ESONA Schrijft U nog heden een proefwasch. DE DROOGMAKING DER ZUIDERZEE TWEEDE EN LAATSTE BLAD STADSNIEUWS. VAN DINSDAG 11 FEBRUARI 1930 even een briefkaart aan de NOORD-HOLL. van S. KROM te ALKMAAR voor het halen van Hedenavond, bij: gunstig weer, taptoe. GEREF. KERK. Door den kerkeraad der Geref. Kerk, alhier, is besloten een tweede predikant te beroepen. WEIESINRICHT! G HUISDUINEN. Wij lezen in de Nw. Rott. Ort.: De Weesinrichting Huisduinen, gem. Den Helder (inrichting ter verzorging van weezen, onverzorgde en voogdijkinderen), heeft van den Prins der Nederlanden, als blijk van belangstelling in het werk der inrichting, een bijdrage voor den bouw van een nieuw jongenshuis ontvangen. DE INDISCHE MAIL. De speciale trein met post en passagiers in aansluiting op het stoomschip Koningin der Nederlanden zal Vrijdagmorgen 14 Februari te 11 u. 10 van Genua vertrek ken. Aankomst Zaterdagmorgen 15 Febr. u. §8 Amsterdam (OH.); 0 u. §2 Rotter- lam (Maas). LEGER DES HEELS. Een groep kadetten van de kweekschool /oor officieren van het Leger de» Heils, e Amsterdam, zijn in Den Helder aange- comen om gedurende eenlge dagen de tamenkomsten te leiden, lederen avond worden er «peciale «amen- comsten gehouden, wahr de kadetten zul- en spreken. Wijl verwijzen voorts naar de in dit nimmer voorkomende advertentie. VED. VER. TOT BESCHERMING VAN DIEREN. Wij vestigen de aandacht op de jaar vergadering dezer vereeniging, welke Woensdagavond in het Kegelhuis, Prins Hendriklaan gehouden wordt, en verwij zen naar de advertentie in dit nummer. NED. R EI SVER EENI GL\ G. Wij herinneren aan de vergadering, welke is uitgeschreven voor Woensdag avond in Musis Sacrum, waar een afdee- ling van de Ned. Reisvereeniging zal wor den opgericht. Aanvang 81/. uur. Zie ver der de advertentie in dit nummer. GEWETENSGELD. Sedert de vorige opgave in dit blad zijn bij den Inspecteur der Directe Belastingen te Den Helder de navolgende bedragen aan gewetensgeld ontyangen: 1000.— 1 800.— f 65.47 800.— 400.— 1300.— 600.— 129.99 1300 300.— 1200.— 600.— 200.— 100.— 600.— 400.— 50.— 300.— 600.— DECLAMATIE-AVOND TEN BATE VAN HET TEHUIS VOOR MILITAIREN, KANAALWEG «1—85. Men schrijft ons: Zooals wij reeds eerder m.eldden, zal morgen, Woensdagavond, 12 Febr., ten 8 uur, de heer Feijten, uit Utrecht, komen declameeren, ten bate van bovengenoemd Tehuis. De heer Feijten, hier welbekend dooi zijn vorig optreden, zal ook ditmaal weer een prachtprogramma tem gehoore bren gen dat zal worden afgewisseld door goe de muziek. De heer Klooster o.a. zal in de pauzes enkele fluitsolo's doen hooren. Gezien het „goede doel" van dezen avond van „goede kunst" zal wel niemand het entrée een bezwaar vinden. Zij, die den heer Feijten kennen, komen zeker, degenen die dezen declamator niet kennen, wekken wij op van deze gelegen heid gebruik te maken om zich een gencrt- vollen avond te bezorgen en daardoor tevens te steunen het zoo noodige en nut tige werk van het Tehuis voor Militairen, Kanaalweg 9195. GRÖNNEGER VER AIN EN „T OETENDE". Zoaterdagoavend hong de Grönneger vlaage oet bie »Musis Sacrum», 'n taiken dat 't Oetönde weer 'n feesteleke ver- goadern haar. Ditmaal kwammen de Molleboonen oet Alkmaar, of ainlieks heur tooneelclub 't Gebelskop, dei veur ons speulden 'Gebroeders Kalkoen». Nou is 'n gebelskop nait aaltied aan- tivkkelk; maisttied is't zulfs nogal ieselk om der noar te kieken. Maar dit Alk- maarder Gebelskop is 'n groode oetzyndern op dei regel, 't Is wèl aantrekkelk, dat kou men vot wel zain, want de zoal was nuver vol dou 't begon. Wie wozzen van vleden joar heer al wat veur boonen wie op beune haaren, want dou het dit zulde gezelschop mit 'Onder ain dak» zoo'n succes had. 