AUÜVUHUO
t oCovt-
Henkel's gewild Schuur- eri Reinigingsmiddel.
Uw keuken de Hollandsche properheid I
U «ltijd Ata
te poetsen en
dan heeft U
gebruikt
te schu-
schik in
ren,
Uw werk. Er gaat niets
boven het beproefde «Ata".
Alles blijft als nieuw door
OP EN OM HET BINNENHOF.
Week-fenmlek.
minister Ru;
mier, zich
uys
„in
AMSTERDAMSCHE BRIEVEN.
,4twbinnt>overw)8sellng" (v
worden aanschouwd, Hij ii onbedreven In
het Parlement, dat spreekt vanzelf.
Maar: hij verbeeldt zich blijkbaar, daar
eens te kunnen vertellen, hoe allerlei dit
wou er moeten uitzien. Hu 1» ln den dage
ljjksohnn omgang een vriendelijk, geinoe-
dotUk-HoliUtvend mannetje, maai ln
werkelijkheid een, die zaor-hljzondere aan
dacht voor zijne Inzlohteu opvordert. Deze
afgevaardigde begrijpt niet, dat de Twee
de Kamer der Staten •Generaal (al zitten
er in dat hooge college ook mensohen, die
nu juist niet zoo héél ver huiten den
„kring der krltlekloozen" vallen!) tooh
per slot van rekening heel wat liooger
staat dan zeer waarschijnlijk allerlei
groepjes en troepjes, die do heer Fl. Vos
aan zijn woord wist te boelen.,.. Die hij
dpnr woorden-klinkklank telkens tot ap
plaus wiet te brengen.,,,
De Beurspaniek.
D© heer T. Dupé tracht zelf
moord te plegen.
Met een Jas van Grunwald ben Je weer
t heertje; er ls nog niets verloren, want:
De kleeron maken den man. Zoo ls 'tl
i.-i
ln handige atrooifleaachen
Prija 13 cent.
MM
Eenig Importeur E. Ostermann Co-» Handel Mij.. Am»terdam Fabrilcante: Henkei Ge. A. G.. Düaaeldori
Den Haag, 7 November.
In dalende lijn? De eerste van het groot-politiek debat De
„kopstukken". Parlementair of extra-parlementair
In den loop der Algemeeme Beschom
wingen over de Rijks-begrooting voor
1930 het z.g. groot-politiek debat,
dewelke op Dinsdag 5 November J.1. in de
Tweede Hamer zijn begonnen, werd nu en
dan de klacht gehoord, dat de belangstel
ling te onzent voor „de politiek" zich in
dalende richting bevindt. Ik geloof, dat
degenen, die deze verflauwing meenen op
te merken, blijk geven van scherpen kijk.
Inderdaad, ook volgens mijne waar
neming is dit 't geval. Over de oorzaken
van het verschijnsel ga ik nu niet be
spiegelen.
Er vallen enkele opmerkingen te maken
over het parlementair groot-politiek debat,
reeds genoemd. Voorzoover dat zich in
ons Lagerhuis ontplooid heeft, terwijl ik
dit overzicht schrijf.
Van belangstelling bleek op de Kamer
tribunes Dinsdag-ochtend al zeer weinig!
Op de publieke waren eenige menschen
bijeen. De gereserveerde tribune was
bijna leeg.
Onder-gewoonte zaten alle leden van het
Kabinet-Ruys IV aan de groene tafel.
Van „spanning" was in de hooge verga
dering weinig of niets te bespeuren.
Waarom ook eigenlijk? Over al wat te
„bespiegelen" viel naar aanleiding van de
jongste Kabinet-crisis en de oplossing
daarvan heeft men van half Juli tot den
huidigen dog toe zooveel te hooren en te
lezen gekregen, dat 't niet meer mogelijk
scheen, iets werkelijk-nieuws daarover
nog bij te brengen. Inbegrepen de vraag,
inhoevor het zittend ministerie recht
heeft, zich „.extra-parlementair" te noe
men. Wat daarover in de Memorie van
Antwoord op hoofdstuk I voor 1980 te
lezen valt, geeft bitter weinig houvast.
