m
wf'
m
w,
m
Lm
'wF
m J
Problemen voor
scherpzinnigen.
Zonderlinge lotgevallen
uit het dagelijksch leven.
1 I SCHAKEN
Gij zijt verantwoordelijk
DAMMEN. I
een zelfstandige actie der paria's door
hun zaak voor te staan en hij wist de
Mohammedanen aan zich te binden
door voor een herstel van het Khalifaat
te ijveren. Weliswaar is zelfs de over
tuigende welsprekendheid van een
Gandhi niet in staat geweest om de
eeuwenoude vijandschap op den achter
grond te dringen, doch zijn invloed
moet wel buitengewoon groot zijn ge
weest om zij het ook slechts korten
tijd de beide groepen te doen samen
gaan.
o
In bovenstaand artikel komt in de
3e kolom, 4e regel van boven, een sto
rende fout voor. Er staat „beschaamt",
dit moet zijn „belichaamt".
De „gedistingeerde" bediende.
Een door talrijke speculaties spoedig
rijk geworden zakenman wilde zijn
huishouden op „voornamen" voet-
schoeien. Daarbij behoorde, volgens
hem, in de eerste plaats een keurige
bediende. Op een annonce in de cou
rant meldde zich onder anderen ook
een man van middelbaren leeftijd aan,
die zich door zijn goede manieren zeer
onderscheidde. Toen de rijkgeworden
zakenman zijn getuigschrift had ge
lezen, nam hij dezen man direct in zijn
dienst. Het getuigschrift sprak van 10
jaren trouwen dienst en was ondertee
kend door de vrouw van een bekenden
diplomaat.
Toen de zakenman den naam van
dezen diplomaat had gelezen, schoot het
hem te binnen, dat hij iets over dezen
man in de courant had gelezen en nog
wel enkele dagen geleden. Hij dacht
er over na in welke combinatie hij
dezen naam had gehoord en plotseling
schoot het hem te binnen. Nu begreep
hij ook waarom de bediende het huis
houden van den diplomaat had moeten
verlaten.
De nieuwe bediende voldeed in alle
opzichten. Maar na korten tijd reeds
moest de zakenman pijnlijk ondervin
den, dat hij zich in hem bedrogen had.
Op een morgen, toen hij schelde en de
bediende niet verscheen, moest hij vast
stellen, dat de bediende spoorloos ver
dwenen was. Behalve deze bediende
ontbrak in zijn brandkast een aanzien
lijk bedrag in baar geld en verschillen
de juweelen en zilveren sieraden. De
bediende was een bedrieger geweest en
't getuigschrift bleek te zijn vervalscht.
Waarom had de zakenman, die an
ders toch reeds uiterst voorzicht g en
zelfs wantrouwend was, geen nadere
inlichtingen bij den vroegeren meester
of meesteres van den bediende inge
wonnen? Dit was slechts een kwestie
van een oogenblik geweest daar de vil
la van den diplomaat in dezelfde stad
lag, telefonisch was aangesloten, even
als de zakenman, en de familie niet op
reis was. Wij maken U erop merkzaam,
dat de bediende ook stellig op dit ver
zuim had gerekend.
(Nadruk verboden).
JE MOET MAAR DURVEN.
De brutalen hebben de halve
wereld.
De Parijsche acteur Albert Lambert
had een lange reis te maken. Hij was
moe en had zich vast voorgenomen wat
in den trein uit te rusten. Dus stapte
hij brutaal-weg in een leegen dames
coupé waar hij zich languit op de bank
neerstrekte en dadelijk heerlijk insliep.
Bij een van de volgende stations,
waar de trein stilhield, werd hij wak
ker, door een gerammel aan het portier.
Hij steekt zijn hoofd uit het raampje,
ziet een verstrooiden meneer, die' de
dames-coupé wil ingaan, en brult dien
dan met donderende stem toe:
U vergist u meneer, dit' is een
dames-coupé! De meneer schrikt terug,
en stamelt:
O, pardon, pardon! Dat had ik niet
gezien!....