't Was nou ook weer 'n prachtege oavend, veur dat men der aarg in haar was 't al 'k wait nait hou loat, 'n bewies dat 't mooi ging. Mit 'n bult plezaier hebben wie de gebroeders Kalkoen en heur omgeven in actie zain. 't Ia 'n praohteg stok en der wör meroakel best speuld. Zoowel oet 't applaus as oet de bartelke woorden, dei over en weer nog zegd binnen kon je wel vernemen hou 't Oetönde 't op pries ateld het. Molleboonen, wie binnen joe dankboar veur dizze mooie oavend, ie hebben 't Oetönde weer 'n groode dainst bewezen. Komt gauw ais weer oetl Noatied heb wie nog 'n haile zet ge- zelleg bienander west, de Musis Sacrum- band en meneer Polak zörgden der veur, dat der nog verschaiden dansjes moakt binnen. Ain ding nog. Mie dueht, dat der ver schaiden leden van 't Oetönde docht hebben, dou ze dit clubke aan 't waark zaggen: Zoo mos 't bie ons ook kinnen. Wie gunnen onze Alkmaarder vrunnen van haarte, dat heur 't zoo veur de wind gait, en dat ze 'n hörgte kriegen, dei al oareg dicht bie dei vari de olie Martini komt. Moar wie en zai ook, ain van heur het 't nog zegd wollen zoo geern, dat 't Oetönde ook weer wat op kloetjes kwam. Der is gebrek aan speulers. Tou, leden van 't Oetönde, loat ais zain wat je kinnen. De krachten binnen der wel, en ie zeilen zain, as de tooneelofdailen weer staarker wordt, dan bluit de haile verainen weer. Meneer Jaarsma, dei 't Oetönde ook 'n goud haart toedragt, was zoo vrundelk om 'n mooi schilderstokje beschikbaar te stellen veur 'n Amerikoanse verkoopen In de 'Alkmaarsche Crt.» van gisteren is ook een uitvoerig verslag van deze uitvoering opgenomen. PROPAGANDA-FEEST- VERGADERING DRANKBESTRIJDING. Men schrijft ons Door de Maria-Vereeniging en het Kruisverbond werd Zondagavond in het gebouw van den R. K. Volksbond een propaganda-vergadering gehouden, waar bij het nuttige met het aangename was vereenigd. Na opening door de voorzitster van de Maria-Vereeniging, mej. A. van Amei- foort, was het woord allereerst aan de muziek. Door mej. Anny Hoogenboseh (piano), en de heeren Tj. Dito (viool) en J. van Vessom (eello), werd het mooie werk van Beethoven »Trio op. 1 No. 8 G. gr. t« uit gevoerd. Sohoon klonk vooral het »Largo con Espressione» en het 'Scherzo: Alle gro». Bij een vorige gelegenheid hebben wij al hulde gebracht aan den heer Dito. maar thans komt die hulde ook toe aan de anderen, want het geheel werd subliem ten gehoore gebracht. Aan het einde werd het drietal onder een hartelijk applaus gehuldigd met bloemen. Na dit aangename halfuur kwam aan het woord de spreker voor dezen avond, Pater B. de Waal, uit het missiehuis te Tilburg. Deze bracht in de eerste plaats een hartelijk woord van dank aan de drie kunstenaars en in de tweede plaats bracht hij dank aan de besturen, dat hq hedenavond kon spreken tot landgenoo- ten. Spr. komt thans wel uit het «donkere Zuiden», maar hij is een zoon van het Noorden. Tot zijn onderwerp komende, zegt spr., dat het niet alleen gaat over een landszaak, maar dat het ook gaat over een Boomsche zaak. Spr. vraagt, of het noodig is dat we een prop. vergadering beleggen voor de