VAN WILLIGEN Hebt U goed geslapen? r&cJiopro^r&mm& Nièmeijérs 1}cKft3^npXo<2oe/u>l WESTSTRAAT WEET GIJ dat onze ma trassen voldoen aan de hoogste elschen Dat WIJ ALLÉÉN het allerbeste materiaal verwerken Dat onze prijzen zooals immer uiterst LAAG ZIJN? EEN VERTROUWD ADRES kwartier maken. Lantaarn en schijnbaar vermoeid kwa men ze aangewiekt uit het Oosten. Hoog in de licht dreven ze op de gespreide wieken voort om hier of daar, misschien wel in onze duinen, zich neer te laten. Het waren er niet velen. Nu en dan een eeizaime, geheel op eigen houtje, dan weer net zijn. tweeën, hetgeen meer een gezel lifh-eidsfeer schiep. Van heel ver hoorde ik een somberen roep ei ik wist aan het sporadisch voort- wieken door de luöht en aan den een- tonigei, maar doordringendten roep, dat de bome kraaien in aantocht waren. Wat doen die eenzamen, die enkelen? Is het omdat de vogel zelf niet van ge zelligheid houdt? Integendeel: graag zijn ze m tlkaars gezelschap en het gebeurt zelden, dat als je een bonte kraai ziet er in ie onmiddellijke nabijheid geen meerdere zullen rondscharmaaien. Zijn lus die enkelingen de voortrek kers vai de groote horden, die nog moe ten volden en zijn zij het, die net kwar- tiermakrsbaantje uitoefenen? Moeten zij uitzien naar geschikte ter reinen, vaar voldoende voedselvoorraden aanwezig zijn en hebben ze contact met het grocte leger, dat in aantocht is? Het zjn, met zooveel andere dingen nog, de groote raadselen van den vogel trek. Je kuit thans niet in de lucht turen of je ziet "vogels op trek. Troepjes vogels, in golfbeweging vliegend, kamen plotseling in den iegrensden kring van het oog en zijn haast even plotseling buiten het ge zichtsveld weer. In heggetjes en struikjes dartelt het vaa rroolljk en kleurig leven. Langs den dijt v-emedit het soms van vinkjes en sijs jes ei ander zanggoedje. Ze vliegen ter nauwernood op als je met je fiets pas seert. Het is al kleurig en fleurig gedoe wrai je rondom waarneemt. <inz3 noordelijke buren maken stevige prtpayanda (en anderen helpen dapper me-) om een vogeltrekstation op hun eüaid gesticht te krijgen. En komen zal heter, want er staan in de ornithologische en natuurhistorische wereld krachten acher dit pogen, zoodat het niet zoo hee lang zal duren of de stichting zal eenfeit zijn geworden. Txel heeft dan weer een grootere aan- trekelijkheid verkregen en het belang daaran is niet te onderschatten. Het is dus geen wonder, waar dit uit verkoren vogeloord zoo vlak bij ons ligt, dat er oo,k" langs onze streken geweldig veel vogeLs trekken. Het blijft steeds interessant daarvan v n klein tipje waar te nemen, want al kent men de vogelsoorten niet, toch is het een lust voor de oogen deze vlugge rakkers door de lucht te zien voortbe wegen. Zij kunnen de somberheid van den herfsttijd doen vergeten, omdat ze de aan dacht van de grauwheid in de natuur afleiden en door hun bewegingen en hun kleuren onze gedachten in een andere richting sturen. Het luchtig ge kronkel der meezen, waarnaar ik niet moede wordt te kijken •li waarover ik misschien lot vervelens toe gewag maak, trekt nog altijd mijn aandacht. Het la merkwaardig hoe ge makkelijk ze zich aan den muur vast klampen met hun scherpe klauwtjes, ter wijl de gekromde staart hun aan tevens tot steun is. Alle voegen in den muur,, waaruit de kalk ten deele is uitgevreten of wegge vallen onderzoeken ze nauwkeurig en ze boren hun fijne snaveltjes diep in de voeggaten. Heele bossen fijngeweven spinsel, hetwelk de larven of poppen om sluit, halen zo er uit te voorschijn en het schijnt voor hen soms een heele toer om alles uit elkaar te krijgen teneinde de levende have, die