Bloemenmagazijn „De Lelie" H O.J. BANSEMA Zeer mooie GEZONDHEIDSPIJP met sterk ALUMINIUM SYSTEEM. ALLE MODELLEN f 1.50. Een welkom geschenk voor eiken Heer. In vele Sigarenmagazijnen voorradig. van het College, na bet gesprokene, de zaak aan te (houden en aan den Minister te vragen of zit 'bij de 'begroeting mag worden behandeld'. Niet juist is (het, dat de Me uitzending der belastingbiljetten veroorzaakt wordt door de vaststelling van dit percentage. Die biljetten worden, de Raad weet dat ook, gebaseerd op de rijksbiljetten. Inderdaad is deze late uit zending voor veel menschen een lastig inoonvenient. Is het niet mogelijk, vraagt spr., om, zooals vroeger bij de gem. be lasting geschiedde, het cijfer open te laten? De heer De Zwart: Ik heb juist te gen den heer Van Gessel betoogd, dat dit niet geoorloofd is. De heer Biersteker vraagt of B. en W. de zaak willen aanhouden en die bü de begrooting opnieuw aan de orde De heer De E o e r heeft de fcehande- stelten willen. ling in de vergaderingen der Cie. van Bij stand niet bijgewoond en geeft, gehoord het hedenavond besprokene, in overwe ging op het voorstel-Van Dam in te gaan. De heer Van der Vaart: Het is in derdaad waar, dat in de Cie. voor de Fi nanciën unaniem te kennen gegeven is, dat men liever eerst de begrooting wilde behandelen. Ook spr. behoorde daarbij. Na lezing van het Voorwoord heeft spr. zich de vraag gesteld of de vaststelling thans dringend noodzakelijk is. Wij leg gen ons vast, niet alleen op de inkomsten, maar ook op de uitgaven, zegt men. Als mocht blijken, dat op de begrooting een post kan worden geschrapt, is dat geen bezwaar, omdat dan de post onvoorzien verhoogd wordt. En ook op grond van 'be zuinigingen is het niet noodig tegen de voorstellen van B. en W. te stemmen, want dat kan_ men toch ook. Met concrete dingen (kermis e. d.) kan rekening worden gehouden. Spr. begrijpt dan ook niet waar om geen gevolg kan worden gegeven aan den uitdru'kkehjken wensch der regeering. Dit zou alleen het geval zijn indien men de cijfers der begrooting zou willen aam- vechten en wiji zien dergelijke wijzigingen niet Spar. heeft dus geen bezwaar zich vóór het voorstel van B. en W. te ver klaren. De Voorzitter is van meening, dat deze zaak meer stof doet opwaaien dan vermeerdering of vermindering van zeg 5 het belang ervan -medebrengt. Het betreft hier toch slechts geringe bedragen, want opcenten betreft slechts een paar duizend gulden, hetgeen op een -begrooting van ©enige milüoenen toch geen invloed heeft. De heer Biersteker vergist zich als hij meent, dat wij vóór 1 Januari de begroo ting kunnen behandelen; wij hebben nu nog slechts de proeven en zij moet nog in de secties worden 'behandeld, enz. Wat is er dus tegen aan den Minister te vragen of wij de zaak mogen aanhouden? De heer Van Gessel vraagt of het Voorwoord buiten beschouwing blijft. De Voorzitter: Ja, dit is alleen ter toelichting aan den Raad verstrekt, het Mij ft vanavond buiten discussie. De heer Eijlders: Het is er bü ge voegd om de aanname' dezer bijlage te doen slagen. Andera heeft het geen zin. En komen nog andere dingen in ter sprake, de electtriciteitstarieven. Wij wil len hier niet den drukker beschuldigen, noch B. en W., dat de begrooting zoo laat is, wij houden; alleen rekening met de feiten, dat we voor die late verschijning staan. En als nu het percentage wordt vastgelegd, is de mogelijkheid er straks op terug te komen, uitgesloten. De heer Van D a m komt terug op de woorden vani den Voorzitter en den heer Van der Vaart, als zou deze kwestie niet zoo 'belangrijk zijn. Het 