het gewicht neemt er door toe en de ze
nuwachtigheid vermindert Deze resul
taten mogen er echter niet toe leiden, de
stWhoofdige huisgenooten er later triom
fantelijk op te wijzen, hoe onverstandig
zij zijn geweest. Van dat genoegen moet
men afstand doen in het belang der goede
zaak, want anders bederft men het voor
de toekomst, wanneer de opnieuw ziek
geworden persoon ialles weigert, omdat
hij, er medioijlnen in meent te proeven.
Een andere veel gemaakte font is, dat
men zichzelf en zijn kinderen plaagt met
levertraan. Er zijn tegenwoordig zooveel
levertraanpreparaten te krijgen, waar de
onaangename smaak aan ontnomen is,
dat men slechts die behoort te gebruiken.
En dan moet mefl er niet hij zeggen, dat
dit nu ook een1 soort levertraan is, want
de suggestie speelt in die dingen een
grooten rol. Men zai dan zien, dat het
middel zonder moeite wordt ingenomen
en dan.is de gunstige uitwerking op het
Lichaam veel grooter.
Coquette hoeden in het midden
van het seizoen.
sche motieven terug. Ze lijken op een
tulband, terwijl ook de héret Tonktoois
kans op populariteit heeft. Men ziet trou
wens nog altijd de baret, die zeer ^er
achterover en een ietsje opzij_ gedragen
wordt. Zoo demonstreerde Talbot een
baret van rood «ntllopenleer met een
rand van grijze veertjes, die deed denken
aan Érrosgrain lint. Dö'Zö garne^ring >zal
men ook in het komende seizoen veel
ORIGINEELE BARETS.
ül"che,den'
Het gevaarlooze stierengevecht.
"+++++++-
"+++++++-
-+++++++-
4-4-4-4-4--
-4-4-4-4-4-4-4--
-
met üs bedekt water Is gevaarlijk, dai>
het ijs geleidelijk naar het midden 2
dunner wordt. Is het ijs 10 centimeter dit
dan dreigt er geen gevaar meer, zelfs W
dien er een groot aantal menschen
elkaar op één plek staat. En bij veertig
tot vijftien centimeters dikte kunnen
reeds verhuiswagens over het ijs rijdiv,
Als ei* nu maar ijs komt, dan weet je C
De „Nautilus" naar de Noordpool,
Wanneer kunnen we op het
ijs loopen.
II.
Nieuwe raadsels.
De geheimzinnige spiraal.
Op de 4e rij de
voetig dier.
Op de 6e rij bekleeding voor «en trap.
Op de 6e rij iets dat je in iedo e slaap
kamer vindt.
Op de 7e rij gebruikt men bij i »n regen-
Wöterb 8 k
Op de 8e rij iets om melk in te doen.
Op de 9e rij een boom.
Op de 10e rij een medeklinker.
Ingezonden door D. erM. S.
n.
Met vijf letters blijf ik zwa*t hoe bard
ik mij ook wasch, keert men mij om dar
maak ik een groote plas.
Ingezonden door Albert T.
Goede oplossingen van beide raadses
ontvangen van: 'i
H. A.; N. v. B.; A. B.; B. v. iB.;B j]
A. v. d. B.; M. de B.; G. B.; J. Bd h'
C. C.; G. D.; R. D.; B. v. d. E.; J- *-'<f
G.; N. G.; M. la G.; J. G.; H. H.; A. v.
A. J.; J. K.; A. E. K.; N. K.; T. K.; H-
K. K.; Bi K.; M. K.; S. K.; K. ®'t
D. L.; A. v. t: P. L,; M. L.; A. en P>
(Koegras); M. M.; O. M.; J. de Md J-/''
C. P.; M. P.; D. P.; J. A. R.; A.
S.; A. v. S.; T. S. (Koegras); N. Sd A-
K.J;S.;J. S.;S. T.; G. v. TÏ; M. Td£i".|
L. V.; C. de V.; H. V.; C. V.; C. en B» 7
W. V.; N. V.; J. en P. W.; H. v. W.
v. Z. f
Oe prijzen zijn na loting ten deel
vallen aan:
Henk Aberson, Piet Heinstraat 1.
Bé v d. Berg, Fabrieksgracht 80.
Greta Dekkers, Goversstraat 34.
Jaoob van Zoelen, Dijkstraat 60.
