'n Greep van dit en dat
ZONDAG DEUK GEBEDEN.
Het Qs nog niet betrouwbaar.
iondag is hier betrekkelijk vrij druk
gereden. Het Ijs bleek eohter lang niet
overal betrouwbaar, zoodat verscheidene
personen er dan ook zijn doorgezakt.
't Zand.
ZUIVELFABRIEK «NIEUW LEVEN".
1 Maart In bedrijf.
Naar wij vernemen, zal de nieuw
gebouwde Coöperatieve Zuivelfabriek
„Nieuw Leven" te 'tZand met 1 Maart
a.s. in bedrijf worden gesteld.
Het Bestuur benoemde daartoe reeds
het volgende personeel
tot controleur-boekhouder de heer G.
Muntje werf Pz., te 'tZand; tot kaasmaker
bedrijfsleider de heer G. Schoen, te
Makkum in Friesland tot 2e kaasmaker
de heer J. H. te Paske te 't Zandtot
machinist-bankwerker de heer J. Bisschop
te Ommen (Overijsel) en tot botermaker
de heer P. Oenema te Zorgvliet (Drente).
Wieringen.
WEER TER VISCHVANGST.
De haring- en sardienvisschers zijn
gisteren weer naar zee ter vischvangst
uitgevaren.
De schelpenvisschera zijn in de haven
gebleven, aangezien de sehelpvlsch met
de vorst nog in den grond blijft. Om de
Oost bevindt zioh geen ijs in zee er. is
alles open water, zoodat de scheepvaart
daar niet belemmerd wordt.
Te den Oever is j.1. Zaterdagavond het
door den heer Wemmehoven van Amster
dam van den heer M. J. Tijaen gekochte
café geopend' met een in dichtvorm ge
maakte toespraak van den heer M. Bos-
ker. De zaal was bij; deze gelegenheid
stampvol, hetgeen ons niets verwonderde,
daar door mej. Gr. M. Boeker en den
heer V. Bakker eenige liedjes en voor
drachten ten beste werden gegeven, ter
wijl de harmoniekapel „Apollo" enkele
mooie muzieknummers speelde, zoodat
bet een recht gezellige openingsavond
was, welke met een dansje werd besloten.
ALWEER EEN NIEUWE 7.AAK
GEOPEND.
Den Oever gaat in woningbouw en za
ken hard vooruit. Meldden wfj de vorige
week de opening van de nieuwe zaak van
den heer Rotgans, thans is j.1. Zaterdag
door den heer Wendel, firma S. Droog,
Schagen-Wieringen, in het perceel Zee
straat 25 geopend een zaak in confectie
en manufacturen, benevens tabak en
sigaren.
Aan den aannemer, den heer J. O. de
Vries te Hippolytushoef, is opgedragen
den bouw van 'n burgerwoonhuis aan den
Gesterweg, voor rekening van den heer
H. Kuiper, aldaar.
VROUWENARBEID.
Vroeger werkten de vrouwen
ook!
Dikwijls doet men het voorkomen als
of eerst met het opkomen der emancipa
tie der vrouw een begin is gemaakt met
het toelaten van vrouwenarbeid, in dgn
ruimsten zin des woords. Dit is echter on
juist. Een overgroot deel der vrouwen
heeft, de eeuwen door, hard moeten wer
ken voor haar dagelijksche brood; het
staat intusschen wel vast dat zij zelden
daarvoor een passende belooning ontvin
gen. Gewoonlijk kwam het er op neer dat
de werkende vrouw van haar werkgeef
ster kost en inwoning, benevens kleeren
kreeg. Andere belooning kende men niet
en de arbeidster dacht er gewoonlijk niet
In de middeleeuwen, toen langzaam aan
de lijfeigenen mannen en vrouwen
vrij werden, en zich gingen vestigen in
de steden, hadden de vrouwen der poor
ters een zware taak. In de meeste geval
len trok de man er op uit naar zijn werk
plaats, terwijl de vrouw niet alleen haar
huishouding verzorgde maar ook de
groote lap grond, dien bijna iedere inwo
ner van een stad buiten de poorten had
liggen, moest bebouwen. Zij was het die
zaaide en oogstte en het land bewerkte,
zij verzorgde de huisdieren, zij hield den
moestuin om of bij het huis in orde. En
in gevallen waar de poorter geen land en
huisdieren bezat, maar handwerksman
was die er een werkplaats op na hield,
werkten vrouw en dochters lustig mee met
de gezellen, die de meester-schoenmaker,
meester-bakker, me ester-schrijn werker
enz. sich kon veroorloven.
