i Radiografisch Weerbericht volgens niet absoluut noodzakelijk...., maar moeten we dan allen gedoemd wor den opgesloten te worden in vierkant- vlakke gevangenissen, die nergens eenlg ander uitzicht op bieden dan op andere, dergelijke even eentonige bouwsels? En wat denkt de schoonheidscommissie, die toch onze nieuwe straten gaarne een wat levendig aspect ziet aannemen, hiervan? Voorlooplg zal het stads-uiterlljk van deze onmogelijke belasting nog wel niet veel gevolgen vertoonen. 'Men zal niet gauw overgaan, tot het verwijderen van een maal bestaande erkers, al zullen er zeker heel wat baloonnetjes worden afgebro- kenl Maar op den duur bestaat toch zeker de kans, dat, blijft de belasting gehand haafd, ae toekomstige huurders balcon- en erkerlooze huizen zullen verlangen. En wat dan?.Zullen we dan niet ln de nieuwe wijken, de nieuwe wijken die juist de laatste jaren, vanwege hun vroolijk, levendig aanschijn onze trots uitmaakten, doode, lugubere kazerne-bouwblokken zien verrijzen zonder eenigen fleur?.... Tenslotte: de hijschhaken! Daar zal men eenvoudig nooit buiten kunnen, ten zij men miniatuur pianos, dwerg-fauteuils en liliput-meubelen gaat fabriceeren, die onze nauwe trappen kunnen worden op gedragen en, langs de minimum-portalen van onze moderne flats kunnen. Het zou even onredelijk zijn belasting te heffen op voordeuren als ophijschbalken! Overigens is de hyschbalk eigenlijk een klassiek Amsterdamsch symbool, evenals de kruiersroep „van onderen!" die ten nauwste met het bestaan van dit nuttig stuk uitsteeksel samenhangt. En het mag, op z'n minst, poëteit-loos genoemd worden op een oud, door de eeuwen geheiligd, symbool, belasting te gaan heffen! Hoe het ook zij: de a.s. herfst zal, naar nu reeds de begrootingswolk laat zien, gekenmerkt worden door: het reserve potje en de hijschbalk!..Met deze twee woorden in de ooren zal de hoofdstede lijke bevolking, en met haar de Raad, na de vacantie het nieuwe werkseizoen in- WETENSCHAPPELIJKE BERICHTEN. DE LAATSTE CHINEESCHE ALLIGATOR. Leeft sinds 1890 ln de Frank- forter Zoo. In de diergaarde te Fankfort a/d M. is nog steeds een der beide exemplaren van den Chineeschen alligator (Alligator sinensis Fauv.) in leven, welke die in richting, zooals we in Brehm's Tierleben (4e uitg. dl. IV, p. 549) kunnen lezen, in 1890 ten geschenke ontving. Deze dieren waren afkomstig van den benedenloop der Jangtse-kiang. Een ervan, het klein ste, kwam met een voetrwond in Europa aan en stierf, zonder ooit eenig voedsel te hebben genomen, een jaar na aan komst. Het thans nog in leven zijnde, on geveer twee meter lange exemplaar zou, volgens een mededeeling in Der Natur- forscher (Aug. '29), waarschijnlijk de laatste vertegenwoordiger zijner soort zijn en met diens dood zou de eenige Aziatische vorm van zijn geslacht dus voor goed verdwenen zijn. Laat ons hopen, dat het er in werke lijkheid niet zoo somber uitziet. KON. NEDERL. MIDDENSTANDS BOND. Dinsdag, Woensdag en Donderdag der volgende week, ml. 20, 21 en 22 Augustus, zal te Enschedé worden gehouden het 26ste Nationale Middenstandscongres. De officieele ontvangst der congressisten zal Dinsdag 20 Augustus, te 7.30 uur, ten stadhuize van Enschedé plaats hebben, waarna des avonds te half negen de En- schedésche Handelsvereeniging een offi cieele receptie zal aanbieden. De eigenlijke werkzaamheden vangen Woensdagmorgen half tien aan; deze om vatten behalve de openingsplechtigheden, en de gebruikelijke verslagen, notulen, enz., de volgende onderwerpen: Bespreking van het Rapport over het resultaat der gehouden enquête naar het bestaan van het z.g. euvel der