Traplooper PHOSFERINE OVERSPANNING De Gegarandeerde KLEURECHT on2C 9mKnte he Ve" 50 cm breed bijpassende kleedjes 60 128 40 Propaganda-avond van den Vrijheidsbond. Vrijzinnig-Democratische Kiesvereeniging. Noode heeft hij zijn werkkring houden. jjef waSj n00de zal neergelegd - enthousiasten propagan- de marine „Heldersche Courant dist missen. de'zer plaatse haar groet brengt gaa schcidenden vlootvoogd, die laten. In aanvulling op het bovenstaande kan omtrent de overdracht van het commando nofl het volgende worden gemeld: Het commando was des morgens over ig aan den opvolger, den Schout- gedrag g Brutel de la Rivière. In verband hiermede waren alle te Willems oord in dienst zijnde schepen voor zoover n?et in onderhoud op s Rijkswerf, ge meerd in de Buitenhaven, waar zij vanaf het tijdstip van parade tot zons-ondergang de geus voerden. Te 9 uur v.m. werd in de groote zaal van het commandementsgebouw afscheid genomen van de officieren onderofficie ren ambtenaren en beambten en het overige personeel werkzaam bij het com- mandement der marine De comman- deerende officieren van Hr. Ms. schepen en inrichtingen vereenigden zich te 9 30 in de groote zaal van het commande mentsgebouw. om te worden voorgesteld aan den opvolger van Admiraal Quant. Ook de Directeur van 's Rijkswerf, ir. Bijl, en de garnizoenscommandant, ridder van Rappart, waren daar tegenwoordig. Na afloop van deze receptie begaf zich de scheidende vlootvoogd, vergezeld door zijn opvolger, naar Hr. Ms. Wachtschip. Hier stonden aan dek aangetreden de officieren en equipage, benevens het staf muziekcorps, en verder waren hier van alle schepen en inrichtingen een afvaar diging, bestaande uit één officier, twee onderofficieren en 8 manschappen. De overdracht van het bevel had te 10.30 plaats aan boord van het Wachtschip Hierbij werd de bemanning door den heer Quant toegesproken. Nadat schout-bij nacht Brutel de la Rivière verklaard had het commando te hebben overgenomen, werd de commandovlag vervolgens door Hr. Ms. „Gelderland" met 15 schoten ge salueerd en neergehaald, waarna de com mandovlag van den opvolger werd ge- heschen en met 13 schoten werd gesa lueerd door Hr. Ms. „Gelderland". Ad miraal Quant, vergezeld door zijn opvol ger, verliet daarna het Wachtschip. Hedenmiddag worden de verschillende officieren in de groote zaal van het com mandementsgebouw aan den nieuw opge treden commandant der marine voor gesteld. Dagorder van Admiraal Quant. De dagorder bij welke de thans afge treden commandant der marine, Vice- admiraal L. Quant, afscheid heeft ge- nomen van de onder hem dienende offi cieren, onderofficieren en manschappen, luidt als volgt: Bij Koninklijk Besluit van 26 Maart 1931, no. 25 heeft het Harer Majesteit de Koningin behaagd mij eervol te ont- heffen van de betrekking van Comman dant der Marine te Willemsoord, tevens Commandant van de Stelling van Den Helder. Gevolg gevende aan dit besluit heb ik op heden het commando neergelegd en overgegeven aan mijn opvolger, den Schout-bij-nacht C. J. E. Brutel de la Rivière. Gedurende den tijd, dat het bevel over de Marine in Nederland door mij gevoerd Is, is het mijn streven geweest, voor zoo ver dit mijn aandeel betreft, de Marine geschikt te maken en te houden voor de taak, die zij bij de verdediging van het Vaderland vervult. Die taak is omvang rijk en beperkt zich geenszins tot de gren zen van ons Vaderland, maar gaat ook In vredestijd dikwijls ver daarbuiten uit. Gedurende mijn ambtstijd is dan ook meermalen aan onder mijn bevel staande schepen een tweetal malen onder mijn persoonlijk commando opgedragen Ne derland in den vreemde te vertegenwoor digen. Bij de vervulling van dergelijke op drachten wordt de Marine beoordeeld naar den indruk van