Ook midden in bet seizoen komt et
nog wel eens wat nieuws uit en vooral
nu doet men goed, met de aanwijzingen
rekening te houden, omdat het nog on
zeker is, welke richting de mode in de
toekomst zal inslaan. Op het oogenblik
valt vooral de groote verscheidenheid op
in de kleine hoeden, die nog altijd vrij
sterk achterover gedragen worden. En
ook de „kleine" hoeden zijn niet meer zoo
klein als hun soortgenooten van ver
leden horsthoewel de bol nauw om het
hoofd blijft sluiten, zijn' de randen al
breeder. Op dat gebied kan men de meest
afwijkende dingen zien: randen, die ypn
voren smal en van achteren en opzij breed
zijn, randen, die links smal en rechts
overdreven breed zijn of randen, die den
nek geheel bedekken.
Daaruit ziet men al, dat er van achte
ren geen haar zichtbaar mag zijn; alleen
een bos krulletjes mag uitkomen onder
den hoed, die dan gewoonlijk een van
achter opgeslagen rand' heeft. Op het
voorhoofd ziet men daarentegen wel een
lok haar en wel bij hoeden van elk mo
del. De onflntteuse mode van de kale
voorhoofden behoort gelukkig tot het
verleden en men ziet zelfs al hoeden,
die aan de eene zijde het voorhoofd be
dekken, terwijl hetaan de andere zijde
bedekt wordt door een haarlok.
In de kleine boeden ziet men Ooster-
zien- j
Vrijwel elke hoed zal trouwens de eene
of andere garneering vertoonen en daar
door staat het geheel ook meer verzorgd.
Er worden kleine toetjes veeren voor ge
bruikt, waarvan de kleur gewoonlijk af
steekt bij die van den hoed, doch ook de
nu reeds gedragen Sbmili-ste entjes 01
banden, strikken en figuren van gros-
grain lint, dat ook wel stijf gepasseerd
om den bol .gedragen wordt of den rand
van een hoed afzet.
De kleuren züjn het altijd praktische
zwart en verder bruine en blauwe tinten,
doch de naderende lente doet zich ai
gelden en hier en daar ziet men al hel
rood, helblauw, groen, diverse pastel
kleuren en geruit materiaal. De Parisien-
nes vertoonen daarnaast, ook in hun win
terhoeden, een merkwaardige voorliefde
voor wit! Men ziet groote hoeden van
wit fluw&eil. wit vilten hoeden» met bor-
duursel (vooteI rood en zwart), mutsjes
van wit bont en baretten van witte che-
nillee, die heel stijf gehaakt of geweven
zijn, zoodat het den indruk van stroo
maakt. Donkere hoeden worden ook dik
wijls door wit opgefleurd, b.v. door een
witte strik.
Marie Ghristlane maakt van alle nieuwe
soorten stroo een dankbaar gebruik en
ook van materiaal, dat op stroo lijkt.
Verder zien wij veel zacht en licht mate
riaal van allerlei soorten, o.a. het ruwe
synthetische stroo, dat cello-mat genoemd
wordt en het Japansche, met de hand ge
weven papier, dat toyo heet. Toyo ziet er
uit als heel fijn Panama-stroo en wordt
voorloonig alleen ln donkere kleuren ge
demonstreerd; men verwacht echter, dat
dezen zomer de meeste sporthoedjes ervan
gemaakt zullen worden.
Links zien wij een mutsje, dat geheel
gemaakt is van gekartelde over elkaar
gelegde reepjes vilt, die een dakpan-
effectvormen. Het wordt ver achterover
gezet en laat zoowel het voorhoofd als de
zijkanten van het gezicht geheel vrij.
Rechts een baret, die door zijn spitsen
vorm aan een Chineeschen hoed doet
denken. Hij is van gerimpeld fluweel, dat
op een satijnen lint is bevestigd. Van
achteren is een strik van dit lint door het
fluweel geregen.
Beste jongens en meisjes.
Hé, hé, dat is weer gebeurd, de ver
loting bedoel ik. Wil jullie wel gelooven
dat mijn vrouw en ik er met even groote
spanning naar uitzien als jullie. Als "de
lootjes gemaakt worden, als we ze flink
door elkaar schudden en er dan vier,
een voor een, uithalen, dan zitten we ook
in spanning te kijken wie de prijzen ge
wonnen zullen hebben en wij zijn altijd
blij als er dan vriendjes en vriendinnetjes
biji zijn, die nog niet eerder een prijs
kregen. Natuurlijk vinden wij. het ook
fijn als zij, die reeds eerder zoo gelukkig
waren een prijs te winnen, er weer een
krijgen.