uitver- koopen. Behandeling der door de Vereeniging „Handel en Nijverheid" te Winschoten ingediende voorstellen: Uitbreiding der Wet op de oneerlijke concurrentie, wijzi ging van de indeeling der jaarlijksche al- gemeene vergadering en het Congres. Indiening van een rapport over het Af- betalings-systeem door den heer J. J. Korff. Mededeelingen van den Directeur van het Bondsbureau over de gevoerde pro paganda. Mededeeling van het Algemeen Bestuur over een Algemeene Bedrijfsvereeniging voor den Middenstand, gesticht ten be hoeve van leden der bij den Kon. Ned, Middenstandsbond aangesloten organisa ties, ter uitvoering van het bepaalde bij de Zl6kt6W6t« Na afloop der algemeene vergadering heeft het Middenstandscongres plaats, waarop mr. A. O, Josephus Jltta, secre taris van den Hoogen Raad van Arbeid en lid van den Raad van Advies van den Kon. Ned. Middenstandsbond, een Inlei ding zal houden over „Medewerking van belanghebbenden aan wetgeving en be stuur De Bondsvoorzitter, Ed. G. Sohtlr- mann, zal de openingsrede uitspreken. De dag wordt besloten met een offlolee- len maaltijd en een concert en avondfeest. Donderdagmorgen komt ln behandeling het prae-advies van den voorzitter der Nederl. Vereeniging van Werkgevers ln het Heerenkleedingbedritf, den heer W. Wessol Bzn., over "Het Wetsontwerp eener Huisarbeiders wet Dr. E. J. Tobl zal een prae-advles uitbrengen over ge organiseerde distributie: een Algemeen en Mlddenstendsbeleng. De feestelijkheden worden te ongeveer 2 uur des middags besloten met een door het gemeentebestuur van Enschedé aan geboden autotocht. De hier genoemde prae-adviezen zijn ln druk verschenen. Eveneens een beknopte snmenvattlng van de rede van mr. Jose phus Jitta. Het nummer van 10 Augustus van het Alg. Weekblad „de Middenstandsbond" Is gewijd aan het Congres, en bevat, naast do noodlge artikelen, portretten, enz. een aantal kiekjes uit Enschedé, de oongres- stad. ARBITRAGE, VEILIGHEID, ONTWAPENING. Een rapport 'De Vereeniging voor Volkenbond en Vrede ging ruim twee jaar geleden over tot de instelling eener Commissie ter be studeering van de buitenlandsche politiek van Nederland, aan welke Commissie een aantal vraagpunten ter bestudeering wer den onderworpen. Omtrent bovengenoem de punten is thans een rapport verscho nen, hetwelk aan het secretariaat, Jan van Nassaustraat 93 te 's-Gravenhage, ver krijgbaar is. Aan het rapport omtrent ont wapening is toegevoegd een minderheids- rapport over de vraag of voor Nederland uit het lidmaatschap van den Volkenbond verplichtingen ten aanzien van het houden eener weermacht voortvloeien, met een nota van gen. Forbes Wells tegen enkele punten van dit minderheidsrapport. Uit de Land- en Tuinbouwwereld. EEN TEKORT AAN BLOEMBOLLEN. De Bond van Bloembollenhandelaren heeft in de Brltsohe vakbladen de mede deeling doen opnemen, dat de algemeene raap der Nederlandsche bollen een volko men teleurstelling is gebleken te zijn. De strenge koude, die in den afgeloopen win ter geheersoht heeft, en die gevolgd Is door buitengewone droogte, heeft aan het Sewas aanzienlijk grooter schade toege- racht dan achter ia 't seizoen ook maar bij mogelijkheid te voorzien was. Het ge was is geheel onvoldoende om tot volle dige uitvoering van de bestellingen te kunnen overgaan. Terwijl het gewas der hyacinthen goed is en een volledige op brengst mag worden verwacht, blijven enkele en dubbele vroege tulpen aanzien lijk beneden het middelmatige en de be schikbare hoeveelheden zullen zeker niet voldoende zijn om alle orders geheel uit te voeren. Bij de Darwintulpen en andere late tulpen is de toestand nog