'betreft hier een eerste maal en wij moeten zekerheid heb ben wat mag en wat niet mag. Massa's stukken hebben wij doorge werkt en wij hebben werkelijk den indruk gekregen, dat het niet andera kon. Toen is de beslissing afgekomen inzake den Amsterdamschen raad' en bleek, dat het wel anders kon. Anders toch had de Mi nister dit niet toegestaan. Op dezen grond wil spr. de kwestie thans -liever aanhou den. Maar het is hier niet de vraag hoe veel of 'hoe weinig, alleen omdat 'het hier een eerste maal is, dat dit 'geschiedt. De heer De Zwart deelt mede, dat B. en W. het voorstel zullen overnemen om zich tot den minister te wenden met de vraag of het mogelijk is de vaststelling Dan kan in' December zoo noodig een van het heffingspercentage uit te stellen, speciale vergadering plaats hebben. Van daar, dat spr. thans op de verdere be schouwingen niet weder zal ingaan. De heer Monhemius vraagt naar aanleiding hiervan het woord. Spr. zal voor uitstel stemmen, op de gronden door den heer Eyldiers in zijn betoog ontwik keld. Persoonlijk voelt spr. meer voor directe behandeling en vaststelling. De heer Van dier Vaart geeft nog •enige aanwijzing voor redactie van het verzoek aan den minister, voor welke mo tiveering de Voorzitter niets gevoelt, en tenslotte wordt besloten conform liet door weihouder De Zwart, medegedeelde. Geen medewerking aan de ver betering van de fnndeerlng der CömenlusschooL Voorstel tot het niet-verleenen van medewerking tot het aanbrengen van verbetering aan de fundeering van de Comenliusschool. Held, Crt 20 Nov. De heer Monhemius vraagt excuus, dat hij voor deze niet zeer belangrijke zaak het woord vraagt. Spr. is bet even wel niet met de motiveeraig van het af wijzend proe-ad vies eens, nl. dat deze ver betering tot het dagelijksch onderhoud behoort. Hij begrijpt niet, dat de Comm. van Advies hier tegen is. Als men een schoolgebouw afstaat, moet men dat tocli in behoorlijken staat geven. Overigens wensoht spr. van zijn inzicht geen voor stel te maken. De heer Van Dam betreurt het, dat de onderhandelingen met het bestuur van de Comeniusschool steeds zoo moeilijk zijn. V an de processen, welke de gemeente heeft loopen, vormen die met deze ver- eemiging wel het grootste aantal. Is in de rapporten wel voldoende naar voren ge komen, dat liet schoolgebouw geenszins schitterend is te noemen? Het was een oude gemeenteschool, waarover het be stuur de beschikking kreeg, maar het leert kennen als men het bewoont. Spr. acht het wensohelijk, dat men 'hier tracht spreekwoord zegt, dat men een huis pas zich niet zuiver en alleen op de wet te stellen, maar de zaak ook eens uit een oog punt van recht en billijkheid te bezien. Het betreft hier toch ook kinderen van gemeentenarenl Is er geen mogelijkheid dat men op een andere basis van onder handelen komt, vraagt spr. De heer Schoeffelenb erger: Het bestuur der school staat niet erg best aangeschreven bij het gemeentebestuur. Men betrekt er nu 'het- kind. ih, maar af gescheiden daarvan is het toch een school» belang, dat hiermee gemoeid is. Spr. is voor inwilliging van het verzoek. De heer De N ij Het gaat er hier niet om, dat bet gemeentebestuur deze muren niet wil repareeren, maar het gaat hierom, dat het Schoolbestuur dit uit eigen middelen dient te betalen. Immers, z;j krijgen precies hetzelfde als de open bare scholen. Maar het bestuur der Co meniusschool doet niets anders dan alles voor zich alleen eiscbenj alsof er geen andere scliolen zouden bestaan. En de zaak is zóó, dat, ala wij hier de koorden van de beurs niet zeer strak houden, .we moeten beatten tot we groen en geel zien. Dan is het hek van den dam. Op liet oogenlbiik is die heêle rommel gelukkig uit onze commissie vandaan, er is een aparte commissie voor.... 