TandartsSCHREUDER Soirée SOIRÉE E S O N-A MIJN VLUCHT OVER DE POOLZEE. DE HELDERSCHE ANIMO een nieuwe bestelling, ditmaal van bom bardementsvliegtuigen, gedaan. De totale waarde van bet te leveren materieel be draagt drie honderd duizend poiul ster ling. KAPITEIN BARNARD VERONGELUKT. De bekende kapitein Barnard, met Lord Lovelaco op weg naur Tanganylka verongelukt. BIJ Tri polls gevallen. Kapitein Barnard, die met de hertogin van Bedford in 8 dagen heen en weer naar Karatsji is gevlogen, is dezer dagen ver trokken voor een nieuwen tocht met Lord Lovelace en een Amerikaansche mecani cien aan boord, van Londen naar de Vic- toria-watervallen in Tanganyika. Het vliegtuig is Zaterdagmiddag echter bij de stad Tripolis door nog onbekende oorzaak gevallen, waarbij alle drie inzit tenden ernstige verwondingen hebben op- geloopen. Zij zijn naar een ziekenhuis te Tripolis gebracht. De toestand van kapi tein Barnard geeft vooral reden tot be zorgdheid. Beroepskeuze. In de glps- branche. De redactie van het maanschrift Jeugd en Beroep heeft het volgende verhaal ont leend aan het Tijdschrift voor Tandtech- niek: Juffrouw souw ik de baas ook effe kenne spreke? Zeker juffrouw, wie kan ik aandie nen? Oh, seg u maar juffrouw van Hoift- meles, de moeder fan Pietje. Oh, dag meheer, ik wou u es effe komme spreken ofer me soontje. Ik ken nou niet finde asdat me Pietje bij Uwes soofeel leert. En uwes mot nou niet denke, asdat u mijn met een kluitje in het riet kan late sturen, want as ik nou seker wis dat de schuld bij me Pietje lag, sou Ik hier nou nle komme klage. Ja maar juffrouw.... Nee meheer, fal u mijn nou es effe niet in de rede. Maar toen uwes drit weken geleeje me.Pietje bij u nam om um ln 't fak op te leije, heit uwes zijn koele mit gouwe hoorns beloof en hadde me gedoch, asdat ie wel gauw in de verdienste sou kenne komme. En fooral omdat u sei, asdat het een artestiek fak was on me soontje reuze senie foor de artestiek heit. Ik weet dat sebiet seker, want me hebbe nog meer fermielje die an de kuns doene. Me man is toneelknecht bij Fris Hirs, en me swager pasteert wellus foor een kunstschilder. En dat is allemaal fan- wegus hullies artestieke neigingen. Ja juffrouw maar doet u in ij nu een pleizier en Ja en dan wou ik ook nog effe segge asdat ik het heelemaal niet netjes fan u fin om me soontje, hij is nou toch al drie weke bij u, uit uwes eiges nog geen eens opslag te gefe. En ik find het een fuile menier fan doen om soo'n schaap uit te buite. Ja nou mot uwes mijn niks op me mouw prebeere te spelle, want ik heit sellevers al twee kunsgebeje gehad, dus weet ik heusch wel wat er in uwes bran che te koop is. Juffrouw het spijt me, maar ik heb... Meheer, ik heit niks met uwes ppjt te make, ik heit feul meer spijt, dat ik me Pietje bij u in de leer heit gedaan. Het kind doet niks anders as in de gips rond- froete, het schaap kan ze hare niet kamme fan de groote stukke gips die der in benne. Maar ik sal u dit segge, u sal fan mijn Pietje niks geen perfjt meer trekke. Ik neem hem drek mee naar huis. Ik hêt nog vijf kindere en ik had ge doch ze bij u allemaal in de leer te zalle doen, maar zoowaar ik moeder bin, sal het niet gebeure, der benne nog feul meer fakke. Me hebbe u met uwes kunsgebeje nie noodig. Kom