ernstiger. Van enkele verscheidenheden, zcoals Wil- liam Copland, is het grootste deel der in Holland aanwezige partijen vernield. Onk eenige Narcissensoorten, zooals Golden Spur, Bicoio Victoria, Lourens Coster en Dubb. von Sion, hebben zeer ernstig ge leden en een groot tekort wordt verwacht. Het gewas van crocussen en irissen is ten totale mislukking en slechts een kleine opbrengst kan verwacht worden Historische overleveringen van Nederlandsche Plaatsen. DE SCHREIERSTOREN VAN AMSTERDAM. Amsterdam is men kan het zonder vrees voor de minste tegenspraak zeggen een mooie, een indrukwekkende stad, die den vreemdeling al evenzeer als den landgenoot bekoort. Amsterdam is een deel, én zeker niet het minst belangrijke deel, van de geschiedenis van Nederland. Want de Nederlanden zijn groot en machtig geworden dank zij de scheep vaart, die zij onverschrokken op alle zeeën, hun bekend of onbekend, durfden ondernemen, en die scheepvaart ging zeker niet alleen van Amsterdam uit, maar toch voor een groot deel vandaar, en maakte de stad aan den Amsteldam reeds in de veertiende en de vijftiende eeuw tot een belangrijke, een bloeiende en een druk bevolkte. Wie heden ten dagen in Amsterdam komt, ziet daarvan de overblijselen in de grachten, die eens de groote pakhuizen bevatten, waarin de overzeesche waren werden opgestapeld. Maar ziet het ook aan den z.n. buiten kant; aan dat gedeelte van Amsterdam, dat zich nu in de Prins Hendrikkade voortzet, en waar admiraal de Ruyter, die het zien van schepen reeds lief had, heeft gewoond. Als men gaat naar de Prins Hendrikkade, komt men, op den hoek van de Geldersche kade, langs den Schreiers toren. Een klein, rond gebouw, dat nu den havenmeester tot kantoor dient. De Schreierstoren werd in den loop der vijf tiende eeuw gebouwd ter verdediging van Amsterdam. Hier was de plaats, waar de vrouwen afscheid namen van haar man nen, die naar zee vertrokken. Hier was de plaats van verdriet en van smart. Hier ïnoet het ook geweest zijn, dat Hugo de Groot in 1629 zijn mislukte eerst over komst naar Nederland beëindigde en zich inscheepte naar Hamburg om daar het fortuin en den Zweedschen dienst te vinden. Indien de steenen nog dezelfde waren en indien zij spreken konden, zou den zij van verdriet en van niets anders dan verdriet gewagen. Er is een gevelsteen, in 1569 in den Schreierstoren aanbracht, die ons den naam van dezen toren tracht te verklaren. En die daardoor vanzelf vastknoopt aan het verhaal dat omtrent dien Schreiers toren loopt, en dat niet betreft de tal- looze schreiende vrouwen, die hij in zijn lange, lange leven heeft gezien, maar een vrouw, die hier in den loop der eeuwen heet gewaakt te hebben voor de anderen. De hand van Alva drukte zwaar op de Nederlanden. Hij was gekomen om te straffen, en hij strafte. Strafte op de wijze, die in den geest der tijden lag. Maar de Nederlanders kwamen ln verzet' zij lieten zich noch hun godsdienstvrij heid ontrooven noch te zware belastingen opleggen. En waar de hiel van den Spaanschen soldaat zwaar drukte op de bevolking van bijna alle steden, waren het vrijbuiters, ontsnapt uit alle oorden des lands, die het eerst den vaan van den opstand verhieven. Geuzen, hadden Brederode en de zijnen zich genoemd, toen zij aan Landvoogdes Margarethe van Parma in 1566 hun smeekschrift aan boden; Geuzen noemden zich de vrijbui ters ter zee, en Watergeuzen werden zij door de verschrikte bevolking geheeten. Zij waren ongetwijfeld geenszins en uit sluitend de vrijheidshelden, die men ln de gesohiedboeken wel eens van hen wil maken. Zij waren voor een groot deel ver bitterde mannen, die hunne