Hieruit blijkt dus dat het als vanzelf
sprekend werd aangenomen dat de vrouw
haar werk verrichtte binnen den kring
van haar familie. Zij had het daar ge
woonlijk wel goed en trof haar het onge
luk van ziek- of invalide-worden, dan
werd zij ook door die familie verzorgd.
Maar veel minder verzekerd was het
lot der z.g.n. overcomplete vrouwen der
arme zielen, die geen familie bezaten en
evenmin kans hadden op een huwelijk,
dat haar in behouden haven zou kunnen
loodBen. Aanvankelijk woonden er welis
waar in de middeleeuwen in de stad niet
meer mannen dan vrouwen, maar aan
gezien de sterfte onder hun nederige
slavinnen veel minder was dan onder de
heeren der schepping, veranderde dit
alras. De middeleeuwsche poorters toch
waren lelie drinkers en ook in het eten
uitent onmatig walk san en uiu velen
hunner met een vroegen dood deed be-
koopen. Ook brak merige opstand binnen
de stadsmuren uit. Vele daarvan hadden
een bloedig verloop en kostten het leven
aan tal van vechtgragen. En buiten de
stadsmuren terroriseerden rooverbenden
de streek en meer dan één reiziger werd
door hen vermoord en uitgeplunderd.
Rekent men daarbij dan nog als belang
rijken factor het gedwongen celibaat der
talloozen geestelijken, dan heeft men de
voornaamste oorzaken voor het feit dat er,
langzaam maar zeker een veel grooter
aantal vrouwen dan mannen binnen de
steden kwamen te huizen.
Zoo kon het gebeuren dat zeer velen der
familie-loozen onder haar al ras vervielen
tot een leven van tuchteloosheid. Tallooze
meisjes en vrouwen namen haar intrek
in beruchte huizen en bleven binnen de
steden. Andere werden z.g.n. reizende
joffers en trokken van plaats tot plaats,
daarbij zorg dragende vooral daar te ver
schijnen waar feestelijke bijeenkomsten
gehouden werden. Het behoeft wel geen
betoog, dat tal van familielooze meisjes
en vrouwen zich allerminst aangetrokken
gevoelden tot zulk een zwervend leven,
dat wel naar ontucht moest leiden. Zij
waren het die zich terugtrokken in vrou
wenkloosters, welke in steeds grooter ge
tale verrezen. Daar hielden zij zich bezig
met naaien en weven, met het vervaardi
gen van kerksieraden, met teekenien.
De vrouwen die vaardig met de pen
waren schreven er in die dagen, toen men
nog van geen boekdrukkunst afwist, boe
ken en documenten over, met fraaie en
versierde letters. De kloosters leverden
dikwijls zóóveel artikelen op, dat er soms
in de steden afzonderlijke kramen werden
opgericht, waar men die goederen kon
koopen. En ofschoon dit aan de vrouwen
in de kloosters stellig ten goede kwam,
verkleinde het weer de gelegenheid tot
werken aan die vrouwen, welke poogden
op zichzelf, een eerzaam handwerk uit te
oefenen.
Uit het voorstaande blijkt wel, dat in de
middeleeuwen het pad der onbemiddelde
burgeres gansch niet op rozen ging.
Uiteraard was de positie der vrouw, die
over eenig vermogen kon beschikken,
beter. Voor haar bestond de mogelijkheid
zioh een grootere of kleinere lijfrente te
koopen bij het stadsbestuur. De steden
sloten deze overeenkomsten vooral gaar
ne af als dei bodem der schatkist te zien
was, want zij kregen hiermee contant geld
in handen, dat slechts in kleine porties
behoefde te wortien terugbetaald. Feite
lijk vinden we in deze simpele overeen-
komstjes tusschen gemeente en inwoon
sters een soort van voorloopers van de
levensverzekering.
Dikwijls echter was de gekochte lijfren
te uiterst gering. Dan gebeurde het dat
verschillende rentetreksters botje bij botje
legden, omdat men er gezamenlijk allioht
beter kwam. Zoo ontstonden de eerste
bagijne-hofjes, ook wel Godshuizen, juf
fer- of zielehuizen genaamd. De meeste
dier inrichtingen ontstonden in de 14e
eeuw, en waren al spoedig druk bevolkt.
