HELDERSCHE C11RANT
Mantelsnaarmaat
VERKOUDEN
ABDIJSIROOP
ALLÉÉN EMMASTRAAT 2
Derde Blad
BINNENLAND.
Eerst alleen
w
VAN ZATERDAG 16 OCTOBER 1929
De Nederlandsch-Belgische
kwestie.
De Defensiebegrooting voor 1930.
J. J. H. KOOPMAN,
DAMES-KLEEDERMAKER.
Onderwijs.
Droevige resultaten
lager ondierwijs.
Bevordering nijverheidsonder
wijs.
Provinciale Staten van
Noord-Holland.
HET GOEDKOOPSTE ADRES
VOOR BLOEMWERKEN
LUCHTVAART
AKKER'5
Voorde Borst.
De postvluchten naar en van Indië.
DE TWEEDE HAAGSCHE
CONFERENTIE.
15 Dec. of begin Januari.
In Belgische regeeringskringen wordt
h( t onmogelijk geacht de tweede conferen
tie in Den Haag tegen 7 December bijeen
te roepen. Als nieuwe datuan wordt thans
aan 15 December of begin Januari ge
dacht.
STORINGSBUREAU TE UITGEEST.
In verband met de electrlficatie
der spoorwegfin.
Van betrouwbare zijde verneemt de
Tel., dat in verband met de electrificatie
der spoorwegen, te Uitgeest een storings
bureau zal worden gebouwd, alsmede een
onderstation voor electrische tractie. Met
dat doel zal een gebouw van 60 M. front
lengte verrijzen en later een 8-tal dienst
woningen voor het technisch personeel.
EEN ALKMAARSCHE RAADS-
KWESTIE.
Op 1 September 1927 heeft de heer Van
Drunen (s.d.) bedankt voor het lidmaat
schap van den Alkmaarschen gemeente
raad, doch op 6 September werd hij op
nieuw gekozen. Hij heeft toen gevraagd,
opnieuw op de lijst te worden geplaatst
voor een volgende vacature. Het stem
bureau had hem als gekozen verklaard,
doch de raad beschouwde zijn bedanken
voor den vorigen zetel ook nu beslissend.
Men weigerde hem toe te laten als lid van
den raad. Gedep. Staten van Noord-Hol
land hebben Woensdag deze kwestie be
handeld en toelating van den heer Van
Drunen als raadslid bevolen.
DE BANCKERT TE WATER GELATEN
Donderdagmiddag is op Burgerhout's
Machinefabriek en Scheepswerf te Rot
terdam met gunstig gevolg te water ge
laten de torpedobootjager Banckert, in
aanbouw voor de Kon. Nederl. Marine.
De doopplechtigheid werd verricht door
jkrv. P. O. Rappard, dochter van den di
recteur van scheepsbouw der Kon. Ned.
Marine.
De afmetingen zijn: lengte 822 voet,
breedte 81'2", holte i. d. zijde 18'9". Deze
schepen moeten met een ima-chinevertmo-
gen van 81,000 P.K. een snelheid van 84
knots, d. i. ongeveer 68 KM. per uur
kunnen varen.
De bewapenihg zal bestaan uit 4 ka
nonnen van 12 cM., triple torpedo-lan-
ceerbuizen van 53 cJVL, een vliegtuig-
afweerkanon van 7x/s c.M. en 4 vliegtuig-
afweermitrailleurs van 4 c.M.
Ook de volledige machine- en ketel-
inftallatie dezer schepen wordt in de
werkplaatsen van Burgerhout's Machine
fabriek en Scheepswerf vervaardigd.
Verder beschikken deze schepen over
een moderne uitrusting wat betreft de
zoeklichten, draadlooze telegrafie, onder-
waterseininrichting, enz., en tevens over
een moderne vuurleiding, d.i. dat alle
kanonnen van een centraal commando
station gericht en afgevuurd kunnen
worden.
De Banckert is de vierde van een
serie van vijf schepen van dit type, welke
thans op deze werf'in aanbouw zijn. Zij
zullen na indienststelling toegevoegd; wor
den aan de Nederlandsche vloot in Oost-
Indië.
Een nota der Nationale Unie.
De Raad van Bestuur der National
Unie heeft van de Staten-Generaal eene
„Nadere Nota" doen toekomen, betref
fende den „Stand der Onderhandelingen'
met België, waaraan het volgende ont
leend is.
„België wil het conflict open
houden".