verbittering uiting gaven ook tegenover degenen, die niets aan hunne verbittering hadden kun nen doen. Zij ontzagen niets en niemand en zij hielden rekening met vriend noch met vijand. Wie ln handen van de Water geuzen viel het was ln Amsterdam be kend gelijk elders had niets meor te hopen. Er was in die verhalen ook weer veel overdrevens, gelijk geruohten, die van mond tot mona gaan, altijd overdre ven worden. Maar er was ook veel waars in, want gruwelijk hebben die verbitterde Watergeuzen hulsgehouden, en het ging ln hun midden, gelijk het altijd gaat met een menigte: dat gedeelte, dat het meest wreedaardig is, vindt het eerst gehoor, omdat de onderen niet goed durven wei geren of zich verzetten. Er was ln de eerste jaren van den Spaaniohen opstand een jong getrouwd paar in Amsterdam. Hl} was zeevaarder, En kort nadat zij elkander huwelijks trouw hadden beloofd en deze hadden be zegeld op het stadhuis, moest hij vertrek ken. Zij deed hem uitgeleide tot aan den Schreierstoren, die toen nog niet Schrei erstoren heette. Innig en lang was hunne omhelzing; het was alsof zy gevoelden, geiyk velen op die plek gedacht moeten hebben, dat het hun laatste was. En by- kans dag in dag uit ging de jonge vrouw daarheen om te zien of het schip van haar man nog niet terugkwam. Zy zat daar in de verte te turen, hoewel zy in den aanvang kon weten niets te mogen hopen of verwachten. Men eerbiedigde hare gevoelens; het waren kwade tyden, waarin met vrees voor de Watergeuzen niet te spotten viel. En toen op een dag het bericht kwam, dat het schip, waarop haar man diende, in handen der Water geuzen was gevallen, eerbiedigde men haar smart te meer. Zy werd een figuur, die by de plek be hoorde, waar de Schreierstoren stond. Zy kon haar dag niet doorkomen zonder al thans ééns by den Schreierstoren te zyn geweest. Dan stond zy maar weer te tu ren, ver voor zich uit, over het water oppervlak, dat zich veel verder dan thans het geval is, landwaarts in uitstrekte; over de Zuiderzee, waarheen de schepen gingen en kwamen, van Oost-Indië en van de Oostzee en van de Middellandsche Zee en van elders. Langzamerhand be gon zy de juiste omtrekken der dingen te verliezen; in haar hoofd moet het zon derling zyn toegegaan, want zy kende nauwelyks menschen en dieren en hui zen en wolken meer van elkander. Zy sprak tot de huizen gelyk zij tot de men schen en tot de wolken gelyk zy tot de dieren had behooren te spreken, en zy merkte de menschen nauwelyks op, en trok zich zoodoende ook niet veel aan van datgene wat om haar heen geschied de. De Amsterdamsche straatjeugd heeft nooit een vleiende reputatie gehad; zy heeft het er ook niet naar gemaakt. Reeds toen werd haar aandacht naar het zon derlinge spoedig getrokken, en zonder ling was ongetwyfeld deze vrouw, die dag in dag uit terugkeerde en steeds met leege handen weer wegging. De jaren verliepen; de Spaansche druk was reeds verdwenen; Amsterdam had de zyde van den Prins gekozen, en ont wikkelde zich steeds meer tot een mach tige, groote koopstad, vanwaar de sche pen nu rechtstreeks in de Indiën de zoo gewilde Oostersche waren gingen halen. De vrouw werd oud en grys, maar zy zelve bemerkte het niet, en byna nie mand ook, die het zag. Totdat op een dag, dat zy Ineengedoken, geleund tegen de muren van den Schreierstoren zat, haar oogen een jongen zeeman zagen, teruggekeerd, met aan zyn arm de vrouw, wie de biydsohap over den terugkeer op het gelaat te lezen stond. Toen was het alsof er een floers voor haar oogen brak. Zy zag het verleden en zy zag het heden; zy zag geheel het ellendige leven, dat zij jaren achtereen geleid