Een ander Parijsch acteur, die een
verwoed jager is, was op zekeren dag,
een stuk wild achtervolgend, terecht ge
komen op een privé-jachtterrein. Daar
opeens komt er uit de struiken een
jachtopziener tevoorschijn, die hem
barsch toevoegt:
Met welk recht jaagt u hier, me
neer?
De acteur neemt een majestueuze
houding aan en antwoordt uit de hoog
te
Met het recht, dat een sterke en
gedistingueerde geest heeft over een
zwakken en bekrompen geest!
O. antwoordde de jaoht-opziener
heelemaa! verward, en verier en dat
wist ik niet. Excuseert u mij dan
NIET UIT DE ROL GEVALLEN.
Celmas is een bekende Fransche mu-
sic-hall-komiek, die onlangs ter ge
legenheid van een liefdadigheidsvoor
stelling in de provincie optrad. Aan
het eind van den avond zou er een kort
drama worden opgevoerd, waarvoor
echter één speler tekort was.
De spelleider vroeg Celmas of hij
niet zoo vriendelijk zou willen zijn in
te vallen.
Ik zou het met pleizier doen, zei
de komiek, maar ik deug niet voor
drama's.
De leider hield echter aan en ten
slotte stemde Celmas toe.
Het drama behandelde het tragische
geval van een verongelukte onderzeeër,
waarvan de bemanning is gedoemd om
den verstikkingsdood te sterven.
Slechts één van de opvarenden kan
nog gered worden en dit zou dan ook
gebeuren. Alvorens den onderzeeër te
verlaten, neemt de gelukkige afscheid
van de anderen en belooft hun, dat hij
hun laatsten wensoh zal vervullen.
De eerste man, wien hij naar diens
wensch vraagt, antwoordt: „Och me
neer, ik heb een oude moeder, ik zou
willen dat u haar vertelde, dat ik ge
storven ben zonder vrees voor den
dood".
In de zaal stegen snikken van ontroe
ring op.
De tweede man vroeg: „Ik heb drie
kleine kinderen zorg voor hen!"
Nog meer gesnik in de zaal.
De derde man, dat was Celmas, kwam
aan de beurt.
„En jij mijn goede vriend?"
„Ik., ik., (zei Celmas). Ik., ben
wees.. Maar als u bijgeval meneer
Franck, directeur van het Olympia-
Theater, mocht tegenkomen, zegt u dan
tegen hem, of hij er alsjeblieft om wil
denken, dat ik over veertien dagen met
verlof ga!".
Bij dat antwoord schoot de heele
„stervende" bemanning in zoo'n lach
bui, dat de zaal van de weeromstuit be
gon mee te lachen, en het drama in het
water viel.
Toen na afloop de spelleider Celmas
de mantel duchtig uitveegde, antwoord
de deze kalm:
„Ik had u toch immers van te voren
gezegd, dat ik voor drama's niet in de
wieg ben gelegd".
B.
Voor eiken raad, dien gij anderen geeft.
Voor elk praatje wat gij overbrieft.
Voor den slechten invloed, dien gij
uitoefent.
Voor elk onaangenaam woord, dat gij
iemand toevoegt.
Voor elk oogenblik, dat gij nutteloos
voorbij laat gaan.
Voor elke wanhopige gedachte, die gij
opwekt
Voor elk stuk, dat gij onderteekent
Voor elke belofte die gij doet
Voor elke straf, die gij aan een kind
bezorgt, en
Voor elke ondoordachte handeling,
waarmee gij anderen benadeelt
EEN WIJS WOORD VOOR
IEDEREN DAG.
Als moeder is de leelijkste vrouw
een schoonheid.
Ondankbaarheid bemerkt men eerst,
als men ophoudt weldadig te zijn.
Mode is de dwang, om dat te dragen,
wat slechts enkelen goed staat
Pedanterie is de kunst om in het klei
ne groot en in het groote klein te zijn.
De man, die geluk heeft in de liefde
blijft vrijgezel.
Wie de kunst tot bruid neemt, krijgt
de kritiek tot schoonmoeder.