De vraag, of er kans is binnen afzien'
baren tijd tot een schikking met België
te komen, wordt ontkennend beantwoord,
aangezien, volgens de Nota, de zaken
thans zoo staan, dat België's belang zich
verzet tegen een spoedige oplossing: Bel
gië wil het conflict open houden. Oor
spronkelijk scholen politieke begeerten
achter den eisch tot herziening der Schei
dingsactie; toen deze onvervulbaar bleken,
verving men ze door quasie-economische
desiderata, die echter, als niet gefundeerd
in reëele 'behoeften, ad hoe moesten wor
den geïmproviseerd.
Het is meer dan tijd, besluit de Nota,
dat er leiding en lijn komt in het buiten-
landsch beleid. De Regeering bepale thans
eindelijk eens haar rechtsstandpunt; for-
muleere de hoofdpunten van een eigen
concreet voorstel en later de verdere uit
werking aan de officieuse besprekingen
van deskundige vertrouwensmannen over.
Wordt een zoo voorbereid ondubbelzinnig
aanbod geweigerd, dan late men verder de
door Nederland niet gewenschte Schei
dingsactie rusten, en bepale men zich
eenerzijds tot naleving van onze strikte
conventioneele plichten, en anderzijds tot
een scherp openbaar protest tegen elke
schending van onze rechten in het bijzon
der op de Maas. Rustig wachte Nederland
dan af, evenals in 1866, tot België het weer
noodig heeft.
prima stoffen, f 45.
WESTSTRAAT 17.
Verschenen is het voorloopig verslag
over de Defensiebegrooting 1930.
Vele leden hadden het optreden van
dezen minister met genoegen gezien. An
dere leden achtten voorzichtigheid gebo
den bij de beoordeeling van het door
dezen minister te volgen beleid.
Verscheidene leden gaven uiting aan
hun teleurstelling over het feit, dat hier
te lande nog niet het minste uitzicht op
een vermindering van bewapening van
eenige beteekenis bestaat. Deze leden be
valen aan verlaging van het contingent.
Het tot standkomen daarvan, meenden zij
te kunnen verwachten, gezien het feit, dat
de minister zich als lid der Kamer daar
van een warm voorstander heeft betoond.
Andere leden bestreden de ontwape
ningsbeweging. Een aantal leden meende
tegen te ver gaande bezuiniging op defen
siegebied te moeten waarschuwen.
Verscheidene leden verzochten te mogen
worden ingelicht omtrent de vereenvou
digingen en bezuingingen, waartoe de sa
menvoeging van de militaire departemen
ten heeft geleid. Naar een aantal leden
meenden te weten, is er slechts uiterst
matig resultaat bereikt. Andere leden
meenden te dezer opzichte een minder
pessimistisch geluid te moeten doen
hooren.
Enkele leden stelden de vraag of de
minister thans het tijdstip niet gekomen
acht om de afd. Loodswezen om te zetten
in een staatsbedrijf.
Een algeheele herziening van de mili
taire bezoldigingsregeling werd door som
mige leden gewenscht geacht.
Geklaagd werd over de weinig tege
moetkomende wijze, waarop de militaire
wachtgelders over 't algemeen worden be
handeld. Gevraagd werd verbetering van
de positie der arbeiders op arbeidscon
tract.
Gevraagd werd naar maatregelen ten
aanzien van de oud-gepensionneerden.
Verscheidene leden verklaarden gaarne
op de hoogte te zullen worden gesteld
van 's ministers inzicht inzake concen
tratie der vliegdiensten.
Verscheidene leden brachten den mi
nister hulde voor de maatregelen, die ten
gevolge hadden, dat bij de jongste legtr-
oefeningen en marinemanoeuvres in rui
me mate voorlichting aan de pers is ver
strekt. Opgemerkt werd echter, dat er
zorgvuldig voor moet worden gewaakt, dat
de voorlichting objectief zij.
Sommige leden zouden gaarne zien, dat
de minister zijn medewerking verleende
tot het opheffen van gewapende korpsen
buiten het leger.
Gevraagd werd naar het standpunt van
den minister ten opzichte van den aan
maak van munitie door particulieren.
Verscheidene leden achtten den vloot-
aanbouw absoluut onvoldoende. Sommige
leden stelden de vraag of het in 's minis
ters voornemen ligt, aan de Kamer voor
stellen te doen betreffende den aanbouw
van een derden kruiser. Eenige leden
merkten nog op, dat ook de moeilijkheden,
welke onlangs te Cura?ao hebben plaats
gegrepen er op wijzen, dat men over een
voldoend aantal groote schepen moet kun
nen beschikken.
Gevraagd werd of deze minister de mee
ning van zijn ambtsvoorganger betref
fende de werf te Hellevoetsiuis onder
schrijft.