had, wetend, steeds wetend dat hy, dien zy wachtte, nimmer zou terugkeeren, en tooh hopend, hopend op dien terugkeer. Zy zag hoe het had kunnen zyn, als haar man niet in de handen ven de Watergeuzen was geval len. Een traan brak zich baan, en op dien traan volgden er meerdere. Kinderen, die ln hare nabijheid speelden, zagen haar nieuwsgierig aan; zy begrepen niet, waarom deze vrouw huilde. Maar zy huilde door; nu eenmaal het floers van hare oogen was gevallen, vormden die tranon eeno verlossing, die haar tot het werkeiyke leven terugbrachten. Jarenlang nog heeft de vrouw geleefd, en jarenlang ls zy gegaan naar den Schrelerstoren. Maar niet meer met geval een behouden terugkomst te ver zekeren. Niet gaarne zou men een toor nig oog van haar hebben gezien. En nog tientallen jaren lang, zoolang de plek voor den Schrelerstoren de be stemming behield, die zy heeft gehad; zoolang zy was de plaats van uitvaart voor groote, verre en vooral in dien tijd zeker niet ongevaariyke reizen, heeft, naar men zeide, de schim van deze onge lukkige vrouw, die dezen toren maakte tot den Schreierstoren, gedwaald rond de muren, en gezegend de reizen dergenen, die in haar geloofden! TIJDSCHRIFTEN EN WEEKBLADEN. vreemd-starenden blik zag zy ln de verte. Neen, zij zag rond zich heen; zy zag de vrouwen, die afscheid namen van haar mannen, die zy wellloht wie kon het weten? nooit meer zouden terugzien. En telkens was het alsof ln haar de be hoefte leefde om de reis van deze man non te 'zegenen. Het zeevolk, bygeloovlg als het ls, behandelde haar met grooten eerbied; een welwillende blik uit haar oogen soheen een goede reis, ln leder Burgerlijke Stand van Den Helder van 15 en 16 Aug. 1929. GEHUWD: J. H. van IJzendoorn en R. Kiekebos; P. Paauw en O. O. de Zeeuw; O. Wakker en J. H. Lagerveld; L. D. N. O. van der Klaauw en R. J. van der Mey; K. Koster en J. 't Hart; R. de Vries en M. J. van der Vlies; J. Ztpp en P. J. Veer. BEVALLENM. Kwast—Leegwater d., J. van ReekBlankman z., H. de Haan Grltter z., K. Geus—Janzen z., G. Th. Hofland—Ostendorf d., E. M. O. Fereysen Lacroix z. OVERLEDENP. J. Loovenstyn 81 jaar. Vlssoherljberiohten. ig Augustus, 0.20—o. 10 p. st. i.no—0.40 N 7.50-8.00 11 113.00-"!.ü0 li 3.S0—1.71 Haven van Nleuwedlep Marktberichten. naai waarnemingen verrioht in den morgen van 17 Augustus, Medegedeeld door het Kon- NederlandsoÈ Meteorologisch Instituut te De Bilt, Hoogste stand 7615.9 te Wisby. Laagste stand 772.S te Aberdeen. Verwachting: Zwafeke tot matige, tydehjfc welilchï toenemende Z.W. tot W. wind, half tot zwaar bewolkt of betrokken, waarsohyn- lyk regenbuien met k»na op onweer, ieta koeler. Men moet slechts de helft gelooven van wat men hoort, en dan nog onderzoeken of die helft echt ia ADVERTENTIËN •Si 1889 1929 Den 23sten Aug. hopen is onze geliefde Ouders, Behuwd- en Grootouders, i. VISSER en A. VISSER-DE VOS, hunne, 40-Jarlge Echtverea- nlglng 'te herdenken. Dat zy nog lang gespaard mogen biy ven is de wensch van hunne dankbare Kin deren, Behuwd- en Klein kinderen. Goversdwarsstraat 18. 1894 1929 Den 80sten Aug. hopen onze geliefde Oudera, Behuwd- en Grootouders, Q. C. VEER en N. VEER—HORN, hunne SB-Jarlga Eohtvarae- nlglng te berdenken. Dat zij noglanggeBpaard mogen biyven la de wensch van hunne dankbare Kin deren, Behuwd- en Klein kinderen. Klaas Duitatraat 84. v '»j«' 'F|ï"»jv TPjvvpr vfr In plaats van kaarten. Ondertrouwd JOHAN BROUWER en RIEKA HOLLENBERQ. Amsterdam, 15 Aug. 1929. Haarlemmerdyk 107 le étage. Ksttsaburgerkads 49 8a étags. Wij ontvingen ter bespreking eenige num mers van „Het Korenland", maandblad voor cultuur en jeugdbeweging, onder