En nu vinden jullie hieronder de namen
doorgeslagen wooidjes in eeni rijimzin van je
zag? Zal ik .het eens zeggen? Nu, dit: „Op
school werken de jongens vaak zonder ijver."
Dat heb je gemeend en dat is ook zoo. Maar
toen dacht je natuurlijk, dat is toch eigenlijk
wel een beetje mal als de Kindervriend dat' in
t Ju/ttertje zet en toen maakte je er gauw van:
„Op school werken de jongens vol ijver". En
dat meende je niet en had je dus ook niet
mogen schrijven. Zeg maar gerust altijd wat
je eerlijk meent, en wat waar is. Want Ik
weet heusch wel dat de jongens niet altijd met
ijver op school werken. Ik zelf ook niet. Maar
het moet wel, hoor, en later heb je er spijt
van als je het niet gedaan hebt.
Zal is er om denken, altijd eerlijk voor je
meening uit te komen, ook al komt het in de
krant? Dit briefje schrijf ik nu niet alleen1
van twee vrindinnetjes en vriendjes, die v00r J0U hoor, maar voor alle vriendjes en
deze maand de gelukkigen waren. Als ik vriendinnetjes.
me niet vergis Zijn er twee bij. die al Cees en Bert Verschoor. Dat Inge-
eerder een prijs wonnen en' twee, voor zonden raadsel was zeker van Bert Cees?
eers^6 k6er Js- Ik feliciteer want e.r stond tenminste met heek sierlijke
jullie, hoor, mede namens de andere letters onder: „B. Verschoor". Deftig hoor
vriendjes en vriendinentjes, die natuur- Dina Lugtenbor* Wel wil dL
lijk zelf ook wel graag een boek hadden dat is. nou toch ook wat diafhebl
willen winnen, maar iullie toch ie ra-Ha „j v aaar heb ->e nu 20°
niet benijden, omdat zij een volgenden en dal d^h* nk! e'fnf.maakte raadsel-
keer ook z.oo gelukkig kunnen zdin en Omdat ie X Je waarom met?
het dan ook zeker niet prettig zouden twee genomen heb^A^dd S^.Ru"
and-eren, roest", zijn n.1. twee spTeekwooTden en -dus
„«bi, b d" d"™"hCh^
beter 1. h« »i« OP S""X,
schijnlijlr de h.lft va» df "L
op zouden kunnen lossen, t Is wel jammer,
Mon Bonte. Briefjes schrijven toch
nogal gemakkelijk, dacht ik, Mon,,tn no« riet
zoo lang geleden schreef je ze nog wel. Pro
beer het nog maar eens.
A g a t h a B o e r d ij k. Jij hebt me nogeens
een massa dingen van je geschreven, Agatha,
en ik begrijp nu wel dat je niet zooveel tijd
hebt, als je je huiswerk van school moet doen
en dan nog op pianoles en, Zondagsschool.
Maar er blijft toch nog wel een uurtje voor
de raadsels over, hé?
Nanda Visser. Nou, dat was net een
raar antwoord, dat je uit de som had, Nanda,
en het was ook niet goed,, hoor, En zie voor
de oplossing van het spreekwoord maar eens
hieronder.
Henk Verheul. Hoera, jij bent geluk
kig weer beter en ik denk wel -d'at je nu met
de kou en de sneeuw nog niet naar buiten
mag, maar weet je wat je dan doen moet,
dan ga je met je neus vlak voor de ram'en
staan en dan kijk je naar de fladderende
vlokken en dan moet je eens kijken wat een
leuk gezicht dat is, dat nog veel mooier dan
wanneer je er buiten in loopt. En als het
straks lente wordt en de zon gaat weer heer
lijk warm schijnen, dan mag je weer buiten
en dan wordt je misschien wel sterk. Fijn, hé?
Het was jammer, Henk, dat je niet bij de
goede oplossers stond, dat was een vergissing.
Je hebt wel meegedaan bij de verloting, hoor.
Hoe ben je er achter gekomen wie ik ben?