En het vooruitzicht bestaat, dat straks
s de Beerenbrouck, de pre-
de ruimte" zal blijven be
wegen, welke wijze-van-vluoht Z. Exc.
in de puntjes meester is....
Eigenlijk zou men, dus fluisterde me
iemand in 't oor, behoorend tot 't zeer
kleine groepje, op de gereserveerde tri
bune dien Ben November-middag toevend.
hebben kunnen volstaan met het: „wij
wachten op uwe daden, o nieuw Kabinet!",
waarmeê de Vrijheidsbonder mr. Knot
tenbelt zijne rede besloot.
De Algemeene Besohouwingen begon
nen op eigenaardige wijze. Numero-één
van het debat was: de heer Floris Vos, de
enkeling van de Middenpartij voor Stad
en Land.
Een „maiden-speeoh", allereerste
rede, door een nieuweling in de Kamer
gehouden, gaat in negen van de tien
gevallen (zoo niet in alle tien!) gepaard
met „plankenkoorts". Dat is verklaarbaar
en begrijpelijk. De Kamer is in zoodanig
geval weinig teergevoelig. Ze doet nu en
dan in sterke mate denken aan eene
schoolklasse, waar voor de eerste maal
een onderwijzer verschijnt, die niet „extra
stevig" schijnt te wezen. Overigens kan
men volstrekt niet zoo ver gaan om een
conclusie te trekken voor de toekomst
krachtens de figuur, welke een „groentje"
in het Parlement bij zoo'n eerste rede
slaat. Ik heb zoowel ministers als afge
vaardigden in de Kamer een „debuut" zien
maken, dat verre van schitterend uitviel.
Dan hadden ,4e zenuwen" zoo'n nieuwe
ling te pokken.
Later herstolde zich dat in menig geval;
wist dezelfde man, die daar beverig en
naar woorden zoekend, zinnen opbou
wend ten-halve en dan weer afbrelcend,
sukkelig en hulpeloos tegenover de ver
gadering had1 gestaan, Jn dienzelfden
kring groot en stevig gezag te veroveren
Rij don heer Florla Vos, den be
stormer der tollen, zal deze gelukkige
(vrees lk) niet
heer Fl. Vos Dinsdag-middag voor te
lezen wat hij op papier had gebracht. Het
geen hij ten gehoore bracht, waren vage
algemeenheden. Iets als „lijn" was er niet
in te bespeuren. Natuurlijk werd ook het
„weg mot de tollen!" gehoord. Wat vroo-
lijkheid in de hooge vergadering wekte.
Tenslotte vermaande president Van Schaik
verschillende onderwerpen, die hij wilde
aanroeren, uit te schakelen, daar de Voor
zitter, die niet bü de Algemeene Beschou
wingen wenschte besproken te zien. De
redenaar raakte in de war, verstaat
niets van de kunst om het verbroken ver
band in een speech te herstellen.Riep
eindelijk wanhopig uit: „Maar zoodoende
spreek ik mijn uur niet vol!...."
Inderdaad, hij hèd recht op een vol
uur sprekens.
Het allerkoddigste woord wekte onstui
mige vroolijkheid. Zelfs de President zat
te schateren in zijn monumentalen fau
teuil. „Dat hoeft ook volstrekt niet!"
voegde hij den heer Fl. Vos nog toe....
Dit optreden was werkelijk eene gewel
dige mislukking. Bijna niet meer „goed te
maken".
De afgevaardigde van Stad en Land had
hetgeen voor optreden in het Parlement
alzoo vereischt wordt, deerlijk onder
schat. Een goede les voor andere „volks
redenaars" van zeker gehalte, die meenen,
dat zij ook op het parlementair spreekge
stoelte een schitterend figuur zouden kun
nen maken!....
