-
Populair Bijvoegsel van de
KELDERSCHE COURANT,
van ZATERDAG 18 MEI 1929.
os.e-
oe.8.
os,o
PINKSTEREN.
THERMIET.
„Dfervan is geen sprake het betreft
ia dai geval iets van beteekenis en geen
Heiligheid. Bij de huiszoeking is een
HOE ZIET DE WERELD
ER TEGENWOORDIG UIT?
Tob Nooli Hoekje.
t Juttertje
312- (AUTEURSRECHTEN
VOORBEHOUDEN).
£T,f:
10,1.
u
Een verhaal van opoffering.
egen het hek, dat de villa omringde
stolen de haagrozen al in bloei.... een
heil idooi en warm voorjaar was het.
groote tuin was vol geur van serin-
get en jasmijn cn vroege rozen. Op den
aoltftrgrond stond het huis, en de blauwe
rejer, die tot het dak begroeide, liet een
wffiU i van gl; zend violette en geuren
de tr ssen na; oeneden hangen.
iSei breede man, op het fijne, witte
grint waarvan de zon gouden plekken
licht in schaduw wierp, voerde naar het
hek.
Dair stond de auto, nieuw en blauw
glanzend, en Oyril Derrich, jong en knap
in z; lichtgrijze stofjas, wuifde vroo-
lijk tt;en de mooie jonge vrouw, die voor
het hik stond.
„NI Pinksteren kom ik je halen," zei
hij. Morgens vroeg kom ik, en wij
hlijvei den heeelen dag buitentot
'h avoids."
Ze kwam langzaam naderbij. Heel
jong eek ze nog, en heel tengermet
haar gouden krullen en zachte viooltjes-
log en
„Philip kan me niet missen," zei ze
jachtjes. „Ik kan niet.... ik mag niet."
Hij was al op het punt om weg te ro
eien, maar nu liet hy het stuur los, en
net een sprong was hij uit de auto en
aast haar.
„Is het geen dwaasheid, dat te denkon,
Iffie?" vroeg hij dringend. „Denk je wer-
elijk dat Philip er iets van begrijpt
at je bij hem bent of niet? Je weet wel
eter, Effie? Waarom dan jezelf zoo'n
önnoodige kwelling aan te doen?"
Effie zweeg wanhopend, haar oogen
vulden zich met tranen. Ze wist dat Cyril
;elijk had, dat Philip, haar ongelukkige
jeesteszieke echtgenoot, er niet het min-
te besef van hand of zij bij hem was of
het. Zij dacht aan de donkere zoele zie-
:uikamer, aan den langen stillen Zondag,
len zij alleen zou moeten doorbrengen
bi den zieke, die niets wist van alles en
iéts verstonden hier was een ander
voruitzicht, op een langen, blijden feest
je emidden van de weelde der ontlui
kende natuur.
Haar hart klopte van verlangen, zij
urfde de oogen niet opslaan uit angst
at Oyril zou bemerken hoe zij streed.
Maar hij voelde die toch.
„Wees niet kinderachtig Effie," fluister-
e hij. „Het is ontzettend voor Philip,
naar hij is ongeneeseljjk ziek, en nooit
:uUen je opofferingen van eenig vut zijn.
Ln je bent nog jong en ik houd zooveel
'au je' Waarom zouden wij beiden onge-
ukkig worden, zonder dat het hem iets
lelpen kan? Waarom zouden wij onze
eugd laten bedervenonze heerlijke
eugd, die zoo spoedig voorbijgaat?"
Effie's oogen waren vol tranen, als
erktuigelijk strekte zij haar hand uit,
ls om jeugd en lente en zonneschijn
ast te houden. Oyril voelde, dat hij ge-
onnen had, hij liet Effie los, en sprong
de auto. Maar nog even boog hij zich
ar haar over.
