IEUEKUE MUIT
TWEEDE BLAD
VAN ZATERDAG 26 JANUARI 1929
Het roekeloos zee-kiezen van
schepen.
Ten koste vsn alles
filordlglield cn Ifdatzlnnigtield
dikwijls dB oorzaak van rampen.
Onze reddingbooten.
In „Het Volk" vinden wü een zeer lezens
waardig artikel, waaruit wij zoo vrij ziijin
«en eni ander over te nemen,
'De schrijver wijst eT o.m. op, dat vele
ongelukken op zee te wijden, zij® aan filordtg-
keid' en Jiobiztinmigheid hiji het stuwen van
de lading, bij het schalmen van linken en bij
sjorren van deklast. Er gaan dus vee' Siecht
algeladen schepen naar zee.
En toch .is ctit gevaarlijk spcouileere» op
het goed geluk nog si echts het kleinste
kwaad.
'Veel erger is het roekeloos zee-kieren,
zooal's in het geval van de „Valka", d'ie met
een uiterst gevaarlijken deklast op 16 Ja
nuari bijl dien Hoek zee koos. Dit was een
bravourstuk, dat haven-autoriteiten en
loodswezen moesten kunnen beletten. Zoo
iets mag niet afhangen van één waaghals,
die zich schip per-naast-god voelt, hoofdig
elk advies van bevaren en moedige, doch
.tevens voorzichtige zeelui in den wind slaat
met een zaken-zijn-zaken, om daarna met
zij® schip in een positie te komen, waarop
van-te-voren de kan» vasfc-stond' al9 2 tot 1.
Wie hieraan mocht twijfelen, "telle de goed-
uitgeruste schepen, die .niet uitvoeren, niet
tegenstaande ziji tot vertrek gereed' lagen en
waarschijnlijk alle onder het gezag van be
kwame en moedige, kapiteins varen. Zoo iets
moest en toon voor een havenmeester vol
doende aanwijzing zijn, om tot den enkelen
overmoedige te zeggen: „'Ik verbied u om
'los te maken!!" Acht imenschenlevens en
een schio zouden daardoor 4n deze week
zijln behouden. Even1 zooveel vrouwen en
talrijke kinderen zouden hun mannen en
vaders nog bezitten en onze reddingsdienst
zou nog beschikken over zijn kostbare
krachtenu
Dit al'ies is vernietigd door de lichtzinnig
heid, misschien wel broodvrees, van één
man! Door de anarchistische toestanden in
onze (en oo.k buitenlandsche) havens.
Roekeloos binnenvallen blijft eveneens
het steeds dreigend1 gevaar.
schroef kan haar dienst geweigerd hebben,
ae boot dus onbestuurbaar zijn geworden,
een speelbal van de er over stuivende zeeën.
Waardoor is dit dan gekomen? Mogelijk
door heb grijpen van een lijntje in de
schroef. Even mogelijk waren de bekistin
gen niet goed' dicht. Dèèrvan hangt toch
alles af. Te eenzijdig kan hier ook op hel
stoombedrjjf gerekend rij®, dat altijd mia-
cf-meer kwetsbaar is. Dit moet ernstig on>-
deraocht worden, zonder dat hierbij «enige
vraag van schuld behoeft voorop te staan.
Te veel gevergd.
Maar het moet; komen vost te staan, dat,
zoolang de romp. van «en reddingboot, mei
dan zonder motorische voortbeweging, in
elkaar zit, er van omslaan geen sprake kan
zijn. Dit kan door tot in het alleruiterste
dTijfvenmogen en beeiuurbaarheidi te waar
borgen. Met een bemanning al» d'ie van
schipper Klooster en zij® maats is dan «oh
de stabiliteit van elk vaartuig van dit soort
verzekerd, mits van de boot geen) diensten
worden gevergd, waarvoor niet gebouwd
is, bijv, het aaneieepeni van dunne, met d«
zee mee wielende lijnen achter de schreef.
Een roeiboot heeft daarvan geen noemens-
waard'igen hinder, zoolang er ruim gevierd
wordt, maar een sch roefboot loopt daarbij
altijd het grootst denkbare gevaar.
Misschien is ook de-ze les na het droeve
teergeld tot de autoriteiten aan den wal door
gedrongen. *t Wordt tijd!
Na de onvergetelijke ramp, in 1907 de
„iBeriin" aan den Hoek overkomen, heeft
heel Nederland ach en wee geroepen over
het op-tijd varen1 ten koste van alle», om
toch maar niet voor een concurreerence iijn
onder te doen. *t Is uitgedraaid op befuiven
en d'ecoreeren vair moedige redder», die te
vergeefs hun leven en vaartuigen waagden
plus Prins HenldrikvergoediLng, Maar bij
mijn weten is er nog niets afdoende gedaan,
om een herhaling van zulke rampen te voor
komen, Even vxcolfik als voorheen voeren
sinds tal van booten bij noodweer binnen,
vaak op 't kantje-ai van op een havemdam
gezet te worden. Maar gelukkig blijven, als
voordien, ook de meeste schepen buiten
kruisen in afwachting van behoorlijk tij en
zich leggenden storm. Alweer een. duidelijke
aanwijzing van. bekwame en moedige zeelui
boe veel door waaghalzen telkens op 't spel
wordt gezet. Niemand neemt daarvan echter
verder notitie, wanneer alles bij geluk goed
ds afgeloopen. Geen Raad van Scheepvaart
zal' «en kapitein., die behouden voor anker
komifc, ten verantwoording roepe» wegers
roekeloos varen.