drankbestrijding. Spr. wensoht de vergadering niet te vervelen met statistische cijfers, maar laten wij deze zaak nog eens helder belichten met, enkele cijfers. In Nederland wordt jaarlijks 310 mil- lioen gulden besteed aan drank en voor onze Roomsche gemeenschap is dat on geveer 120 millioen of 2jj millioen per week. Onze Roomsche Universiteit moet een kapitaal van 10 millioen bijeen bren gen, terwijl wij dat in één maand op drinken. Met verscheidene voorbeelden toonde spr. aan wat met die 2£ millioen per week kon gedaan worden. Verder wees spr. op gevallen uit de practijk, welke ellende het alcoholisme met zich brengt. Dr. Ariens had verschillende cijfers in zijn geschriften daarover op- geteekenri. Zoo waren er in Enschede in een straat 7 huisgezinnen, die door het alcoholisme ten gronde waren gegaan. Ook haalde spr. uit zijn eigen ervaringen daarover staaltjes aan. En het is be schamend om te zeggen, maar in alle standen vindt men die slachtoffers. In onze gemeenschap, aldus spr., tellen wij 20.000 dronkaards, maar die drinken toch geen 2i millioen per week op, en daarom kunnen wij ook thans nog spreken van een volkskanker, en als er geen paal en perk aan zal worden gesteld, dan gaat ons volk er onder. Al was het drankge bruik in den oorlogstijd iets minder, thans is het weer even erg als daarvoor. Spr. wil hier geen hoerarede houden. Het gaat niet rooskleurig met onze drank bestrijding. Maar al gaat het ledental achteruit, de kwaliteit verbetert. Al was er nog maar één vereeniging, dan nog zou spr. met hetzelfde enthousiasme zijn stem laten hooren. Die kwaal van ons volk dient met alle kracht te worden tegengegaan. Spr. is niet iemand, die zijn naaste geen glas bier gunt, maar de matigheid moet worden bevorderd. Maar nu zijn er menschen, die de matigheid niet kunnen betrachten, en deze moeten geheel-onthouder worden. Gekeel-onthou- der is voor dezulken geen ideaal, maar een noodzakelijkheid. Ten slotte komt spr. tot de kern van zijn rede, n.1. bet brengen van offers. Met geheele leven is een doorloopend offer. Spr. ging daar nog uitvoerig op in. Het is noodig, dat ons volk opgeheven wordt uit de drankellende, en dat vraagt offers. Tot de ouders rioht spr. zich vooral. De kinderen zullen de profijten trekken van de door de ouders te brengen offers, en vooral van het drankoffer, dat zij zullen brengen ter wille van het kind. Vaders en moeders, roept spr. uit, be spaar u het leed, vooral tegenwoordig, dat uw kinderen u toeroepengij hebt het zelf ook gedaan en waarom zal ik het dan laten. De vrouw en moeder is in staat de grootste offers te brengen. En daarom moeten onze vrouwen zich in de eerste plaats gedrongen gevoelen het offer te brengen van geheel-onthou ding. Met een gloedvolle aansporing om mee te strijden in het groote leger tegen het alcoholisme en zich aan te melden als lid van een der vereenigingen, sluit spr. zijn met groote aandacht gevolgde rede. Tot slot kregen wij nog de klucht in drie bedrijven »De List van Liesje» voor het voetlicht, wat door de dames-dilet tanten met groot succes werd opgevoerd. Vooral mej. D. van Amesfoort als de gierige tante en mej. Simons als het vroolijke nichtje van haar, kweten zich op een uitnemende manier van hun taak Met een dankwoord werd deze goed bezochte en goedgeslaagde propaganda- vergadering gesloten. FEESTAVOND CHR. ORANJE- VEREENIGING. Ter gedegenheid, van haar tienjarig