Italicmo KONIlN's GELÖERSCHE ROOKWORST KORT VERHAAL GEMENGD NIEUWS. een dergelijk bedrag japrHjks op de ge wone begrooting kan brengen. De draag, kracht der bevolking is daar ettelijke mll- iloenen hooger dan hier, maar andersom zijn de lasten, die op de gemeenten zijn gelegd, evenredig voor onze gemeente hodger. In deze woestijn onzer mooie sa menleving is het zóó gesteld, dat wie hetwijn willen schenken, veel eerder tegen. i Ook de heer Bok wordt door dit raads lid gekapitteld, omdat hij, als de Direc teur van Gemeentewerken zich, in de Commissie voor P. W., zeer ongunstig uit laat over de raadsleden De Boer en Van Loo, naar aanleiding hunner vragen over de bestrating van den Ruyghweg, niet deze afwezigen in bescherming neemt, maar er zelfs nog een sohepje opdoet door te verklaren, dat hij, de heer Bok, in de vragen van De Boer en Van Loo ook wel een zekere argwaan ziet. Nog nooit heb ik het beleefd, zoo zegt de heer Van Loo, dat een ambtenaar een afwezig raadslid alzoo ter sprake brengt en dit nog wel vóór de behandeling der bedoelde vragen in openbare zitting. En het is stellig wel een gelukkig verschijn sel, dat een wethouder een zeldzaamheid is, dis dan zijn afwezige raadsleden in gemoede laat vordacht maken, ja, aan dit schoone werk nog mee doet. (Tot zoover deze aanvullingen. Voor de beantwoording door het College moeten wij verwijzen naar het verslag van Woens dagavond). heeft volgens hem wel een grooten mond Vijf arbeiders werden gewond; na te zijn de gemeentewerken eet hij, naar t zeggen! verbonden, zijn zij met een autobus naar van den heer Bok, uit de hand, is hij zacht Halfweg gebracht, en volgzaam als een lam. Hier werkt de heer Schoeffelenberger absoluut niet mee, om tot gezonde toestanden te komen, maar hg den arbeid van anderen, die klaren betalen kunnen, naar de plaatsen trekken, die in evenredigheid minder aan die las ten mee-betalen. De Voorzitter heeft het totale inkomen genoemd, dat gestegen is tot 16V2 mill. De groote moot wordt daar van bijgebracht door degenen die in rijks dienst zijn. Het algemeen inkomen is ver laagd door rijksmaatregelen; de alg. kosten zijn verhoogd. In 1924 is men begonnen het overheids personeel 10% af te nemen. Dat is 1 mill. minder aan belastbaar inkomen voor deze gemeente. Men is nog verder gegaan van rijkswege en er is langzamerhand een bevolking gekomen met lager inkomen. Daartegenover werden de gemeentelijke lasten verhoogd: vergroote leerlingschaal bijv., hetgeen de gemeente verplichtte tot grooter uitgaven van rijkswege e. a. Ditzelfde valt waar te nemen ten aan zien van werkverschaffing, en men mag deze factoren niet verwaarloozen. Spr. breekt hier z^ji rede af. Woensdagavond voortzetting. RECTIFICATIE. Binnenland. Auto-ongeluk to Halfweg. Eén slachtoffer. Dinsdagochtend om tien minuten over halfnegen is op den rijksstraatweg te Halfweg nabij den Osdorper weg een ernstig auto-ongeluk gebeurd. De Leer J. G. v. d. Laan, procuratie houder, uit Aerdenbout, kwam met een luxe-auto uit de richting Haarlem en wilde een voor hem rijdenden auto pas- seeren. Hij reed met groote snelheid en tengevolge van den mist zag hij niet, dat uit de richting Amsterdam een benzine tankauto van de Sinoo-maatschappjj na derde. Hoewel beide bestuurders krach tig remden, kon een aanrijding niet meer worden voorkomen. De auto van den heer v. d. Laan werd geheel vernield. Hij zelf werd levensgevaarlijk gewond; hij is met een toevallig passeerenden auto van den Amsterd. geneeskundigen dienst naar het St. Elizabethsgasthuis te Haar lem overgebracht, waar hij om 11 uur aan e verwondingen is overleden. Ons verslag opgenomen in het nummer van Dinsdag vereischt op enkele punten eenige rectificatie en aanvulling. Verschillende malen is door onjuiste spatieering van namen een verkeerden in druk gewekt omtrent