HELDERSCHE COURANT
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS,
TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
HET JAAR 1930.
DE JACHT OP
DE VEERTIG SCHEDELS
IS ALTIÜD GOEDKOOPER
OOK VOOR DAMES-CONFECTIE
No. 6805 EERSTE BLAD.
WOENSDAG 31 DECEMBER 1930
58ste JAARGANG
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbetaling: Helderscbe Courant
f 1.50; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand en Wieringen f 1.65;
binnenland 2.Ned. O. en W. Indië p. zeepost f 2.10, id. p. mail en
overige landen f3.20. Zondagsblad resp. f 0.50, f0.70, f0.70, f 1.
Modeblad resp. fo.95> i 1-25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.; fr p p 6ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER JR.
Bureau: Koningstraat 29 Telefoon: 50 en 412
Poat-Glrorekenlng No. 16066.
ADVERTENTIE N:
20 et. p. regel (galjard). Inges. meded. (kolombreedte aia redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advert. (gevraagd, te koop, te buur)r. 1 t/m 3
regels 40 ct., elke regel meer 10 ot. bij vooruitbetaling (adres: Bureau
v. d. blad en met br. onder no. 10 et. p. adv. extra). Bewljtno. 4 ot.
Ieder jaarednde, als elk afscheid, stemt
weemoedig. Dat ia geen gevolg Tan de
onvermijdelijkheid van 't scheiden alleen.
Elke scheiding dringt de herinnering naar
voren en doet ons omzien naar de men-
schen en de dingen, die in ons leven ons
voorbij gingen. En wanneer we dan- ook
in de schemering van het oude jaar de
oudejaarsavondklokken het oude jaar hoo-
ren uitluiden, dan staan we onwillekeurig
een oogenblik stil op onzen levensweg, om
terug te zien naar het lief en het leed-, de
zorg, de verwachting en, de teleurstelling
en de vreugde, die dit jaar en de vede
jaren, die het voorafgingen, ons brachten.
We doorleven nog eens het verleden met
zijn verrukkingen en zaligheden, maar
zijn ontgoochelingen ook, zijn heldere
zonnedagen en zijn dagen van angstige
smart en verst eenenden twijfel Maar als
we wijzer geworden zijn door het leven,
dan zullen we ook trachten in deze her
innering aan het verleden de les te lezen
voor de toekomst. Dat is de winst, die de
oudejaarsavond ons geeft, dat ze ons be
wustzijn versterkt en ons krachtiger kan
maken voor de toekomst. Want zooals dit
iheden het product is van het verleden, zoo
is die toekomst de uitkomst van het heden.
Wanneer we ons daarvan bewust zijn, dan
zullen we trachten ons rekenschap te
geven van verleden en heden, de beteeke-
nis van beide te zoeken met het oog op
de toekomst. En we doen dat zoowel ln
eigen leven als in het leven der mensch-
lield.
Juist ln dezen tijd hebben we een klaar
besef noodlg van de beteekenls van het
wereldgebeuren. Tardieoi, de thans afge
treden Fransche minister-president, heeft
er nog pas in een ln den Senaat gehouden
rede aan herinnerd, dat we in een ern-
stigen tiJdl leven. Het schijnt wel, of men
zich daarvan nog lang niet algemeen be
wust is en niet ziet, hoe steeds dreigen
der wolken zich om de menschheid en in
't bizonder ora Europa samenpakken en
hoe de goede wil van allen en een voor
zichtige staatsmanskunst noodlg zullen
zijn, willen- we niet mettertijd een her
haling beleven van den gruwelljken
wereldoorlog, die van 1914 tot 1918 ons
werelddeel teisterde. Wanneer 1929 ons
iets geleerd heeft, dan is het wel de ge
ringe reëele beteekenls van de internatio
nale toenaderingspogingen en het ont-
wapeningsgedoe en vredesgepraat Achter
het gordijn van mooie woorden heelt dit
jaar ons in schrille duidelijkheid
de ongetemperde felheid
der tegenstellingen.
doen zien en den toestand van uiterst
wankelbaar evenwicht, waarin de wereld
dientengevolge voortdurend verkeert.