be staan had. de Ohr. Oranjevereemiging gis teren in „Casino" een feestavond georga niseerd, welke als gewoonlijk druk be zocht was. Hoewel wij wel eens betere Oranje- avoniden hebben meegemaakt, was de stemming ook nu weer best te noemen, te meer als men in aanmerking neemt, dat dit geen avond was, georganiseerd in onmiddellijk verband met het Oranjehui». Voor een varieerend programma wa» zorg gedragen. Zoodra wij binnen kwamen, werden wij al aangeklampt dbor drie congruente drie hoekjes, die liederenbundels te koop aan boden, nou, dat durf je dan niet te wei geren. In de zaal beer echte de gewone opge wekte stemming. De voorzitter, de heer De Jong, sprak een kort openingswoord. Hij dankte alle medewerkenden voor hum hulp, den heer Joh. Bakker, die de leiding van den samenzang op zich had genomen, de Driehoeksmeisjes, de dames Aafje Kamp en Dieuw van Dalen, verder allen, die het hunne tot dezen avond hadden bij gedragen. Hoewel deze avond niet in verband stond met ons vorstenhuis, zoo hoopte de heer De Jong toch, dat de band tusschen de aanwezigen em Oranje door dezen avond hechter zou worden. Nadat de heer De Jong in gebed was voorgegaan, werd met de uitvoering van het programma begonnen. De Orf«a je-Harmonle-kapel zorgde eerst voor muzikale leiding bij het zingen van Psalm 138, daarna werd ver volgd met den pittigen marsch „Hoog het vaandel, mariniers"; na de pauze liet de kapel nog een tweetal marschen hooren', de Musis Sacrum-marsoh en de Jubileum- marsch. Alle nummers oogstten een har telijk applaus, wel een bewijs, hoe de me dewerking van deze muziefcvereeniging op prijs wordt gesteld. Commanity Slngtng. Daar het bestuur van de Vereeniging had gemerkt, dat het zingen door de vergade ring zelf was ingeslagen, had men beslo ten hier een speciaal nummer van te maken. Onder leiding van den bekenden heer Joh. Bakker vond dit plaats. Eerst zong deze een couplet voor, en daarna zong de geheele zaal verder mee. Verschillende vaderlandsche liederen wer den miet animo gezongen. Het is volgens ons goed gezien dit te doen, het breekt den avond voor het publiek, dat niet steeds naar het tooneel behoeft te zitten kijken, maar nu een daadwerkelijk aandeel in het programma heeft. Het „Wilhelmus" stand natuurlijk ook o p het repertoire, wat door de aanwezigen staande werd gezongen. Van 'het „Wien Neerlandsch bloed" zongen de Driehoeks meisjes alléén een couplet, dat ging prachtig. Twee samenspraken. Door de Geref. Jongelingsvereenlging „Uw heil komt" en door de C. J. M. V. werden resp. opgevoerd! de samenspraken „Hoog Bezoek" en „Hannes in het Pa nopticum*. Het eerste is een geschiedenis van een gemeenteraad van een platte landsgemeente, waar een Excellentie op bezoek zal komen. Dit rare woord kost den boertjes veel hoofdbreken, en de bur gemeester 'krijgt het op zijn zemels van wege de toespraak, die hij tot den hoogem oome moet houden; hij wordt echter door den koster, den dorp«wijsgeer, geholpen. Eindelyk komt de Excellentie, en na veel horten en stooten weet de burgemees ter zijn toespraak er uit te wurmen, en dan blijkt het, dat hij zijn speech voor een reiziger in kunstmest heeft gehouden^ die men voor den minister had aangezien. Groote verlichting, en de angst wordt maar gauw weggespoeld.. Het tweede stukje was een verhaal van een paar collectanten, die niet wisten hoe aan 'het noodige duimkruid te komen, en toen maar besloten