,Ik kom vroeg," zei hij innig. „Wij
len naar heerlijke plekjes rijden, die ik
twaar ik alleen naar toe wilde
n. Ik weet dat je meegaat, Effie
aiiers zou ik zoo gelukkig niet zijn. Een
g^ikkig Pinksterfeest zal het zijn!"
ij reed weg.... in een wolk van stof,
die wegdwarrelde in het zonnige, lente-
striende landschap. En Effie zag hem
na, vol droefheid en toch vol verlangen
naai geluk.
e kort was het nog geleden, dat Phi
lip tot haar gesproken had, zooals nu Oy
ril deed. Toen behoefde ze geen twee
strijd te voeren, toen kon zij met volle
vrijheid genieten van het bloeiende voor
jaar, den zonneschijn. Maar toen was de
ziektfe van Philip gekomen. Een ongeluk,
,D
«ook som in, bankpapier gevonden,
aar zij die gestolen heeft, wil zij niet
zggat. Daarom heb ik de opdracht in
tern atiön in te winnen. Van u is dat geld
zfcer niet afkomstig?"
Hij keek onderzoekend van de moeder
nar de dochter. Op beider gelaat teeken-
cUzich groote schrik.
hoeveel hoe groot is de som sta-
mlde de dochter.
Ik meen, dat de Inspecteur van veer-
tit of vijftigduizend mark sprak", her-
vate de detective aarzelend. „Naar het
Siiijtit was die vrouw van plan daarmede
JJelducht te nemen".
Goede hemel, dat is ons geld'barstte
jonge dame hevig verschrikt los. „Wij
dden het bedrag los gemaakt om het
hypotheek te zetten morgen komt de
jr, met die.Wacht u een oogenblik,
wil zien of het geld er nog is".
een verdwaalde kogel uit een jachtge
weer, die hem in het hoofd getroffen hadf
Eerst scheen het zoo erg niet te zijn, de
wond leek onbeduidend en genas snel.
Maar iets in zijn hersenen scheen ge
raakt te zijn, steeds doffer werd zijn geest,
en na eenige maanden was hij geheel
wezenloos, zonder te spreken of te begrij
pen. En dit duurde nu reeds drie ja
ren drie lange jaren.
„Het kon beter worden, zeiden de dok
toren. Maar het kon lang' duren, heel
lang.en het zou een schat aan geduld,
toewijding en opoffering vereischen.
Langzaam en met gebogen hoofd liep
Effie in de zonnige laan, die naar het
huis voerdeen toch wist zij, dat haar
liefde nog behoorde aan den armen zieke,
die thans niets daarvan wist te waardee-
ren. Als de verzoeken maar niet zoo
groot* waren. Als niet zoovele lokstemmen
haar wegriepen uit de sombere zieken
kamer, en haar strijd zoo zwaar maakten!
Met moede schreden sleepte zij zich de
trap op ,naar de kamer, waar Philip lag.
Het was er donker en koel en doodstil,
dat was het voorschrift van de doktoren.
maar bij het binnengaan was het Effie of
zij een grafkelder binnenging.... het
graf van haar liefde en haar geluk. Phi
lip lag op een rustbed, zooals gewoonlijk,
de oogen gesloten, het gezicht beweging
loos, en zonder uitdrukking.
„Philip!" fluisterde zij zachtjes.
Hij bewoog zich niet. Geen teeken gaf
hij, dat hij haar hoorde of begrepen, had.
Zij nam zijn hand, die zwaar en onbeweeg
lijk op het dek lag, maar hij scheen het
niet te bemerken en slap viel de hand
weer terug, toen Effie die losliet.
Zfj keerde zich om. Haar oogen waren
vol tranen, haar hart was vervuld van
wanhoop en verlangen.
„Ik kan het niet dragen," fluisterde ze.
„Het is te zwaar, te zwaar."
Pinksteren kwam, en toen Effie haar
venster opende, zag ze hoe de zon was
opgegaan, de hemel schitterde van licht,
alles ademde frischheid, en morgenkoelte,
Een heeriyke dag zou het worden.