Lena Vermeulen. Nee, Lena, daarin
vergis je je toch heusch, denk je werkelijk
dat ik de raadsels de laatste week moeilijker
zou maken, in de hoop dat er dan een massa
vriendjes en vriendinnetjes ze niet zouden kun
nen oplossen? Nee, hoor, dat zou niet aardig
zijn. Ik vind het veel te fijn als jullie allemaal
trouw inzenden. En de raadsels waren ook
niet zoo moeilijk, kijk maar eens wat Mien
Pieter9 schreef en die zal toch waarlijk niet
zooveel ouder zijn dan jij. Je hebt wel weer
flink je best gedaan met het schrijven van
een brief. Dat was prachtig.
Laurens Timmermans. Dat was
een zetfout, Laurens, jouw oplossingen wa
ren goed en dat was ook aangeteekend, hoor.
Henk K i 1 j a n. Mooi, Henk, dat je
woord gehouden hebt. Ik begrijp wel dat je
geen tijd hebt om me een uitvoerig verslag
van dien feestavond te sturen. Maar zoo was
het ook best.
Manua Ligteringnen, Dat was een
aardig raadsel, Manus, en zal zeker geplaatst
worden, zoodra het aan de beurt is.
Agatha Koelemeij. Ja, die ingezon
den raadsels van jou zijn ook erg aardig,
Agatha, en zal je ook ^wel eens in 't Juttertje
vinden.
Sjouke Troost. Je spreekwoord zal ik
wel eens plaatsen, Sjoukje, maar niet onder
„het Kinderhoekje
Nannle Grande. Ook jouw eigenge
maakte raadsels waren aardig, Nannle.
Klaas Stadtman. Jouw vraag had ik
niet begrepen, Klaas. Ja, als je het graag wil
weten, ik heb jou toen die bonnen gegeven en
hoe ik dacht dat je vader bij de Marine was,
dat kan ik je ook gauw vertellen, Je hadt al
eens eerder geschreven dat jullie gauw naar
lndië zouden gaan, dus toen kon ik makkelijk
nagaan dat je vader bij de Marine moest zijn.
En wil ik nu nog een9 wat zeggen?.... jij hid
je naam onder je raad9els vergeten. Dat had
je zeker nooit van jezelf gedacht, hé? Dat
plaatje had je heel aardig gekleurd, Klaa9.
Annie Jansen. Ja, je raadsels waren
dezen keer goed, Annie, en je hebt ook met
de verloting meegedaan, maar zooals je hier
onder ziet zijn de prijzen aan anderen ten deel
gevallen. Niets erg, hé? Zoo, vond je het
nieuwe gezelschapsspel aardig. Vind je het
ook heerlijk om 's winters spelletjes te doen.
Ik denk van wel en vandaag vind je weer een
spelletje in 't Juttertje. Probeer dat ook maar
eens. Dag, hoor.
Kindervriend.
Leo ging naar den f o n t e in,
En at daar zijn koekjes op,
Hij riep: „Klaas, kom ook bij mijn,
Hier zwemt een visch zonder kop."
En waaratjes, onder den grooten den,
Bij den kom,
Daar zag ik hem,
Het was een wonder wat daar zwom.
Wie het niet gelooven wil,
Gaat dan maar op dak,
En zit niet stil,
Zooals een slak.
Na lijden komt verblijden,
En nu ga ik er mee uitscheiden,
De maand is om en kan de Kindervriend ons
weer verblijden.
KLAAS STADTMAN.
Beste Mijnheer.
Hier zijn de raadsels weer.
TTet eerste 3s fontcm,
«mfc
II heb er ta ook heel wet «eek e.» «eh.d,
harry horsman,
2e Vroonstr. 17. Den Helder-
Mijnheer.
Ik ben Oor Morien,
Niet groot en niet klein,
Daarom zend ik u mijnheer,
Het raadsel op rijm.
De f van flcsch,
De o van viouiw,
De n van niet,
De t van mast,
De e van ezel,
De i van brief, en
De n van neus.
Mijnheer ik raad het heusch,
Daarom zeg ik ook fontein.
Mijnheer het is 't eerste
Raadsel van mij wat ik rijm.
cornelis morien,
Willem Beukeiszoonstraat 7.