'De Voorzitter: Die er de handen aan vol heeft. De heer De Boer is verbaasd over den heor Monhemius, die al bij voorbaat uitmaakt wat de Raad moet beslissen* nl. of het billijk is of niet wat hier gevraagd wordt. Op 'het oogenblik hebben we dezen eigenaardigen toestand, dat de voorzitter van de Comm. van' Advies de oprichter is van de Comeniusschool (nl. de heer S. Jaring, red.), die thans megaat met die Oommissie in haar afwijzend advies. De Raad kan niet anders doen, meent spr., dan met dit advies meegaan. Spr. zet de regeling uiteen, zooals die in de wet is opgenomen. Volgens art. 101 van de L.O.- wet kunnen alle scholen, ongeacht of het openbare dan wed bizondere zijn, dezelfde uitkeering krijgen. Art. 72 van diezelfde wet opent nochtans den weg om boven deze gewone uitkeering nog meer binnen te haten. Toen het veranderde art. 72 in de Tweede Kamer is behandeld, heeft Mi nister De Geer gezegd, dat dit artikel in derdaad de deur opent om op kosten van de gemeenten te komen tot een onbe grensde royaliteit. Door dit artikel kun nen slordigheid, zorgeloosheid, ongebrei deldheid, enz. op de gemeenten worden losgelaten. Weliswaar is tot hiertoe nog geen zeer groot bedrag op deze wijze bin nengekregen, maar men kan er zeker van zijn, dat dit met de jaren zal toenemen. Wat den iageren scholen toekomt, heeft ook de Comeniusschool gekregen. Spr. wijst er voorts op, dat de Cie. van Advies is samengesteld uit menschen van allerlei richting. De li eer E ij l der s wË na dieze wóór den van den lieer De Boer nog een en ander zeggen. Was het maar zooals de heer De Boer zegt, namelijk, dat het voor de bizondere scholen precies zoo was als vooir do openbare. Het bizonder onderwijs is inderdaad' aangewezen op de huishou ding van het openbare,, maar dit laatste weet aan het eind van het jaar precies waar het aan toe Is, en dat weten de bi- zondere scholen niet. De heer Monhemius heeft steeds de belangen van het openbaar en bizonder onderwijs gelijkelijk behartigd. Spr. zou over deze zaak hebben gezwegen als hij niet bevreesd was, dat de gemeente deze kwestie in kooger beroep zal verliezen. Het betreft hier een bizonder geval voor de Commissie van Bijstand, die in deze niet competent is. De competentie hier van is bij B. en W. Spr. gelooft niet, dat de Comeniusschool dit uit de beschikbare middelen zal kunnen- bestrijden en al zijn bet nu honderdmaal vervelende kerels, als ze recht hebben moeten ze ock recht ge daan worden, dat staat va3t. De heer Bok wijst de beschuldiging als zou het bestuur van de ComeniuR- schocl niet in een goed blaadje staan bij lift College van B. en W., uitdrukkelijk af. Wij willen rechtvaardigheid en wij vinden bü het bestuur dezer school geen welwil- Dnde hoiid-iig. Het betreft hier een muur, die moet werden gerepa.eerd1. Is Let een verbetering, dian komt zij voor rekening vau het Schoolbestuur, 'a Let eon veran dering. dan is het voor de gemeente. En var. killende zijden is beslist, dat het geen verandering betreft, maar een ver betering. Daar B. en W. niet op eigen kompas wilden zeilen, hebben zü deze zaak, alsook die van de vloermatten, in de Commissie aanhangig gemaakt. Ja, men lacht du, maar indiien het inderdaad een verbetering is, zijn die matjes het ook. Wanneer' nu toevallig die Commissie af wijzend tegenover het verzoek staat, iB dat geen reden te zeggen dat tusschen het gemeentebestuur en de Comenius school geen goede