Een heeriyke dagOver een paar
uur zou Cyril komen met zyn auto, en
samen zouden zy ryden door de bloeien
de dreven, over de koele boschwegen,
uren en uren lang, den ganschen langen
stralenden lentedag.
Ze wist dat hy van haar hield. En dat
een nieuw en jong geluk haar wachtte,
als zy wilde, nu het vroegere groote geluk
voor altyd voorbq was. Zy moest vroo-
iyk zyn, zich gelukkig voelen.
„En juist, dat kan ik niet," dacht zy
„Ik ben niet gelukkig, ik voel my ramp
zalig. Waarom toch?"
Was het geen dwaasheid, het geluk
niet te grypen nu het zich aanbood? Was
liet g n-misdaad het leven op te offeren
aan een herinneringaan iets wat
nooit terugkeeren zou?
Effie dwong zichzelf tot opgeruimdheid.
Heel zorgvuldig wilde zy zich kleeden,
zooals het betaamde voor een feestdag als
dezen. Zy kapte het goudblonde haar, dat
in tal van kleine, speelsche krulletjes
haar voorhoofd en haar blozend gezichtje
omlijstte. Een nieuwe japon trok ze aan
en om haar hoofd sloeg zy een witten
autosjaal, dien zy op zijde met een paar
rozenknopjes vasthechtte. Zoo, nu zou het
wel goed zyn, nu paste ze by den mooien
lentestralenden feestdag. Zich dwingend
tot een glimlach ,trad zy voor den spie
gel.
Maar zy schrok plotseling, toen ze
haar beeld daarin weerkaatst zag. Ge
leek zy nu niet schrikwekkend veel op,
zooals zy er een anderen dag had uitge
zien? Toen was het ook een jonge, zon
nige lentedag geweest in een witte japon
met een witten sluier, en toen had zy
kunnen lachen, vroolyk en van harte, en
was gelukkig geweest.
Nu scheen het haar byna of die dag
was teruggekeerd.
Ademloos ijlde ze naar de deur der zy-
kamer, die zy haastig achter zich dicht
trok. De detective was haar echter met
een sprong gevolgd, terwijl de andere^ be
ambte de verschrikt opspringende moe
der, die den vreemdeling terughouden
wilde, den weg versperde.
De zykamer was een slaapvertrek en
toen de detective de deur zacht opende,
zag hy de jonge dame op een stoel staan
voor een schilderij met vergulde lijst, die
zy met de eene hand oplichtte. Zy liet ze
echter dadeiyk weer vallen toen zy de
schreden van den indringer vernam.
„Wat durft u, ga heen", riep zy
bevend van toorn.
De detective zag haar ernstig aan en
antwoordde: „Myn verdenking was dus
juist! Het geld is hierU is mede
plichtig aan den diefstal. U is myn ge
vangene, juffrouw Malsch en uw moeder
eveneens. Veroorloof my de vyftigduizend
mark van den heer Spangier in bewaring
te nemen".
Doodsbleek zonk het meisje op een stoel
neer en liet hem begaan. Vlug sprong
hij op den stoel, lichtte het schilderij op
en klopte met de knokken op het behang
selpapier. Zooals hü verwachtte klonk het
op één plaats hol. Nu keek hy nauwkeurig
en bemerkte, dat een vierhoekig stuk van
het behangsel ter grootte van een boek in
octavo formaat er in gezet was. Met een
mes peuterde hy het er zorgvuldig uit.
Op een houten raam gespannen en zorg-
Zy kon zloh verbeelden, dat zfj weer
het vrooiyk feestrumoer in huls hoorde
en dat Philip beneden op haar wachtte.
Zy doorleefde weer den rit naar de kerk,
onder de bloesemende sneeuw der
bloeiende vruchtboomen. Zy dacht aan
haar belofte van trouw te zullen biyven
in zorg en tegenspoed, in ziekte en dood.
Hoe gelukkig waren zy geweest samen!