sprekers, die aan het woord zijn. Eenmaal met den heer Schoef felenberger die geïnterrumpeerd werd door den heer Borkert, terwijl het betoog van den heer Van der Vaart zóódanig is gezet, dat het schijnt alsof hier de heeren Monhemius en Schoeffelenberger aan het woord zijn, ook nog in het betoog van den heer Van Loo. W;j doen een beroep op des lezers wel willendheid en medewerking om in deze het gesprokene te lezen zooals het be doeld is: de groote spoed, waarmede dit verslag in elkaar moest worden gezet, was oorzaak, dat ook aan de correctie onvol doende zorg kon worden besteed. Knoeierijen met bestekken. De heer Van Loo bracht de minder nauwkeurige bestekken van Gemeente werken ter sprake en toonde aan, dat de gemeente hierdoor belangrijk geldelijk nadeel leed. Dit gedeelte van het verslag is zeer beknopt weergegeven, waardoor de duidelijkheid veel heeft geleden. Wij meenen goed te doen ter wille van de be langrijkheid hier eene aanvulling van het gesprokene te laten volgen. De heer Van Loo begon met de bestra ting van den Ruyghweg. Bij de aanwijzing was, getuige de heeren Boërdijk en Smit, tegen de aanwezige aannemers gezegd: reken jelui er nu maar op, dat het weg dek moet worden verwijderd, dan ben jelui aan den veiligen kant. Eh bij de uitvoering van het werk is het wegdek toch niet verwijderd. Nu gaat het er niet om, zoo merkte de heer Van Loo op, of de weg goed ligt; neen de zaak is veel ernstiger, hier toch is aan de ge meente een belangrijk financiëel nadeel gedaan. De aannemers toch hebben bij hunne berekening vooropgesteld, dat het weg dek, ongeveer 1000 M3. groot, moest wor den verwijderd. Deze verwijdering zou per M3. minstens 2.50 gekost hebben, voor den geheelen weg dus 2500. Daar na was noodig 1000 Ms. stopzand, waar voor gerekend mag worden 1500, te zamen 4000. Deze 4000 nu heeft onze gemeente op de bestrating van den Ruyghweg al vast te veel betaald, alzoo de heer Van Loo. Dit is-echter nog niet het eenige, er komt nog meer. Volgens de bepalingen had het losgekomen puin van het wegdek door den aannemer vervoerd moeten wor den naar de opslagplaats aan de Midden vaart, om daar te dienen voor gemeente lijken wegenaanleg. Hier zou dat puin per Ms. voor de gemeente een waarde hebben vertegenwoordigd van 4.50. Al het puin zou dus een som van 4500 heb ben beteekend. Zooals de zaak nu is behandeld, is dus feitelijk aan de gemeente een schade be rokkend van 4000 -j- 4500 8500, alzoo de heer Van Loo. Overgaande tot het bestek voor den bouw der nieuwe Zeevaartschool, deelt hij mede, dat hierbij werd bepaald ten aan zien der fundeering, dat deze moest wor den gemaakt door een erkende betonmaat- schappij. Hierdoor verhoogde b.v. de heer Bóer- dijk zijn aanneemsom met 4000. En wat gebeurt nu! De tegenwoordige aannemer, ten aanzien van betonwerk niet beter ge outilleerd dan de heer Boërdijk, voert ook het betonwerk uit. Hier rijst t sterke ver moeden, dat onze gemeente voor 4000 is benadeeld. In een conferentie, die de Vrijzinnig- Democratische raadsfractie mocht hebben met den heer Burgemeester en met den Wethouder Bok, verzocht zij, of voortaan, ten behoeve der aanbesteding van het graafwerk voor de Bedrijven, vóór deze aanbesteding opgave kon worden gedaan van 't vermoedelijk noodige aantal meters voor gas, water enz. Aan dit verzoek is ook nu weer niet voldaan. Deze avereoht- sche manier van handelen maakt het mo gelijk, dat telkens aan een bepaalden aan nemer het werk wordt gegund. Waarom hier niet aan het verzoek voldaan? Deze handelwijze versterkt bij velen het gevoe- Halfweg, waarin zeven arbeiders van het len, dat hier niet allereerst het gemeen- Provinciaal Electrisch Net zaten, in het tebelang wordt gediend. Woudmeer te Oudkarspel te water ge- De heer Schoeffelenberger heeft vol- raakt, doordat de chauffeur de macht gens