Pietje, kom jij maar mit je moeder mee. Me zalle foor jou wel een ander fak uit soeke. We zalle wel sien, dat je stuk- kedoor wordt, net as je oóme Arie. Da's ook allemaal mit gips en dan bin je toch in de zelfde branche." door SIR GEORGE H. WILKINS. De dappere Australiër Wilkins heeft met zijn vlucht over de Poolzee pioniers werk verricht; op- dezen tocht van 350.000 K.M. lengte, waarvan 21000 over gehepl onbekend gebied, heeft hij n.1. bewezen, dat men ook aan de Pool met het kompas kan werken. De hoofdvoorwaarde voor het instellen der ontworpen luchtdiensten over de Poolzee tusschen Engeland en Canada is daarmee vervuld. Ziehier een artikel van hem den arm gegrepen om hem naar beneden te wijzen en daardoor kwam de machine rechthoekig te vliegen op den tot nu toe gevolgden koers. Wij bevonden ons weer boven de zee, een paar K.M. uit de kust, voordat wij konden keeren. Nu moesten wfj tegen den wind in worstelen en onder weg bekroop mij de angst, dat ik mij weer iets ingebeeld had. Doch ditmaal was dit niet 't geval; wij konden althans 'n flauwe kustlijn onderkennen, die zich naar het Noorden voortzette. Hoezee! Nu behoef den wij1 slechts de kust te volgen en dan zouden wij spoedig Barrow moeten berei ken. Eielson was minder gerust dan ik. Hij zag de kust der Poolzee voor het eerst en op dezen dag was het geen erg aanlok kelijk gezicht Hij daalde nu en vloog laag boven den grond verder, nauwkeurig de kustlijn De motor zong zijn eentonig lied; na twee uur hadden wij1 de wolken bereikt. Kort tevoren zagen wij het ijs donkerder worden. We waren dus weer in het gebied van den wind, die de losse sneeuw over het ijs voortjoeg. Ik gaf Eielson een wenk om te dalen wij bevonden ons op een hoogte van 1300 M. en zakten af tot 700 M. Nu kon ik zien, wat er aan de hand was: een sneeuwstorm gierde over het land. Dan was de kans om het dorp Bar row te vinden al zeer gering. Doch wij moesten het in elk geval probeeren. Wij stegen weer op tot 1300 AI. in de hoop, boven de wolken uit te komen. Dat was inderdaad blind vliegen. Ongetwij feld waren wij verdwaald; wij wisten niet meer, waar wij waren. Geen enkel her- kenningsteeken was te zien. .Boven het land woedde de sneeuwstorm, boven de zee was het weer echter helder en rustig. Wij moesten ons1 eerst Oostwaarts be~ volgend. Onder ons stormde het; de geven, om er zeker van te zijn, dat wij sneeuw joeg voort en stortte zich over de ons ten N. van de Barrow-piek bevonden en boven het land vlogen. Toen wij dat vastgesteld hadden, besloten wij 80 K.M. het land in te vliegen, dan een scherpe bocht naar het Westen te maken en zoo laag mogelijk te dalen. Aangezien wij de zon door de wolken heen zwak konden onderscheiden, was het betrekkelijk ge makkelijk de juiste koers te houden. Een half uur vlogen wij naar het Zui den, toen draaiden wij naar het Westen e2, na een paar minuten riep Eielson uit: at is dat daar aan den linkerkant? Het spitse punten der klippen als suiker uit een vat. Op zichzelf was dat gezicht mij reeds lang vertrouwd, doch de aanblik van boven uit een vliegtuig was nieuw. Vroeger had ik onder groote kwellingen door den woedenden storm geloopen en had gerild, wanneer de ijskoude sneeuw op mijn gezicht ontdooide en dan vast vroor, totdat de huid