Uit de Land- en Tuinbouwwereld. Ingezonden. BLOEMBOLLEN CULTUUR IN JULIANADORP EN KOEGRAS. Legerberichten. eToomva&rT Ixsncffe n EUROPA'S GROOTSTE EIERMIJN. Te Roermond werd ln 1930 aan gevoerd 2211/« millloen eieren, doch tegen een logeren prfls dan ln 1928. Aan de Ooöp. Roermondsehe Eiermijn, de grootste zooals men weet van Europa, zijn in het afgeloopen jaar aangevoerd 221.6millioen kippeneieren,tegen »sleohts« 186.4 millioen in 1929. Het gewicht van den aanvoer bedroeg 180.4 millioen kg. tegen 109.9 millloen kg. in 1929, Móór.... voor die eieren werd uitbe taald 1 11.840.145 tegen f 11.840.280 in het jaar daarvoor, zoodat de prijs daalde van 1 6.89 tot f 5-12 per 100 eieren of wel van f 1.08 tot f 0.87 per kg. Het aantal geveilde eendeneieren daalde van 1.4 tot 0.9 millioen stuks en de op brengst van f 79.650 tot f 47.800, zoodat de gemiddelde prijs daalde van 80 cents tot 78 eents. De omzet steeg dus n^t rond 20%, doeh niettemin dóélde de geldelijke om zet, omdat de gemiddelde prijs 21 lager was. B AKW AARDE ONZER TARWE- RASSEN. Dingen, die te denken geven. Nu de Tarwewet (miaalnmeniggebod) reeds door de Tweede Kamer is aange nomen, is de quaestie van. dien bakaard onzer tarwerassen, mede in verband met hun cultuurwijze, van groot belang. De heer Meyers, landbouiwoonsulent voor Groningen, met Zeeland, onze belangr rijkste tarwo-provincie, schrijft daarover in het Gron. Landbouwblad het volgende: „Door de Regelingsooanmlssie voor het Proefveldwezen is de quaestie van het onderzoek op ibakwaarde en qiiaUtelt in het algemeen van onze tarwerassen ook reeds ondier de oogen gezien. Van het tarweproefveld op de proef- boerderij te Nw.-Beerta werden van acht onzer beste rassen groote monsters op gezonden naar het Proefstation voor Bak kerijl en Maalderij: te Wageningen. De tarwe was zwaar geschoond, en de qualL- tedt was, de omstandigheden in aanmer king genomen, vrij goed te noemen. Echter verneem ik, dait de directeur van genoemd Proefstation de tarwe niet voldoende van qualiteit vond om ze op bakwaarde te onderzoeken. Zeer tot onze spijt staan ops nu totaal geen gegevens ten dienste. Bij voldoende medewerking zou naar onze meening de proefveldendlenst er veel toe bij kunnen dragen, dat gegevens over de velschillend© rassen, binnen- zoo wel als buitenlandsche op een aantal plaatsen onder gelijke omstandigheden verbouwdspoedig worden verkregen. Voorloopig kunnen we alleen zeggen, dat hoogstwaarschijnlijk vele onzer tarwes bruikbaar zijn, mits met de noodige zorg verbouwd en geoogst Speciaal de Gro ninger boer zal er zich wel rekenschap van moeten geven, dat hij niet van de tarwewet zal kunnen profiteeren als hij zich toelegt op het produceeren van een groote massa tweede qualiteit graan. In zeer vele gevallen zal er een baaltje stik- stofmest per ELA. bezuinigd moeten wor den, want dat laatste quanten vermeer dert in hoofdzaak de stroomassa, doch maakt de qualiteit van het graan veelal minder goed, terwijl ook het gewas veel riskanter en handelbaarder wordt Het wordt nu om ook dubbel van belang, eens precies na te gaan, welke de beste wijze van oogsten is bdj minder gunstig weer." (HbL) Juhanadorp, 81 December 1080. Mijnheer de Redacteur, Mag ik ©en weinig plaatsruimte voor onderstaande, hij voorbaat mijn welge- imeenden dank. Uw oorrespondent schrijft Jubilea zijn hier dit jaar schaarsch geweest, en noemt dan het 10-jarig bestaan dor Harmonie, doch vergeet echter nog een belangrijk jubileum, namelijk dat van dien heer W. Vonk, onzen ziekenverpleger, deze toch herdacht in September van dit Jaar zijn 80-jarig jubileum als ziekenverpleger. Ik meende dat dit feit aan