Er zijn twee gevolgen, waarin deze
tegenstellingen en de daaruit ontstane toe
stand van onzekerheid haar funeste uit
werking openbaren, de oeconomlsche
crisis en de steeds scherper toespitsing
der nationale tegenstellingen en conflic
ten. Zij hebben beide den wereldoorlog
slechts voor een deel tot oorzaak in zoo
verre de ka p itaalverkwisting van den
oorlog de algemeene verarming tot gevolg gelijke mentaliteit moeilijk verwonderen,
heeft gehad en den onderlingen oecono-
mischen strijd heeft verscherpt en een
internationalen toestand heeft geschapen,
die er op aangelegd schijnt de nationale
tegenstellingen tot haar bedenkelijkste
scherpte toe te spitsen.
De oeconomlsche crlsisl
die vrijwel de gehoede wereld, het zoo
bloeiend en rijke Noord-Amerika niet uit
gezonderd, teistert en een geweldige toe
name van de werkloosheid tengevolge
heeft -gehad, bedreigt onze welvaart en
indirect ook onzen huldigen vorm van
samenleving en onze rechtsorde op ver
ontrustende wijze. De bezorgdheid hier
over en de oeconomlsche verwarring die
er uit ontstaat, beneemt ons alle nuchter
inzicht en doet ons tot maatregelen onze
toevlucht nemen, waarvan wij feitelijk
overtuigd zijn, dat zij den toestand slechts
kunnen verergeren. Ofschoon indertijd op
de oeconomlsche wereldconferentie van
Genève vrijwel de geheele wereld de nood
zakelijkheid van den vrijhandel heeft er
kend, gaan we door met het bouwen van
nieuwe tariefmuren en het ophoogen van
reedis bestaande. Ên in het afgeloopen jaar
heeft ook in Engeland, het klassieke land
van den vrijhandel, de strooming voor
protectie zich duidelijk gemanifesteerd.
Het Is duidelijk geworden, dat wij allen op
weg zijn naar de vervorming van de ver
schillende landen naar bijna hermetisch
afgesloten oeconomlsche gebieden. Hier
doet ook de
toespitsing der nationale
tegenstellingen,
dat andere symptoom van het feller wor
den der tegenstellingen, dat het afgeloo
pen jaar karakteriseert, haar invloed gel
den. In plaats van tot toenadering zijn de
volken tot strenger afzondering binnen de
eigen grenzen geneigd. Men ziet de
wereld nog lange niet als een eenheid,
maar miskent integendeel die eenheid,
waar ze inderdaad bestaat en tracht bin
nen de hoogst mogelijke tariefmuren een
afzonderlijk leven op te bouwen en -tot
bloei te brengen ten koste van anderen
en tenslotte ook van zichzelven. Het is het
op de spits gedreven nationaal egoïsme,
dat ook hier zijn uitwerking toomt. En dit
egoïsme is het, dat zich in 1929 zoo bru
taal naar voren heeft gedrongen en met
zijn gevolgen van onderling wantrouwen
en haat de toenadering en het tot rust
komen der wereld belet en de nationale
tegenstellingen tot steeds feller scherpte
toespitst. Niet alleen de ldeëele beteekenls
van de vredesgedachte, ook het overheer-
schend gezag van de rechtsgedachte, dat
tot nu toe onaantastbaar leek, wordt ont
kend. De gedachte, dat het geweld en de
macht de eenige geldende factoren in het
leven zijn, wint onrustbarend veld en
heeft in dit jaar zich stoutmoediger en
cynischer dan ooit uitgesproken. De
Lappo-beweging in Finland en het ver
rassende resultaat van de nationaal-socia
listen en communisten bij de Duitsche
verkiezingen en de terreur in Polen zijn
er de bewijzen van.
Het kan bij het heerschen van een der
FEUILLETON
(tkb mum m OTÜNDER ibbuand).
U1S m Engöbwh
Qbon
UK> W AflLtiyaparcir
51)
„Vandaag gaat het niet meer?" vroeg
de dokter dringend.
„DondersI Vani alle veelelschende men-
schen", zei de kapitein verontwaardigd.
,,lk ken toch nliet den godganschen dag
doorgaan. D'r ls een tijd van werken en
der ls een tijd van spélen."
„Ja, natuurlijk.natuurlijk", suste de
dokter hem, verontrust door de plotselinge
uitbarsting. „Maar u begrijpt misschien
hoe nerveus, hoe ongedurig ik ben ik
kan dat afwachten niet verdragen. Maar
toch zal het moeten.Lees me wat voor,
Cleveland.Wel, wel, ik héb het er
warm van.ik moet toch probeeren me
niet zoo op te winden."