Op den eersten dag der Algemeene Be
schouwingen voerden nog het woord: de
voorzitter van den Vrijheidsbond of
liberale fractie, mr. Knottenbelt, en de
vrijz.-democratische leider mr. Merchant.
lk noemde hierboven reeds mr. K.'s
wijzen op de verslapping der belangstel
ling voor de politiek c.a. Als een der mid
delen daartegen noemde hij: beperking
van het redevoeren in de Kamer.
nen der ministers „zeggen weinig". Men
weet bijvoorbeeld niet, aldus de heer
Vliegen, van minister Ruys, of hij
bjj den heer Van Wijnbergen of bij den
beer Loerakker staat!
Ook hier een: we zullen wachten op*uw
daden.
De genoegelijke bespiegelingen van mr.
Heemskerk miste men bij deze discussie.
De generalissimus der anti-revolutionai
ren, de heer H. Colijn, vatte zelf het
woord. En toen kwam er de echte „span
ning", de wezenlijke aandacht in de
Kamer.
De heer Colijn heeft in „De Standaard"
reeds verduidelijkt, hoe zijne partij tegen
over het ministerie staat, dat ze beschouwt
als extra-parlementair, wijl het tot stand
kwam zonder eenig overleg met groepen
in de Kamdr. De anti-revolutionairen aan
vaarden dus geenerlei verantwoordelijk
heid voor de daden van het Kabinet,
en evenmin voor die der anti-rev. minis
ters. Een Bechtsch extra-parlementair
ministerie acht de heer Colijn volkomen
op zijn plaats. Een extra-parlementair van
Linksche klom zou slechts over 43 stem
men beschikt hebben. Dus: houding van
„welwillend afwachten" tegenover het
Kabinet-Ruys. Ook wijl er veel in het
Regeerings-program wordt beloofd, dat
den anti-revolutionairen lief is. Terwijl
hun instemming „niet onbeperkt" is. Daai
aantal hunner wenschen werden ai-
de
een
gewezen.
Van veel beteekenis was in de reae-
Colijn de verklaring, dat hij is ©n blyit
van meening, dat bij de ontvoogding van
Indië aan het verkeerde eind Is begonnen.
Intussohen, hij wil zich neerleggen bij
de gevallen beslissing. Zal niet trachten,
daarop te doen terugkomen.
Een door velen stellig niet verwachte
„zwaai", na de bekende rede van den
heer Colijn in de Eerste Kamer.
„Dat staat niet in uw boekje!" riep
vrijz.-democraat mr. Joekes hem toe
Inderdaad, dit was de eerste echte
„surprise" bij deze discussie.
Met veel nieuwsgierigheid werd be
grijpt men uitgezien naar wat d'e leider
van de chr.-historische fractie zou be-
toogen.
Die nieuwsgierigheid werd reeds Don
derdag-middag bevredigd. Het groot-
politiek debat bereikte toen wat de eer
ste instantie vóórdat de Regeering aan
het woord kwam, betreft, zijn hoogtepunt.
Zoowel mr. Nolens als mr. Schokking
hielden hun redevoeringen bij deze Alge
meene Beschouwingen.
In mijn volgend Overzicht daarover
een en ander.
Mr. ANTONIO.
Beurs-schemering. De Jordaan,
Mr. Marchant heeft Dinsdag voor de
zooveelste maal een „wenk" gegeven aan
de katholieke fractie, dat hij bereid is tot
samenwerking met haar tot het voeren
van eene „democratische politiek", gelijk
hij die weuscht en ziet. In 't algemeen
wekte de vrijz.-democratische leider de de
mocratische elementen (bestandd'eelen) op
tot: samenwerking tegen de voortschrij
dende kartelvorming, de dreiging van
't brengen van veel, van niet te ontkomen
veel geld- en economische macht in wei
nige handen. Waardoor het algemeen be
lang, het volksleven in zijn ontplooiing
kunnen worden geschaad.