dat spinsel omsluit, tot lekkere buit te maken. Als je zoo'n invasie van wat koolmees- jes krijgt, kun je je gelukkig rekenen, want aesthetische en materieele verlan gens worden bevredigd. Maar ook het nagaan van die bonte kraaien kan eep groot genot zijn, al zijn hun doeningen van een geheel anderen aard. Brutaliteit en sluwheid zijn hun ken merkende eigenschappen. {Zij zijn fvoor geen klein geruchtje vervaard en laten zich de kaas niet van het txrood eten. Hun kameraadschap onderling is van grooten trouw en zooals gezegd zijn het zeer gezellige vogels, die in hun maat schappijtje, voor zoover wij-dat kunnen beoordeelen, de functies goed hebben verdeeld. In het doodsche en grauwe landschap kunnen zij met hun levendig en welover- legd gedoe heel wat opgewektheid leggen. Niet allen kunnen dat waardeeren, want veel wordt hem ten laste gelegd, waaraan hij misschien geen schuld' heeft Toch wordt als afschrikwekkend voor beeld menige bonte kraai geschoten en aan een paaltje opgehangen. Wee hem, die in een kwaad gerucht staat, wordt aan de bonte kraai dikwijls bewaarheid. Maar wat zouden we hem missen als we de bonte kraai in het winterlandschap niet meer zouden zien. Een trouwe win terkameraad zou' een leege plaats in ons leventje laten. Laat daarom de horde maar weer ko men; we zullen hem met genoegen ont vangen. Roblnson. Radio-nieuws. FE UILLéT ON mt de „dorus rijkers" nar de eierlandsche gronden. In dennorgen van 20 September 1930 was het echt weer uit het zuid-zuid westen, reenbuien en matige tot krach tige wind. De plannen voor den vrijen Zaterdagmiiag, op de reede van Texel te gaan zeilenWerden dan ook wegens het slechte weeijpgegeven en ik maakte mij juist gereed>m den middag dan maar huiselijk te eren, toen het tevens tot mij doordronj dat het weer niet alleen meer slecht teioeinen was, maar de wind was aangewaterd tot stormkracht, dat dus de kans iit uitgesloten zou zijn, dat de reddingboit vel eens te hulp zou moeten komen ~)ii vage vermoeden deed mjj mijn reddhgjottkleeren eens nazien en klaarhangm, 'celaarzen, oliegoed, zuid-wester, wdlen tui en wat daar ver der alzoo toe lehtori Om 1 uur 's nidoagt wordt er gebeld. Het is Piet Bot, le j«ngte zoon van schip per Bot van do reqingboot „Dorus Rijkers". Mijnheer, vader "vragt of u meegaat, er zit een schip ii <e Eierlandsche Gronden? Ja, het is goed. B^el tijd heb ik? Tien minuten, mijneer. Mijn zoon, steeds v belangstelling voor de eigenaardige ebpades ter zee van zijn vader, had hetj gehoord en smeet op eerste sommatie,]iepak en ver der toebehooren de trap niet dan na zeer ernstige bedreiging ,or een paar etsen aan den muur, langde trap. Be neden in den gang verkl^ mjj record-tijd, neem oliegoecen laarzen onder den arm en antwoord», vraag van mijn vrouw, door he ongewone lawaai opgeschrikt: Wat ga je doen? niet n; „Red dingboot". Vlug op de fie\ en Weg ben ik. 1.07 aan boord, vlugg kan het wel niet. Op de „Dorus Rijkei is aue8 klaar. Bot aan het roer op de kne ver_ hooging achter de metalen golfbter> r6 motor werkt al met zijn mooleilmiman Dat viool leeren spelen van mijn dochter heeft me honderden en honder den gekost, zuchtte Jansen. Zeker aan processen met de buren, zei Pietersen. Ik ben benieuwd of het stuk geluk- ig zal eindigen, zei mevrouw in den chouwburg. Geen kwestie van, bromde mijnheer. De ezel trouwt met haar. ZONDAG 9 NOVEMBER. Hilversum, 298 M. AVRO 12.005.00 en 8.00—12.00, VARA 9.0012.00 en 5.006.00. 9.00 Tuinbouwhalfuurtje. 925 Esperantolezing. 9.40 Gedichtenlezing door W. Dinger. jo.oo Concert door het VARA-orkest. 10.50 Toespraak door G. J. Zwertbroek. 11.05 Vervolg concert. Werken van C. Franck. 