José Vorodostez, de beroemde toreador,
zou weer optreden. Doch toen hij de arena
betrad zag hij tot zijn verbazing, dat zijn
vrienden de neele arena door kleine
schuttinkjes ln vierkanten hadden ver
deeld. Hij liet zich echter niet ontmoedi
gen en ging binnen, nadat hij vanaf de
verhoogde arena-muren had gezien, dat
ieder hokje 4 deuren, bezat waardoor hij
in de omringende hokjes kon komen. „Het
moest mogelijk zijn", redeneerde hij, „om
van het eene hokje door het andere naar
den stier te komen, die aan het tegen
overgestelde einde van de arena stond."
vinden, als hun de prijs door
mag ik het zeggenmisgund werd.
i i i i r -ra
jpZ
i11 t 1 i
tenminste.
Jules Verne en de werkelijk^,
Jules Verne, de beroemde Franse^
schrijver was de man, die in zijn boeken
steeds de voor dien tijd meest fantastisch»
luchtkasteelen opbouwde. Ook tegenwo<,r.
dig worden zijn boeken door de jeugdige
romantisch-aangeiegde lezertjes nog stee*!
veel gelezen. Dan kunnen we ons wei in.
denken; hoe zijn boeken insloegen, toen
er nog geen sprake was van duikbooten
vliegtuigen, raketten, radio en lucht
schepen. Zelfs tegenwoordig bezitten zfo
boeken nog een sprookjesachtigen Inhoud
hoewel wij toch wel gewend zijn aan dé
vorderingen der techniek. Jules Verne
zal het wel nooit gedroomd hebben, dat
zijn hersenproducten nog eens werkelijk,
heid zouden worden.
En nu, binnen enkele weken, gaat tjf
ertoe over, één der meest bekende schep
pingen van Jules Verne te verwezen]!
ken. Jn een tijd, toen er nog geen dnl}^,
ten bestonden, schreef deze Fransotaj
zijn „20.000 mijlen onder zee", vflBH
kapitein Nemo, de heerscher van de.Jfu
tilus", de ongekroonde koning der
overal ter wereld rondreist. En nu zaU«j
eschiedenls werkelijkheid worden....
Op een Amerlkaansche werf wordt ie.
duikboot gebouwd, waarmede Sir Geer#
Hubert Wilkins naar de Noordpoo) at
varen De commandant van het schip, li'1
Amerikaansche Marineofficier Sloan Th
menhaven is naar Frankrijk gegaan, nat
de kleinzoon van wijlen Jules Veme 0
heeft hem uitgenoodigd, om naar Ameh
ka te komen en daar de onderzeeër mij
den naam „Nautilus" te doopen. De klei»
zoon van den schrijver heeft de uitnood]
ging aangenomen en zal bovendien
reis naar de Noordpool medemaken, zof
dat dus de kleinzoon zal medi'mak jn, yn
de fantasie van den grootvader heeft y»
schapen.
RAADSELS.
Goede oplossingen van de oude randsll
Hij doorliep leder hokje éénmaal en
kwam tenslotte aan het tegenoverliggende
einde van de arena, maar.... de stier
was er nietl De stier was namelijk op wt
naar José gegaan en had briesend van
woede teder hokje éénmaal doorloopen en
tenslotte gekomen aan het punt van waar
uit José was vertrokken. Beide, de stie
renvechter en zijn slachtoffer waren dus
het geheele veld door geweest en hadden
elkaar niet getroffen. Welke wegen heb
ben zij afgelegd?
De stierenvechter mag Slechts een nokje
verder gaan, nadat de stier ook een hokje
verder is gegaan en zoo verder om de
beurt.
Ieder jaar gebeuren er talrijke ongeluk
ken met kinderen, die door het Ijs zakken
en levenloos worden opgehaald. Dat komt,
omdat we allemaal tenslotte nieuwsgierig
zijn om eens te kijken of het ijs al sterk
genoeg is om erop te kunnen loopen.
Daarom kan het geen kwaad eens te be
spreken, welke dikte het ijs moet hebben
om ons te kunnen dragen. Voor een kind
van ongeveer 12 jaar is een dikte van
drie centimeter dikwijls al genoeg. Het
is echter beter, dat zij nog een beetje
wachten, voordat zij de schaatsen onder
binden. Middelmatig zware volwassenen
kunnen bij een dikte van 4 centimeter op
het ijs loopen. Erg zware menschen moe
ten wachten totdat het ijs een dikte van
5 centimeter heeft gekregen. Bij dikten
van 4 tot 6 centimeter moet men er toch
steeds op blijven letten, dat er op een
bepaalde ijs-oppervlakte niet te veel men
schen staan. Reeds meerdere malen is het
voor gekomen, dat een ijslaag, die op zich
zelf de verelschte dikte had, doorbrak,
omdat de belasting op een bepaalde plaats
te groot was. Vooral het midden van een
I.