de vergetel heid' moest worden onttrokken. Terneer daar deze rasechte vepplegier op ons platte land alom gezien en geëerd) is. Een man, die voor Jiulianadorp en! Koegras als verpleger onmisbaar is. Wat betreft dat Koegras ook weer een vertegenwoordiger heeft in den gemeente raad, zou ik willen opmerken, flat dit niet meer dan billijk is, wordt het met die tegenwoordige uitbreiding niet meer dan tijd dat er twee vertegenwoordigers dankend, U, Mijnheer de Redacteur, nogmaals dankend. Een abonnó. Wij teekenen hierbij aan, dat onze op merking inzake den vertegenwoordiger van Koegras in den gemeenteraad geens zins bedoeld was zooals de schr. die uit legt. Het is zuiver toeval, dat de opvolger van den heer Borkert een inwoner van Koegras is. Ook wij verheugen er ons in, dat dit deel onzer gemeente een vertegen woordiger in den raad heeft, maar wij zouden het prettiger hebben gevonden, indien zijn entrée als raadslid op andere wjjjze '.vare tot stand gekomen. Redactie. Mijnheer de Redncteux, Verleen mij s.v.p. enkele plaatsruimte in uw veel gelezen blad naar aanleiding van het geschrevene in uw blad van Woensdag jJL over bovenstaand onder werp. Bij voorbaat mijn dank. Ten eerste waar opgemerkt wordt, de prijzen dier bloembollen, vooral die der hyacintheni, zijn lager, maar toch maken die kweekers ziioh niet ongerust. Ik ben juist de tegenovergestelde mee ning toegedaan, de kweekers zoowel als de exporteurs maken zich wel degelijk ongerust (opgemerkt zij, dat er minstens evenveel kweekers Zijn als exporteurs). Zlij zouden dit niet doen als het een nor male inzinking betrof, die zjj zooveel heb- ben medegemaakt Doch wij staan voor het feit, dat wjj thans een abnormale in zinking medemaken, zoodanig dat er noch voor de kweekers, noch voor de expor teurs een lichtpunt ia te zien. Dat de prijizen naar beneden zijn gegaan, zou de bloemisten niet zoo deeren, dit is meer dere malen het geval geweest, doch toen was er niet die slechte economische toe stand als van heden. In den tijd dat de bollen voor lage prijzen werden verhan deld, vond men bdj den werkenden stand in het buitenland groote afname. Doch wie van die 81/, millioen werkeloozen in Duitschland, 8 millioen in Engeland, 61/» millioen in Amerika, kunnen thans voor lage prijzen 'bloembollen fcoopen. Deze tien millioen menschen koopen geen bol len en dat is juist de donkerste zijd© van deze inzinking, en hoe lang zal deze slechte wereldtoestand nog duren? Neen, de heeren zien de zaak veel don kerder in dan u in uw verslag doet uit komen. Dat er niettegenstaande hard gewerkt wordt vindt wel zijn oorzaak hierin, dat het land hier wel geschikt is voor wei land, doch nog lang niet voor bloem bollenteelt. Er wordt d!an ook overal ge werkt om de landerijen in orde te bren gen voor de teelt van bloembollen. Doch dit is noodzakelijk, zelfs al waren de bloem bollen/ geen cent waard, dan moest zulks toch gebeuren. Dat de heeren wel de gelijk den toesband dionker inzien, is wel een «bewijs dat ze niets laten doen, wat niet strikt noodzakelijk is. Ais de vooruit zichten gunstiger waren, zoucten er veel meer huizen gebouwd worden en er zou den ook meer bloembollensohuren ver rijzen, want die staan er nog slechts en kele en zij, die noodgedwongen bouwden, doen het nog zoo krap mogelijk, althans de meesten bouwen hun schuren zoo, dat heitgeen thans geteeld wondt kan gebor gen worden, doch bij do minste uitbrei ding der teelt moeten zdji ook hun schu ren vergnooten. Zagen zij' den toestand niet zoo donker in, dan werd dat alles met bet oog op eventueele uitbreiding der teelt grootscher aangepakt Ook zijn er verschillende bloemisten die, juist