12.0012.30 Lezing over de film en filmkunst door L. J. Jordaan. 12.302.00 Concert door hét AVRO-octet. Boris Lensky, viool. 2.00 Boekemhalfuurtje, door Dr. Ph. Ritter. 2.30 Concert door het Zwolsche Stedelijk Orkest. 3.30 Kamermuziek door het Cherniavaky-Trio. Di Moorlag, sopraan. 4.30 Grammofoon. 5.00 Uurtje voor de Havenarbeiders. Opvoe ring van een hoorspel. 6.00 VPRO. Ziekenhalfuurtje. 6.45 Dienst in de Engel9che Kerk. V.C.J.B.- koor. 8.00 Persber. 8.10 Concert door het omroeporkest. 9.00 „Bekentenissen", tooneel van Sdr A_ Co- nan Doyle. 9.30 Aansl. van het Concertgebouw. P. Hild- ner met begel. v. h. Concertgebouw-orkest. 10.15 Voordracht v. Kommer Klein. 10.30 Vervolg concert. Omroep-omest speelt walsen. 11.00—12.00 Grammofoon. Huizen, 1875 M. KRO-uitz. behalve 8.25 en 5-50. 8.259.20 NCRV. Morgenwijding. Geref. Evang. Zangkoor. 10.00 Hoogmis in de St. Henricuskerk te Amersfoort. 12.00 Concert door het KRO-sextet. 1.30 Lezing over het menschelijk onverklaar bare in de Kath. Kerk, door Prof. Mets. 2.00 Lezing over Palestina door M. Tops. 2.30 Concert door het KRO-orkest. 4-305.00 Ziekenhalfuurtje. 5.50 NCRV. Dienst in de Ned. Herv. Kerk te Gorssel. Ds. Gregory, voorganger. 7.45 Grammofoon. 8.00 „De Troubadour", opera van Verdi, met medew. van Ed. v. Ploeg, J. Moes, J. Dirks, Mien Bouwmeester Verheydt e.a. Orkest 6e Reg. Inf. Kon. 's-Hertogenbosch' Mannen koor. 10.4011.00 Epiloog. Koorzang. MAANDAG 10 NOVEMBER. Hilversum, 298 M. UitsL AVRO-uitz. 8.00 Grammofoon. 10.00 Morgenwijding. 10.30 Concert door het AVRO-Kwintet. 12.00 Concert door het Rotterdamsch Philh. Gen. o.l.v. E. Flipse. 2.002.30 Pauze. 2.30 Orgelconcert door G. Robert. J. Immink, mezzo-sopraan. 3.30 Aansl. v. b. Carlton-Hotel. Concert door de Kapel Pege. 4.30 Kinderuurtje. 5.30 Concert door de staf muziek v. h. 6e Reg. o.l.v. L. d. Morée. 7.00 Grammofoon. 7.30 Boekbespreking door P. de Mont. 8.00 Vocaal en instrum. concert. Gem. zang ver. „Crescendo". Fanfarecorps „Kunst na Arbeid". regelmatigen slag, dien hij gedurende de geheele reis geen oogenblik zou onder breken. Op den wal een klein troepje be langstellenden. Een korte begroeting aan het adres van Coen Bot, de trossen gaan los en de „Dorus" is op weg. Ik verdwijn door de kleine, ronde, waterdicht afsluit bare klep in het dek naar het achter-on der om zeelaarzen en oliegoed aan te trek ken. Als ik weer aan dek kom, passeeren we reeds het ..Wachtschip" en Hr. Ms. torpedojager „Witte de With". Ik ga naast Bot op de brug staan en zeg: Wel, Bot, wat is het? Een boot van de Kon. HolL Lloyd drijft met machine-schade in de Eierland sche Gronden en heeft noodsein gedaan. (Later bleek dit bericht, dat men slechts vaag had kunnen opvangen, onjuist, het was een Grieksch stoomschip de „Dimi- tris" geweest). Dus dan is er geen nood; met dezen wind drijft, hij vrij van de gronden. Als hii Eierland voorbij is, is er ook voor hem geen gevaar meer. Neen, zegt Bot. Maar misschien zijn er passagiers aan boord en dan zijn ze vlug met hun S.O.S., en zullen we ze er wel af moeten halen ook. We hebben er op kantoor een poosje over staan praten of we wel zouden gaan, ook omdat het be richt zoo onduidelijk en onvolledig was, maar de Commissaris (Commissaris van het Loodswezen) zei: Beter 3 maal voor niets, dan 1 maal telaat en daar heeft-ie gelijk an, dus gaan we maar eens kijken. We zijn met z'n zevenen, Bot, de schip per en 5 man, w.o. mijn persoon aan dek en voor den motor den monteur. Meer mogen er niet aan boord zijn. Eelman is de monteur, Sander, de stuurman en ver der dek-personeel, de Boer, de twee ge broeders Bijl en ik. Als we langs den Helderschen dijk stoomen, zien we achter ons de sleepboot „Drente van L. Smit Co„ ook al de haven uitkomen. Die wil zien of er niét wat te verdienen valt. Dadelijk doet de concurrentie zich voelen. Jongens, die moeten we zien voor te blijven. Wij het eerst bij het schip hoor! Zou hij ook door het Molengat gaan? Ja, dat doet hij vast wel. Het is hoog water en nog noordgaand tij, dus niets in den weg. Toch moet hij het ruimer nemen dan wij. I.00 Concert door het Omroeporkest. Hélène Cals, sopraan. 