I.
Fontein.
Na lijden komt verblijden.
Leo, koek, kom, den, dak.
Op do krulles-
lijnen het gevaagde
woord, iets dl da
gelijks bij jothuli
gebruikt worlt.
Op de 2e rij de
hoofdstad vill een
land in Eur-pa.
Op de 8' rg een
vrucht.
kop van ea) vier-
arxmiddavóór rijfuur n.atwirlijk je ops™ niet judst. Enfin! den Kewo°n schrijfpapier knipt men een kleine spiraal en hangt deze spiraal
boeken op"kantoor afhalen. J beter"lnhcuden en een volgenden keer hoed1& R Ce,n stukJe «zerd.raad of een breipen. Ook een
boeken op kantoor afhalen. beter.
En nu gaan we weer een nieuwe maand 1
in, een heel korte maand, die gauw voor
bij! zal zijn, en dan zullen er weer vier
prijzen, vier mooie boeken, verloot wor
den en daaraan doen alle kinderen mee,
die deze maand hun raadsels goed inzen
den. Alle kinderen, van abonnó's mogen
meedoen en dezen Woensdag verwacht, ik
nog meer oplosingen dan de vorige
maand. En ik geloof beslist dat ik me
niet vergis, gelooven jullie ook niet?
En nu de beantwoording van jullie
briefjes nog.
Mien P 1 e t e r s. Jij bent bepaald
knappe raadseloplosster, Mien, want laat ilc je dat me j^ me toch een h T bent'
in vertrouwen vertellen, dat verscheidene kin- er ^0 speurend X r"' hebt
deren jui.t schreven dat ze de raadsels niet je eerst aan kantoor hït l t UltKef°n'd'en- die
zoo gemakkelijk vonden, cn jij schrijft me dat M 1 en t ie Pa ar H v r
Je ze heelemaal niet moeilijk vond. Knap, hoor! rijmnie Ja, nL h t d m° P C dat
Joop Kemna. Van ion ;i 1 Jmpje was niet bekend, Maentje, en in zoo-
aardiger rijmpje ontvangei T„ot, T* w, JC duS "str0P" ie
niet ia 'n rijmstemming' Weet ie'Ja+W£S 7 S ef. (.dat ,lsJanders «een mooi woord voor
8 weet je wat ik van de een meas-je, vind je wel?) Maar weet je wat ik
geloof, Mientje, dat 'dat rijmpje eigenlijk te
ÜedhYPriel(VS nat"Urlijk g0ed" ^oud deze papieren slang nu boven een lamp"
Annie v. d. Brink, Amersfoort. Of is vpif d ^ts anders, dat veel warmte uitstraalt dan begint de spiraal van'
het nu alweer Den Helder? Ben je aWr (•Ut'hlhh* ™SChi)™el verklaren door het feit, dat de warm e oP-
terug, Annae, of zit je nog ln ae bossohen? frdfL nrriW Wf 'T"? al'en Wel eenS °P het grasveld gezien) en lar gs de
Kom het ons maar eens gauw vertellen. Je P omhoog gaat, zoodat deze vanzelf in een draaiende beweging komt
zal er zeker van opkijken hoe groot broertje
al is geworden. Hij kan nu al heele stukjes
losloopen, waggelt dan wel vaak als een oud
heertje en tuimelt ook wel eens op den grond
maar dat ontmoedigt hem niet, en telkené
loopt hij grootere stukken.
Leuk, dat je neefje die som opgelost heeft.
N lesje V; B 1 ij den s t'e i'n. Je hebt het
geraden, lesje, maar ik snap eerlijk niet hoe
XXX'XXXXXX
x
x
x
X
X
X
X -
X
Eigengemaakte raadsels ontvangen vi1-
N. ti.; A. K.; S. L.; M. L.; M. P-'. A*'
S .T. en B. V.
Baas boven baas.
1 wee reporters trachtten elkaai do
het verhaal van de vlugge wijze w.
zij werkten te overbluffen. V01
Het beste bewijs, dat ik den n1'
Minister het eerst heb geïntervie^-
een' 's wel de omstandigheid, du
Excellentie nog te bed lag, toen w
sP',ak. ton
Met je verlof", sprak de ai]delX'T) B)
ik een onderhoud met hem had, 8.
nog.