Noode hadden sommige leden op deze
begrooting een post gemist ten behoeve
van de marinierskazerne te Rotterdam,
welke dringend verbetering behoeft.
stelden de vraag,
het leger in dien zin, dat één divisie kan
worden opgeheven, een punt van ernstige
overweging uitmaakt.
Gevraagd werd of het juist is, dat hier
te lande slechts één mobilisatieplan en wel
voor een algemeene mobilisatie bestaat.
Mocht dit het geval zijn, dan zou men dit
een ernstige leemte achten.
Gevraagd werd bij de afdeeling loods
wezen of de regeering bereid is iets voor
de Nederlandsche havens te doen ter be
scherming van de concurrentie van Ant
werpen, voor zoover deze door de loods-
tarieven wordt vergemakkelijkt. Een schip
van pl. m. 20 voet diepgang spaart, door
in plaats van naar Vlissingen naar Ant
werpen te gaan, in totaal 240 of 295
aan loodsgelden uit, al naar mate het
zomer- of het wintertarief van toepas
sing is.
Aan het Voorloopig Verslag betreffenh
de Hoofdstuk VI der Rijksbegrooting 1980
(Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen)
is het volgende ontleend:
Ongeschiktheid van dien minister.
Vele leden hadden het optreden van den
tegenwoordigen bewindsman met verwon
dering gezien. Zij meenden, dat zijn be
moeienis op onderwijsgebied zich tot dus
ver beperkte tot het lager onderwijs en
dan nog hoofdzakelijk tot de financieele
betrekking van het bijzonder onderwijs tot
Rijk en gemeenten.
Andere leden wachten met vertrouwen
's ministers daden af.
Men betreurde vrij algemeen, dat om
trent 's ministers plannen nog zoo weinig
bekend was geworden.
Stijging der uitgaven wekt be
zorgdheid.
Vele leden zagen met groote bezorgd
heid de voortdurende aanmerkelijke stij
ging der uitgaven op dit begrootings-
hoofdstuk. Het eindcijfer nadert thans 160
millioen. In vergelijking met andere lan
den achtten zij onze onderwijsbegrooting
wel zeer hoog.
van heit
Andermaal werd dooi* sommige leden
geklaagd over de vaak droevige resultaten
van het lager onderwijs. Het laatst ver
schenen onderwijsverslag geeft o.a. daar
van voorbeelden ten opzichte van de
Nederlandsche taal en het lezen. Eenige
dezer leden stelden de vraag, of niet door
middel van de Rijksinspectie invloed zou
kunnen worden geoefend op meer vrucht
dragend onderwijs in de elementaire vak
ken van lager onderwijs. Gelet op de ge
weldige kosten, aan het lager onderwijs
besteed, schenen de resultaten daaraan
niet evenredig.
Meer vrijheid van beweging
bepleit
Door verscheidene leden werd de klacht
geuit, dat in ons onderwijsstelsel aan hot
onderwijs zelf te weinig vrijheid van be
weging wordt gelaten. Met groote belang
stelling zagen deze leden dan ook uit naar
het resultaat van de arbeid der Staatscom
missie, die mede tot taak heeft te over
wegen, hoe niet-noodzakelijke beperkin
gen der vrijheid van het lager onderwijs
kunnen worden weggenomen. Doch bil de
andere takken van onderwijs geldt in niet
mindere mate het bezwaar, dat het onder-
wils zich niet genoeg in vrijheid kan ont
wikkelen.
Personeelsuitbreiding. Spel
lingkwestie. Radio.
Sommige leden meenden op deze begroo
ting een neiging tot personeelsuitbreiding
waar te nemen, waardoor aanmerkelijke
verhooging van uitgaven wordt veroor
zaakt. Over de gronden van verschillen
de personeelsuitgaven wordt geen licht
ontstoken.
Verscheidene leden drongen aan op op
lossing der spellingskwestie, die in een
zeer bedenkelijk stadium is gekomen.
Gevraagd werd naar het oordeel van den
Op krachtige bevordering van het nij
verheidsonderwijs werd door zeer vele
leden aangedrongen. De staat van 's lands
financiën laat nu toch wel toe, het stop
wetje voor dit onderwijs in te trekken.
Vele leden opperden bezwaar tegen de
salarisregeling van het personeel bij het
nijverheidsonderwijs, die eigenlijk in geen
enkel opzicht aan redelijke eischen vol
doet, terwijl ook hier opgekomen werd
tegen het veel te ver doorgevoerde stelsel
van bezoldiging naar lesuren.
In verband met de afsluiting der Zui
derzee achtten sommige leden stichting
van ambachtsscholen in de centra Edam
en Harderwijk noodzakelijk.