10.00 Persber. II.0012.00 Grammofoon. Huizen, 1875 M. NCRV-uitz. 8.15 Morgenconcert. 10.30 Zieken-dienst. 11.00 Lezen van Chr. lectuur. 11.*30 Grammofoon. 12.30 Orgelconcert door J. Zwart. I.45 Grammofoon. 2.00 Voor de scholen, door S. Postmus. 2.35 Grammofoon. 3.15 Kniples. 3.45 Grammofoon. 4.00 Ziekemmrtje. Zang met orgelbegeJ. 5.00 Solistenconcert (piano, viool, cello). 6.307.00 Mevr. Maj. Grimyser v. h. Leger des Heils. 7.00 Chr. Philos. cursus door Dr. P. Stegenga. 8.0010.30 Concert door de Chr. Oratorium ver. „Zaanstreek". Mevr. J. Vincent, sopraan. J. v. Kempen, tenor. W. Ravelli, bariton. J. P. Caro, bas. Haarl. Orlcestver. ,Jo»ua", oratorium van H Sn del. 10.30 Persber. 10.40—11.30 Grammofoon. DINSDAG 11 NOVEMBER. Hilversum, 298 M. Uitsl. AVRO-uitz. i.00 Grammofoon. 10.00 Morgen/wijding. 10.30 Concert door het AVRO-Kwintet. 12.00 Concert door het Tuschinsky-orkest. 2.002.30 Opvoedrugsvraagstukken door Em- my v. Lokhorst. 3.00 Kniples 4.00—4.30 Grammofoon. 4.30 Pianomuziek. Egb. Veen en L. Schmidt. 5.00 Kinderkoorzang door Jac. Hamel. 5.30 Concert door het orkest v. h. Rembrandt- theater in Amsterdam. 7.00 Engelsche les. 7.30 Volksuniversiteit. Spr. L. M. G. Arntze- nius. L. Gortez, piano. !.oo „Zapisnik Zuizeleho", voor tenor, alt, klavier en 3 vrouwenstemmen. ..45 Italiaansch operaconcert. 9.25 Prof. Ir. W. Schermerboni, over Wapen- stil standsdag. 9.50 Guitaarspel door M. Llobet. 10.05 Nieuwsber. 10.15 Voortz. concert (opera). 10.3510.50 M. Llobet, guitaar. 10.5011.35 Aansl. v. h. Grand-Hotel Central, Den Haag. Bela Saközs orkest. II.3512.00 Dansmuziek. Huizen, 1875 M. KRO-uitz. $.00 Grammofoon. 11.30 Godsdienstig halfuurtje. 12.15 Concert door het KRO-Trio. 15 Grammofoon. 2.00 Vrouwemrurtje. 3.00 Kniples. 3 305-00 Schriftverbetering. 15 Lezing over kostprijs van electra, door Prof. Dr. Ir. H. GeÜssen. i.00 Herhaling van den KRO-propaganda- avond. Het KRO-orkest en Salon-orkest. Hum. Utrechtsch mannen-ensemble. Opvoe ring van de revue „De bonte radiowereld". 9 20 Nieuwsber. 11.3012.00 Het KRO-sextet Op de reede, onder de Opper van den Helderschen wal, is het nog mooi glad water, maar het waaA zelfs daar in de ïuwte, knapjes hard. Ons achterzeiltje staat bij om het schip wat steun te geven. De „Drente" loopt langzaam in, dus schoot van het achterzeil wat vieren en de lok erbij. Nu trekt de boel er lekker aan en we stuiven er met motor en zeil met een vaartje door. Als we dwars van „Onrust" zijn en het Molengat indraaien, is het uit met het -gladde water en begint de zee al hoog te loopen. Voor de variatie en om den moed erin te houden, ratelt nu en dan een regenbui over ons heen. W e loopen dicht onder den Texel-wal en als we het Molengat uit zijn, sturen we N.