hem wel een grooten mond in over zijn stuur kwijt raakte. De auto den Raad, maar in de Commissie voor kwam op den kop in een sloot terecht. MISHANDELING, DEN DOOD TENGEVOLGE HEBBEND. Het O. M. bij de rechtbank te Arnhem heeft Dinsdag tegen den 36-jarigen arbei der H. R. T., uit Nijmegen, wien ten laste was gelegd dat hij op 12 November 1929 den 72-jarigen G. v. V. opzettelijk van het leven heeft beroofd, door hem met een stoel een hevigen klap op het hoofd toe te brengen, tengevolge waarvan van V. kort daarop is overleden, een ge vangenisstraf van 2 jaar geëischt. Het O. M. achte doodslag niet volkomen bewezen, dpeh mishandeling, den dood! tengevolge hebbend. De rechtbank achtte geen termen aan wezig de preventieve hechtenis te verlen gen. De verdachte is onmiddellijk in vrij heid gesteld. Uitspraak 80 dezer. PRINCIPIEELE DIENSTWEIGERING, De Krijgsraad te 's-Hertogenbosch veroordeelde de 23-jarigen J. K. geb. te Amsterdam, gewoon dienstplichtig.soldaat van de le Schoolcompagnie 18e reg. inf., gedetineerd in de bijzondere strafgevan genis te 's-Gravenhage ter zake van prin cipieels dienstweigering tot zes maanden gevangenisstraf met aftrek van de voor- loopige hechtenis met ontslag uit den dienst. ALASTRIM. Te Hilversum. In het huisgezin van den gemeente werkman V. te Hilversum is bij twee kinderen, een jongetje van l1/, jaar en een meisje van 7 jaar, alastrim geconsta teerd. De kinderen zijn op last van den directeur van den gemeentelijken genees kundigen dienst dadelijk naar de besmet telijke ziektenbarak overgebracht. VERDRONKEN. Te Zevenhuizen (Gron.) is Dinsdag avond!, mej. W. Oazemier, 23 jaar oud en gehuwd, in de hoofdvaart geraakt en ver dronken. DIPTIIERIE. Te Oude Pekela (Gr.) zijn weer 2 geval len van Diphtehrie geconstateerd, zoodat het aantal thans 26 bedraagt. De burgemeester heeft thans bekend gemaakt, dat niet-ingeënte kinderen de scholen niet zullen mogen bezoeken als (wellicht) op 27 dezer heropend worden. Ook in het dorpje Achterveld nabij Amersfoort heerseht diphtherie. Eén pa tiënt, een meisje van zes jaar, is aan de ziekte overleden. AUTO IN EEN SLOOT. Dinsdagmiddag is een Vijf gewonden. vrachtauto uit BESLAGLEGGING OP EEN BANK-SAFE. Iemand was aan den staat een bedrag aan belasting schuldig, hetwelk hij niet betaalde. Waar nu de ontvanger der di recte belastingen te Amsterdam verno men had, dat de belastingschuldige huur der was van een safe bij de Vereeniging de Spaarbank voor de stad Amsterdam, gaf hij aan den deurwaarder opdracht op die safe beslag te leggen. De deurwaarder begaf zich daarop naar de Bank en verzocht de directie oan ge noemde safe aan te wijzen. De directie der Bank verklaarde evenwel geen vrij heid te hebben om mede te deelen, of de man in quaestie bij baar een safe in huur had, al ware dit zoo, om haar den aan te wijzen. De ontvanger wendde zich toen tot den president der Amsterdamsche rechtbank en deze veroordeelde de Bank om voor het geval de man in quaestie bij haar een safe heeft, deze safe aan te wijzen,, en haar medewerking te verleenen tot bet leggen van -beslag. In hooger beroep besliste het Hof even wel, dat het bestaan van zoodanige ver plichtingen voor de Bank niet mag wor den aangenomen. Het Gerechtshof ver nietigde dan ook de beslissing van den president der rechtbank en wees de vor dering van den ontvanger alsnog af. De Hooge Raad overwoog thans in zijn arrest, dat het hier niet betreft een arrest onder derden, maar een beslag op het ver mogen van den schuldenaar zelf, waar voor de medewerking van een derde wordt gevraagd. Voorts overwoog de Hooge Raad, dat de wettelijke regeling noch aan den schul denaar, noch aan een derde de verplich ting oplegt oim medewerking te verleenen bij: bet leggen van beslag, terwijl uit de bepalingen der wet evenmin een alge- meene verplichting