verhouding bestaat. Een dergelijk verwijt wijs ik af, zegt spr. De lieer De Zwort wil er als wethou der van Financiën op wijzen, dat de beide aangehaalde wetsartikelen regelen de ge wone en dié buitengewone uitgaven voor de scholen. Indiien er krachtens art. 72 gelden worden gevoteerd, moeten die ko men op de buitengewone uitgaven van de gemeenten, waarvoor later moet worden geleend. En als B. en W. op de begrooting zouden aankomen met gelden, die waren bestemd voor een stuk isoleer voor een schoolmuur waarvoor zij wilden leenen, zou men terecht vragen of het hen in het hoofdi scheelde. Dit moet. uit de gewone middelen worden 'bekostigd1 en datzelfde geld, wat die openbare schoten voor der gelijke 'herstellingen krijgen, krijgen ook de schoolbesturen. Ons bezwaar is, dat zij dit. bedrag, dat zij dus onder de gewone middelen ontvangen, onder de buitenge wone nogmaals wenschen te ontvangen. Dan zouden zij het feitelijk tweemaal krijgen. Geroep, protesten! De heer De Zwart: De openbare scholen schaffen zich een aantal leermid delen aan, en de bizondere scholen krijgen daarvoor eveneens de gelden. Wij hebben het al meer beleefd, dat de Comenius school het nogmaals aanvraagt. Als de Raad dit aanneemt, moet ik straks bij den Raad komen om dit bedrag onder buiten gewone middelen onder te brengen. Neen, dit zijn uitgaven* die uit de gewone mid delen moeten worden bestreden, waarvoor niet mag worden geleend. 'De Voorzitter stelt voor, dat men de beslissing van de Kroon afwacht. Zeker zal de HeddL Schoolvereeniging in beroep gaan. De heer Van Dam spreekt de mee ning tegen' van den heer De Boer als zou het bizonder onderwijs er tegenwoordig goed voorstaan. Stel, dat men een oude bizondere school heeft naast een. nieuwe openbare, dan zal de bizondere toch niet in gelijke mate met haar onderhoudskosi- ten uitkomen als de openbare. De discussies wordlen gesloten en con form het voorstel van B. en W. beslist. Vloermatten Comeniusschool Voorstel tot het verteenen van mede werking tot aanschaffing van vloermatten voor de Comeniusschool. Held. Crt, 22 Nov. Reclames wegenbelasting. Voorstel tot behandeling van; verschil lende reclames tegen den aanslag in de wegenbelasting. Diverse verknopen van grond. Namelijk aan H. van Dam, W. Vrees wijk en P. van der Eijk. Held. Crt. 22 Nov. Deze voorstellen worden zonder discus sie of stemming aangenomen. Benoeming leden Alg. Weeshuis. Conform de voordracht worden in de vacatures Mevr. A. W. Dekker—Klik en P. J. Micliels beide aftredenden herkozen. Kerstgave aan diverse gezinnen. Voorstel tot het toekomen eener Kerst- gave aan daarvoor in aanmerking komen de gezinnen. Held. Crt. 22 Nov. In antwoord op een vraag van den heer Eijlders licht de Voorzitter toe, dat ook de werkeloozen, evenals verleden jaar. in aanmerking komen. De heer Biersteker vraagt hieromtrent ook eenige inlichtingen. Conform het voorstel aangenomen. Gemeentelijk Pensioenfonds. Met alg. stemmen worden benoemd, conform de voordracht van B. en W., tot leden van de Cie. van Bijstand in het be heer van liet Gemeentelijk Pensioenfonds de heeren A. J. J. M. van Gessel, A. Kwant, P. van Daten en J. Spoetetra. Trekken van secties voor de begrooting. Intusschen heeft de samenstelling plaats van de secties voor het afdeelingsonder- zoek der-gem. begrooting 1931. Demping balkenhaven. Voorstel om afwijzend te beschikken op het verzoek van de N.V. Houthandel v.h. J. Oortgijzen en Zoon tot het dempen van haar balkenhaven met afvalstoffen. Held. Crt. 25 Nov. Op verzoek van den heer Meij er ver daagd tot het einde der agenda