Hoe had ze hem liefgehad in die paar
heeriyke jaren! Was het mogeiyk, dat
die liefde thanB gestorven was en vergaan
tot asch? Dat zy wyken kon van zyn ziek
bed en een nieuw geluk kon zoeken met
een ander?
Zy wist, dat het niet zoo was. En zy
maakte de sluier Iob en de rozenknopjes
en borg alles wegwant zy zou dien
dag niet uitgaan. En toen Cyril kwam met
zyn auto, moest hy hooren dat Effie niet
meegingwant zy was in de donkere
stille ziekenkamer by haar echtgenoot, en
zy fluisterde hem stille woorden toe van
liefde en trouwofschoon zy dacht,
dat hy ze niet begrijpen zou
Maar toen gebeurde het wonder. Toen
de auto wegreed, toen het laatste geluid
van den motor in de verte wegstierf, zag
Effie, hoe Philip plotseling de oogen op
sloeg. En zy zag herkenning daarin, een
blik van vage, verre herinnering, en een
schaduw van een glimlach kwam om den
mond.
Dat was het, waarvan de dokters ge
sproken hadden, dat was het begin van
het herstel, alleen mogeiyk door veel ge
duld, door eindelooze liefde en opoffering.
„Pinksteren!" fluisterde zy ten zeerste
aangedaan.
Godsdienst en Wetenschap.
Er kan geen twyfel bestaan of de uni-
verseele godsdienst der toekomst zal op de
wetenschap zyn gegrondvest.
Flammarion.
Op den laagsten trap.
Sommige menschen geven zich niet met
hun kinderen af om de eenvoudige reden
dat ze niemand kunnen vinden die min
der is dan zy zelf.
Life.
Millloenen de lucht ln.
Het afgeloopen jaar gaf Frankrijk aan
tabak 1.555.000.000 francs uit, dat is voor
4.260.000 francs per dag. In 1913 lever
de de verkoop v. tabak slechts 542.000.000
francs op.
Journal.
Bioscoop als belegging.
De bioscoop is, naar wy hooren een
goede geldbelegging. Ze is we moes
ten dat beter weten een noodlottige
belegging in ieder ander opzicht
Gordon Graig ln The
English Revue.
Cretonne voor Damesjaponnen.
Drie meter cretonne, 80 centimeter
breed en twee en een halve meter 90 cen
timeter breed, een paar steken, een hals
opening en de dame is gekleed en gereed
om overal te verschynen, voor2.80.
The Star.
Dat ls een andere vraag.
Zeker, gaf Briand toe, toen men het ln
zyn tegenwoordigheid eens had over de
door de Grieken behaalde overwinning op
de Turken, zeker, ze zyn te Eski-Sjehir.
Het is bewonderenswaardig. Maar zoudt
u hen daar gezelschap willen houden?
Dat is de heele kwestie!
Aux Ecoutes.
Het was tegeiyk gekookt.
Een papegaai die in Engeland al 33 jaar
het eigendom is van een particulier te
Shrewsburry, heeft dezer dagen zyn
bezitter ten zeerste verbaasd door plotse
ling een ei te leggen. De vogel is afkom
stig uit West-Afrika. Men vermoedt dat
de warmte iets met deze romantische ver
rassing te maken heeft.
Persbericht
Onverstandige onders.
Ouders, die er groot op gaan, dat hun
drie-jarig kind reeds alles mee eet en
vuldig ingepakt, sloot het een vierkant-
hoekige opening in den muur, waarin
zich een brieventasch bevond, die de
detective er uitnam. Een blik er in* „Ge
vonden" riep hy, „en nu naar
Spangier".
Moedér en dochter, die weenend hun
deel aan de misdaad bekenden, met de
verontschuldiging door Spangier te zyn
overgehaald, om het geld te bewaren, wer
den ln een rijtuig naar *t politiebureau
gebracht Polzig echter snelde met twee
beambten ln burgerkleoding naar
Spangier. De beide mannen liet hy buiten
de deur staan.