Over de vraag, of het ministerie-Ruys
al of niet een extra-parlementair Kabinet
mag worden genoemd, is begrijpt men
heel wat bespiegeld.
In de Linksche sfeer werd nogmaals de
opvatting verdedigd, dat men hier met
een zuiver Rechtseli parlementair Kabinet
te doen heeft. En daar wordt ook de over
tuiging verdedigd, dat aan een ministerie,
voortgekomen uit de Rechtschegroepen,
in „afzienbare toekomst" niet meer valt
te denken.
Niet ir. Albarda heeft voor de sociaal
democratische fractie ditmaal bij de Alge^
meene Beschouwingen het woord gevoerd,
maar de heer Vliegen.
De reden der afwezigheid van den heer
Albarda was van zéér droeven aard. Zijne
trouwe en hoogbegaafde gado, die ook
in het openburo leven haar krachten aan
het algemeen belang heeft geschonken,
is hem in den nacht van Dinsdag op
Woensdag j.1. op 55-jtirlgon leeftijd dooi
den dood ontvallen.
De heer Vliegen had maar weinig tijd
van voorbereiding voor zijne rede van 0
en zij droeg daarvan wel omilgs-
""iel
dezer,
zins de sporen. Veel „nieuws" bracht "ze
niet. Op de nuohtor-feezadlgde, duidelijke
wijze, hem eigen, ontvouwde de scc.-
democratische veteraan, een der besten
vun de oude garde!, zijne denkbeelden.
HU gaf toe, dat de flda Juli j.1, aan de
B.D.A.F, niet geheel gebracht heeft wat
zij ervan hoopte. Ongunstig was die uit
slag echter niet. De aanslag van het com
munisme Is afgewond. De arbeiders heb-
lien geleerd, dat zij van dien kant de een
heid van optreden niet hebban te wachten!
Of de heer Lou de Visser nu tóch straks
zijn lede met een „leve het eenheids-
front!" zal besluitenI?,
De heer Vliegen kan nu en dan „echt
leuk" uit den hoek komen. Zoo zei hij, dat
het karakter van het mlnlsterle-Iiuys ort-
xeker Is ln polltlsksn sin. Hst program
Goden-schemering was de titel waar
onder Marcellus Emants indertijd een
van zijn eerste werken liet verschijnen
en waarin de strijd en verwarring en
ondergang van een deel der oud-Scandi
navische goden werd beschreven. Beurs-
schemering zou de titel moeten luiden
van een beschrijving der gebeurtenissen
die de laatste week, ten gevolge van de
crisis in Amerika, zich op onze effecten
beurs hebben voorgedaan. Wèl is het in
deze dagen goed merkbaar: waar men
ook komt, men praat or over de crisis,
over de firma's die »fout« zijn gegaan
(waaronder een der oudste, meest ge
renommeerde en deftige «huizen») en
over degenen die misschien nog fout
zullen gaan. Het is voor velen die zoo
nu en dan eens iets op de beurs »doen.«,
wat dan wil zeggen dat zij er niet alleen
belegging voor hun spaarduitjes zoeken
maar ook nog wel eens een speculatietje
wagen (en dat zijn er altijd véél meer
dan zoo in gewone tijden aan het dag
licht komt) ongetwijfeld een min-prettige
tijd. Het goede is echter, dat de speel-
oftewel gok-lust, die het laatste jaar danig
was toegenomen door een en ander wat
zal worden ingedamd. Dat, in het groot
gezien, deze crisis (die tenslotte neer
komt op het feit, dat een aantal, tot vér
boven de «werkelijke» waarde opgedreven
fondsen zijn ingezakt tot een wat reëeler
peil) overigens grooten invloed zou heb
ben op het economisch leven onzer stad
valt, ook volgens deskundigen, niet te
voorzien, mogelijk zullen een deel der
luxe-zaken en établissementen dit winter
seizoen wat minder gopde zaken maken,
wat vanuit het standpunt der groote massa
gezien geen reden is tot groot pessi
misme.