Gewoonlijk trachtten de bewoonsters nog
iets bij te verdienen door spinnen, weven,
breien, naaien e.a. Anderen hielpen bij
de rijke burgers in de huishouding. Zij
vormden een nijvere en eerbiedwaardige
groep van vrouwen en menig vorst ver
leende den bagijnen bijzondere privile
giën. Maar.... vóór wat hóórt wat, en de
door regeering en gemeentebestuur voort
geholpen vrouwen moesten nu ook harer
zijds dankbaarheid toonen door verschil
lende karweitjes ten behoeve der ge
meente op te knappen. Zoo werden zij
geroepen voor ziekenverpleging in de
hospitalen, moesten zij lijken afleggen,
zieke armlastigen gaan opzoeken en ver
plegen, vondelingen opnemen en arme
kinderen onderricht geven in een of an
der handwerk.
B.
DE VERDEELING DER BEVOLKING
OVER DE GROOTE STEDEN.
In het wetenschappelijk tijdschrift „Stu
diën", uitgave van den Apostolischen
Stoel, deelt M. interessante cijfers mede
over de verspreiding van de bevolking der
aarde. In 1912 was de bevolking ongeveer
1650 mlll. en er waren in t geheel slechts
878 groote steden, verdeeld over 48 staten.
Met groote steden worden bedoeld die
van meer dan 100.000 inwoners. Europa
9tond met 182 aan de spits.
Thans, 10 jaar later, is het aantal groote
steden gegroeid tot 648, een vermeerde
ring dus van 24 het aantal staten van
48 op 62 geklommen.
Europa telt 208 groote steden met in
totaal 77 millioen inwoners. Van de Euro-
peesche landen staat wat aantal groote
steden betreft, Groot Brittannië bovenaan;
44 der Engelsche bevolking bewoont de
45 groote handels- en industriecentra. Van
de Dultsche bevolking bewonen slechts
26 de 40 groote Duitsche steden. Dit
zelfde percentage geldt ongeveer voor de
Ver. Staten met 71 groote steden. In de
landbouwstaten van Europa: Rusland,
Roemenië, Polen, vormt de bevolking
der groote steden slechts een klein per
centage van het geheel, voor China en Ja
pan wordt het nog lager, ofschoon Japan
toch nog 18.7 percent zijner bevolking in
de groote steden heeft wonen. Australië
heeft zeer merkwaardige cijfers; van de
6.447.000 menschen in de Commonwealth
wonen er niet minder dan 2.906.000 in de
vijf groote steden.
Steden met meer dan 1 millioen inwo
ners bezitten: Duitsohland 2 (Berlijn en
Hamburg), Frankrijk 1 (Parijs), Groot-
Brittannië en Noord-Ierland 5 (Londen,
Liverpool, Birmingham, Glasgow en
Manohester), Hongarije 1 (Boedapest),
Oostenrijk 1 (Weenen), Rusland (Unie
der soa. Sovjetrepublieken) 2 (Moskou,
Leningrad), Buiten Europa: Indië 2 (Cal-
cutta, Bombay), China 4 (Sjanghai, Han-
keoe, Peking, Kanton), Japan 2 (Osaka,
Tokio), Siam 1 (Bangkok), Ver. Staten 4
(New-York, Chicago, Philadelphia, De-
troit), Argentinië 1 (Buenos Ayres), Bra
zilië 1 (Rio de Janeiro), Commonwealth
of Australia 1 (Sydney).
Geen steden met meer dan een millioen
inw. bezitten in Europa België, Bulgarije,
Denemarken, Estland, Finland, Grieken
land, Ierland, Italië, Letland, Litauen,
Nederland, Noorwegen, Polen, Portugal,
Roemenië, Spanje, Tsjecho-Slowakije, Tur
kije, Yoego-Slavië, Zweden en Zwitser
land.