geheel stijf werd. Daarbij vergeleken was onze positie in het vliegtuig aangenaam. Spoedig kwamen wij aan een. kleine lagune, die ik van vroeger herkende. s1 w<rJ huizen!" Ik keek om en ont- „Nog maar 20 kilometer!" riep ik Eielson dekte ook iets, dat op huizen leek of al- toe. Hij bleef recht door vliegen, doch hij thans op met sneeuw bedekte hutten; ver- scheen sceptisch. Aloeizaam werkten wij volgens keek ik door mijn verrekijker in tegen den sterken wind op; het scheen de door Eielson aangewezen richting, een eeuwigheid te duren. Zouden wij dan Doch nu kon ik nergens iets bespeuren, dat op huizen leek. Wij werden onzeker, onze zenuwen begonnen ons parten te spelen en tooverden ons waandenkbeel den voor oogen, evenals dat bij vermoeide zwervers het geval is. Op dat oogenblik had ik overal huizen en dorpen kunnen zien, doch toegeven aan zulke droomgezichten beteekent in een cirkel vliegen; het eenige redmiddel in zoo'n toestand is het zoeken van een vast doel en daar recht op af te vliegen. Ons vertrouwen was gevestigd op het kom pas; daarnaar moesten wjj ons richten om verder blind te vliegen, waarheen de reis ook mocht gaan. Bij elke bocht, die wij gemaakt hadden, had ik de koers nauw keurig op de kaart aangegeven en vol gens die kaart moesten wij nu heel dicht bij. Barrow zijn, hoogstens 20 K.M. er vandaan. Toch scheen het onmogelijk, het plaatsje te vinden. Het kon ook heel goed, dat de wolkenlaag zich naar het Westen te ver over de zee uitstrekte, zoodat wij wanneer wij weer ln een gebied met hel der weer kwamen, zouden blijken op weg naar Siberië te zijn. Ik was op het punt Eielson te vragen, naar het Noorden te draaien, om te lan den op de eerste gladde ijsvlakte, die wij zouden zien, toen ik plotseling onder mij een lage met rotsblokken bedekto kust zag. Het duurde alles maar een oogen blik, doch tegelijkertijd had üc Eielaon bü nooit het dorp bereiken? Had ik mij mis schien vergist? Neen, dat was onmogelijk; wie eenmaal dit gedeelte van de kust heeft gezien, herkent deze formatie. Een paar minuten later verkeerden wij dan ook niet langer in onzekerheid, want door de sneeuwjacht heen herkenden wjj een laag Eskimohuisje en vervolgens een kerk en een gebouw van twee verdiepin gen. Op hetzelfde oogenblik, dat wij' de be- teekenis van dat gezicht beseften waren wfj er ook al voorbij, wij vlogen nu over een lange lagune en zagen voor ons uit weer eenige huizen. Ik herkende de han delspost, die ons in 1913 zoo gastvrij: had opgenomen, toen wij met ons vijven van do expeditie van Stefansson waren afge dwaald en daar uitgehongerd aankwa men. Ik teekende een vluchtige schets voor Eielson om hem aan te wijzen, waar hij zou kunnen landen. Toen ging ik naar het achterste deel van do cabine en hoapte alle voorwerpen, die ik kon grijpen, op in de staart. Nu wij1 in Barrow waren, zou het aankomen op do proef, waarvan zoo- velen een noodlottig einde vorwachtten. „Mot een machine op wielen is het onmo- geiljk, in het poolgebied te landten", had men voorspeld, „zeifs al is de sneeuw be dekt met een harde korst. Die korst, zal breken, de sneeuw zal remmend1 werken en de machine slaat over den kop." Ik was «r tamelijk: zokar van, dat zij dat niet zou doen, doch een iets zwaardere belas ting! van do staart