Met dit al heerscht er op het oogenblik
toch ln handelskringen een zekere ge
druktheid. Mede hierom maar oók
omdat men het, gezien do moeilijkheden
waarmede men ln Indië te kampen beeft
of, waar men denkt, binnenkort te kam
pen zal krijgen niet het geschikte
oogenblik vond om grootsche festijnen
te gaan houden, heeft de directie vnn de
Dell-mantsohuppij het zestigjarig bestaan
van dit lichaam, dat voordo tabakscultuur
op Sumatra en evonoens voor do Amster-
damaohe tabaksmarkt van zoo groot b«-
Inng is, zeer besoheldenlljk herdacht.
Er word slechts een eenvoudige receptie
gehouden, waar echter vrijwel allo kop
stukken vnn onze handela-, scheep- en
geldwereld verschenen, benevens hot ge
meentebestuur ln den vorm van burge
meester de Vluut, die namens de regee
ring twee der directeuren mot de Neder*
lendschc Leeuwen bedacht en verder een
speech hield die hij dit keer, tegen zijn
gewoonte ln, minder met historische bij
zonderheden dan wol mot 'toekomst-
voorschriften* kruidde. Het bleek bij
deze gelegenheid hoe goed hot geweest Ir,
dat onze burgervader de reis naar Jan
Dost, waarvan lilj nog maar enkele maan-!
don terugkeerde, heeft gemankt: hij kon
De groote reis. Elficiency-
dagen.
geen star conservatieve houding als kolo-
niseerende macht meer past. AlsdeDeli-
maatschappij dit iriziet en, met handhaving
van haar «efficiënte» werkwijze zich blijft
aanpassen, zooals zij dit tot nu toe deed,
dan geloofde hij, dat de moeilijkneden
die ook hij in de eerstkomende jaren
voorspelde, met glans overwonnen zullen
worden. Het was, deze speech, waarvan
de !bljzonderheden hier natuurlijk niet
gegeven kunnen worden, in zeker opzicht
een koloniale programma-rede! En men
vraagt zich af of Amsterdam's burge
meester misschien op weg is zich als
koloniaal specialiteit te laten gelden
Wat dan voor een stad die voor een groot
d^el van en voor Indië leeft, nog zoo gok
niet zou zijn
Van «efficiente* werkwijze gesproken.
21 en 22 Nov. a.s. zullen we hier twee ef-
ficiency-dagen meemaken, georganiseerd
door het Instituut van Efficiency. Het
is wel jammer, dat men nog steeds geen
goed Hollandsch woord voordat «begrip»
efficiency gevonden heeft. Cordate werk-
dadigheid, of een dergelijke vertaai-
poging leidt altijd schipbreuk en geeft
de zaak, afgescheiden nog van het
feit, dat 't te zwaarwichtig-onnatuurlijk
klinkt, niet tenvolle weer. Maar al
hebben we dan zulk een efficiente ver
taling van het woord efficiency nog niet,
de idee zélf en haar toepassing dringt
ook langzamerhand bij ons door. Te
langzaam nog volgens velen en vandaar
dan ook deze dagen.
Als korte «inleiding», oftewel aanloop,
zij hier even een der betrokken experts
aan het woord gelaten, die mij, op mijn
verzoek om een korte omschrijving, het
volgende antwoordde:
«Onder effloiency verstaat men niet
alleen doeltreffendheid, niet alleen ver
eenvoudiging, niet alleen besparing van
tijd, arbeid en geld, niet alleen organi
satie, niet alleen systematiseering, niet
alleen normaliseering, maar ook expansie
(uitbreiding) langs wetenschappen;'ken
weg, namelijk door middel van het ver
zamelen van gegevens en het nemen van
proeven. Aan den oenen kant stuat: ver
eenvoudiging van routinewerk en aan den
anderen kant: meer moeite, grootere in-
spanning, hooger uitgaven binnen de
grenzen van rendeerbaarheid. Dus: zoo-
wel beperking vun werkzaamheden als
oient* mogelijk tn organlseeren. Het
«dorde* vliegtuig inet piloot Frljns en
zijn gezellen is op het einde dor vorige
week ook ai weor op Schiphol geland,
terwijl de eerste luohtpnssnglor uit Javc
met het vorige retourvllegtulg reeds
binnen kwam. En tooh z(jn we nog maar
aan het begin: er kan en moet nog heel
wat gebeuren (vooral Inzake de vlieg,
vergunningen over de diverse landen,
die nu nog steeds voor elke vlucht op.