ter be handeling in comité generaal. Plaveisel Koningdwarsstraat. Ter visie is gelegd het antwoord van Burgemeester en Wethouders op een vraag van den heer Monhemius inzake den slechten toestand, waarin het pla veisel van het gedeelte Koningdwars- straat, tusschen Koningstraat en Prins Hendriklaan, zou verkeeren. Medegedeeld wordt, dat heel wat straten in de stad in minder goeden staat ver keeren en dat deze toestand geleidelijk zal worden verbeterd. De onverwerpelijke 6traat komt voorshands nog niet voor ver betering in aanmerking. GROOTE KEUZE SINT NICOLAAS CADEAUX zooals Zweedach Aardewerk Leerdamsoh Glaswerk, Koperwerk, Manden, enz. BREEWATERSTRAAT 16 Verlaging electriclteltstaricven. Voorstel tot wijziging van do tarieven voor de levering van electriciteit. Held. Crt. 25 Nov. De heer Van Gessel kan zich met dit „voorzichtige" voorstel vereenigen en hoopt, dat het zal worden aangenomen en vruchten zal afwerpen. Kan er, vraagt spr., niet een populair-gescnreven bro chure hieromtrent worden uitgegeven? De tarieven zijn nogal ingewikkeld en zoo'n brocnure zou veel propaganda kunnen maken voor het vastrecht tarief. De heer Eylders constateert, dat de Raad met dit voorstel overvallen wordt. Verleden jaar Is weliswaar reeds over astrechttarief gesproken, maar spr. had lit voorstel toch nog niet verwacht. Hij ontwikkelt verschillende bezwaren tegen het voorgestelde stelsel, en vraagt of bü de opstelling van deze bijlage het belang van den consument voorgestaan heeft dan wel in de eerste plaats dat van het be drijf. Kan men niet een andere wüze van berekening toepassen, vraagt spr., büv. op basis van de huurwaarde, e.d.? De heer DeBaer wijst op het verscnil tusschen een vastrechttarief voor gas eD voor stroom. Het eerste wordt nier gefa briceerd, het laatste moeten we zelf in- koopen. Brengt een eventueele maximale belasting van het net geen gevolgen mee voor de gemeente, vraagt spr. De heer Van Dam meent, dat in het algemeen de tarieven als ze goed werken, in het belang zün van consumenten en gemeente beide. Alle tarieven, die het be- ïryf vooruithelpen .zijn in beider belang. Do heer De Zwart beantwoordt de sprekers. De opmerking van den heer v. Gessel, dat het voorstel voorzichtig is ge steld, alsmede dat de tarieven zeer inge wikkeld zün, is volkomen juist. Maar vast recht is ten opzichte van electriciteit de eisch, die thans door geheel Nederland wordt gehoord. Evenwel bestaat overal de verkeerde meening, dat men elders goed- kooper at' is dan in de eigen plaats. In derdaad zullen zij, die in 1980 een groot kwantum hebben afgenomen, er geen voordeel van hebben. Maai* aan elk tarief dat men toepast, zijn voor een of andere categorie onbillijkheden verbonden. Ook als men volgens huurwaarde of aansluitwaarde gaat berekenen. Met dit tarief pogen wü de maxlmaalbelasting zoo laag mogelük t© houden en het stroomverbruik zoo hoog mogelük op te voeren. In 1929 bedroeg d© maximale be lasting 63 pet. van den ingekochten stroom, en wü moesten daarvoor plm. 2/3 van het totaal dat wü aan het P.E.N. moe ten betalen, neerleggen. Als wü nu door deze prijsstelling kunnen bewerken, dat wü bü een niet grooter wordend maxi maal verbruik toch een grooter stroom verbruik krygen, wordt onze inkoopsprijs lager en dientengevolge de winst hooger. Wat de heer De Boer opmerkt, hebben wy ook gevreesd, en daarvoor is thans 10.000 uitgetrokken. Inderdaad zal hel eerste jaar een tekort opleveren, maar het nieuwe tarief zal een stimulans zyn voor meerder verbruik, waardoor dit verschil zal worden ondervangen. Nader zet spr. de werking