-O.LN. en even later N.N.O„ iets den wal uit De ingekomen berichten luidden, dat het bewuste schip een 5 a 6 mijl uit den wal stond en wij schatten ons nu on geveer een dikke 2 mijl van de kust af. Het gaat nu vlak voor-den-wind. Bot vraagt of ik het roer wil overnemen. Wat stuurt, de „Dorus" prachtig. Zij giert voor de zeer hooge zeegang een weinig, maar is toch makkelijk op koers te houden. Door dat we voor-den-wind liggen, slaat het achterzeil nu en dan met een hevige klap over, waarbij de mast bedenkelijk staat te schudden. We besluiten dus maar om de zeilen weg te nemen, steun geven zij toch niet meer en het gaat voor het Noord- gaand tij hard genoeg. Ver achter ons en meer zeeïig, nu en dan onzichtbaar in de regenbuien, de „Drente". We worden door de huizenhooge zeeën opgenomen, klimmen, klimmen, de top van de golf rolt onder ons door en dan zakt het schip weer een tiental meters diep naar beneden. Dan zién we den reus met z'n witte, schuimende kop op den rug en ook niets anders dan dat. Aan alle kanten zijn we in dat golfdal door hooge bergen water omgeven. Het is een prach tig gezicht, die geweldige golven achter ons aan te zien komen. Ze nemen de „Dorus" op, doen haar vooruit stuiven en dan... dan lijkt het alsof de vaart eruit gaat. We dalen weer in het-golfdal en zien niets dan groote, groene bergen om ons heen. Als we het volgend oogenblik weer op den top rijzen* is het oogenblik ge komen om uit te kijken. Dan lijken we zoo hoog, dan zien we over alles heen en hebben ook weer „kim". Tus6chen een paar buien komt de zon DE RADIO-CENSUUR. En de beroepscommissie. Bij de behandeling van de interpellatie- Boon inzake de zendtjjdverdeeling heeft de minister van Waterstaat o.m. medege deeld, dat ingesteld zal worden een be roepscommissie voor de radio-censuur. Hoe noodig zulk een commissie is, is in den laatsten tijd herhaalde malen geble ken. De wensch is daarbij uitgesproken, dat zulk een beroepscommissie spoedig tot stand zou komen. Uit ambtelijke kringen verneemt het Hbld .thans, dat een en ander nog wel eenigen tijd in beslag zal nemen. De voor bereidende maatregelen verkeeren welis waar in een vrij gevorderd stadium, doch allereerst dient nog een K.B. te worden uitgelokt, waarbij zulk een commissie wordt ingesteld. En daarna zal het nog wel eenigen t;jd duren, eer de leden zijn aangewezen. Het bericht, dat aan de ver schillende omroepvereenigingen gevraagd zou zijn, hiervoor juristen uit haar kring aan te wijzen, kon men niet bevestigen. het ontbreken van geluid films in de ned. ta al. Het bestuur van den Dietschen Bond schrijft in een adres aan den minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen, dat het Nederlandsche volk slechts geluid films in vreemde talen te hooren krijgt. Adressant acht dezen toestand in strijd met een gezond volksleven, een toestand, die de belangen van de Nederlandsche be schaving en taal schaadt, die het zelfbe wustzijn van het Nederlandsche volk ver slapt, en die vooral betreurenswaardig moet worden geacht, omdat Nederland thans in gebreke blijft zijn taak te ver vullen, het Nederlandsche woord, de Ne derlandsche beschaving ook op deze zoo krachtige en doeltreffende wijze te bren gen tot hen, die Nederlandsch spreken en verstaan buiten het Rijk in Europa. Den minister wordt verzocht, middeleó. te beramen om dezen abnormalen toestand ten goede te wijzigen. Benige middelen worden in het adres aangegeven. door. Vóór mij zie ik de groene waterber- gen met witte schuimstrepen. Hoog rijst de steven van de „Dorus Rijkers". Op het oorschip, tegen de verschansing, twee man in hel-gele oliepakken, zuidwesters op, scherp uitkijkende naar het schip. Wat s het mooi! Wat is het grootsch en wal .s de „Dorus Rijkers" een prachtschip Heerlijk om gezond en sterk te zijn, om zeeman te zijn, de zee lief te hebben en hier pleizier in te kunnen hebben. Arme lui aan den wal, stakkers, dat jullie nu thuis moeten zitten of op straat loopt te mopperen, dat het slecht weer is en je een beetje zoet regenwater over je heen krijgt. Jullie weet niet