gedisciplineerdheid, orde en tucht, dien zij in het buitenland maakt. Wil die indruk goed zijn, en de verge lijking met andere natiën kunnen door staan, dan is daartoe de volle medewer king van allen, die tot de Koninklijke Marine behooren, vereischt, een mede werking, die alleen verkregen zal worden, zoo zij gebaseerd is op vertrouwen van den mindere in den meerdere, maar ook van den meerdere in den mindere. Het door in mijn ondergeschikten ge stelde vertrouwen is nimmer beschaamd en ik meen ook omgekeerd het vertrouwen van mijn ondergeschikten te hebben ver worven. Bij het neerleggen van mijn functie is het mij daarom een behoefte aan een ieder, die door de vervulling van eigen plicht, heeft medegewerkt om mij mijn taak naar behooren te doen verrichten, dank te zeg- ?en voor den hierdoor verleenden steun, mmers zonder dien steun zou het niet mogelijk zijn onze Marine paraat te hou den en een, in alle opzichten aan haar aoel beantwoordend deel van 's lands weermacht te doen blijven. Gij kunt overtuigd zijn, dat ik na het verlaten van s lands zeedienst, waarin ik zoovele jaren met hart en ziel heb mogen dienen en waarvan ik met weemoed af scheid neem. de ontwikkeling der konink lijke Marine met belangstelling zal blijven volgen. Mijn beste wenschen volgen U steeds voor Uw persoon. Uw huisgezinnen en vooral ook voor Uw marineloopbaan. Blijf opgewekt, trouw en nauwgezet Uw plicht doen, waardoor gij behalve tot Uw eigen levensgeluk in eendrachtige samenwer king met allen, die onder en boven u staan krachtig meewerkt om de Marine te doen blijven een instituut, waarop de Neder- landsche natie ten allen tijde trotsch kan zijn, en indien ooit noodig ten volle kan rekenen tot heil van Koninqin en Vader land. Leve de KoninginI In de dagorder, door den nieuwen commandant uitgevaardigd, wordt het vol gende gezegd: Bij het aanvaarden dezer functies spreek ik de verwachting uit, dat een ieder door groote toewijding, plichtsbetrachting en ijver zich zal inspannen om niet alleen zich zelf ten volle bekwaam te doen zijn voor de taak hem in het groote marine- opdat zoodoende het aanzien van het ge verband aangewezen, maar ook vooral, heel worde verhoogd en de paraatheid zoo groot mogelijk zij. Het afscheid van de adelborsten. Gisterenochtend heeft vice-admiraal L. J. Quant afscheid genomen van de adel borsten van het Koninklijk Instituut. Het geheele corps adelborsten stond om ongeveer tien uur, onder bevel van den kapitein der mariniers H. F. J. M. A. von Frijtag Drabbe, voor het Instituut aan getreden. De admiraal, vergezeld van zijn adju dant, luitenant ter zee 2e kl. G. Moolen- burgh, werd aan den poort begroet door den commandant van het Instituut, kolo nel Heeris en den eersten officier, overste Wetering de Rooy. Na inspectie van het corps adelborsten, sprak admiraal Quant de adelborsten on geveer als volgt toe. Rede vlce-admlraal Quant Kolonel, officieren, adelborsten van het Koninklijk Instituut. Het heeft H. M. de Koningin behaagd, mij met ingang van 21 April a.s., eervol te ontheffen van het commando van de marine in Nederland, waartoe ook het Koninklijk Instituut behoort. Het is mij een groote behoefte om per soonlijk van het corps afscheid te nemen, hier voor het gebouw van de adelborsten en onder den mast van Van Speyk. Gij staat hier aan den ingang van uwe carrière. Toen ik hier als adelborst kwam, wist ik in geen enkel opzicht wat voor mij lag. Wanneer'voor u het moment vanj afscheid is gekomen, dan hoop ik, dat gij zooals ik, zult kunnen zeggen, dat gij nimmer spijt hebt gehad van uw beroeps keuze. Voor u ligt een buitengewoon aan trekkelijke loopbaan, waarin gij allen kunt bereiken wat ik bereikt heb, wan neer uw gezondheid dat toelaat, en wan neer gij voorspoed en