van het tarief uiteen, ten betoog© dat en de con sument en de gemeente er voordeel van hebben. Den Helder heeft verleden jaar rond 900.000 KWXJ stroom verkocht. Hiervan is in de speruren verbruikt 560.000 KWU. Vlaardingen verkocht in hetzelfde jaar 8 millioen KWU, waarvan slechts 1 millioen in de speruren. In Alk maar zien we hetzelfde. De bedoeling met het nieuwe tarief is, dat wy het in de hand hebben zooveel mogelyk stroom bui ten de speruren te doen gebruiken. De Raad vereenigt zich zonder stem ming met de \oordrachl. Maximum aantal vergunningen. Drooglegging van wijken. Voorstel met betrekking tot de adres sen van het Centraal Comité voor Drank- bestrüding „Den Helder" en van do af- deellng Den Heldor van den Nederland- schen Rond van Koffiehuis-, Restaurant houders en Slijters nopens verlaging van het (maximum aantal vergunningen en drooglegging van wüken. Held. Crt. 25 ^ov. De heer Woud houdt een uitvoerig betoog, waarin hij de werking uiteenzet van het tegenwoordige stelsel van uit sterving, waardoor by overly'den de ver gunning automatisch vervalt. Als morgen dus alle vergunninghouders stierven, zou den we geen enkele vergunning meer overhouden. De heer VanDam:Ende naamlooze vennootschappen dan! De heer Woud wüst op het bestaande art. 14, waardoor mogelyk is geworden, dat de weduwe een vergunning kanover- nemen. De Bond heeft in zijn adres er op gewezen, dat door het laaghouden der vergunningen de clandestiene verkoop zal toenemen, wat zeer moeilyk contro leerbaar is voor de autoriteiten. Spr. heeft een liist van alle vergunninghouders voor zich; hieronder zün er 15 tusschen de 60 en 70 jaar. Geroep: Een gezond vak! De heer Woud: Bij hum overlijden vervallen dus binnen afzienbaren tyd deze vergunningen. Ala we nog vijf jaar wach ten krijgen we Inderdaad een te laag niveau van vergunningen. Zelfs tegen standers van vergunning en geheel-ont houders willen toch wel eens in een kof fiehuis komen. (Daar er enkele raadsleden dicht bü den spreker zy'n komen staan en liem af en toe interrumpeeren, irriteert dit den heer Woud en hij verzoekt de heeren heen te gaan. Speciaal tot den heer De Nijs zegt de spr.: „Gaat u nou naar de overzüdel") 'De lieer Woud, voortgaande, is over tuigd, dat liet gebruik van sterken drank wel eens tot verkeerde dingen leidt. Maar wü (spr. bedoelt de caféhouders) hebben daarvoor dé zwarte lüst. Men zou mis- sehiieii denken, dat spr. hier een lans hreekt voor de verguinni nghouders. Dat is evenwel onjuist. Een klein aantal vergun ninghouders is zelfs voord'eellg, omdat het. minder concurrentie schept. Spr. be schouwt de zaak uit een algemeen oogpunt en betwist overigens, dat liet door B. en W. genoemde aantal van 47 juist Is. Z. 1. telt „Casino" hierbij niet mee. De Voorzitter betwist dit en hand haaft de telling van B. en W. De heer Monhemius was niet voor nemens iets over dleze voordracht, die spr. warme sympathie heeft, te zeggen. Hoe wel zelf geen geheelonthouder, is hij nochtans een warm vriend van de drank bestrijding en meent, dat we met deze bü- lage, die op kalme wijze in den geest der drankbestrijders medewerkt, op den goe den weg zün. De heer Van Dam is wel geheel-ont houder en drankbestrijder, en spr. doet dit ook op kalme wüze. De heer Woud heeft de historie van dien drankstrüd aange haald, maar toen eindelijk de dra uk-wet- Kuyper kwam, was die hard noodig ook. We zijn nu onderweg en nu zou men ons een halt willen toeroepen. Telkens komt men weer met dat argument van den dan- destienen verkoop. Als de menschen van het vak daar zoo bang voor zün, wüst dat er