redactie van H. A. de Boer Azn., (hoofdredacteur); H. Gordeau Jr.; J. Lens; Drs. J. G. Leibrand en1 Ds. B. C. Koolhaas. Het blad wordt uitge geven door het Ned. Jongelingsverb.: Singel 58, Amsterdam. Het Augustus-nummer van dit zeer goed verzorgde blad, opent met een artikel van den bekenden Utrechtschen hoogleeraar prof. dr. J. A. Cramer over: „Nationaal en internatio naal Christendom", dat een ieder ter lezing zij aanbevelen. De populaire Amsterdamsche straatprediker, wiens schetsen en verhalen zoo gaarne gelezen worden, schrijft over: „Mate- rieele eischen en idealisme". A. J. D. v. Oos ten geeft „goede" verzen over „Kampnachten". J. F. de Roo maakt „een aanteekendng over de ontwikkeling van de grootindustrie in Ne derland", terwijl Hans Berthel zijn schets: „De sterkste" in dit nummer vcr-vcrtgt en H. A. de Boer Azn., de hoofdredacteur schrijft over: „De C.M.J.V. een maatschappelijk ver schijnsel". In een vaste rubriek: „Het boek van1 de maand", geeft M. een zeer gunstige recensie van het door de Uitg. Mij. Holland uitge geven boek van Mevr. H. Kuyper-van Oordt: „De Lofzang der Schamelen". Tobdas Mulder, die de rubriek „Van Heinde en Ver" verzorgt, behandelt de Haagsche conferentie en de por- tefeuillewisseling in een duidelijk overzicht. „De Stad Amstrdam" heeft een bergbeklau- teraar gevonden, die bereid was zijn tusschen hemel en aarde bevindende positie zoolang te handhaven, tot de photograaf gereed was. 't Is te hopen, dat het kiektoestel nogal vlot werkte. Onder- den titel „Van koeien, varkens, scha pen en nog wat" worden, bij eenigen tekst, een aantal ilustraties gegeven, betreffende mark ten in Noordholland. Het nieuwe ministerie is gekiekt met uitzondering van jhr. de Geer, die nog met vacantie was. Een artikelenserie „Door de ingewanden der aarde" en betrek king hebbende op het leven in de Ldmburgsche kolenmijnen, wordt aangevangen. Een mooie luchtphoto is er van de Amsterdamsche Wes- termarkt en omgeving. Op de achterpagina een kiekje van de Lijnbaansgracht. Eenig ge mengd- nieuws vult het nummer. „Het Tooneel", Augustus. Op de voorpagina een fraai portret van Loudi Nijhoff, door het Vereenigd Tooneel geëngageerd, welke, zooals de redactie in haar bijschrift zegt, de zware taak zal hebben op waardige wijze de leegte, die de groote actrice Else Maufas achterliet, te vervullen. Het Toonpelverbond heeft een en quête ingesteld betreffende het brandende Amsterdamsche schouwburg-vraagstuk, waar- aaa een groot deel van het nummer is gewijd. Tal van plattegronden illustreeren het. Frits Lapidoth schrijft over Hugo von Hoffmann- sthal, -den- onlangs overleden Oostenrijkse hen dichter en tooneelschrijver. Eduard Veterman behandelt het vraagstuk der verbouwing van den Koninklijken- Schouwburg te 's-Graven hage. Voorts portretten en andere illustraties, klein nieuws, -enz. „De Wandelaar", Augustus. H. T. Buiskool beschrijf „De Oude Landschap", n.1. Drente, dat -den laatsten- tijd nogal reclame maakt voor zijn natuurschoon. Willy de Koning heeft het over Kampgeneugten, en heeft een paar teeke- ningen gemaakt, die lang niet slecht zijn, al zijn ze wat donker op de reproductie gewor den. Jan van Mourik behandelt het vrije kin derspel, n.1. verdwijnende -volkspoëzie, -en dr. J. Botke heeft het ook al over Drente en het Drentsche landschap. G. van Beusekom Jr. heeft gezworven door de Zanden op de Velu- we, -en zal daar in een volgend artikel nog meer van vertellen. G- Wolda geeft het slot van zijn interessante vogelbeschouwin-g. Hij vraagt nu of men niet lid wil worden van het Vogelkundig Onderzoek der Nederl. Phaeno- log. Vereeniging. Men