Andere onderwijszaken.
Voorts worden in het Voorloopig Ver
slag nog ter sprake gebracht de kwestie
van de oprichting van neutrale scholen
van socialistische zijde zooals die thans
geschiedt in Limburg, de onvoldoende sa-
larieering der onderwijzers, de toepassing
van art. 56, tweede lid, der Lager Onder
wijswet 1920 (de leerllngenschaal, die voor
gewoon lager en uitgebreid lager onder
wijs verschillend is), de uitbreiding van
buitengewoon lager onderwijs (voor het
misdeelde kind), het onderwijs aan schip
perskinderen, enz.
De financieels toestand der pro
vincie. Nog geen belastingver
laging.
Verschenen is het voorloopig verslag
van de afdeelingen van de Prov. Staten
van Noord-Holland over de begrooting
van 1930. Allereerst wordt hierin alge
meene voldoening uitgesproken over den
staat der provinciale financiën. Ofschoon
met het oog op den financieelen toestand
een belastingverlaging reeds dit jaar zeer
wel mogelijk zou zijn, sloten zeer vele
leden zich echter bij de gedachte van Ged.
Staten aan om daartoe thans niet over te
gaan. Blijven echter de gunstige finan
cieele uitkomsten zich handhaven, dan zal
er ernstig naar gestreefd dienen te wor-1
den- om den provincialen belastingdruk te I
verlichten.
Gevraagd wordt o. a. waarom de in 1920
aangenomen motie Kleerekoper-Van Zut-
phen nimmer tot uitvoering is gebracht.
Deze motie houdt in dat de inwendige be-
stuursorganisatie der provincie worde ge
reorganiseerd; speciaal i-n dien zin, dat
de leden van Ged. Staten elk een geheele
afdeeling te beheeren krijgen, evenals de
wethouders van een groote gemeente.
Wordt met deze reorganisatie misschien
gewacht tot de ingebruikneming der nieu
we provinciale gebouwen?
Enkele beschouwingen werden verder
gewijd aan werkverruiming en werkver
schaffing. Gaarne zou men vernemen in
welk stadium zich het pra-e-advies omtrent
een op te richten Naamlooze Vennoot
schap, ten doel hebbende het in cultuur
brengen van nog onbebouwde gronden,
oevindt.
Gewezen werd op de moeilijkheden,
welke bij strenge vorst op de eilanden on
dervonden worden, wat betreft een gere
gelde verbinding met den vasten wal.
Het electrlciteitsbedrijf. Het
waterleidingbedrijf. Toestand
daarvan is gunstig.
De begrootingen voor 1930 van het Pro
vinciaal Waterleidingbedrijf zijn eveneens
n de afdeelingen ter sprake gekomen.
Wat het eerste bedrijf betreft, de toestand
daarvan werd algemeen gunstig geacht.
Betreurd werd, dat gemeenten hoogere
tarieven handhaven ten einde winst in de
gemeentekas te storten. Men' zou gaarne
zieni dat het provinciaal bedrijf voortging
met het overnemen van gemeentelijke
electriciteitsbedrijven.
yerscheidono locion
wat er juist is van het in de pers ver-1 minister Inzake de toepassing der rad
spreide bericht, dat een reorganisatie van voor het onderwijs.
Wat het Provinciaal Waterleidingbe
drijf betreft, werd algemeen met instem
ming geconstateerd, dat dit zich in gun-
stigen- zin blijft ontwikkelen. In verband
daarmede werd door meerdere leden den
wensdh uitgesproken, dat in het komende
jaar tariefsverlaging zal worden toege
past. Andere leden achten het beter dat,
alvorens hiertoe werd overgegaan, uit de
provinciale middelen bijdragen ter bevor
dering van de aansluiting van onrendabele
gebieden ter beschikking zouden worden
gesteld.
EEN VLUCHT MET 180 PERSONEN.
Van de R 101.
Wanneer de R 101 heden (Zaterdag)
een vlucht van vijf uren zal maken, zul
len zich 180 personen aan boord bevin
den, o.w. 80 leden van het Lagerhuis en
20 leden van het Hoogerhuis. Dit aantal
personen is het hoogst, hetwelk ooit tege
lijk de lucht is ingegaan. De acoomodatie
der R 101 is dusdanig, dat de dinerzaal
plaats biedt voor 50 personen.
DE POOLTOCHT VAN DE „GRAF
ZEPPELIN".
Voorbereiding.
Blijkens een bericht van de „British
United Press' zou een consortium van
Amerikaansch-e verzekeringsmaatschap^
pijen bereid zijn bevonden de „Graf Zep
pelin" tijdens de poolvaart te verzekeren.