omdat zjj den toestand zoo donker inzien, het bouwen uitstellen tot betere vooruitzich ten komen. Uw opmerking aangaande 15 man op 18 H.A. bollenveld, het is moge lijk dat er zijn, die dat met 15 man af kunnen, maar ik ben de meening toege daan, wanneer alles naar behooren wordt verricht en ook de bloembollen in de schuren hier ter plaatse worden behan deld een bedrijf van 13 H.A. wel 10 man meer zal vragen. Wat de wegen betreft, dit onderschrijf ik gaarne, hoewel ik er aan toevoeg, dat onze dijkgraaf en zijn mannen nog wél niet stil gaan leven, dat wegenvraagstuk is hun wel toevertrouwd. Wat het onkruid betreft, nu ja, de 'Land bouwers nemen het over het algemeen niet zoo krap, doch er zijn ook bloem bollenkweekers, die niet zoo precies kijken. Het water is in dezen polder een groot vraagstuk, althans een van de belang rijkste punten. Ik ben zelfs van meening, dat dit juist het lastigste vraagstuk is. Als men echter zijn oogen de kost geeft en ziet hoe verschillende kweekers de zaak voor elkaar hebben, dan komt men ook wel eens tot de conclusie, dat die watertoestand nog zoo slecht niet ik Er wordt in het stukje van den heer de Vries wel aangedrongen op een stoomgemaal, doch zou 't dan gewonnen zijn. Genoemde schrijver merkt daarin op, als er in Den Helder niet gespuid kan worden, zitten wjj hier met het water verlegen. Maar als er een stoomgemaal is en het banaal Is op peil en er kan niet worden gespuid in Den Heider, zou dan het stoomgemaal wel door kunnen draalen, of zou Water staat niet zeggen stop? Ik meen dat de zaak dan nog precies hetzelfde staat. Ik heb al eens een bloemist hooren zeggen de toestand is hier wat het water betreft ideaal, als je te veel hebt pomp je het er uit, en als er te kort is pomp je maar in. Het rijn twee meeningen en ik boud mij voorloopig bijl de laatste. En dan wat betreft dat er sommige kweekers van tulpen en narcissen last van het water hebben, kan ik mij best indenken. Doch stel de vraag hebben die heeren hun land liggen zooals het behoort? Ik ben de meerling toegedaan, dat imen daar nog veel te gemakkelijk over denkt, en dat kan in dezen polder nu juiist niet. U mijnheer de redacteur nogmaals dan kend. Een Belangstellende. Julianadorp, 81 December 1930. o Den Hélder, 8 Jan. 1931, Mijnheer de Redacteur. Mag ik u even eenüge ruimte vragen voor onderstaand in uw blad? Bij voor baat dank. Wanneer men dagélijks de couranten leest, dan is het over werkloosheid en nog eens werkloosheid en dat het aantal werkloozen met den dag tovi omt la ook waar. Voorwaar een treurig verschijnsel; hoe die zaak op te lossen? Ook moeilijk, maar dat er veel aan gedaan kan worden om het te bestrijden is ook waar. Doch wanneer men dan de werkloosheid in de band werkt, inplaats van tegen te gaan, dan vind ik dat een ongezonde zaak. B.v. ©enigen tjjd geleden heeft onlderg,e- teekende gevraagd om in aanmerking te mogen komen, en misschien meerderen met mij, voor de volkstelling. Toen na eenlgen tijd kreeg ik bericht om een brief te schrijven aan den Directeur van de Ar beidsbeurs, wat ik dan ook ihelb gedaan. Nu zei ik al een paar maal tegen mijn vrouw: „Heb je al eens gezien, dat er voor de voikstélliing gewerkt wordt?" „Wel Ja", zei mijn vrouw, „ze zi)m allang aan het werk voor de volkstelling". Ik zeg: „dat kan ndet, want Ik heb nog niets gezien, je hebt zeker misgeketoeri'. „Wél nieen", zegt mijn vrouw, „ik heb het wel gezien". Toen dacht ik: we zullen eens pools hoogte van de zaak nomen en jawel hoor, de vrouw had gelijk (och, wanneer hebben ze geen gelijk?). Toen ik vanmorgen op stap was om wat te verdienen, dacht ik: jongen, doe je oogen goed