ontvangt dan lijsten, waarop allerlei vogelverschijnselen' moeten worden ingevuld en omschreven. Voor 2.50 wordt men lid dezer Vereeniging. Het adres is Bowlespark 10, Wageningen. Nog veel meer interessants is er in dit nummer, ook vinden we een krabbeltje van Henk Krabbendam uit den1 Helder over een aantal doode vogels, door hem op den dijk aangetroffen. VOOR POSTZEGELVERZAMELAARS. Verschenen is een overdruk uit „De Phila- telist' handelend over de geschiedenis van Hawaii op de postzegels. Schrijver is mr. J. H. van Peursum. Het geschriftje is 50 cents verkrijgbaar in den .Haagschen Postzegelhaa- del, Noordelnde po, den Haag. Aangebracht door koxders: 2631 tongen p. srt. 1107 kleine tongen 4 tarbotten 38 kisten schol I 22 kisten schol II ao kisten schar 3 kisten pietermannen 16 Augustus. Aangebrscht door koiders 1 0.53-0.40 „6.30—4.00 10.00—8.00 3.75—a.so „3.30—0.23 I0.00-7.00 5789 tongen 2776 kleine tongen 4 tarbotten 53 kisten schol I S kisten schol II kistsn schsr 3 kisten platsrauuMa 0.20—0.10 p. k. 9.00—5.80 9.00—7 JJOI 17 Aug. 1939. Aangekomen van Malalathy s.s. „Neptun" bestemd voor Alkmaar. 16 Aug. 1939. Aangekomen v&n Amsterdam het Deensche polltievaartuig „Islands Valks". Des namid dags is bet politdevaartulg weer naar zee vertrokken. ALKMAAR, 16 Aug. Graanmarkt. Aangevoerd 874 H.L. als: 359 H.L. tarwe 1213.50; I H.L. rogge; 100 H.L. gerst 11.10—11.15; 160 H.L. haver 10 10.25; 11 H.L. bruine boonen 2528; 2a H.L. karwijzaad 39.50; 7 H.L. blauwmaan- zaad 36; 14 H.L. erwten groene (groote) 22; id. grauwe 11—13; alles per 100 kg. andel stug. Kaasmarkt. Aangevoerd: 49 stapels, wegen de 146,000 kg. Kleine fabriekskaas m. rijks- merk 47-50; 5 st. fabriekscommissiekaas met rijksmerk 48; 13 st. kleine boerenkaas met rijksmerk 49- Handel matig. AMSTERDAM, 16 Aug. Aardappelprijzen. Prijzen onveranderd'. Aan voer 1 ladingi, zijnde 155 HLL. BROEK OP LANGEN-DIJK, 16 Aug. Aangevoerd: 49,000 kg. aardappelen: Schot- sche muizen 3.103.60, duken 4.10, school meesters 2.80, negentigvoud 3.90, bi. eigen heimers 2.80—3.30, drielingen 2.603.30, kleine 1.501.60; 8600 kg. uien: drielingen 5.205.80, gele nep 1011.70, 400 kg. drie lingen en zilvernep resp. 3.20 en 10.30; 900 kg. spercieboonen 7.60—15.20, 50 kg. snijboonen 11.8012; 4500 k®. tomaten: A 18.9023.60, B 13.90, C 10.90, CC 4.60; 78,000 kg. roode kool 3.60—4.30; 22,000 kg. witte kool 3.80—4.30; 37,000 kg. gele kool 6.70—7.70, alles per 100 kg.; bloemkool ie soort 9.8012.10, 2e soort 1.805.30 per 100 stuks. Eierenveiling Den Helder. 15 Aug. Aangevoerd 9370 kipeieren: bruin 6.707.30, wit 6.30—7.40. NOORDSCHARWOUDE, 16 Aug. Aanvoer: 112,800 kg. aardappelen: Schot- sche muizen 2.40—3.30, duken 3.704.20, eigenheimers 2.602.80, blauwe eigen heimers 2.202.80, drielingen 2.70— 3.30; 21,6c» kg. uien: uien 4.705.70, drie lingen 6.307.40, gele nep 10.5013.80; zilveruien f I1.80, drielingen 2.30—2.80, zilvernep li. 10—13.50, 21,000 kg.; 3600 kg. spercieboonen 6.4012; 40 kg. snijboonen 14.90; 21,800 kg. roode kool 2.904.20; 14,600 kg. witte kool 2.403.90; 3200 kg. gele kool 6—7.70, alles per 100 kg.; 2600 stuks bloemkool: ie soort 9.30—24, 2e soort 1.50 2.80 per 100 stuks. t WARMENHUIZEN, 16 Aug. Zilvernep 8.409.60, zilverdrielingen 3— 3.40, zilveruien 1.101.30, gele nep 8.10— 10.70, gele drielingen 4.60—6, gele uien 6.30 6.50, slaboonen' 11.3011.80, roode kool 3.204.40, gele kool 4.705.40; aardappe len: Schotsche muizen 2.904.50, groote 2.903, drielingen 2.80, blauwe aardappe len 3.80, per 100 kg.; bloemkool 14.80 per 100 stuks.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1929 | | pagina 11