kon geon kwaad. Wij z;woefdon vlak boven het Ijs, kwamen op de sneeuw zoo zacht neer als op een wolk on kwamen spoedig zonder onaangename gevolgen tot staan. Nu taxi-den wij' ver der tot wij ons voor do Eskimoliuizen be vonden, die de handelspost omringen. Pas toen ik de deur van het vliegtuig opende, besefte ik welk een weer hier heerschte; hij zulk noodweer zou niemand vrijwillig een voet buiten de deur zetten. De sneeuwstorm woedde ongehinderd voort; de temperatuur was 40 graden on der nul. Toen ik uit de machine klom, wa ren er nog niet veel menschen te zien; daarna kwamen er een paar jongens aan gerend en eindelijk waagden ook een paar oudere menschen zich buiten de be schermende huisdeuren; er waren een paar Eskimo's onder, die ik 13 jaar gele den had leeren kennen. Eindelijk ver schenen ook mijn oude vrienden Oharlie Hower en Fred Hopson, stralend van geestdrift; blijkbaar waren zj heel blij ons te zien en hadden zij er geen idee van, hoeveel reden tot blijdschap wfj zelf hadden. Doch hier bij het vliegtuig was het niet de plaats om te praten, want neus en wangen bevroren in den kouden wind, die de vingertoppen deed verstijven. Steeds meer menschen stroomden toe; in- tusschen trokken wij het dek over de ma chine; gelukkig was de cabine sne-euw- dicht, zoodat wij daar alles rustig in kon den laten. Daarna beklommen wij de steile helling, naar de handelspost. Pas toen wij warm binnen waren, hadden wij tijd om rond te kijken en ons te laten voorstellen aan de menschen, die wjj niet niet ken nen. Fred Hopson schonk een kopje dam pende koffie in, dat wij met veel genoe gen opdronken. En daarna lieten wij ons vertellen, wat men in Barrow voor nieuws had. (Nadruk verboden). Nieuwsgierige dieren. Dat de dierefl nieuwsgierig züjn, zoo goed als de mensohen, zal men misschien niet zoo dadelijk willen geiooven. Met onze beste huisvrienden, de honden, heeft menigeen in dit opzicht wellicht aardige ervaringen opgedaan; hij wil altijd in de nabijheid van zijn volk zijn en1 steekt over al z'n hondenneus in. Maar dat ook an dere dieren buitengewoon nieuwsgierig ziijn, daarvan lazen wjj; onlangs aardige staaltjes. Wel te verstaan, de dieren in die vrije natuur. Men moet om ze te kunnen ohserveeren, de dieren in hun natuurlijke omgeving zien. Wat zegt men bijvoorbeeld van den hommel, die, lekker in de zon vliegende, zijn vlucht onderbrak om zich op den bloo- ten arm van een vrouw te zetten, en dien eenige imalen op en neer te wandelen. Ruim vijf minuten gingen voorbij vóór zijn nieuwsgierigheid voldoende bevre digd was en hjj weer wegvloog. Rood borstjes vooral zijn erg nieuwsgierig; het gebeurt vaak, dat zijl een wandelaar een eind) weegs begeleiden, hippend van tak tot tak. Dezelfde dame, wier arm. zooveel aantrekking had voor een hommel, slaag de erin een vrouwtjesboekvink haar over een afstand van circa zeshonderd meter te doen volgen, over een heg, die langs iwee velden en door een kreupelboschje voerde. Dit volbracht zij door eenvoudig te zeggen „piet, piet!" in zooveel toonaar den als zij kon bedenken, als antwoord op den voortdurend herhaalden dubbelen loktoon van den vogel. De nieuwsgierig heid van de vink was bizonder aardig om gade te slaan en toen zij. stilstond onder een grooten beuk aan