open en kijk goed uit, en jawel hoor, het duurde niet lang of ik kwam tot de ontdekking, dat er al voor de volkstelling geloop en werd, niet door menschen, die niets verdienen, doch volgens informatie door menschen, die al een geldelijke tegemoetkoming ge nieten. Toen dacht ik: waarom nu geen menschen aangesteld, die niets verdienen? Zoo werkt men toch de werkloosheid in de hand, inplaats van haar tegen te gaan? Er zullen toch wel onder die menschen zijn geweest, die aangevraagd hébben om in aanmerking te kunnen komen voor de Volkstelling, menschen, die dat werk had)- den kunnen doen? Waarom juist men schen genomen, die al «enigszins een be staan hebben? A. GOIJJER, Caiiforniestraat 71. Het is zeker Jammer voor den Inzender, dat hij niet in aanmerking is gekomen om met de kaarten voor de volkstelling te loopen. Maar hij zal de eenige niet zijn, want er zijn in totaal slechts 85 personen voor aan het werk. Verder moet inzender niet vergeten, dat de betrokken personéh niet alleen de kaarten moeten brengen en weer ophalen, doch deze voor wellicht het overgroote deel zelf moeten invullen. En dat niet alleen, maar zij moeten allerlei vragen oplossen, die voor een leek waar lijk niet zoo eenvoudig zijn als misschien lijkt. En dat daarom onder te werk gestel den personen zijn, welke nog bijverdienste hebben, zal wel op overweging geschied zijn, dat dezen krachtens hun beroep die vragen kunnen beantwoorden. Wellicht kan inzender dat ook, maar dan nog waren er vele anderen met hem, die in aanmerking kwamen. o DE EUROPEAAN ZELF. Geachte Redactie. Voor me ligt uw zéér dragelijk, en be hoorlijk overzicht van 1030, tamelijk uit gebreid de belangrijkste voorvallen plus den gemeenen toestand weergevend. En indien aan dit overzicht iets mocht ont breken, dan is de schuld hiervan niet te zoeken bij den schrijver van dit overzicht of bij de courant die 't publiceerde, mnwr wel bij den Europeaan zelf die niet zocht de situatie, waaronder hij leeft, meester te worden. De Europeaan is te Hein geworden; te Hein om de situatie van heden behoorlijk te kunnen overzien, en te gemakkelijk om zich er voldoende moeite voor te geven. Hjj steunt op zijn regeering, vooral in de crisasdagen van heden, en waarvoor hij steun van de regeering verlangt Mis- sohden ook heeft het Algemeen Kiesrecht daarmede schuld aan, wijl hij dat in de allereerste plaats heeft loeren aanwenden oboi zich zelf persoonlijk voordeel te be zorgen. De regeering, wederkeerig, steunt op de massa bevolking, samen een macht vormend waarop men' zou willen vertrou wen en eens kon vertrouwen misschien doch wat geleidelijk aan spaak loopt En het resultaat is dat de Europeaan van heden leeft in bange vrees voor onbe stemde gevaren, nieuw oorlogsgevaar, revolutie, verdere daling van alle waar den, finale ondergang van Europa mis schien. 't K e n boimen. En het volk heeft geleerd op de regeering te vertrouwen, en de regeering op het volk. Maar in de situatie zooals die geworden is vertrouwt de een op den ander niet meer, en ia de toestand er een van futlooze moedeloos heid. t Is heden 1 Januari 1081. 