de goêgemeemte met een namaak panopticum in de luren te leggen. Een paar van hen werden aange kleed als veldwachter, postbode, voetbal ler en- gymnast en zoowaar, er vloog er één in. De tweed© was echter meer bij de pinken en ontdekte het bedrog; hij was echter zoo geroerd', dat de menschen er zooveel voor over hadden, dat hij op slag vijf-en-twintig piek beloofde, wat groote vreugde veroorzaakte, maar of ze ze ge kregen he/bbenf De Driehoeksmelsjee, Het lekkerste van den schotel bewaart men tot het laatst, en zoo maken wij dan ook het laatste melding van de Driehoeks meisjes, hiermede willen wij echter niets te kort doen aan de andere medewerken den. Het is en blijft een aardige attractie, die jonge meisjes in hun kwieke pakjes. De reien en dansen, die door hen wer den uitgevoerd, waren weer af, en wij zou den ons geen Oranje-avond meer kunnen voorstellen, waarop zij niet mee zouden1 doen. Zonder 'haperen worden de vaak in gewikkelde oefeningen uitgevoerd en de dame» Ruymgaart leggen met hun werk eer in. Na bet laatste nummer van de Oranje Harmoniekapel kwam de heer De Jong weer naar voren. Nogmaals dankte hij die medewerkenden hartelijk en wekte de aanwezigen op om Lid van de Oranje-Veneemgin«r te worden. Met dankgebed weid deze avond be sloten. De dames Aafje Kamp en Dieuw van Dalen zorgden voor muzikale afwisseling tusschen de verschillende nummers. Mej. Kamp begeleidde ook op de piano de oefe ningen der Driehoeksmeisjes. Het was weer een genoegelijke avond en wanneer de jongelui achter in de zaal een volgenden keer nu een® een beetje stiller willen zijn, zal dit zeer zeker de Stemming ten goede komen. STAPPER'S REVUE: „LACHEN VERGEET!" De Casino-directie meldt ons dat er voor deze voorstellingen op ajs Woensdag en Donderdag nog verscheidene plaatsen verkrijgbaar zijn. Waar velen in de mee- TELEFOON 45. het vlugste en beste adres voor AL UW VERZENDINGEN. ning verkeeren dat de zaal voor beide avonden reeds uitverkocht zou zijn, vesti gen wü hier juist de aandacht op en ver wijzen naar de uren van plaatsbespreking in de advertentie. Voor deze gelegenheid is een amphitheater in de zaal geplaatst, zoodat men overal een goed uitzicht heeft op het tooneel. DE AANRIJDING OP DE SPOORGRACHT. Naar aanleiding van de aanrijding van de lantaarnpaal op de Spoorgraoht, door den auto van den heer De J., vervoegde deze heer zich ten onzen kantore met de mededeeling dat de weergave van de fei ten niet juist was. Hiji zou n.L niet achter den vrachtauto omgereden zijn, maar was door dezen tegen de lantaarnpaal opge drukt. Ook zou, volgens den heer D, J., de chauffeur van den vrachtauto geen signaal hebben gegeven. Wij hebben ons naar aanleiding van een en ander telefonisch tot de firma K. ge wend, die ons verzekerde dat er wel signaal gegeven was, doch dat de heer De J. te hard gereden zou hebben, zoodat het hem onmogelijk was nog tijdig te stoppen. Een dankbaar object voor de politie, om de ware toedracht van deze aanrijding op te sporen. De kantonrechter zal overigens wel beslissen wie van beiden straf ver dient. De ln-wericlngstelllng vsn de eerste bemalingsiarichtlng te Medem- hllk en Den Oever. Nog ln dien loop van 1930 hoopt men die Wieringermeer droog te hebben gelegd. Historische dag voor Nederland. Ons-oude werelddeel is bezig de laatste jaren geschiedenis te maken, maar het is een geschiedenis van bloed en ellende, eoonomischen