den rand van het woud, ging de vogel op de laagste takken van een booon zitten, en besonouwde, met het kopje eerst schuin naar de eene en dan naar do andere zijde, dit vreemde ïuenBoheljk-o wezen, daarbij voortgaande haar uit te dagen met zijn nieuwsgierig geroep. Tenslotte won de honger het blijkbaar van nieuwsgierigheid en de vogel vloog weg. Het volgend verhaal Ijkt waarlijk op een sprookje en het zou dan ook onge looflik zijn, indien wj het niet hadden ontleend (evenals trouwens de andere) aan een wetenschappeljk artikel, ver schenen in de „Oontemporairy Review", Londen, Juni 1930 (en vertaald in „Weten- schappelijk» Bladen" van November). „M jri d.i. schrijvers vermakeljkste ervaring werd1 opgedaan op een laten Septemberavond, toen k een massa-mee ting van konjnen in Devonshire (een graafschap in Engeland, red. H. O.) bj- woonde. De schreeuw van een paar kie viten boven mijn hoofd en het eigenaar dige vibreea'end gefluit van een geiten melker in de vallei beneden versterkten eerder de gezegende stilte van den nacht dan dat zj die verbraken. IK ging zitten om te zien en te hoeren, Eenige tjd girig voorbj, voordat ik bemerkte, aat ik een voorwerp was van belangstelling voor een troep konjnen, al begreep ik den toestand niet ten voile voordat de bekende waar schuwende- trap vlak achter mj klonk. Een konjn trachtte, zooals de onverander lijke gewoonte is wanneer h j een vreemd, bewegingloos voorwerp op zjn .gebied ont dekt, m j er toe te brengen een beweging te maken, waaruit mjn wezen en bedoe lingen zouden bijken. Daar ik mj niet bewoog, klonk de uitdaging spoedig van een anderen kant, dezen keer terstond be antwoord door een ander. Dit wekte bü jk- baar de getheele kolonie, want aan alle z jden begonnen trappen, te weerklinken. Het was omnogeljk het aantal konjnen te schatten:, daar elk voortdurend van plaats verwisselde. Gedurenc^ een oogen blik pauze na een buitengewoon dringend bom! bom! nam ik de uitdaging aan en met de palm van mjn hand op den kallen grond slaande om op die wijze een konjn na te bootsen, maakte ik een geluid, dat het moedigste mannetjeskonjn reden tot nadenken moet hebben gegeven. Na een lange pauze begonnen zj opnieuw, ter- wjl ik vrij vaak antwoordde. Zulk een waanzinnige opwinding heb ik nooit ge zien, Onbevreesd tengevolge van hun brandende nieuwsgierigheid, kwamen zj van alle kanten naderbj, zoodat ik dik- wjls hun gedaanten in de duisternis op geen tien voet afstand kon ontdekken, Inplaats van tweemaal snel na elkaar op den grond te slaan met den achterpoot, seinden enkelen van hen nu bom! bom! bom! en ais de poot voor de derde maal den grond raakte, sprong het konjn hoven de varens uit om duideljfcer te zien. De duisternis viel snel en hoewel zj- steeds meer na,bj kwamen, herkende ik ze spoe dig slechts als spookachtige, witte plek ken, wanneer bj een wilden sprong of overmoedige vlucht het witte bont van den staart duideljk zichtbaar was. Een paar naderden tot op een vier voet af stand, zoo driest waren zj; geworden. Hoe>- wel zj reeds sedert lang beimerkt moesten hebben, dat ik een mensch was, scheen de nieuwsgierigheid, die ik opwekte, het ge not hunner nachteljke spelen te verhoo- gen. De massa-meeting dreigde oproerig te worden! Het eene konjn na het andere