Steden met meer dan 500.000 inwoners
bezitten de volgende landen (uitsluitend de
Europeesche worden hier vermeld): Bel
gië 1 (Brussel), Denemarken 1 (Kopen
hagen), Duitschland 5 (Keulen, Mtlnchen,
Leipzig, Dresden, Breslau), Frankrijk 2
(Marseille, Lyon), Griekenland 1 (Athene,
dat bijna aan 't millioen is), Italië 5 (Mi
laan, Napels, Rome, Genua, Turijn), Ne
derland 2 (Amsterdam, Rotterdam), Polen
1 (Warschau, ook meer dan 900.000), Roe
menië 1 (Boekarest), Spanje 2 (Madrid,
Barcelona), TsjechorSlowakije 1 (Praag),
Turkije 1 (Konstantinopel). Opmerkelijk
is, dat hieronder niet voorkomen Bulga
rije, Finland, Groot-Brittannië en Noord-
Ierland, Hongarije, Noorwegen, Oosten
rijk (dat door den oorlog heel wat grond
gebied verloren heeft), Portugal, Rus
land, Yoego-Slavië, Zweden en Zwitser
land. Voor zoover deze landen geen steden
hebben van meer dan een millioen inwo
ners, vallen hun grootste steden eerst in
de rubriek „steden met meer dan 100.000
inwoners", dus beneden de 500.000.
Van deze laatste groep tenslotte dus
steden beneden de 500.000 en boven de
100.000 inwoners telt België er 8, Bul
garije 1, Denemarken 0, Danzig 1, Duitsch
land 89, Estland 1, Finland 1, Frankrijk
18, Griekenland 2, Groot-Brittannië 40,
Hongarije 2, Ierland 1, Italië 18, Letland
1, Litauen 1, Nederland 4, Noorwegen 1,
Oostenrijk 2, Polen 5, Portugal 2, Roe
menië 2, Rusland 18, Spanje 7, Tsjecho-
Slowakije 8, Turkije 0, Yoego-Slavië 4,
Zweden 8, Zwitserland 4.
Azië bezit slechts 12 steden boven de
500.000 inwoners, n.1. Madras in Eng.-In-
dië, Hsingan, Hsiangtan, Hangtsjeoe,
Lantsjeoe, Soetsjeoe, Tientsin, Tsjangsja
en Tsjoenking in China, Nagoya, Kioto en
Kobe in Japan. De Ned. Indische steden
vallen alle onder de steden beneden 500.000
inwoners.
In Afrika vinden we alleen Kaïro in
Egypte onder deze rubriek, Durban, Jo-
hannesburg en Kaapstad zijn beneden de
500.000.
Amerika levert 15 steden boven 500.000
inwoners, t.w. Montreal en Toronto in Ca
nada, Cleveland, St. Louis, Baltimore,
Boston, Los Angeles, Pittsburgh, San
Francisco, Buffalo en Milwaukee in de
Ver. Staten (hiervan is Cleveland bijna
aan het millioen toe en de vier volgende
zijn alle boven de 700.000 inwoners), ver
der Mexico, Havana, Santiago de Chili, en
Sao Paolo in Brazilië. In Australië alleen
Melbourne.
EIWIT KLOPPEN.
Ondanks de veelsoortige eieTklutsers,
wil het soms der huisvrouw niet gelukken,
bet te gebruiken eiwit tot een stijf,
sneeuwwit schuim te kloppen.
Veelal is zulks toe te schrijven aan de
te hooge temperatuur van kamer of keu
ken en van het eiwit zelve en zal ze op
een koelere plaats spoediger slagen. Een
beetje fijn zout vermindert eveneens de
warmte en kan dus in sommige gevallen
worden aangewend. Wil men het eenmaal
goed geklutste eiwit langeren tijd bewa
ren, dan giet men er kokend water over
heen, waardoor het wit in gestold schuim
verandert.
COLD CREAM.
De zoogenaamde koude room dient om
de droge, ruwe doffe huid lenig en zacht
te maken. Zij wordt tevens gebruikt om
gesprongen lippen, scheurtjes of barsten
te bedekken en spoedig te doen heelen.
Wil men er de gunstige uitwerking van
hebben, dan moet de huid, vóór het ge
bruik, eerst met een in lauw water ge
doopte spons gewasschen en daarna met
een schoonen linnen lap afgedroogd wor
den.
Daar de prijs van het oold-cream niet
gering is, geven we voor de liefhebsters
de samenstelling op:
4 deelen witte was, worden met 5.1 deel
walschot en 32 deelen amandelolie samen
gesmolten. Gedurende de afkoeling van
het mengsel voegt men er, onder voort
durend omroeren, een droppel rozenolie
en 16 deelen rozenwater bij, en verkrijgt
daardoor de zoogenaamde Duitsche cold-
cream (crème celeste), die in verhouding
der bestanddeelen eenigszins verschilt
met de Engelsche, doch ook zeer aanbe
velenswaardig is.