Ik greep een boek van zijn Lievelings
schrijver, Merédith, en begon. Na een half
uur was hifi volkomen bedaard. Als medi
cament was dit voorleizen zonder weerga
en ik genoot er van. Hij had gewoonte om,
op een gegeven oogenblik, soms midden
ln een zin te laten ophouden en me dan
een zin of een geheele alinea over te laten
lezen. En wanneer ik dat gedaan had, trok
bjj van leer. Dan weid het een rhapsodiee-
reni over de schoonheid van een gedachte
dat de nationale tegenstellingen, door den
wereldoorlog en de daarop gevolgde vre
desverdragen reeds zoo gevaarlijk toege
spitst, een verontrustende activiteit be
ginnen te openbaren. Die vredesverdra
gen, dienend om de machtspositie, die de
overwinnaars in den wereldoorlog zich in
1918 veroverd hadden, te verzekeren, heb
ben in Europa een kunstmatigen toestand
geschapen, die een voortdurende onrust
en een uiterst labiel evenwicht onderhou
den en schijnen er op berekend de natio
nale tegenstellingen op haar scherpst te
doen uitkomen. De verbittering hierover
begint zichi bij de volken, die de dupe
hiervan werden, steeds krachtiger te
openbaren. En voor het eerst heeft in het
afgeloopen jaar het verzet, dat in Dultsch-
land groeide, zich openlik en min of
meer officieel tegen de vredesbepalingen
gekeerd. Dat is wel een der voornaamste
kenmerken van dit jaar, dat Duitschland
ook bij monde van een officieel persoon,
als de minister van buitenlandsohe zaken,
een herziening van het vednag van Ver-
sailles en de vrijheid om zich opnieuw te
wapenen, nu de ovenwinnaars uit den oor
log de toezegging tot ontwapening, in het
verdrag gedaan, ndet gestand willen doen,
als een Duitscben eisch naar voren brengt
Het opent als 't ware een nieuwe periode
in de Europeesche samenleving. En dit te
eer, nu ook Italië, dat zich door het ver
drag van Versailles ook niet bevredigd
achtte, met steeds meer klem dezen eisch
der herziening steunt
Maar deze steun van Italië heeft nog
een ander gevolg. De FranschItaliaan-
9ohe tegenstelling, die reeds zoo lang op
de internationale politieke verhoudingen
een overwegenden invloed oefent, wordt
er ernstig door verscherpt. De strijd, in
het begin van dit jaar op de Lohdensche
ontwapeningsconferentie tusschen Frank
rijk en Italië over Italië's eisch tot pariteit
op maritiem gebied officieel begonnen en
het geheele jaar door voortgezet, was al
een bewijs van de verscherping dier te
genstelling, maar ook van Italië's voort
gezet streven tot -et versterken van de
eigen machtspositie en zijn steeds beslister
stelling nemen tegen Frankrijk's hege
monie op het Europeesche vasteland. Door
zijn voortgezet streven om de eigen positie
in Midden- en Zuid-Oost-Europa te ver
sterken door middel van het tot elkaar
brengen van Hongarije, Turkije, Bulgarije
en Griekenland tot een verbond, waarvan
het zelf de leiding zou hebben, heeft het
hiervan een nieuw bewijs gegeven. Zijn
toenadering tot Duitschland en Rusland,
door de samenkomst van Lltwinof en
Grandi te Milaan onlangs bevestigd, zou
aan deze pogingen aansluiten. En men
spreekt zelfs al van een bondgenootschap
van Rusland en Duitschland met de bo
vengenoemde kleinere staten onder Italië's
leiding, welk verbond dan tegenover
Frankrijk^België met Polen en de staten
der kleine Entente zou komen te staan en
opnieuw Europa in twee kampen verdoe
len zou. Engeland is blijkbaar daarbuiten
gedacht, al staan zijn sympathieën zeker
aan Franschen kant. En dit is ongetwij
feld in duidelijke overeenstemming met
Engeland's houding van den laatsten tijd.
Ook 1930 heeft opnieuw Engeland's nei
ging getoond om zich van directe be
terecht moet komen, hebben de gebeurte
nissen van het afgeloopen jaar bewezen.
De Haagsche Hersteloonferentie, waar
het Young-plan was vastgesteld, waarte
gen Duitschland nu al ln verzet komt, en
tot de stichting van oen internationale
bank tot financiering van dat plan was
besloten, was nog nauwelijks afgeloopen,
of den een-en-twintigsten Januari begon mv 1 „<f
te Londen de Vlootconferentie tussctien
moeienis met het Europeeeche vasteland
los te maken.