't Komende jaar kan oorlog brengen, revolutie, armoe en ellende, zeer zeker. Maar 't kan ook 'brengen een' boek, eeru tooneelstufc, of iets anders, iets wat een invloed) op Europa zal hebben als De Negerhut, het boek van Beecher Stowe, had op de afschaffing der slavernij in Amerika. En dan zal, zéér mo gelijk, de Nieuwjaarsdag van 1082 ©en dag kunnen zijn van optimisme en blijmoedig heid zooals we ons die op 1 Januari 1031 absoluut niet mogiéÜjk kunnen deniben. Maar de steunzoekende Europeaan zoekt dat niet Hij is het lijdendl voorwerp van den verwarden toestand in Europa zelf, en er rit te weinig individuallsnie in hem voor een streven om het leidend voorwerp te worden. Dè&rin verschilt hij wezenlijk van den Amerikaan, die ontegenzeggelijk meer in dividualisme, meer persoonlijkheid bezit in allerlei opzicht Als een Amerikaan een stroopsmeerder is, smeert hij het tienmaal zoo dik als de Europeaansche stroop smeerder. Is hij een demagoog, een hui chelaar, hij overtreft daarin dan den Euro peaan. Hij overtreft den Europeaan in bru taliteit, maar ook in zijn streven om van een bepaalde opportuniteit alles te ma ken' wat er van te maken valt.' Ik voor mij wil gekloven dat het komt doordat de Amerikaan meer ln contact met de wil dernis staat, een wereld waarin elk indi vidu voor zich zelf leeft en moet weten te zorgen. Hij verleert daarbij te steunen op regeering en andere menschen, wordt individu meer, steunend op eigen krach ten, ziijü weg zoekend en tastend voor 't bereiken van dat doel in het leven wat hem aantrekt, van de wildernis, makend datgene wat blij denkt wat er uit gToeien kan. Er behoort niet veel phantasle toe om in 't Europa van heden niets anders te zien dan een wildernis, met al die onbestemde gevaren welk© den man in de wildernis ook bedreigen, al is de Europeesohe wil dernis dan geen maagdelijk woud. Maar 't streven bij den Europeaan om van die wildernis een bewoonbare wereld te ma ken, zooals een monteur uit een massa van losse onderdeelen een magnifiek funo- tioneerende machine maakt, dat streven is den Europeaan vreemd. Hij steunt niet op eigen overzicht van materiaal en onder deelen, wrijving eni tegenwerking, bewe ging en draagkracht Hij staat niet ln een Europa als in een groot gebied waarvan let» te maken valt, maar als in een wilder nis die hem verzwelgt, die hem beHemt Door geen anderen drang is hij bezield dan door den drang naar zelfbehoud, in een wereld die hij niet kent, die hem te groot is. En dat geldt voor de Regeering van Frankrijk, voor Mussolini in Italië, voor den zakenman en den arbeider. Ieder hun ner ziet allereerst de gevaren die hem. be dreigen, en ziet zich sterk te maken om zich dan en met steun van anderen voor d'at gevaar te behoeden, doch waarvoor 't gevaar zelf niet gaat loopen. De wildier nis is groot, geheimzinnig, zonder mede- doogen, en vernietigt den mensch die haar wetten negeert of niet tracht te leeren verstaan. Zij vernieitgt den Euro peaan zelf, die de wildernis niet weet te beheerschen, of 't geheel van Europa te leiden. Texel, 2-1. H. B. De beschouwingen van den schr. zijn zeer zeker interessant en geven aanlei ding ze nader te overdenken. Er ztfn er velen, die in de Vereenlgde Staten van Europa het heilmiddel zien ter oplossing van allerlei problemen, die het oude werelddeel thans verscheuren en verdeeld houden. En ongetwijfeld zou de wording van zoo'n groot Europeesch rijk den wereldvrede in de hand werken. Maar maar., er zal nog heel wat water door de zee moeten stroomen eer het zoover is. Het is verleidelijk daarop wat nader ln te gaan, maar wij zullen aan die verleiding weerstand bieden, omdat het ons veel te ver zou voeren. Of overigens Amerika met z'n schreeuwerige en blufferige systemen, zijn omkooperijen en zijn misdaad in het groot wel het goede voorbeeld voor het zooveel oudere en beschaafdere Europa moet zijn, meenen wij te moeten betwijfe len. Europa zal door schade en sohande tenslotte wijs moeten worden. o MALAISE EN MIDDENSTAND. Geachte Redactie. Het ingezonden stuk onder baven- steanden titel, voorkomend© in uw blad van jl Woensdag 81 December 1080, heb ik met aandaoht gelexen. Temeer schonk ik daar bijzondere aandacht