DE VORK.
Van ons eetgerei is de vork het jongste
gereedschap. Wel kende men de groote
tweetandige vork reeds sinds overhouden
tijd, maar men gebruikte ze slechts om er
vleesch mee uit den ketel te nemen. Haar
stammoeder zal wel een spies met twee
punten van hout geweest zijn. Uit Ijzer
was die keukengereedschap sedert eeuwen
bekend. De bete uit den sohotel en later in
de middeleeuwen van de borden, nam men
eenvoudig met de vingers tot zich. In de
11e eeuw bericht de monnik Petrus Da-
mianus, dat een uit Konstantinopel afkom
stige hertogin van Venetië de slechte ge
woonte had, het vleeach net een gouden
tweetandige vork op te pikken en naar den
mond te brengen. Dit slechte voorbeeld
vond toen in voorname kringen navol
ging. De tafelvorken der middeleeuwen
waren in den regel zeer klein en vooral
zeer zeldzaam. Vorsten en voorname hee
ren hadden in hun tafelgerei wel tienmaal
meer lepels en messen dan vorken. Nog
in de 16e eeuw was het een vertoon van
weeelde als men aan tafel zich van een
vork bediende. Sedert werd het gebruik
meer algemeen, maar de vork bleef nog
lang klein en tweetandig. Eerst in den
loop der 17e eeuw, gaf men haar de groot
heid van een mes en een lepel en kreeg
ze haar derde en in de 18e eeuw haar vier
de tand.
DE OUDSTE BOOM TER WERELD.
De oudste boom der wereld is een cy-
pres, die op het kerkhof der stad Santa
Maria del Tuel in Zuid-Amerika staat. Zijn
ouderdom wordt op 5000 tot 6000 jaar ge
schat, en ondanks dat, groeit en bloeit hij.
Toen de boom den laatsten keer gemeten
werd, had de stam vier voet boven den
grond een omtrek van 126 voet (8 voet is
1 meter). Ruim honderd jaar geleden liet
Alexander v. Humboldt aan den stam een
houten gedenkplaat aanbrengen, die ech
ter nu volkomen door den boom over
groeid is, een bewijs, dat de boom nog in
zijn volle kracht is.
Radio-Rubriek.
HET VLIEG WEZEN EN ESPERANTO.
De directie van de Luchtlijnen Fannan
heeft een brief gericht aan den algemee-
nen secretaris van „Hiepto" waarin zij
verklaard dat alleen Esperanto ln staat is
die moeilijkheden uit den weg te ruimen,
die zioh in het luchtverkeer voordoen
wegens de veeltalllghedd. Bijgevolg heeft
de Maatschappij besloten Esperanto te
doen onderwijnen aan haar piloten.
Uit de Land- en Tuinbouwwereld.
RUNDERHORZEL-BESTRIJDINO.
Men schrijft aan de Nw. Rott. Ort:
Den 6den Januari heeft in de groote
zittingzaal van het Relchsministerium
für Ernfihrung und Landwirtschaft te
Berlijn een vergadering plaats gehad on
der voorzitterschap van Ministerialrat
Ktlrsohener. In deze vergadering werden
de resultaten besproken, welke verkregen
zijn met de verschillende bestrijdings-
methoden van de runderhorzellarve. Een
groot deel der ledien dezer vergadering
had zich het afgeloopen jaar bezig gehou
den met dit onderwerp.
Als vertegenwoordigers der Nederland-
sche commissie traden op de voorzitter,
de heer H. Lindeman te Amsterdam, en
de secretaris-penningmeester, dr. E. A. R.
F. Baiudet te Utrecht.
Met belangstelling hebben zij van de
vorderingen op het gebied van de rund er-
horzel bestrijding in Duitschland' kennis
genomen.
De proeven, welke daar in het afgeloo
pen jaar genomen zijn, zullen ook dit jaar
worden voortgezet; ze beperken zich ln
hoofdzaak tot de zalfbehandeling van de
wormknobbels, dus op dezelfde wijze als
dit ln Nederland geschiedt.