nieuw afzonderlijk moeten worden aan
gevraagd, alsook Inzake de organisatie
der regollng op de diverse .lundlngs-
plaatsen), wil hier het woord efficiency
de volle beteekenis krijgen. «Elke b).
manning echter*, het zijn woorden van
den algem. secretaris der K.L.M., den
heer Hans Martin, die we thans even
aan het woord laten, 'brengt bij haar
terugkomst nauwkeurig verslag uit en
zoo komt het, dat de K.L.M. nu reeds
over een schat van gegevens beschikt.
Agenten zijn langs den weg benoemd,
die de vliegers moeten helpen en hen
een groot deel van het administratieve
werk uit handen nemen; depóts van
onderdeelen worden aangelegd. We zijn
al heel wat verder, dan toen vier jaar
geledon Van der Hoop, Poelman en Van
den Broeke er op uit trokken. Met een
dergelijke voorbereiding en een dergelijk
toestel zouden we het vandaag niet graag
meer in aile seizoenen doen. Pas een
goede vier jaar is het geledenEn
men mag dan ook voorspellen, dat over
weer enkele jaren de luchtweg zoo vol
maakt zal zijn, dat ook des nachts kan
worden gevlogen: dat de vliegtuigen nog
weer sneller zullen zijn (de tegenwoordige
«kislen* vliegen al anderhalf tweemaal
zoo snel als die van Van der Hoop vier
jaar geleden!) en geriefelijker, met slaap-
en eetkajuit, en de afstand Amsterdam—
Batavia waarschijnlijk al in vier of zelfs
in drie dagen zal worden afgelegd
Fantasie Waarom
Fantasie, maar dan opgebloeid uit een
zeer werkelijken en specifiek Amster-
damsohen bodem, kan men ook «De Jor
daan* van Querido noemen, het werk, dat
eerst in boekvorm door duizenden ver
slonden is en dat thans, in tooneelbewer-
king, het publick naar de Plantage-
schouwburg doet stroomen waar Bouber's
troep, die zich de laatste jaren met «De
Jantjes», Zeemansvrouwen, en andere
stukken als vertolkers van een gezond
volkstooneel een reputatie verwierven,
Oorrie Sche6ndert, Mooie Karei, Manus
Poot en hoe de bekende figuren uit dit
Amsterdamsche Epos meer mogen heeten,
in levende lijve voor ons zetten. Wie iets
typisch Amsterdamsch wil zien en daarbij
voortreffelijk «tooneel» stijge dezer dagen
naar de Plantage...
Het zou onbillijk zijn niet te erkennen
dat er dit seizoen ook op onze andere
tooneelplanken «veel sehoons* te zien valt.
Het merkwaardige feit, ook in de litte
ratuur bemerkbaar met boeken als b.v.
»Van het Westelijk front geen nieuws»
om het bekendste onder een geheele
reeks te noemen het merkwaardige
feit dat nu ineens, tien jaar na het groote
gebeuren, van alle kanten de oorlog in
de kunst naar voren komt, doet zich ook
op het tooneel gelden. Het seizoen is nog
maar net begonnen of we hebben al twee
oorlogsstukken voor oogen gehad. Eerst
«Rivalen» door Saalborn en zijn troep,
nu «De groote reis» bij Verkade in den
Stadsschouwburg, wat een «groote» op
voering werd die ongetwijfeld insloeg.