aan, omdat de beersohende malaise een internationaal verschijnsel is, en wel zoo moeilijk, dat zelfs d© meest bekend© economen, ook Sir Henry Deterding, daarover één oorzaak aangeven. Ook d© heer W. van Manen uit Den Haag, d© onderteekenjaar van het ingezonden stuk, breng» daarin zijn meerling naar voren, welk© vrijwel dezelfde is, als die van de overigen. Wat is hun oonclusie? Geen andere dan: de malaise omstaat hetzij door overpro ductie, hetzij door ondorconsump- 11 e. Nimmer ontwaard© ik bij die be wering d© simpele vraag: met welk doel, uit welk oogpunt wordt er overgeprodu- ceerd? Vandaar dat Ik b«j>T stal en waar op het antwoord wel achterweg© zal blij ven. Tooh wil ik haar, zij het in be scheiden mate, trachten weer te geven en hoe ik d© malaise zie ontstaan. Vooropgesteld rij, dat er geen sprak© kan zijn, dat d© produoent, fabrikant, mijneigenaar, bankinstelling o.a. willens en wetens een economische malaise in het leven zou roepen, met de wetenschap, daarmede finantièele offers te moeten brengen. Zoo dwaas rijn zij heden ten dage nog niet Het tegendeel is eerder waar. Zij, die het eoonomisch rad in han den hebben, zullen juist trachten indirect er beter van te worden. Zij toéh. regelen d© prodhetie naar hun believen, stellen d© prijzen daarvan vast en ontzien zich déarbij niet, zoonoodig bevel te geven, de onderweg zijnde lading over boord te deponeeren, enkel en alleen om de vast gestelde prijzen stabiel te houden, of, zoo noodig te venhoogen. De historie be wees 't reeds. Daarbij is de bestaande pro ductiewijze uitsluitend ingericht op winst maken eni niet op de behoefte der ge meenschap. Juist dit is het kardinale punt waarom alles draait en waarover de burgerlijke economen niets willen hooren. Ook Sir Henry Deterding niet Heelt 10141918 ons dlan niets ge leerd? Weet men dan niet, dat gerui- men tijd voor het uitbreken van den oorlog met koortsaohtiigen IJver werd ge werkt tot vermeerdering der dageltJksohe benoodigdheden? (waarvan zelfs de werk nemer niets bespeurde). Dit geschiedde niet uit medeleven voor d© gemeenschap, maar met Het oog op winstbejag Men was wel voldoende op d© hoogte met wat er te wachten stond. En volgens mijn be scheiden meening is het Jaar 1030, het crisisjaar, de voorlooper van het oorlogs gevaar, hetwelk thans Europa opnieuw bedreigt Het kookt in Europa, trots Vol kenbond, G-enève, Looarno en meer van die weidsohe titels. Het oorlogsmonster komt nadar en nader; zij, di© de wereld productie ln handen hebben, prepareeren zich al reeds op de komst er van. Men schen, die regeeringen vertegenwoordi gen, staan hoogst waarachijniijik in nauw verbond met <le wereldproductie. Zij we ten van hetgeen er achter de schermen plaats heeft. Het gevolg daarvan Is, dat zdj de voorraad productie opibergien, de deuren doen grendelen on den werknemer gedaan gevon. De geldcrlsls ln Amerika gaf het beginsein: „Wees op uw hoede 1" Europa volgde reeds. Niet d© wereld productie ia de oorzaak der malaise, doch de kapltnailvorming ln de eerste plaats. Wat is overproductie todh ln vredesnaam? Wat schermt men toch met deze leugen- aiothige bewering! Onderoonsumptl© be staat, maar waardoor? Door minder koop kracht zegt men. Aoooordl Maar niet als gevolg van overproductie, maar wel van het kunstmatig in het leven roepen der werkloosheid. Wanneer men de proef op de som durft nemen en de 20.000.000 werk loozen datgene versohaft, waarop zij als menschen kind recht hebben, dan is er geen overproductie, doch zal blijken eer der een tekort aanwezig te zijn. Gevolg: vermindering der werkeloosheid. En wanneer dan de heer M. had gesproken van Sir Henry Deterding, als