De voorbereidingen worden overigens
voortgezet. Te Tromsö is men bezig een
ankermast te plaatsen.
Professor Svardru-p, die te Oslo met
Fridjof Nansen en dr. Willingen uit
Duitschland een bespreking over de plan
nen bijwoonde, heeft een mededeellng
aan de pers gedaan, waaruit blijkt, dat de
tijd voor het vertrek uit Friedrichshafen
is gesteld op einde Maart. Te Tromsö zal
dan bijvulling van gas plaats hebben en
brandstof worden ingelaten. Aan de expe
ditie, die vier weken zal duren en die o.a.
een tocht van Tromsö naar Fairbanks zal
omvatten, zullen uit Noorwegen Nansen
en Iverding deelnemen; uit Duitschland
zullen waarschijnlijk vijf en uit Amerika
drie onderzoekers meegaan.
In 't geheel zullen er zes en veertig
man aan boord zijn. Vier vijfde van de
kosten, welke op een millioen Mark wor
den -geschat, worden bestreden door een
Amerikaansch en een Duitsoh blad. Noch
wetenschappelijke instituten n-och regee
ringen dragen bij in de kosten; intus-
schen schijnt men de zekerheid te heb
ben, dat het ontbrekende deel zal worden
bijgepast.
Voor ied-eren deelnemer zal een vol
ledige pooluitru-sting en proviand voor
negentig dagen aan boord zijn.
Een van de punten van onderzoek be
treft de mogelijkheid van 't oprichten van
een meteorologisch station aan de Noord
kust van Groenland.
Juist omdat verkoudheid zich zoo
onschuldig voordoet, Is zl) zoo gevaar
lijk. Vergeten wij toch nooit, dat zl)
een ontsteking der slijmvliezen Is en
dat reeds een simpele verplaatsing
dier ontsteking b.v. naar de stem
banden, de bronches of naar het slijm
vlies van de longen - en hoe gauw
gebeurt dat niet - haar veel ernstiger
maakt. Acute en chronische bronchi
tis, asthma, borstbenauwdheld zijn de
terecht gevreesde gevolgen van een
verwaarloosde verkoudheid. Maak de
genezing niet moeilijker en duurder
door met de juiste behandeling te
wachten. Begin bij het begin en verzorg
een eenvoudige verkoudheid dadelijk
met de versterkende, onschadelijke,
krachtig slljmoplossenda
IPfmr
Pat koter: tLB4(2.7MU0
Het zesde postvliegtuig, te
Neurenberg.
Bij de Kon. Luchtvaartmij. is bericht
ingekomen, dat het Donderdagochtend
vertrokken postvliegtuig te 11.20 te Neu
renberg is geland.
Het oordeel van dr. Jongbloed
over de hygiënische omstandig
heden. Piloot Van Dtfk's ervai-
ringen.
Aneta heeft te Bandoeng een onder
houd gehad met dr. Jongbloed, die met
het v'jfde postvliegtuig van Konstantino-
pel was verder gegaan, toen hij als be
stuurder van het vierde toestel na de
noodlanding, waarbij het toestel vrijwel
vernield werd, was achtergebleven. Dr.
Jongbloed verklaarde, dat de bestaande
toestand bij het vliegen te veel van dè
bestuurders vergt, die slechts zes uur
daags rust hebben. Hierin zal verande
ring komen, z-oodra de .grond-organisatie
onderweg zoodanig verbeterd is, dat de
bestuurders geen kostbaren tijd verliezen
met benzineladen en dergelijke werk
zaamheden. Dr. Jongbloed had onderweg
besprekingen met eenige doktoren voor
het krijgen van een Indruk van de hygië
nische -omstandigheden, welke in veel
plaatsen bulten Europa zeer ongunstig
zijn, vooral in Perzië, waar op de kwali
teit van het water niet vertrouwd kan
worden. Na zijn terugkeer in Nederland
zal dr. Jongbloed een rapport uitbrengen
aan de directie van de Kon. Luchtvaart
mij.
Piloot van Dijk verklaarde, dat vóór
Medan het weer slecht was, met vrijwel
geen zicht, zoodat tenslotte laag boven
de zee of boomen werd -gevlogen. Het
vliegveld te Bangkok is thans aanmerke
lijk verbeterd. Het toestel, dat bij Kon-
stantinopel gestrand is, was volgens hem
volkomen verloren en diende te worden
afgeschreven.
VLIEGONGELUKKEN
IN FRANKRIJK.
Tusschen Parijs en Straatsburg is
Woensdag een postvliegtuig neergestort,
waarbij de beide inzittenden werden ge
dood.