geluk zult hebben. Naast die factoren staan andere, die den weg openmaken of afsluiten, al naar i gelang men dat inziet; die factoren zijn: opgewektheid, plichtsbetrachting en toe wijding aan uw loopbaan. In de vier jaar, dat ik hier het comman do heb mogen voeren, heb ik kunnen zien, dat door hooge leiding het corps in alle opzichten beantwoordt aan datgene wat we er van verwachten. Wanneer gij in uw verdere carrière afwijkt, zal dat niet te wijten zijn aan de leiding, blijf dankbaar aan degenen die voor u den weg hebben opengelegd. Gjj zult straks met verantwoording uw taak vervullen, vooral bij de opleiding van ondergeschikten. Een goede marine i kan alleen bestaan, als er vertrouwen is van boven naar beneden en van beneden naar boven. Dat laatste kan u allen berei ken, door de belangen van uw minderen te behartigen en recht door zee te gaan. Ik hoop u nog in uw later leven te mogen zien. De vice-admiraal besloot zijn rede met een driewerf „hoera" op de Koningin, waarmede het geheele corps instemde. De stafmuziek speelde daarna nog het Volkslied, waarna de fotografen gelegen heid kregen, admiraal Quant te midden1 van het corps adelborsten en onder het vaandel te fotografeeren. Foto's van het afscheid zijn te bekomen bij den heer Govers, Foto-bureau „Hel der", Weststraat. OPENING CLUBHUIS SPEELTUIN. Zaterdagmiddag is in de Laan een club- Kuis geopend, aldaar ingericht door de afdeeling Oude Helder van de Speeltuin- vereenignig „Den Helder", in afwachting van de tot stand koming van den tuin zelf. Het afdeelingsbestuur kreeg de beschik king over een timmermanswerkplaats, no. 31 in de Laan, en deze, die twee verdie pingen telt met nog een bergzolder, bleek bij uitstek voor het doel geschikt te zijn Met veler enthousiasme en daadwerke lijke medewerking - er zijn heel wat be stuursleden, die al hun beschikbaren vrijen tijd voor het.goede doel hebben geofferd zijn hier een tweetal vertrek ken ingericht, voor de meisjes beneden, voor de jongens op de verdieping. Wand- versierinkjes in den vorm van teekenin- getjes in lijst, en een zeer groote aquarel, voorstellend het bekende kopje van de Speeltuinkrant: een jongen en een meisje, die naar den Speeltuin op weg zijn, vervaardigd door den heer Kalf, sieren de vertrekken op. Zaterdagmiddag te drie uur had de offi- cieele ingebruikname plaats. Van het Col lege van B. en W. waren de Burgemeester en wethouder De Zwart tegenwoordig, voorts afgevaardigden van de andere af- deelingen der Vereeniging, enz. De Voorzitter van het Afdeelingsbe stuur, de heer J. van Hoek, heette de aan wezigen welkom, in het bizonder ook den burgemeester-beschermheer der Vereeni ging. Den heer De Zwart danken we, zegt spr., voor de vele goede aanwijzingen, die hij ons gaf en die we voor een deel hebben opgevolgd. Van de h.h. Visser en Dokter laatstgenoemde was verhinderd, de heer Visser was van Gemeentewerken tegen woordig ontvingen wij alle mogelijke medewerking. Ook de politie wenscht spr. hier dank te brengen, die ons eveneens steeds ter zijde stond. Spr. dankt ook de afdeeling Vischmarkt voor haar bloemen hulde, alsmede de pers, welker steun wij evenmin kunnen missen. Van de Com missie van Toezicht en advies zijn aan wezig de heeren Monhemius en Sanders. Men zou deze Commistie wel de „Vredes"- commissie mogen noemen, zegt spr., daar zjj heeft meegewerkt de bestaande onrust te stillen Toen de Vereeniging was opgericht, was het eerste, wat we deden de stichting van een clubhuis. Het was niet zoo ge makkelijk iets geschikts te vinden, maar we slaagden er tenslotte in dit perceel te vinden en wij werden het spoedig met den eigenaar, den heer Bakker, eens en kon den het tegen civielen prijs huren. Spr. dankt ook den heer Bakker voor zijn me dewerking. Er