Spangier stond in het kantoor achter
zyn lessenaar.
„Wel mynheer Polzig", riep hU, „wat
brengt u voor goed nieuws".
De detective overzag met een blik den
toestand. Uit het kantoor waar Spangier
stond, was maar een uitgang naar de
voorste vertrekken. De vensters waren
niet gevaariyk, daar men op de 1ste etage
was.
„Ik ben zeer gelukkig, u het verlorene
terug te kunnen brengen", antwoordde hy
lakonisoh, terwyi hy den brieventasch op
den lessenaar legde.
Het gelaat van den agent vertrok, en
werd aschgrauw. Met een doodeUjken
angst in zijn blik staarde hy den beambte
aan.
„Gevangen", riep Polzig met ernst en
nadruk en vatte met yzeren greep zyn
drinkt, bewyzen daardoor hun onbekend
heid met de meest gewone etechen der
opvoeding. Melk la het hoofdvoedsel voor
kinderen; verder pappen, llchtverteerbare
groenten, gestoofd fruit en heel rfjpe
vruchten.
Tydsohr. van Ouders en
Opvoeders.
De droomen der jonge meisje*.
Ze hebben een groote verandering on
dergaan Binds de dagen van Musset De
ridder die nu hare gedaohten bezig
houdt ls de goede jongen met een flink
gespekte beurs, die ze kan tracteeren op
thee van twintig francs per kopje en die
ze meeneemt naar restaurants waar de
nota een bedrag bereikt dat met vier cy-
fers wordt geschreven.
Crl de Paris.
Laat de kinderen lezen.
De stad New-York is het grootste cen
trum van lezende kinderen, wat het trou
wens al reeds een kwart eeuw lang is ge
weest. Er wordt geen enkele openbare
leesbibliotheek gebouwd, of men houdt
rekening met de kinderen. In elke kin
derleeszaal vindt men tafels en stoelen,
die op de kleine gasten berekend zyn en
de boekenplanken worden zoo laag aan
gebracht, dat de kinderen gemakkeiyk
kunnen vinden wat van hun gading ia
De dwazen aan zee.
Er zyn menschen, die naar badplaat
sen gaan en daar 's ochtends paardrijden
en daarna zwemmen en dan naar een mu
ziekuitvoering van het casino gaan en
dan uitvoerig lunchen en dan even op het
strand zitten en dan tango-teeën en daar
na zich verkleeden en dan weer uitvoe
rig eten en vervolgens een heel concert
of zoo iets meemaken en daarna nog in
een bar zitten of baccarat (ik bedoel na-
tuuriyk een buitenlandsche badplaats)
gaan spelen die daartusschen door naar
bals gaan en naar wedrennen en duiven-
schieten en polo te paard spelen.
Nw. Courant
Bewys van goeden smaak.
Volgens de laatste volkstelling zyn er
in Engeland twee millioen vrouwen meer
dan mannen. Twee millioen oude vrij
sters! Dat bewyst héél wat, al was het al
leen maar dat de Engelschen blijk begin
nen te geven van een beteren smaak.
Candide in Aux Ecoutes.
ZOOALS JE HEBBEN KAN.
Marietje was een meisje
En Karei was een, man,
Ze ginsen dikwijls wand'len,
Zooals je hebben kan.
Zij hield veel van de sterren,
Hij vond' er niet veel an,
Dan werd' ze heel verdrietig,
Zooals je hebben kan.
Hij rookte veel piraatje*
Van Kyriazi Kh&n,
Dat was niet goed voor 't zoenen,
Zooals je hebben kan.
Dan zei ze; Hè, wat vreeslijk,
Waar komt die lucht toch van?
En 't werd een1 erg slap zoentje,
Zooals je hebben kan.
Hij nam te groote passen,
De passen van een man',
Zij moest in looppas tripp'len,
Zooals je hebben kan.
Hij vond het heele leven
Een akelige pan,
Dan ging ze in stilte grienen.
Zooals je hebben kan.