Verder zal wórden voortgegaan met de
behandelingsmethode van prof. Spnnn, die
een larvendoodend middel in den vorm
van lange, dunne staafjes in de worm-
knobbels brengt, waardoor de larven snel
afsterven. Het voordeed van deze laatste
methode zou zijn, dat juist zeer jong©
wormknobbels ln behandeling genomen
gunnen worden ln tegenstelling met de
zalfbehandeling, waarbij juist de zooVer
mogelijk ontwikkelde knobbels worden
behandeld. De methode van prof. dr.
Spann sohljnt wel toekomst te zullen heb
ben. Ook de Nederlandsohe commissie zal
ln dit voorjaar de werking van hot mld1-
del van prof. dr. Spann nagaan.
De zalfbehandeling met Larfug, oen
door prof. dr. Poter samengesteld© zalf,
heeft bevredigende resultaten gehad'. Een
bezwaar was, dat deze zalf 2 8 maal op de
wormknobbels gesmeerd moest worden,
wilde men goede resultaten verkrijgen.
In dit opzicht werkt de door de Neder
landsohe commissie aanbevolen zalf beter.
ZWARE STIKSTOFBEMESTING.
Wat daarmede op welland te
bereiken Is.
tn het Overijs. Landbouwblad deelt E.
J. Lankwarden de ervaringen mede, in de
jaren 1927 en 1928 opgedaan op de demon
stratieboerderij. Het Mors te Usselo met
een zware stikstofbemesting. Uit de opge
dane ervaringen en de verkregen cijfers
is z. i. duidelijk gebleken dat een zwaar
dere stikstofbemesting met vrucht kan
worden toegepast. In hoever men hiermede
gaan kan, is echter uit de genomen proe
ven nog niet komen vast te staan. Uit het
feit. dat 100 K.G. stikstof per H.A. een
hoogere opbrengst gaf van 83 dan een
bemesting met 80 K.G. per HA., zou vol
gen dat met 100 K.G. stikstof nog niet de
rentabiliteitsgrens is bereikt. Meer proe
ven zijn noodig om hierover zekerheid te
verkrijgen.
Intusschen zou de praktijk, volgens den
heer Lankwarden, voorloopig met 80 tot
100 K.G. zuivere stikstof per HA kun
nen beginnen.
Verder meent hij, mede gelet op de er
varingen elders opgedaan het volgende
algemeene richtsnoer te mogen geven:
1. Het verdient aanbeveling om voor
bedrijven, welke te zwaar met vee zijn be
last, door toepassing eener zwaardere stik
stofbemesting het tekort aan grasland te
verkleinen, zoodat op den aankoop van
krachtvoer kan worden bespaard.
2. Bedrijven met een normale en vol
doende productieve veebezetting kunnen
door toepassing, eener zwaardere stikstof
bemesting hun melkveestapel met onge
veer 25 pet. uitbreiden, indien de bedrijfs
omstandigheden (stalling, personeel enz.)
zulks althans toelaten.
8. Bij gelijkblijvenden veestapel en nor
male bezetting kan door een zwaardere
stikstofbemesting ongeveer 80 pet van
het weiland, in gebruik voordat de nawei-
den komen, voor andere doeleinden vrij
komen.
VERGADERINGEN
VERMAKELIJKHEDEN, ENZ.
Woensdag 28 Januari,
Concert Stafmuziek, Casino, 8.15 uur.
Zaterdag 26 Januari.
Uitvoering Groninger Ver., Musis 8 uur.
Maandag 28 Januari.
AG.O. avond.
Concert Harmonie Kunstzin. Café Beune.
mam, Julianadorp, 8 uur.
Dinsdag 29 Januari.
Uitvoerig Zanjgver.,, Kunst aan het Volk",
Casino, 8 uur.
Men adresseere
abonnementen, advertentiën, boekhou
ding, klachten over de bezorging van
de krant, enz.
aan.
ELECTRISCHE GRAMOFOON-
WEERGAVE.
Muciek tot In de uiterete perfectie.
De radio 1# rijk aan toepassingen. Nadat
Marconi haar voor 't eerst practisch toepaste
voor het overbrengen van mor seteekens de
radio-telegrafie kregen we achtereenvol
gens: radiotelefonie, radiofotografie en! radio-
visie (televisie). Daarnaast zijn de toepassin
gen, die niet in direct verband staan met radio-
overdracht, doch waarin gebruik gemaakt
wordt van bepaalde radio-onderdeelen, nog
talrijker.