daartoe voor hen valt af te leiden. Ten slotte overwoog de Hooge Raad, dat de president der rechtbank niet be voegd is, iemand te gelasten handelingen ie verrichten, welke hij krachtens de wet kan nalaten. De Hooge Raad verwierp dan ook het door den ontvanger tegen het arrest van het Hof ingestelde cassatieberoep. Buitenland. Een internationale valsche munterszaak. Valsche 100 dollarbiljetten. De Vossische Zeitung deelt mede, dat de Europeescbe en Amerikaansche autori teiten gemeenschappelijk een uiterst be langrijke zaak van valsche munterij trach ten op te helderen. Men heeft hier te doen met het vervalsehen en in omloop brengen van bankbiljetten van 100 dollar, die zoo uitstekend zijn nagebootst, dat geen groote Kuropeesche bank de vervalsohing heeft opgemerkt. Pas toen de bankbiljetten van 100 dollar bij de Federal Reserve Bank te recht kwamen, bleek daar dat talrijke bankbiljetten valsoh waren en waarschijn lijk reeds jaren in omloop waren geweest. Het onderzoek brengt thans eiken dag nieuwe bijzonderheden aan het licht. Zoo is bijvoorbeeld gebleken, dat te Berlijn de valsche bankbiljetten o.a. in omloop wer den gebracht door den communist Franz Fiseher, die onder den naam van Voigt pleegt op te treden. Fischer had jaren ge leden een rol in zijn 'partij, gespeeld; hij had daarna een tijd lang in Rusland ver toefd en is verleden jaar October daar in verbinding getreden met de nog onbe kende vervalschers der valsche bankbiljet ten. Deze hadden voor den afzet hunner productie hun keus laten valLri op het in 1842 opgerichte bankiershuis Sass Mar tini. Deze firma betaalde in November j.1 een bedrag van 24.000 mark in bankbiljet ten van 100 dollar aan de Duitsche Bank. Dit instituut stuurde de bankbiljetter] door aan de Darmstadter und National Bank. Vervolgens kwamen de bankbiljet ten door tusschenkomst van de National City Bank terecht bij de Federal Reserve Bank. Hier werden de bankbiljetten microscopisch onderzocht en hier werd bij een biljet de vervalsching ontdekt door een zeer geringe verschuiving van een kleine letter. De Federal Reserve Bank kon de oorsprong van de bankbiljetten nog zoo ver vaststellen, dat ze na enkelen tijd weder terug kwanien bij de Deutsche Bank. Nu bleek, dat Sass Martini in den afgeloopen herfst was overgegaan in het rezit van een Amerikaansch-Canadeesche groep, die in 1928 in Engeland had ge tracht waardelooze aandeelen van Cana- deesohe mijnondernemingen aan- de markt te brengen. Toen dit niet lukte, waren de Amerikanen naar Duitschland verhuisd. Hier zouden ze voor 250.000 mark het voornaamste aandeel in het bankiershuis Sass Martini hebben overgenomen en rovendien het economische tijdschrift Der Wirtschaftliche Ratgeber hebben verwor ven voor een prijs van 150.000 mark. De hoofdredacteur van dit tijdschrift werd tevens directeur van de bank. In het tijd schrift werden de Canadeesche aandeelen aanbevolen en in korten tijd werd bij Sass Martini voor 600.000 mark aandeelen genomen. Midden December werd daarop in een blad voor deze onderneming ge waarschuwd en toen bleven natuurlijk ver dere inteekeningen achterwege. In dezen tijd nam de Amerikaansch- Canadeesche groep de bank en het tijd schrift over door tusschenkomst van Franz Fischer. Franz Fischer is voortvluchtig. Men weet nog niet, waar de bankbiljetten zijn vervaardigd. Vast staat alleen, dat ze van hetzelfde papier als de echte 100 dol lar-bankbiljetten zijn gemaakt. Het is een raadsel, hoe de vervaardigers in het bezit van dit papier zijn gekomen. Men ver- Zooals da bankier goed moet opletten, dat hl) geen valsche cheque In betaling neemt, zoo moet het publiek er scherp op letten, dat het Inderdaad 20 CTS. PER ONS 10 CTS. PER ROL vertoeven, waar hun bedrijf moeilijk kan worden ontdekt. Ze zouden ook valsche biljetten van 10, 20, 50 en 1000 