Toen deed hem al haar kwijnen
Den brui er geven van,
Hij schreef haar een koud briefje,
Zooals je hebben kan.
Nu rookt-ie in' zijn eentje
Van Kyriazi Khan,
En zij 'ïeeft bleeke wangen,
Zooals je hebben kan.
J. Brouwer.
arm. De lafaard bood niet den minsten
tegenstand. Met een klaagiyk gezicht
liet hy zich de handboeien aandoen; een
half uur later stond hy voor den commis
saris en legde, over gansch zyn lichaam
bevende een volledige bekentenis af.
Het was alles zooals de detective het
zich gedacht had. Spangier was reeds 'n
jaar tevoren op 't schurkachtige denk
beeld gekomen dat hy nu uitgevoerd had.
Het geheele jaar door dacht hy daarover.
Een inbraak waarvan hy in de courant
las, vestigde zyn aandacht op de nieuwe
gemakkeiyk verkrijgbare stof Thermiet,
om yzer te smelten. Hy besloot die voor
zyn doel aan te wenden en schafte zich
een aantal werken aan om zich over die
stof en haar gebruik te laten onderrioh-
ten. Iedere bijzonderheid van die gewaan
de inbraak bereidde hy op de meest ge
raffineerde wyze voor. Op zyn gemak be
gon hy Zondagsnamiddags- met de opera
tie en bracht nog denzelfden avond de
gestolen papleren en gelden by zyn ver
loofde, die hy met haar moeder voor het
plan gewonnen had.
In den nacht legde hy de laatste hand
aan het werk, door naar beneden te slui
pen en de buitendeur van het kantoor te
openen. Nu kon de bediende komen en de
geruchtmakende Inbraak ontdekken.
De aandeelen had hy werkeiyk, om de
verdenking tegen Gowel te versterken,
's avonds ln de nabijheid van diens woning
op een geschikte plaats neergelegd. Hij
WEES UZELF!
Wees uzelf, zei lk tot Iemand,
Maar hy kon niet, hy was niemand.
De Geneste!
Onszelf zyn. Ja, goed, laten we
het eens even probeeren. Maar waar ls
dat onszelf hoe ziet het er uit, waar
ls in den chaos, die ln ons heerscht, ons
zelf gebleven? En misschien zullen we
de Genestet zuchtend geUjk geven: nee,
wy zyn werkeiyk niemand.
De moderne tooneelschryver Piran-
dello, die meeeteriyk de kunst verstaat
zyn philosofische ideeën te dramatisee-
ren, laat ons ln byna al zyn stukken zien
hoe versnipperd en karakterloos we zyn,
zoo tegen den één, zoo tegen den
ander, elk uur, elke minuut weer anders.
Hy laat ons ook zien, hoe verbazingwek
kend meestal de indruk is, dien we op
anderen maken! Ieder ziet ons op zyn
eigen manier, door zyn eigen oogen. Den
indruk, dien wy wenschen en denken te
maken, we maken hem byna nooit.
Al de inspanning is voor niets. De uit
werking is averechtsch. En wyzelf raken
hoe langer hoe meer verward in de vele
personen, die we beurt om beurt voor
stellen.
Laten we liever probeeren onszelf te
zijn, alle opgeschroefdheid en onwaar
heid ter zijde zetten. De indruk, dien
we dan op de menschen zullen maken, zal
misschien nog verkeerd biyven, wy
weten tenminste zelf waar wy ons aan te
houden hebben. Wees Uzelf en bekommer
u verder niet over den indruk, dien u
maakt. Dien indruk hebt ge niet in uw
macht. Hy hangt samen met de gees
tesgesteldheid van anderen.
Wees eeriyk, doe u niet beter voor, dan
u bent, schaam u niet over uw gebreken.
Wij hebben ze allemaal. Niemand zal
ooit gelooven, dat ge feilloos zyt.