wat je mist. Het is fijn weer, het is reusachtig, het is om te zin gen en te juichen! Bot heeft honger. Hij zou net aan tafel gaan, toen het noodsein kwam en heeft sinds 's morgens 8 uur niets gegeten. Dus, Sander, haal eens wat „kaak" op. Sander verdwijnt door het luik naar beneden en komt even daarna met een handvol witte scheepsbeschuiten terug. Allemaal wat en terwijl we zoo op het dappere, kleine scheepje op en neer en van bakboord naar stuurboord worden gesmeten, eten we on ze kaak, diezeer sterk naar petroleum smaakt. Je hebt er zeker petroleum op ge daan, omdat je dacht, dan glijdt het beter, zegt Bot tegen Sander. Neen, antwoordt deze, ik haal het zoo uit het blik. We vermoeden sterk, dat zijn handen niet geheel petroleum-vrij zijn geweest. Och, neen, menschen van den wal, denk ik, dit zou toch niets voor jullie zijn. Die hooge zee, dit scheepje, dat weliswaar prachtige, makkelijke, maar toch ook ge weldige bewegingen maakt en dan be schuit met petroleum? Neen, dat is alleen maar voor ons om daar tegen te kunnen, daar moet je zeevast voor zijn. Van het schip is nog steeds niets te zien, maar dat kan ook nog niet, we zijn nog niet dwars van de Koog en hij moet veel verder om de Noord zitten. Plotseling hoor ik den vlak voor mij aangebrachten luidspreker van de Radio installatie brommen. Hij zegt wat! Het blijft echter een soort genereeren. Eel man, de monteur, die ook de draadlooze bedient, gaat naar beneden om met de kop-telefoon beter af te stemmen. Echter zonder succes. „Niets dan storingen", ifl het bericht, waarmede hij boven komt Later hoorden wij, dat Kaaphoofd ons om l uur had opgeroepen om te zeggen, dat het bewuste schip zijn noodsein had in getrokken en we dus terug konden kee- .en. Dat hebben we dus niet opgevangen. Ook een later bericht van de ,3randaris" jereikte ons niet. Vermoedelijk heeft onze aisteming niet gedeugd, want het toestel oleek later volkomen in orde te zijn. We weten dus van niets en de span ning is er nog. Dit wordt zelfs steeds grooter, naarmate we dichter bij de plaats -lomen, waar het schip zoo ongeveer moet jjjn. We gaan nog iets meer uitsturen. De „Drente" komt nu en dan uit den regen tevoorschijn en zit iets meer zeewaarts en een paar mijl achter ons. We schatten zijn koers en gaan ongeveer dezelfde lig gen. Hij moet wel Radio-verbinding heb ben met het schip, weet dus allicht meer dan wij. Een zware hagelbui ontneemt voor een oogenblik alle gezicht en als die is weggewaaid, plotseling van één der bei de mannen voorop: „Daar is-ie!" Ja werkelijk, vrijwel recht vooruit, iets aan bakboord, een schip. Het lijkt dwarszee's te liggen. Maar dan kan het niet de onze zijn, want dwarszee's wil zeggen „Niet ten-anker!" en als zij niet heeft geankerd, kan zij hier niet zijn, dan moet zij in die uren met den storm en het tij, mijlen ver om den noord zijn ge dreven. We twijfelen. In elk geval er is spanning. We voelen geen nattigheid, geen koude, geen regen, geen hagel. Niets! We weten alleen: Daar is het schip. Zou het ons schip zijn? Zouden ze eraf willen? Zouden we lading krijgen? Het schip heeft een gele schoor steen ,zegt Bot die door zijn groote Zeiss- binocle heeft gekeken. Dan kan hü niet van de Hollandsche Lloyd zijn, zei ik. Hij slaat met z'n vin, zegt De Boer. Ja, het is zoo, hij stoomt, je ziet het schuim, dat de schroef opslaat. Hij heeft geen noodsein ook. Teleurstelling! Maar daar is er nog een! Daar aan bakboord, een groote, een passagiersschip, zwarte schoorsteen, zie je wel, dat is em! Ik twijfel, ik heb er geen hoop op, dgt schip ligt koers. O. (Slot volgt).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 7