sprong boven de varens uit, witte staartjes schitterden aan alle kanten. Het speet me, dlat ik de meeting moest doen eindigen. Toen ik opstond hield hun spel op, want ik had mj bewogen en zoo de betoovering verbroken. Ik was weer het gevreesde, tweebeenige monster. Voordat ik eenige stappen gedaan had, was ieder konjn onder den grond en heerschte er stilte. De heide scheen plotseling vreemd verlaten. Marineberfchten. Visscherijberichten. Haven van Nieuwediep. Burgerlijke Stand van Den Helder van 3 tot en met 5 Jan. 1931. BEVALLEN: W. E. van Peft-Schouten, d.; A. C. v. cL Fejst-Klat, z.; G. Bruin- Otterspoor, cL OVERLEDEN: A. Luitjea, 2 jaar. Steenkolen- en Anthraciethandel, f. Polderweg 32, Tel. 228. TENNISCLUB II ►i -Jüït JïtdE. Jtf. vj Op 18 Januari a.s. hopen i* 4 onze lieve Ouders en F *'i hun12HarigeEchtvereeniging f -i te herdenken. ;c •Si' Hun liefhebbende -f Djkstraat 22. 1» Geboren Zoon van J. S. W. VAN DER FEIJST en A.C. VAN DER FEIJST-Klat. Den Helder, 4 Januari 1931. „Kappenhuis", Keizerstraat 47. Plaatselijke kennisgeving. De Heer en Mevrouw FENS—Bakkïr geven kennis van de geboorte van hun Zoon St. Lidwinastichting. Den Heldor, 5 Jan, 1931. 8 December 1980 is over leden, orize goliefde Moe der, Behuwd- en Groot moeder in den leeftjd van 68 jaar. Soerabaia, 6 Dee. 1980. Familie Sohuitkmakkr. Hierbij betuig ik mjn harte- lijken dank aan den Heer KOS, Koningstraat, voor de vlugge uitbetaling van mjn TIENDUIZEND ZES HONDERD GULDEN zjnde het door mj getrokken bedrag op Voor de zeer vele bewjzen van sympathie ondervonden op 27 en 28 Deo. j.1. b/d. her denking van ons 25-jarig hu- weljksjubileuni, betuigen wj onzen hartelljken dank. Namens de familie, J. KRIES. Voor de vele bijken van belangstelling bj de herden king van ons 25-jarig huweljk ondervonden, betuigen wj onzen hartelljken dank. O. TIJSEN. N. TIJSEN—DAALDER. Den Heldor, Jan. 1931. Van af Donderdag 8 Januari kan overdekt GETENNIST worden op DONDERDAG- en ZATERDAGMIDDAG van af 1 uur en ZONDAGS van 10 12 uur en 2—4 uur volgens regels in de loods bekend gemaakt. heeft de praktijk HERVAT. Hiermedobotuigen wj onzen hartelljken dank aan denWeled. Zeergel. Heer Dr. v. DRIÏÏL en Verplegers voor de goede behandeling tjdens mjn ope ratie ondervonden. A. KOOLE, Rujghweg 889. Gelieve geen geld of goederen af te geven op mjn naam, daar door mj niets wordt betaald. G. WALBOOM, Batavia. Heldersche Tooneelvsreeniging „Tavenu" Introducties - tot een beperkt aantal verkrijgbaar - aan te vragen bj: Mevr. Bküokmann- Knipper, Koningstraat 106, of den Heer G. J. Mol Jr., Herzogstraat 29. He ii '«9a W op Woensdag 7 Januari 1931, INTRODUCTIES verkrjgbaar bj A. LUIJOKX, Weststraat 57 nieuw, Dinsdagavond 7—9 uur. Ingaande morgen yertrek- ken de booten van DEN HELDER weder om half 8. Depothouders. In de navolgende 28 DepCts is ons blad geregeld verkrjgbaar: P. Spruit, Kanaalweg 161. Duinker, Oostslootstraat. Smit, Westgracht 89. O. 'tHart, Schagenstraat 9. J. de Wit, Vjzelstraat, 28. Riedeman, Oranjestraat 6. R. Jongkees, Paardenstraat 24. O. Biegstraaten, Oom. Ditostraat 84. H. D. Bres, Spoorgracht 86. Wed. G. Ran, Basstraat 88. Buis, Molenstraat 172. Wed. G. van Mondfrans, Jonkerstraat 17. Minneboo, Vischstraat 85. Roomejer, Polderweg 86. P. Kossen, Brakkeveldweg 71. J. O. Molenaar, Paleisstraat 4. W. Blankman, Javastraat. J. M. Koelemon—Walboom, Rujghweg 115. Boogert, Achtergracht W.Z.51. O. Riteco, Vosstraat 4. G. Heiligenberg—Walboom, Stakman Bossestraat 26. W. Vlas, Rujghweg 27T. D. Sohreud«r, Koningstraat 90. PIETJE ALS LEERLING- TANDTECHNICUS. De off.