Wat in deze omstandigheden en bij ©en
dergelijke verscherping der tegenstellin
gen en een daarbij passende mentaliteit
van
de ontwapeningsbeweging
verschillende regeeringen toezond en dat
hoofdzakelijk voorbereidende maatregelen
voorstelde, was daarvan het gevolg. De
antwoorden der regeeringen, die vóór .15
Juli gevraagd waren en waarvan vooral
het Italiaansdhe antwoord zich onder
scheidde door de stelligheid, waarmee het
herziening der vredesverdragen als eerste
voorwaarde voor Europeesche toenadering
vooropzette, toonden, dat men over 't alge
meen van de spoedige uitverbaarheid van
het plan geen hooge verwachtingen koes
terde, al openbaarde zich tevens een vrij
wel algemeen© sympathie met het denk
beeld. Ook het antwoord van
Nederland
de vijf groote zeemogendheden: Amerika,
Engeland, Japan, Frankrijk en Italië. De
eisch van Italië om met Frankrijk gelijk
gestéld te worden en Frankrijk's weige
ring om zijn vlootprogram te besnoeien
maakte een overeenkomst onmogelijk. En
het resultaat der conferentie was dan ook
enkel een conventie tusschen de vijf lan
den tot beperking van linieschepen en het
gebruik van duikbooten en een conventie
tusschen de zoogenaamde Oceaan-mogend-
heden, Amerika, Engeland en Italië, die
Amerika pariteit met Engeland gaf, maar
de maritieme bewapening slechts weinig
beperkte.
Al niet veel beter ging het met de po-
daarmaast ook een sympathie voor de in
ternationale gedachte, als men van onze
regeering bezwaarlijk anders verwachten
kon en die ook in- de houding onzer dele
gatie op de Volkenbondsvergadering en
in de voorbereidende ontwapeningscom
missie, waar we een enkele maal ln sa
menwerking met de Scandinavische lan
den optraden, tot uiting kwam.
In eigen leven hebben we trouwens te
sterk de gevolgen van de internationale
verdeeldheid, vooral ook op oeconomisch
gebied, ondervonden, dan dat we niet
gaarne tot opheffing daarvan zoüden mee
werken.
Die gevolgen, in de oeoonomisóhe we*
reldcrisis zich openbarende, toonden zich
ook in ons land in alle takken van het
ging om de weermacht te land te beper-
om bedrijfsleven. Een BtUrfn* van het aantal
Z stemden dien Enge- ondJ^A
land aan dit standpunt gaf, maakten het ®terke mate ondervond
werk dar voorbeidlngscominissle voor de ?°k do landbouw, voor, ons oeeonomlsch
^1 >wimauui#Bwmj«i»io Iwt u» Intron "ITOTl «VI OTWl* hftlflTVT Ho OOOTMOlAin
ontwapeningsconferentie vrij doelloos. En
het was dan ook niet te verwonderen, dat
men te Genève besloot de ontwapenings
conferentie voorlooplg maar uit te stellen.
Het ls nauwelijks waarschijnlijk, dat dit
alles bij de volken nog eenige teleurstel
ling zal vermogen te wekken. De verwach
tingen waren de laatste jaren al niet hoog
meer gespannen. En het ls duidelijk, dat
er van de vroegere geestdrift voor een
blijvende vrede en ontwapening en inter
nationale toenadering, die het vorig jaar
te Genève nog een oogenblik oplaaide,
niet veel meer over is.
In deze omstandigheden kunnen ook de
verwachtingen van Brland's plan tot voor
bereiding van
een Europeesche Unie
niet hoog meer gespannen zijn.
De Volkenbondsvergadering van 1929,
waarin Briand zijn plan ter tafel bracht,
had hem opgedragen dit plan verder uit
te werken en nadere voorstellen te doen.
Het memorandum, dat de Fransche minis
ter namens zijn regeering dit jaar aan de
of van de wijze van zeggen of een scherp
critiseeren van een of meer zwakke pun
ten, met tot slot een meesterlijke recon
structie van den „steen des aanstoots". En
zóó trof het mij steeds weer, hoe buiten
gewoon goed hij zijn gedachten onder
woorden wist te brengen, dat ik hem op
een keer vroeg, waarom 'hij zioh nooit zelf
aan bet schrijven van een boek gewaagd
had. En toen kreeg ik het wel -wat pathe
tische antwoord dat een roman schrijven
van jongs af een van zijn Idealen geweest
was, maar dat het hem, door zijn vele an
dere hézighéden, altijd aan tijd had ont
broken om dat Ideaal te verwezenlijken.