Probeer u van alle franje en aanstel
lerij te ontdoen, vraag niet te veel naar
het oordeel van de wereld. Ga uw eigen
weg. Tien tegen één, dat het oordeel
van anderen over u gunstiger zal worden.
En zeker zult ge er zelf by winnen aan
evenwicht en rust.
En dan zult ge toch ook wel ontdekken,
dat er onder den chaos van maniertjes
en ydelheidjes, toch iets anders leefde,
iets, wat ge nu bezig zyt tot ontwikke
ling te brenegen. Dan ontdekt ge, dat ge
toch wel iemand zyt, iemand met veel
fouten en gebreken, maar toch een per-
sooniykheid.
Een persoonlijkheid, die zich alleen
ontwikkelen kan in het volle licht en die
ten ondergaat, zoodra ze verstopt wordt
onder alerlei frases en houdingen.
Dr. JOS. DE COOK.
Denker te H. Gy vraagt ons, wie
goed is en wy antwoorden u „niemand".
Soms lijken menschen goed, maar zyn
ze 't dan ook in werkeiykheid? Zy zyn
edel in daden en woorden, zy denken
meer aan anderen, dan aan zichzelf. Maar
wij kunnen niet in hun hart lezen. Als
zij eerlijk zyn, zullen ze dadeiyk toegeven,
dat het daar soms verre van mooi uit
ziet, dat daar dlkwyis een groote strijd
wordt gestreden: de strijd tusschen goed
en kwaad. Heusch, ze zyn niet zoover
boven u verheven. Gy behoeft u niet
wanhopig te gevoelen by hun volmaakt
heid. Zy zyn ook niet volmaakt, maar
zy streven naar het goede. Multatuli
heeft gezegd: „Goed zyn is: streven naar
goed zyn."
Verzonden brieven: K. H. te H.; Moeder
te H.; Winkelier te H; Mej. G. te N.
Voor de lezers van ons blad geeft onze
psychologische medewerker Dr. Jos. de
Oock, van Merlenstraat 120, 's-Graven-
hage gratis zielkundige adviezen, oon.
over de wyze waarop zy hun geest kun
nen verfrisschen en hun wilskracht en
energie kunnen versterken.
De vragen worden geregeld in dit blad
behandeld. Mochten de beantwoordingen
te uitvoerig worden dan direct schrifte
lijk aan de aanvragers.
Zeg eens kellner, er ligt hier een
haar op myn bord en ik geloof niet dat
het van my is.
Hoeveel haren had U toen U bin
nenkwam, mynheer?
hoopte stellig, dat de slotenmaker ver
oordeeld zou worden.
Zijn plannen, na de uitvoering van de
misdaad, waarvan zyn arme moeder niet
het geringste vermoeden had, waren de
volgende:
Zoodra de hoop op het teruggeven van
het geld verdwenen zou zyn, daoht hy zich
bankroet te doen verklaren. Men kon
toch onmogelijk vergen, dat hy levenslang
voor de terugbetaling van de som zou
werken. De enkele duizenden die zyn ver
mogen en Inventaris bedroegen, zou hy
met genoegen opofferen om de vijftig
duizend mark daarvoor te krijgen.
Ida Malsch was eerst kort geleden met
haar moeder uit Maagdenburg, waar 'rfj
haar verloofde had leeren kennen naar
Beriyn gekomen en daar Spangier toen
reeds met zyn plan rondliep, kwamen *y
overeen hun verloving geheim te houden.
Ida zou met de vyftigduizend mark voor
uit gaan naar New-York, waarheen hij
haar na afwikkeling der zaken zou VOlgen
en daarom had haar moeder de huur harer
woning reeds opgezegd.
Het Is te begrilpen, dat Polzig, die door
zijn scherpzinnigheid den sluwen bedrie
ger ontmaskerd had en de Bank, door
Spangier vertegenwoordigd, weer aan
haar geld geholpen had, een rijke beloo
ning ontving. Spangier echter ging voor
vele jaren het tuchthuis ln. Het hoofdstuk
Thermiet had hem verraden.
EINDE.