Eindelijk, na tien jaar! schijnt het
menschdom uit zijn verdooving, waarin
het, als onder hypnose, afwerend bleef
mompelen: «neen, daar niet van,
daar niet van!» te ontwaken en
durft het te spreken... Naar waarheldl
Eindelijk dan is dezebeste vredes-
propaganda ontstaan. Want wordt er hier
naar waarheid gesproken (en werkelijke
kunst is: als door een sterk vergrootglas
op één punt, in één beeld saamgetrokken
waarheid!) dan kan niemand meer anders
spreken dan «Dat nooit meer!»
uitbreiding daarvan. En deze schijnbare
tegenstrijdigheid In het, welke maakt, dat
betrachting van effloiency nog zoo be
trekkelijk weinig wordt nagestreefd. Met
name ln Europa, want ln Amerika wordt
«huls lang Ingezien, dat men alleen kan
verdienen door,,,, te dienen, (leid ver
dienen le slechts een noodzakelijk lilt-
vloeliel van het dienen. Men dient zijn
klanten, zijn arbeiden, zijn patroon, hal
publiek, do maatsohappq, door het ba-
trachten van efficiency. Effloiency, als
bezuiniging alleen, als meer geld maken
alleen, ibmm
onding.
Amsterdam, 6 Nov. Heden wilde
iemand zich, vlak voor den ingang van de
beurs, van het leven berooven. Mot uiter
ste krachtsinspanning gelukte het Mr.
G. E. S. Jochte, een bekend financier,
hem de revolver te ontrukken.
,;Het leven heeft voor mi;
meer, alles heb lk verspeelc
sprak hij op doffen toon.
een verwrongen begrip, oen
En het spruit voort uit kort
thans met kennis van zaken spreken en stohtlghold, uit egocentriciteit, uit het
zoo legden zijn woorden dubbel gewicht uitsluitend richten dor gedachten op
Op bljna-onverstaanbaren toon stond de I geeft s. 1. geen „houvast". Ook de perse-
ln do schaal. 111,1 pleitte ditmaal voor hot
naar waarde schatten van de teekenen
van den modernen tijd die, ook daar ln
Dell, duidelijk spreken en waartegenover
geen 'Conservatieve* handelspolitiek,
eigen behingen nu lint vnrwenrlorzen
van do behingen derganon van wlon men
afhankelijk Is*
Onderwijl Is de K.L.M. onverdroten
bezig de luohtroute naar Indië zoo «effl-1 waldl
nij geen waarde
ld op 28 na",
hiervoor zelfs geen jas, die lk broodnoodlg
heb, koopen". En zonder jas huive
rend stond hij, die een uur tevoren nog
millioenen bezeten had, op het Damrak
„Ik kan geen jas koopen", herhaald© hij
treurig.
Maar Mr. G. E'. S. Jochte klopte hem be
moedigend op den schouder: „ls dat nu
Je heele zorg, kerel? Voor 18 koop je
de fraaiste jas en nog oen Jasje voor je
zoon bij de fa. I. Grunwald, Den Helder,
ln de Keizerstraat 110. Alle Helderschen
koopen daar, zelfs lk, Mr. G. E. H. Jochte,
koop daar alles., Het ts spotgoedkoop".
Een blijde trok kwam pp het gelaat van
den levensmoede.
Wanneer het alzoo ls, wanneer lk
nog een schitterende ja* bjj fa. 1. Grim-
wald. Keizerstraat, voor dien prijs krljtr,
i',lnw w°Pn «r uit te knijpen
zrldc hij vrooljjk.
Heldersohtnl Wenst niet levensmoede.
Maar koopt vol vreugde en vertrouwen
uw kleoren hij de fa. I. GRUNWALD,
Keizerstraat 110, en als u wat op de beurs
verdient, koopt dan oen bontmantel voor
uw vrouw, of een «Jn» japon bij de fa. I.
Grunwald, Koningstraat 10R-1QM07-109.
Nergens grooter keus, nergens voorden-
llger, nergens solider dan bij L Grua-