„Misschien dat de gedegenheid zich nu
over een jaar of een paar jaar voordoet,
Cleveland", zei hij langzaam. „Als mijn
monographle over de schedels af is.
Maar ik word oud, Ik 'kan me niet meer
zoo conoentreeren ails vroeger. Ik tob te
veel.... Ja, malaria is een plaag.... Niet
dat ik me beklaag.... Ik heb een goed
leven gehadi.Niet makkelijk, neen, niet
makkelijk.... Je moet verdriet hebben
om het geluk te loeren waardeeren.En
ik heb verdriet gehad.... niet meer dan
mijn deel.... wat ik noodlg had te heb
benEn ik heb geluk gehad.... Mis
schien wél! meer dan noodlg waa Soms
denk ik wel eens: vraag ik niet te veel van
he»t leven.... Die schedels bijvoorbeeld.
O, jongen* als Je wist wat die schedels
voor me beteekeneni 't Is alles voor me
't laatste wat Ik van het leven vraag.
Als het maar ndet te veel is! Alles ln het
leven ls evenwichtig, merkwaardig even
wichtig...."
't Was niet voor den eersten keer, dat
ik hem over dit onderwerp hoorde spre
ken. Het was zijn vaste overtuiging, dat
het leven een voortdurend in evenwicht
brengen van alle dingen was. Je zondigde
tegen een natuurwet.... Je betaalde! Je
offerde je voor een ander op.de béloo-
nlng volgde automatisch. Lijden werd door
geluk, werken door rust, liefde door haat
in „balans" gehouden. Hij was met die
levensopvatting volkomen tevreden, maar
ik kreeg altijd den indruk, dat bij hem de
schaal toch wel heel dikwijls naar den
verdriet^kant doorgeslagen was. Tben wist
ik niet wat het was dat hem ontbroken
had, maar nu, nu lk zélf dat eene, wat het
leven waard maakte, geliefd te worden,
heb leeren kennen, nu geloof 'ik wel dat
't niets anders geweest ls, dan het gemis
aan iemand, die van hem hiélcL
Na de lunch overhandigde ik Timms de
beloofde ffleadh whisky. Hij nam haar met
een verlegen gezicht aan, en stélde me,
waarschijnlijk sis middel om zijn schuld
bewustzijn te verminderen, voor, om met
Trout en, hem er eentje te gaan drinken.
Ik prefereerde echter een siësta van een
paar uur en dus verdween hij met de flesch
stranldwaarta, van waar ik, enkele minuten
later, geluiden hooide komen, dlie op het
toepasselijk vieren van een gélukkig weer
zien wezen. Blijkbaar wa« onze duiker me
vrind Trout niet misgefloopen.
Ik ging op mijn veldbed liggen en sloot
de oogen. Mijn lichamelijke zwakte, gevolg
van mijn kouvatten van den vorigen dag,
liet rich nu gelden; ik lag geen vijf mi
nuten of ik sliep.
't Moet ongeveer drie uur geweest zijn,
tóen ik opeens wakker schrok. TimmB
stond naast mijn bed. Ondanks mijn slape
righeid viel het me onmiddellijk op, dat
hit volkomen nuchter waa En daarbij keek
hit als iemand, die slecht nieuws heeft, en
die feitelijk niet weet hoe te beginnen. Hij
brouwde in zijn borstelligen baard en ging
van zijn eenem voet op zijn andere staan.
„Ik vond het maar 't beste, om u wakker
te roepen", begon hij.
„Waarom?" vroeg ik stupide.
leven van zoo groot belang, de gevolgen
van de crisis. Zij leidde tot de instelling
van de commissie-Lovink en enkele wet
ten, als het Suiker-wetje en de ln te die
nen Tarwewet. Van bizondere beteekenls
voor den landbouw was ook de nieuwe
Pachtwet, waarover een heftige strijd ge
voerd wérd. Naast deze waren het vooral
de wet op de Winkelsluiting, de wijziging
van de Drankwet, de wijziging van de
Arbeidswet en van de Ongevallenwet, die
de benoembaarheid van de vrouw tot bur
gemeester en gemeentesecretaris tegen
den zin der regeering, invoerde, de wij
ziging van de financiëele betrekkingen
tusschen het rijk en de gemeenten, de
Wegenwet, de afschaffing van de ven-
dediglngsbelastlng en de wet op de Ar
beidsbemiddeling, die de werkzaamheid
van het kabinet kenmerkten. Wanneer we
in deze reeks niet de nieuwe Vlootwet en
de wet tot regeling van den Radio-zend
tijd vermelden, dan is dat, omdat die ten
gevolge van den strijd, dien ze ontketen
den, afzonderlijk vermelding verdienen.
