de 6e rij een provincie Op de 7e rij een riviertje. Op de 8e iets, dat haast ieder huis bezit. Op de 9e rij een medeklinker. Goede oplossingen van beide raadsels ontvangen van: A. v. B.; E. en P. D.; A. en K. B.; F. A. de B.; H. B.; J. B.; T. v. B.; R. B.; J. O.; M. O.; W. C. v. D.; J. D.; J. v. E. G.; B. de J.; J. de J.; P. K.; O. K.; O. K.; T. W. K.; B. en O. K.; G. L.; P. L.; J. de M.; L. v. d. M.; A. M.; K. O.; J. J. P.; D. R.r J. en F. S.; J. K. S.; J. C. S.; W. T.; S. T.; O. V.; J. en P. W.; M. en S. v. Z. C. K. wij vinden het heel goed dat je meedoet en erg aardig dat je er zoo'n vriendelijk briefje bijschrijft. I HET EINDDIPLOMA. Geschiedenis van een modernen Jongen! Corry Brena. Graag of heel niet VOOR DEN TIMMERMAN I -L- TT,, i. "j viv, ---u JLltU,

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1929 | | pagina 6