Een der mooiste toepassingen op muziek
gebied is wel de electrische gramofoon. De
weergave wordt hier niet verkregen door me
chanische afname van de gramofoonplaat, doch
electrische. In 't eerste geval worden de ge
luidtrillingen verkregen door de op- en neer-
of, wanneer het Pathé- of Edisonplaten be
treft, heen en weergaande bewegingen van
den membraanweergever, waardoor krachtige
geluid strillingen opgewekt worden die, via een
toonarm en klankkast, in den vorm van mu-
zek weergegeven worden. Electrische weer
gave verkrijgt men door vervanging van den
membraanweergever voor een electrischen
weergever. De op- en neergaande bewegingen,
verkregen door de oppervlaktevariaties in de
gramofoonplaat, worden daarin omgezet in
zwakke electrische stroompjes. Wanneer men
nu een telefoon aansluit op den weergever
hoort men hierin de gramofoon spelen. Na
tuurlijk kunnen we de verkregen electrische
stroompjes zoodanig versterken dat luidspre-
kerweergave verkregen wordt. Hiervoor wordt
gebruik gemaakt van laagfrequentversterkin®.
Voor kamersterkte is één trap laagfrequent
versterking voldoende. Hiervoor wordt geno
men een flinke eindlamp zooals de Philips
B. 443 of Telefunken RE. 134 met een anode
spanning van ca. 120—175 Volt. Een i-lamps
gramofoonversterker kan dus voor geringe
kosten gemaakt worden. Hiervoor zijn de vol
gende onderdeelen noodig: Lampvoet, eind-
lamp, accu, anodebatterij van 120—175 Volt,
roosterspanningbatterij van 15 Volt en luid
spreker. Natuurlijk kan men ook een plaat
spanning-apparaat of accu-anodébatterij ge
bruiken, doch een anodebatterij kan hier ook
zeer goed gebruikt worden.
Wat zijn nu de voordeelen van electrische
boven mechanische weergave? In de eerste
plaats is het naaldgeruisch, dat bij mechani
sche weergave zeer sterk optreedt, absoluut
onhoorbaar en ten 2de is de weergave, ook bij
vocale nummers of krachtige orkestpassages,
onvervormd en ten 3de kan men het geluid
tot dé natuurlijke sterkte opvoeren en binnen
wijde grenzen regelen. Indien zeer krachtige
weergave vereischt wordt is een 2-lampsver-
sterker noodig. De lijst van onderdeelen wordt
dan nog aangevuld met een 2de lampvoetje,
een ie laagfrequentversterkingslamp (zooals
Philips A 415 of Telefunken RE 084) en een
L.F. transformator. De L.F. transformator is
noodig om beidé lampen met elkaar te kop
pelen. Men vervalt dan tevens in het gebruik
van een volumeregelaar, waarvoor een poten-
tiometer van 500250.000 Ohm gebruikt kan
worden. Deze laatste wordt met de beide
contacten aan den electrischen weergever ver
bonden, terwijl het schuifbare contact met de
pluspool van den accu verbonden wordt. Het
rooster van de ie L.F. versterkingslamp komt
aan een van de beide vaste contacten.
Voor hen, die reeds in het bezit zijn van een
ontvangtoestel is het nog eenvoudiger. Daar
wordt de electrische weergever verbonden met
(I.P. en O.P) de primaire wikkeling van den
L.F. transformator en de H.F.-en det. lamp
uitgeschakeld; voor krachtige weergave sluit
men den weergever aan op het rooster van
de detectorlamp en de pluspool van den accu.
Bij een 4~l&mpstoestel wordt de weergever
verbonden met (I.P. en O.P.) de primaire
wikkeling van den ten transformator. Iedere
luidspreker, zoowel van het conuatype als de
electro-dynamische, kan gebruikt worden. Het
is echter al precies als met de radio-ontvangst,
hoe beter de luidspreker, hoe mooier de weer
gave. Binnen niet al te langen tijd zullen de
mechanische gramofoons geheel verdrongen
zijn door haar electrische zuster.
aan de Redaotle alle stukken betreffende
den inhoud van de krant;
aan de Admlnlatratle alles aangaande
Aan personen nimmer brieven ndree-
seeren, dit kan stoornis en groote ver
traging tengevolge hebben.