wel op, dat het verminderen der ver gunningen toch geen voordeel voor hen is. Men kan lederen maatregel ontduikén; het gevaar voor ontduiking is geen argu ment om een maatregel niet in te voeren. De feiten zijn er, die uitwijzen, dat het drankgebruik vermindert, en Indien wer kelijk de clandestiene verkoop zou zün toegenomen, zou dat ook uit de cüfers moeten blijken. In de adviezen van den Bond omtrent deze vooratellen wordt ge waarschuwd, dat de gemeente moet op passen niets te dioen wat niet aantoonbaar is. Maar ook clandestiene verkoop is niet aantoonbaar en wordt toch als motief aan gevoerd. Allerlei dingen, de gekste, wor den in dit schrijven aangevoerd; zoo o. a. de aanwezigheid van twee vliegvelden, deze moet als argument dienen om het aanitiali vergunningen op 45 te fixeeren. Wie noemt niu een vliegveld als motief om het aantal vergunningen op te voe ren?!. De heer Woud: Dat wordt hier niet gedaan! De heer V a n D a m Zeker, u kunt het in de stukken vinden! Door de actie van de drankbestrijders, gepaard aan wettelü- ken steun, is geleidelijk hier een betere toestand ontstaan en wij moeten op dien weg Inlijven voortgaan. Het verzet van de vergunninghouders is uit maatschappelijk oogpunt te begrijpen, maar blijkbaar is dit voorstel toch niet in hun belang. Er blykt uit, dat het drankgebruik afneemt Ze zijn nu al zoover, dat ze propaganda maken in dezen geest: eiken dag een borrel 1 Spr. betreurt het, dot het College niet neg iets verder is gegaan en het verzoek van het Drankweercomité om de aange geven wüken droog te leggen, heeft inge willigd. De argumentatie hiervoor be grijpt spr. niet; er is geen behoefte aan, zegt men, en daarom vinden we het beter om maar geen wüken droog te leggen. Is het niet beter, waar er blükbaar geen be hoefte bestaat aan café's, ineens te zeg gen: dan zullen wü zorgen, dat ze er ook niet komen. Spr. stelt alsnog voor aan het verzoek van het Drankweercomité te voldoen. De heer Van der Vaart zou gaarne over dit laatste voorstel nog het woord willen hebben. De Voorzitter meent, dat dit voor stel niets te maken heeft met de 5-jaar- lyksohe herziening en dat B. en W. dus boter hierover eerst prae-advies kunnen uitbrengen» Intusschen kan de Raad over de andere voorstellen een besluit nemen. Deze voorstellen worden aangenomen, waaihü de heer Woud verklaart tegen te zullen stemmen. Intusschen komt de Voorzitter op het voorstel-Van Dam terug en vraagt of de heer Van der Vaart veel erover te zeggen heeft. De heer Van der Vaart wil slechts een enikele opmerking maken* en dit te meer, omdat spr. en zijn partij geheel aan de zijde des heeren Van Dam staan. Maar in dit opzicht verschillen wü met den heer Van Dam. Het voorstel van B. en W. achten wij alleszins redelijk. Er zyn thans een aantal vergunningen in het centrum der stad, dicht op elkaar, en als we voor 'het feit komen te staan, dat zich hier een vergunninghouder een nieuwe modern in gerichte zaak wil scheppen, terwül het aantal vergunningen er niet dbor uit breidt, moeten we toch medewerken die betere gelegenheid te scheppen, waardoor we van een wellicht minder gunstig kroegje, dat gelegenheid geeft tot zui pen, kunnen afkomen. Het betreft hier immers geen beperking van het aantal vergunningen. De heer Van Dam gelooft niet, dat iemand, die een goed beklant kroegje heeft, dat zoo maar zal veriaten voor een betere inrichting. Deze veronderstelling acht spr. in 6trijd met d© werkelykheidi, men loopt op deze wijze gevaar te schep pen' waar die niet bestaat.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1930 | | pagina 6