dollar heb ben vervaardigd. Ontploffing in een machinefabriek. Twee dooden, drie zwaar gewonden. In de machinefabriek Atlas Diesel te Sickla (Zweden) is Dinsdagmiddag een •ernstige ontploffing geschiedt, tengevol ge waarvan 2 personen gedood en 2 zwaar gewond werden. Door onbekend gebleven oorzaak sprong een m-otor in de montage- loods, waar ruim 100 werklieden aan het werk waren, uit elkaar. Een meester knecht werd door den hevigen luchtdruk 15 meter ver wegeslingerd en kwam op een anderen arbeider terecht. Beiden liepen ernstig letsel op. De overigen wer den door de in het rond vliegende ma- chinedeelen getroffen en kregen voor het grootste deel lichte kwetsuren. In het fabrieksgebouw werd aanzienlijke schade aangericht. SPOORWEGONGLUK. Op het spoorwegtraject Var elBoden- kirehen is een trein tengevolge van den dichten mist door een onveilig signaal gereden en op een goederentrein gestoo- ten. Er werden 18 personen gewond, waarvan 2 ernstig. Het opruimingswerk heeft eenige uren in beslag genomen. EEN NEGER GELYNCHT. Omdat hif twee kleine imelsjes had opgegeten. Volgens een bericht uit Mexico fs te Yatapec in den staat Morenos -een neger door de bevolking gelyncht op grond van de beschuldiging, dat hij twee kleine meisjes zou hebben gedood en opgegeten. DE KASSIER. De oude Brooks, kassier bij de kleine bankiersfirma Thomson Co., telde, zoo als hij nu al sedert jaar en dag deed, zijn kasboek. Zacht fluisterend telde hij de cijfers bij elkaar op: acht en zes is veertien en zeven is twintig. Kijk, daar vertelde hij zich alweer, dat was nu al de derde keer vanmiddag, dat dit werk, dat hem anders zoo vlot afging, niet wilde lukken. Hij -hield op, en met oogen, die door het onafgebroken kijken in zijn boeken reeds lang bijziende waren geworden, staarde hij op zijn kasboek. Langzaam biggelde een traan langs zijn wang, en drupte op de bladen, waardoor de inkt vervloeide. De oude kassier merkte dit evenwel niet, hij zag nu heel iets anders, dan de rijen cijfers. In zijn geest bevond hij zich op zijn kleine kamers, en in die kamers zag hij zijn kleindochtertje, Mona, het kind van zijn eenigsten zoon, een weesje, dat hij tot zich genomen had. Hem was dan ook geen leed gespaard gebleven. Reeds vroeg had hij zijn vrouw verloren, waarop -hij was achter gebleven met zijn eenigst kind, zijn zoon voor wien hij gewerkt had, en waarvan hij had mogen zien, dat hij een goede betrekking kreeg. Toen was de zoon getrouwd en hü was bij hem gaan inwonen. Zijn geluk scheen hem weer volmaakt, vooral toen zijn zoon vader geworden was van een dochtertje, de kleine Mona, die al gauw de lieveling van haar grootvader werd. Wanneer hij van zijn werk thuis kwam, was zijn grootste genot om met het kleine meisje te spelen, allerlei presentjes nam lij voor haar mede, en zijn schoondochter beknorde hem vriendschappelijk, omdat hij het kind zoo verwende. Eén schaduw viel er echter over dit ge tik, Mona was niet sterk, en men moest zoo voorzichtig met haar zijn, met het oog op hare gezondheid. Toen was de slag gekomen, zijn zoon en zijn vrouw verloren beiden het leven bij een spoorwegongeluk, zoodat hij alleen met zijn kleinkind achter bleef. Sedert dien verrichtte hij zijn werk automatisch, en zijn eenigste vreugde was nu nog het bezit van zijn kleindochtertje, dat hij met verdubbelde zorgen omringde. De gezondheid van het meisje baarde moedt dat de valsche munters in een landhem echter groote zorg. Zij zag er zoo bleek en teer uit, en dan die 'hoest, dat vond hiji nog het verschrik kelijkste om te hooren, vooral 's nachts, wanneer hij wakker lag en het meisje in de kamer naast hem hoorde hoesten, werd het hem vaak te machtig. De dokter, die hij er bij gehaald had, had een verblijf in het Zuiden aanbevolen en veel verster kende middelen, maar waar moest hij het geld vandaan