Wie de meeste ervaringen heeft op
gedaan, is wijs; wie de minste op,
deed, is gelukkig]
De oplossing van het probleem van Würzburg zallik de volgende maa
geven. Hier volgt een voorbeeld van het anti-Goedhart thema. De lezers
behoeven niet te denken, dat in de schaakwereld een antipathie tegen onzen
landgenoot is uitgebroken, maar hebben te letten op het volgende thema*
na den sleutelzet dreigt mat door een zet, die tegelijk een zwart stuk opent
Zwart voorkomt nu de dreiging, door op zijn beurt te dreigen, die ontpenning
te benutten.
S. S. Lewmann.
De Problemist 1929.
Wit begint en geeft mat in twee zetten.
Wit: Kbl, De6, Td3 en a7, Lt>5 en f8, Pa6 en c7, pi b3.
Zwart: Ka3, Dd6, Td7 en f4, Lc6 en e3, pi b7 en f3.
De volgende partij is gespeeld op den bondswedstrijd te Zwolle in 1928
Schelfhout. Jhr. v. d. Bosch.
c4 1 Pf6
Pf3 2 g6
De Reti opening. Men vindt nu in de
laatste jaren b3 of b4 voor wit; met
d4 komt de Griinfeldverdediging.
d4
g3
Na Pc3 zou
volgen.
Lg2
3
4
Lg7
0-0
nu naar Grünfeld d5
5 d5
Hier wordt meer d6 gespeeld om e5
te dreigen.
cd5
0-0
e4
d5
Het witte
lucht.
6
7
8
9
Pd5
Pc6
Pb 6
Pe5
centrum hangt wat in de
Pe5
10
Le5:
Beter is Pd4 voor
wit.
Pc3
11
e6
f4
12
Lg7
f4 is voorbarig.
e5
13
ed5
Pd5
14
Pd5
Dd5:
15
c6
Db3
16
Dc7
Le3
17
Le6
Dc3
18
Tfd8
Tfdl
19
Lf8
De looper komt
weer in
het speL
a4
20
aö
Lc5
21
Lg4
Td8
22
Td8
Lf8
23
Kf8:
Dcöf
24
Kg7
b4
25
ab4
Db4
26
Td7
a5
27
Dd8
h3
28
Le3
Zwart staat nu
beter. Na e6 en Db2f
volgt Df6.
Db6
29
Lb5
Kh2
30
Td4
Pionoffer voor aanval.
Db7
31
Td2
Tgl
32
Dd5
Khl
33
Db3
e6
34
De6
Wit had beter a6 gespeeld. Na Dg3
e6, Lfl, Df7 Kh6, Df8+, Kh5, Dcöf
Td5 kan Lfl
Dc7 35 Ta2
g4 36 Lc4
Nu moet wit wel De5 spelen.
Le637 Ld5f
opgegeven.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
Oplossing partijstand Keller-Duitz.
De stand was
Zwart: 3, 4, 6/8, 11, 13/18.
Wit: 24, 29, 31/33, 36, 38, 39, 43, 45,
47, 48.
Wit. Zwart.
L 14—19
is speelbaar, want indien wit nu
denkt te winnen door:
2. 29—23f 19X26
3. 24-19 13X24
4. 36-31 26X37
5. 38-32 37X28
6. 33X2
verliest hij integendeel als volgt
6. 17-22
7. 2X35 3-8
8. 35X2
9. 2X11 16X7
enz. wint.
Oplossing lokzet Boissinot.
De stand was
Zwart: 3, 8/10, 13, 14, 16, 17, 20, 21.
Wit: 29, 31, 33/35, 37/39, 41, 45.
1. 29—23
Zwart kan nu doorbreken naar dam.
1.
18—18
2.
23X12
21—26
3.
12X21
16X47
Maar
nu wint wik:
4.
37-31
26X87
5.
38-32 M
47X40
6.
45X34
37X28
7.
39-33
28X30
8.
36X2d
gewonnen.
Ter oplossing:
No. 1.
Auteur: I. Weisz.
(Eerste publicatie)
1 w
Wk
ffü
ÜP
lp®
J#
ym
WW
P
SU
p®
liit_
H
m
i
No. 2.
AuteurP. Kleute Jr„
(Uit »Panorama«).
me- m
Wit speelt en wint in beide problemen.
Oplossingen in de volgende rubriek-