-vHewer 3e kl. L. H. J. Coppes, die raen-de bij het vliegkamp de Kooij, wordt den 8en dezer ter beschikking gesteld. Bij K-cm. besluit van 31 December Is, met in gang van 1 Januari, aan zijn heer G. Stel, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend uit zijn betrekking van burg-erooiderwijzer bij de op leidingen der zeemacht. Off. van adm. ae kl. der zeemacht H. J. G. van Gies-sen' wordt binnenkort van zijn plaat sing bij den 'diienst i-n Oo-st-Indië, .hier te lande terugverwacht. De luit. ter zee 2e kl. M.R. J. Luske wordt den 5-en Jan. a.s. geplaatst aan boord SchoT- pioien tot het medemaken van een oefening van 3 maanden. De luit. ter zee ie kl. H. Pitlo wordt defl 5'eni Jan. op non-activiteit gesteld. De luit. ter ze 3e kl. M.R. A. A. Oepkc» is den ien Jan. j.1. van zijne plaatsing ont heven. 6 Jan.: Off. van den M.S.D. 2e kl. J. B. P. Haanappel van Heemskerck naar Wachtschip Willemsoord; id-, H. Gorter van Wachtschip Willemsoord' maar Heeimskerck. 5 Jan.: luit. ter zee ie kl. J. Gallenfela van Schorpioen- naar Z 8. De officier-vlieger 3e kl. I.. F. Hesselink vertrekt d-en I3em Jan, a.s. per stoomschip Marn-ix van St. Ald-e-goinde naar O.-I. 7 Jan.: maj.-torpedist P. Gemier van Wacht schip Willemsoord naar Schorpioen. Bevordering. Met 1 Januari 1931: Seng.-telegrafist W. G. J. Drie» tot majoor- telegrafist; korp.-telegra.fist W. M-enderson tot serg.-telegraf'ist; serg.-machimat A. Remijn tot majoor-machinist; korp.-vlgtm. M. W. J. Nijhof tot sergeant-vliegtuig maker M; id. D. G. F. Bovendorp tot sergeant-vliegtuiigmak-er M; id. J. van Straten tot sergeant-vliegtudg- maker M; id J. H. Ro-ozendaal- tot sergeant- vliegtuigmaker M; korp.-bottelier P. v. Sin- deren tot sergeant-bottelier. Met 2 Januari 1931: Serg.-machinlsit T. de Boer tot majoor machinist. 3 Jm Aangebracht door gamalenvlsschers: 6304 kg. gekookte garnalen p. kg. 0.25—0.23 43 kisten bot 12.00—10.00 10 kisten schar 3.00a.oo 4 Jan- Aangebracht door garnalenvisschers: 341" kg. gekookte garnalen p. kg. 0.33—0.53 86 kisten- bot 12-.50--10.OO 8 kisten schar 4.00 5 Jan. 1931. Aangekomoen van Gothienbui» en vertrok ken naar A'dam Zweedsche motor kotter „Annie" om te A'dam verkocht te worden; eigenaar is de heer Fran9 Emmersan. Aangekomen- van Delfzijl en vertrokken naar A'dam Ned. motorschoener „Oostzee IP'. Aangekomen van Londen en vertrokken naar Harlingen Eng. s.s. „Groningen". Aangekomen van Goole en vertrokken naar Harlingen Ned s.s. „Schokland". Aangekomen van Gothenburg en vertrok- Aangekomen het Engel sche kaïbellegger „Monarch". m A. KWINKELENBERG 4 en 14 A. C. KWINKELENBERG-DE BOER ij. Kinderen. j» SIMON PETRUS, JAN. P.SCHUITEMAKERgeb. KLEUN, Kchtgenoote van wijlen den Heer G.J. Schuitemaker, DANKBETUIGING. UNIE OBLIGATIE No, 16408 De Winnaar Dankbetuiglny. met attractie's op Zaterdag 10 Januari 1931 In „Casino" Aanvang 8 uur precle8. Zaalopening 7.30.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 3