halen, zijn salaris was niet groot, juist voldoende voor hun tweeën, en om opslag vragen durfde hij niet, hij had toch al meenen te bemerkén, dat men hem oud begon te vinden, en voor hem kon men zooveel jongere krachten krij gen. Ook nu weer, nu hij over zijn boek ge bogen zat, hoorde hij: die hoest, en zag -hij weer het bleeke gezichtje. Hij schrok op, de chef kwam uit zijn kamer op hem toe loopen, met een brief in zijn hand. „Brooks", zei deze, „hier is de remise van de London Bank, drieduizend pond, tel het even na, en als het in orde is para feer dan even het repu". Brooks nam den brief aan en haalde er de bankbiljetten uit, het waren biljetten van honderd pond, alle gebruikt. Op zijn gewone vlugge manier telde hij de papiertjes, negen en twintig, dertig, één en dertig. Hè, daar had hü zich zeker verteld, hij telde ze nog eens en kwam weer tot hetzelfde resultaat, nog eens en nog eens telde hij de biljetten, doch het bleven er één en dertig. Stil zat hij voor zich uit te staren, een gedachte, waarvan hij zelf schrok, was in zijn brein opgekomen. Wanneer hij een briefje achterhield, zou niemand er ooit iets van weten; bij de London Bank zou men de honderd pond wel missen, doch ze konden nooit bewij zen dat de remise van Thomson Co. niet in orde was geweest. Nog steeds zat hij besluiteloos, zijn eer lijkheidsgevoel en de liefde voor zijn kleindochtertje streden om den voorrang. Daar kwam de chef weer uit zijn kamer. „Wel, Brooks, is het in orde?" vroeg deze. Nog één oogenblik aarzelde hij, doch toen hoorde hij in zijn gedachten weer de hoest van Mona, zag hij haar uit geteerde gezichtje en met een vastheid in zijn stem, die hem zelf vreemd in de ooren klonk zei hij: „Ja, mijnheer, het be drag is er, ik zal even -het recu para- feeren". Dien verderen middag deed hij: gejaagd zijn werk. Tegen het einde van, den kantoortijd frommelde hij haastig een biljet van hon derd pond in zijn zak, schuw om zich heen kijkend, of de klerken zijn daad ook be merkten, doch dezen schreven rustig door. Toen hij naar huis ging was het hem alsof alle menschen hem aankeken, of zijn misdaad op zijn gezicht stond te lezen en het zien van een politie-agent ver schrikte hem uitermate. Hij was blij toen hij thuis was, de kleine Mona kwam hem tegemoet loopen en bij het zien van haar, kwam zijn daad hem niet zoo vreeselijk meer voor. Hij praatte opgewekt met haar en be loofde haar, dat hij haar gauw eens mee naar buiten zou nemen, welke mededee- ling een blosje van genoegen op de bleeke wangen van het meisje tevoorschijn riep. Na het eten, toen hij in zijn gewone Koekje zat, hielden zijn gedachten zich echter weer bezig met den diefstal dien hij had gepleegd, en onbewust gingen zijn handen naar zijn portefeuille en haal den er het bankbiljet uit. Mona, die het gezien had, kwam bij hem staan, denkende, dat het een presen tje voor haar zou zijn. „Wat is dat grootvader, wat is dat voor een mooi papiertje?" vroeg zij in haar ar geloosheid. De oude sohrok, hij had zich geen reken schap gegeven van wat hij: deed. Haastig borg hij het biljet weer op, en slaagde er in, de gedachten van het kind af te leiden. Dien avond, toen hij, zooals gewoonlijk Mona naar bed bracht, praatte de kleine al maar door, hoe heerlijk zij het wel zou den hebben, als zij met hun tweeën naar buiten gingen, doch de oude man gaf af getrokken antwoorden op het vroolijk ge praat van het meisje. Den volgenden morgen vond de hospita de oude kassier nog steeds aan tafel zit ten, zijn doode handen omklemden kramp achtig het mooie papiertje. A, B. HET FIJNSTE 80 ct. per pond SPOORSTRAAT - TELEFOON 339 1Lw ontvangt. Koopt dit heilzame en lekkere hoestmiddel daarom alleen bi| bonafide winkeliers in nevenstaande verpakkingen. Dit is Uw waarborg.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 3