achteruitgang en alge- meene verarming. Een geschiedenis van werkeloosheid en geldnood, van honger en le ed. Het kleine Holland, een stipje op de wereldkaart, maakt ook geschiedenis, maar het doet het op haar eigen manier. Niet het devies: als gij' den vrede wilt, bereid u ten oorl'og schrijft zjj in haar ba nier, maar de leus: als gij de welvaart wenscht, doe dan de werken des vredes. En het grootlsche en ontzaglijke werk van de drooglegging der Zuiderzee dwingt den vreemdeling bewondering af en ont zag voor wat het kleine, onaanzienlijke Holland doen kan met eigen initiatief en eigen krachten, eigen energie, eigen cul tuur. Chauvinisme, het bovenstaande? Wij kunnen het niet inzien. Immers, chauvi nisme bedoelt een overdreven, valsch ge voelde vaderlandsliefde, tegen heter weten ift. ook de ondeugden goedpraten van een land, en de bovenstaande regels geven slechts eenvoudig weer de feiten. Op wel ke wijze ons land buiten den oorlog ge bleven is, is hier niet aan de orde; het feit ligt er, dat wij', toen Europa in vuur en vlam stond, rustig onzen weg gingen en het werk der vredes deden, waarvan ons nageslacht, tot in lengte van dagen, de vruchten zal plukken. Wij profiteeren er thans reeds van. Ons nageslacht, ja, maar ook wij, leven den reeds. Wie, zooals wij,, het voorrecht hadden van dichtbij in oogenschouw te mogen nemen, hetgeen nu reeds, bij, den feitelijken aanvang van het groote werk der Zuiderzee-drooglegging, is tot stand gebracht, dien wordt het wel even stil om het hart. „Wat moet het een heerlijke vol doening zijn voor u als ingenieur, een der gelijk werk te mogen bouwen!" was de op merking, die wij' tot ingenieur Monhemius van de Zuiderzeewerken maakten hij de aanschouwing van het geweldige gemaal te Medemblik, gisteren in werking gesteld om den eersten polder leeg te malen. „Welk een gelegenheid voor initiatief, voor energie, voor het ontplooien van eigen talent!" Het antwoord was, zooals van een electro-technisch ingenieur ook mocht worden verwacht, nuchter en zake lijk: „Ja, maar wij vormen ook vrijwel een vrijgevochten onderdeel van Waterstaat! Er is geen enkele tak van dienst, die zoo veel vrijheid van handelen heeft als de Zuiderzeewerken I" Wij herhalen: Nederland maakt historie. Er zjjn in de geschiedenis van elk land, eik volk, van die tijdstippen waarin iets groots, iets buitengewoons tot stand kwam. Ook Nederland kent ze, de glorie rijke bladzijden uit zijn geschiedenisboek, en wij hehoéven daar hier niet nader op in te gaan. Zoo'n glorieuze dag in onze vaderland sche geschiedenis is ook de dag van gis teren: de tiende Februari van het jaar 1930. En van dezen dag willen wij onze lezers een en ander vertellen. Te meer, omdat 'het historie is, die in onze onmid dellijke nabijheid zich afspeelt, schier on der den rook van Den Helder. Men be grijpt natuurlijk, dat wij het oog hebben op het feit van de in werkingstelling van de bemalings-inrichtingen van de Wierin- germeer, voor den eersten droog te leggen polder in het gebied der Zuiderzee. Tegelijk met het aanleggen van den dijk tusschen Wieringen en de Friesche kust tot afsluiting van de Zuiderzee waar van de sluiting in Augustus 1932 ver wacht wordt werd sinds het voorjaar 1927 gewerkt aan het maken van den Noord westelijken of Wieringermeerpol- der door het leggen van een ongeveer 18 K.M, langen dijk van Medemblik naar Wieringen Op 29 Juli 1929 is