Vooral de laatstgenoemde wet deed de
golven van den partijstrijd hoog opgaan
en wekte ln het land een buitengewone
„Omdat er van allerlei gebeurd ls", zei
hij met een gewichtig gezicht, „van' aller
lei...."
Op een uitnoodlgend gebaar van mij om
te gaan zitten schudde hij het hoofd, keer
de zich opeens om, schonk zich een glas
waterl in en dronk het achter elkaar leeg.
Ik ging van schrik rechtop ritten.
„Wat is er gebeurd, sta niet zoo geheim
zinnig te doen", beet Ik hem toe.
„Wel.de quaestle ls deze", begon hij.
„Ik ben een man, die zich an z*n vrinden
houdt.... -watter ook gebeurt En Trout
en ik benne vrinden, al jaren, van dat we
jong waren af. E11 daarom vin lk eigeljjk,
dat ik me an Trout houën mot Maar an
den anderen kant heb u en de dokter u
netjes gedragen.... netjes en niet als
echte schrieEhaimeasen.wat die whis
ky betreft bedoel ik. En daarom vinrlk
dat ik hier ook me verplichtingen heb.."
Hü bevochtigde zijn lippen met zijn tong
blijkbaar was hy wat zenuwachtig en
ging voort:
„De zaak ia, dattlk Jusfcement iets ge
hoord heb, iets dat nogal van gewicht is
en na een lange en hevige strijd met me'ik,
ben ik besloten om U jullie over te ver
téllen...."
Hit liep een paar maal op en neen:, alsof
de lange eni hervige strijd nog niet tot het
bittere einde uitgestreden was, beet, om
zich moed te geven, een flink stuk negoret
af en ging weer voort.
,Jk zal jullie precies vertellen wat ik
gehoord héb. Als 't klets is, verhaal 't dan
asjeblieft niet op mijn." Weer bleef het
even stil dan stak hij in ernst van wal:
„Ik ben van hiér regelrecht maar 't strand
gegaan. Daar zat Henry al op me te wach
ten, zooals we afgesproken hadden. We
gingen zitten en namen d'r een en na een
paar minuten nog een en: ondertusechen
gaat Henry an 't pratenv zooais z'n ge
woonte ls als 't 'om goed smaakt. En daar
vertelt-ie me, dat een van de nikkers.
nee, niet een van de dhow.een van de
M. L. gehoord heb, dat ze het wrak eigens
bij Fish Mand in ondiep water net wat
lk heb geeeid waar het liggen zou ge
zien hebben de mast stak een endje
boven water uit en dat een stélletje andere
nikkers er de kist uitgehaald hebben en
aan wal benne gegaan en 'em hoog en
droog op het strand achtergelaten heb
ben".
„Wat!" riep Ik opgewonden uit.
„JaHenry zegt dat de nikker 't aan
de schipper van de M. L., die Engelsch
praat, verteld, heb en dat hij het weer an
het juffie verteld heb of eigenlijk is 't
zoo: hij vertelde het juffie dat de nikker
vist waar of het wrak was en dat-ie een
kletndgheidi voor zijn informasle-geven
wou hebben. En zij héb het gegeven en
heb tegen Henry gezegd, dattfle onmiddel
lijk. onmiddellijk! mee naar het eiland
moest gaan. Maar Henry had die afspraak
met mijn en dus most-ie eerst an wal om
die te houën."
„Rn1 waar is hij nu?" in mijn opwinding
schreeuwde ik bijna.
„Weer weg; bijna een uur geileden is-ie-
terug geroeid en daarna met het Juffie en
de nikker naar het ellanld gegaan."
Ik sprong van mijn bed af en liep naar
den kant van het plateau. De motorboot
lag op 'haar gewone plaats. Maar in de
verte, Iets ten Zuiden van Fish Island, zag
ik een donkere vlek, 'die zich langzaam
voortbewoog: de sloep van de M. L.
Timms was me in een langzamer tempo
gevolgd. Hij. stond nu aohter me.
(Wordt vervolgd).