mede-argu ment gebruikt, om de malaise te beoor- deelen, dan is de heer M. in een slecht gezelschap verzeild geraakt. Mijn oonclusie is deze: Niet de over productie is de oorzaak van de malaise, imiaar hét zich prepareeren op een toe kom sti gen oorlog. Ik dank u. Hoogachtend, J. J. Scboeffelenberger. Den Helder, 4 Jan. 1931. HERHALINGSOEFEFINGEN IN 1931. Bij Mini8terieele Beschikking i» bepaald, dat in 1931 voor herhalingaoefenangen ondier de wapenen komen de lichtingen 1936 en 1938 van de regimenten infanterie (waaronder begrepen het reg. gren. en jagers)de compagnieën hos pitaal-soldaten, met uitzondering van de zie kenverplegers; de lichtingen 1925 en 1928 van het regiment wielrijders; scnooLcompagmie van den motordienst; regimenten onbereden artill.; korps luchtdoel-art.; regiment genie troepen; sc hooi compagnie torpedisten; com pagnie intenidancetnoepen; de lichtingen 1935 en 1927 sc hooi compagnie pontonniers liöhting 1927 school campaigniet pontonniers voor zoover betreft de dienstplichtigen, die ten aanzien van de eerste oefening behoorden tot de derde ploeg; lichting/ 1928 Mem voor zoo ver ze behoorden tot de eerste en tweede ploeg. Tijdduur van opkomst voor de onder officieren 24 en voor korporaals en soldaten 17 dagen; lichting 1925 regiment huzaren, met uitzon dering van de postduivenverzorgers, doch met inbegrip van de dienstplichtigen, die op l October 1931 van die regimenten naar de trein- afdeeling der axtilleriebrigades /overgaan; lichting 1928 regimenten huzaren de postdui venverzorgers; allen voor onderaf f. 20 en korp. en soidlaten 13 dagen; overige onderoff. 27 en korp. en soldaten 20 dagen; lichting 1925 en 1928 regimenten veldartille rie en karpa rijdende artillerie onderoff. 24 en korpl. en soldtn. 24 dagen; lichting 1921 treinafdeeldngen der art. bri gades. met uitsondering van de dienstpl., die op i October 1931 van de cavalerie naar deze afdaelingen overgegaan onderoff. 24, korpl. en soldtn. 17 dag/en; lichting 1928 t/reinafdeelèngen der artillerie- brigades: de gewezen paardenoppassers van de cavalerie onAeroff. 27, korpls. en soldtn 20 dagen, de overige onderoff. 24 korpl- «n soldtn. 24 dagen. De adjudant onderofficier administrateur M Snaauw van het regiment kust-artillerie is bij beslissing van. het D. r. D. te rekenen van en met 1 December 1930 overgeplaatst bij de school voor ddenatplichti» onderofficier-admi nistrateur te Breda. Te 's-Gravenhage is op 31-jarigen leeftijd overleden H. M. M. Buffart, intendant bij de I Divisie. Onder zijn toezicht re sorteerden o.m. ook de garnizoensmagatzijnen van k'eeding en uitrusting te Den Helder. De levering van de voor het garnizoen Den Helder benoodégde Leidsche kaas (komijne kaas) is opgedragen aan de firma van Duiken en van Dorp te Leeuwarden. Stoomvaart Mij. Nsdarlsnd Roepat, t., 4 Jan. v. Djeddah. J. P. Coen, t., 4 Jan. v. Algiers. Si/maloer, 4 Jan. v. A'dam.. Tabinta, 4 Jan. te A'dam. Tarakan, u., 4 Jan. v. Antwerpen. Tanimbar, t., 2 Jan. v. Padang. Johan de Witt, u., paasi 4 Jan. Perim. Karimoen, 5 Jan. v. A'daim. Poel au Laut, t., pass. 3 Jan. Perim. PoeLau Roebiah, u., pas». 4 Jan. Perim. Sembilan, t., 4 Jan. te Llverpool. Kou. Ned. Stoomboot Maatschappij. Atlas, 31 Dec. te Curacao. Aurora, 2 Jan. v. Palenmo. Barneveld, u., 2 Jan. v. Vadparaiso. Colombia, 1 Jan. v. Curacao. Ilos, 2 Jan. v. Oran. Irene, 3 Ja/n. v. A'dam. Mars, 3 Jan1, te A'dam. Midae, 1 Jan. te Curacao. Orestea, 3 Jan. te A'dam. Achille», 3 Jan. te Napels. Odysseun, f Jan. te A'dam. Ajax, 3 Jan. v. R'dam Ares, 4 Jan. te Antwerpen. B erende e, 4 Jan. te A'dlam.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 7