het laatst© gat in dezen dijk dichtgemaakt, waarmede de Wieringermeer was tot stand gekomen. Voor het droogmalen van dezen polder werden zoowel bij Wieringsn als bij Medemblik gemalen gebouwd in daarvoor in zee drooggelegde werkputten, terwijl tenslotte in de Wieringermeer r^eds voor de afsluiting de afwaterings- en scheep vaartkanalen werden gebaggerd. Gedu rende het najaar van 1929 werd de afsluit dijk van den Wieringermeerpolder ver der afgewerkt en intusschen kwamen tegen het einde van het jaar de beide groote gemalen gereed. Hiermede was1 het eerste stadium van de werkzaamheden voor den eersten Zuiderzeepolder gereed. De tweede phase is heden ingetreden met het officieel in dienst stellen van de beide gemalen door den Minister ran Waterstaat mr. P. Reymer. Bezichtiging der werken daar de pers. Alvorens hiervan te vertellen, willen wij van deze hemalingsinrichtingen zelve een en ander zeggen. Door de Directie der Zuiderzeewerken te Medemblik was de Nederlandsche pers uitgenoodigd Zater dagmiddag het gemaal aldaar in oogen schouw te komen nemen, daar er uit den aaid der zaak Maandag, bij de openstel ling, de gelegenheid zou ontbreken een voldoende overzicht te krijgen over dit werk. En zoo geschiedde het, dat Zater dag een veertigtal vertegenwoordigers van de Nederlandsche en buitenlandsche pers te Medemblik samenkwamen. Daar er voor de „Heldersche Courant" geen gelegenheid meer was per trein Medem blik te bereiken, trokken wij Zaterdag morgen per auto naar de stad van koning Radboud, hetgeen een ongezochte ge legenheid was de kennis met het Noord- Hollandsche polderland eens te hernieu wen, vergelijkingen te maken, te philoso- feeren desnoods over wat de nieuw te ont ginnen landen zullen brengen. Per auto door die» polder. Bitter slechte wagen. Zoo dan ving, dezen Zaterdagmorgen, de tocht aan naar het stadje aan de Zui derzee, thans het centrum van het groot sche werk, dat staat aan te vangen. Een fraaie winterdag was het; koud, maar zonnig. Voor het eerst sinds vele weken was de zon weder te voorschijn gekomen achter de wolken, en het verwarmende schijnsel deed deugd aan de nog op mist, hagel en andere whntersche lieflijkheden ingestelde constitutia Helaas, onze aanvankelijk zoo kranig en moedig ingezette tocht op 'n 60 K.M.- vaartje, moest al vrij; spoedig tot wat langzamer tempo worden omgeschakeld. Want dé wegen, die naar Rome leiden, bleken ten eenenmale onvoldoende voor auto-verkeer. Nu Is dit feit natuurlijk al gemeen bekend, en men kan het per saldo niemand verwijten ook, omdat men in de dagen van de droogmaking van den Wie- ringerwaard nog niet over autoverkeer langs de wegen droomde. Nochtans blijft het feit bestaan, en het gaf den verslag gever, die in zijn wagen langs deze wegen voort..snelde, is niet juist, maar dam toch in ieder geval zich voortbewoog, aan leiding tot vele en velerlei overpeinzingen. Hoe, aldus peinsde hij, als we strak» een tweede auto ontmoeten? Nou, dat 's ook watl zegt de een of andere lezer, hij weet toch wel, datde dan naar rechts moet uithalen! Zeker wist hij dat, maar wat de lezer wellicht niet wist, is, dat er overal langs den weg borden staan met de woorden „gevaarlijke berm". En nu is het niet hijster aangenaam bij een uithaal naar rechts met je wiel in zoo'n berm te zakken. Bovendien bem j» daarvoor niet op weg gegaan ook.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 5