(Hier is «en taak voor «nee loodsen en
voor d'e kapiteins en ia-ndverkenmers, die op
onee kust de bevoegdheid van loodsen b«-
nitten. Een taak dan, waarvoor zij dan ook
de ruimst, mogelijke bevoegdheid moeten
hebben. Met een radto-rtdegrafischen dien»'
ais thans algemeen ds. kan. aan overmoedige
of daaTtoe gepreste kapiteins het binnen-
loepen bij noodweer gemakkelijk belet en
ïoo de veiligheid van bemanning en schip
voldoende gewaarborgd worden, door de
schepen zoo ver mogelijk buiten de kust te
houden.
Hiermee zou dan het gevaar op onze kust
voor een zeeman tot een miiEdmum zijn
teruggebracht
De reddingdienst «al ten allen tijde nog
meer dan genoeg te doen vinden, wanneer
ze.fs alle voorzorgsmaatregelen tot in de
puntjes werken. De dienst is dan ook op
niets anders berekend dan op d« niet juist
te voorziene en te voorkomen! ongelukken.
Maar zooals door sommigen iuk-reak wordt
gevaren, zoo is ook de reddiingdienst groo-
tendeels aan de nukken van het noodüot
«vergeleden.
Nucht er-zakelijk beflien, ds dit wel een
buitengewoon moeilijke kwestie met allerlei
juridische haken en oogen. De overheid'
heeft op zee zoowat niets te zeggen juist
in het moment waarop laar gezag zoo dicta
toriaal mogelijk moest zijn.
Zoodra toch noodweer is vastgesteld,
moest de overheid' het zeggen lebben over
ahe beschikbare zeesleepbootenl .Deze kun
nen gesubsidieerd word'ew, om al» moeder
schepen voor de eigenlijke reddingboeien te
dienen en mot de verplichting om overal
waar noodig »n mogelijk vest te maken.
Onze, reddingbooten.
Tenslotte onze redddngbooten.
Deze zij-n, vooral in de laatste jaren, tot
een soort van volmaaktheid' gekomen. Het
beste kan dan ook moeilijk goed1 genoeg zijn
voor de mannen, die zioh in de woest kol
kende branding wageni, om schipbreuke
lingen van de wrakken af ie halen. Toch is
op 16 Januari een eer beste van deze vaar
tuigen, de „Prins der Nederlanden", bij c'e
pogingen,, om op de Maasvlakte de in nood
verkeerende „Valka" te naderen, omgesla
gen. Voor iedereen, die wel eens met zoo'n
vaartuig bij slecht weer intiem heeft kennis
gemaakt een onoplosbaar raadsel, waarvan
men niet afkomt met verschil te maken tus-
schen theoretische en pauotische stabiliteit.
Dit verschil mag niet bestaan en behoeft
ook niet in aanmerking gebracht te worden.
Drijfveren ogen en standvastigheid zijn blij
iedere i® goeden staat verkeerende redding
boot zoo volstrekt zeker, dat «en goed schip
per er altijd met zekere luchthartigheid i®
plaats neem*. Je kunt tot het lijf nat wor
den, verkleumen van koude, onder de zeeën
doorgaan, van den rug van een golf buitelen,
stooten, lek-teaan. zoo leng 'n goed deel der
bekisting het houdt, en dat doet ze gewoon
lijk, ai®kt het vaartuig niet. Zoolang schroef
of riemen, werken, kan er gestuurd worden
en da® is 't onmogelijk dat van kapseizen
sprake kan zij®.
:Zoo staat het in °t algemeen met «en red
dingboot. Anders zou het in de meeste ge
vallen; onverantwoordelijk zijn er één mien-
sehenlevon aan' toe te vertrouwen.
Met de „Prins der Nederlanden", een tot
in het volmaakte uitgerust vaartuig, met een
buitengewoon bekwame bemanning, meet
dan oofc iets niet in -orde zij® geweest. De
Dr. Borms, Na 10 jaren in de Leuvensche gevangenis te hebben doorgebracht
is Dr. Borms thans weder op vrije voeten en reeds in Nederland gearriveerd.
Foto rechts de ontmoeting met zijn broeder te 's Hertogenbosch.
De Eugenla vanuit de lucht gezien. Zooals dezer dagen gemeld werd is een
aanvang gemaakt met de werkzaamheden voor het vlot brengen van het Grieksche
s.s. Eugenia. De huidige positie van het schip van uit de lucht gezien.
1579 Unie van Utrecht 1929. Te Utrecht vond Woensdag de plechtige herdenking plaats van
de Unie van Utrecht, de grondvesting der Ned. eenheid, die op 23 Jan. 1579 werd geteekend. De
Kon. Familie in het auditorium der Universiteit onder gehoor van J. Th. de Visser. 1 De Prins,
2 De Koningin, 3 De Koningin-Moeder, 4 De Prinses.
Een gondeltocht van 50 Jaren. Het gouden huwelijksschip „De Leobeth", eig. het echtpaar
Schoenmakers-Griethuize* te Weert, maakte deeer dagen ter eere va* dit jubileum een eere-
tocht deer het stadje.
De feestelijke herdenking van de Unie van Utrecht. De burgemeester van Utrecht Dr. J. P.
Fookema Andrae legt een krans aan den voet van het standbeeld van Jan van Nassau, den geeste
lijken vader der Unie.
Terugkeer van Herbert Hoover te New York. Na zijn studiereis door Centraal en Zuid-
Amerik ais Herbert Hoover, de toekomstige president der V. S., weer te New York terug
gekeerd. De Maryland met Hoover aan boord vaart de wolkenkrabberstad binnen.