moest aan dit gebouw heel wat gebeuren en met een minimum geld en een maximum arbeid is ook dat in orde gekomen. Spr. brengt zijn medeleden har telijk dank voor hun moeite. Alvorens te eindigen, wil spr. nog op BOUCLÉ 01 Pe,el1§0 KSO iets zeer belangrijks wijzen, dat de vertel- club aangaat. De onderwerpen voor ge schikte vertellingen kunnen vaak moei lijkheden opleveren en men mag dan ook wel terdege uitzien naar geschikte ver halen voor de kinderen. Spr. heeft een langjarige ervaring op dit terrein er weet, dat er veel voetangels en klemmen liggen. Om iets te noemen: vertellingen over moord en doodslag zijn uit den booze. Ook moet men niet voorlezen, dat boeit lang niet zoo als vertellen, waarbij men zelf zijn woorden kan kiezen en op bepaalde dingen de aandacht vestigen. Dit is, aldus eindigt spr., het begin van onze werkzaamheden; wij zullen hopen binnen niet al te langen tijd ook in het bezit te komen van een speeltuin. Verle den Maandag was de school in het Tuin dorp geopend; er waren meer dan 500 kin deren aanwezig, en tal van dames assis tenten waren er, die den geheelen dag van 's morgens tot 's avonds daar aanwezig waren. Dit bewijst wel, dat er meerdere speeltuinen noodig zijn, en van de gele genheid, dat de Burgemeester en Wethou der De Zwart hier aanwezig zijn, maakt spr. gebruik nogmaals met een verzoek om een speeltuin voor den Ouden Helder tot het College te komen. De Burgemeester, de heer Dries- sen, thans het woord verkrijgend, brengt allereerst een woord van dank voor de uit- noodiging tot het gemeentebestuur gericht en de vriendelijke woorden van begroe ting. Spr. brengt namens het gemeente bestuur zfln gelukwenschen over voor de totstandkoming van dit clubhuis; wij stel len in hooge mate op prijs alle moeite, die hiervoor is verricht, omdat ook wij over tuigd zijn van het nut van een speeltuin, In zoover kan dan ook op volle medewer king van het gemeentebestuur worden ge rekend. De speeltuinvereenigingen doen buitengewoon veel nut. In het bijzonder in een gemeente als de onze zijn ze noodig, omdat er wellicht niet veel gemeenten in ons land zijn, waar de baldadigheid der jeugd zoo groot is als hier. Daartegen over staan dan de opvoedende elementen als deze Vereeniging, en dat het gemeen tebestuur hen in hun taak helpen wil, spreekt wel vanzelf. Hoever die steun financieel gaan zal, kan spr. hier uit den aard der zaak niet mededeelen. Met den wensch, dat het bestuur nog lange jaren moge arbeiden tot heil van de jeugd, eindigt spr. De heer Donk, Voorzitter van de af deeling Tuindorp, brengt zijn gelukwen schen over en overhandigt ter aankleeding van het clublokaal een souvenir (photo's in lijst). De heer Kalf, Voorzitter van de afdee ling Vischmarkt, spreekt namens dit be stuur. Wij zijn, aldus de spr., een beetje jaloersch op dit prachtwerk, dat daaren boven in slechts weinig dagen is klaarge speeld. Wij willen niet nalaten daarvoor onze bewondering uit te spreken. Ook zijn wij jaloersch op het officieel bezoek van B. en W., dat wij niet hebben gehad. Spr. hoopt verder, dat de afdeeling hetzelfde geluk zal hebben als de afdeeling Tuin dorp, die direct de beschikking had over een tuin en nu een clubhuis krijgt. Wij hebben gemarteld en wij hebben het nog niet zoover gebracht, dat wij een eigen tuin hebben. Wij begrijpen het volkomen: men kan geeir- ijzer met handen breken, maar wij zouden zoo gaarne meer doen. Er is bü ons een noodtoestand, de zomer breekt aan en het komt er nu op aan de lieve jeugd bijeen te houden. Wij hopen, dat het gemeentebestuur eens in den zak tast. De Voorzitter, de heer Van Hoek, dankt voor de waardeerende woorden, die hedenmiddag gesproken zijn.Wat die ban deloosheid van de jeimd betreft, spr. ge loofd niet, dat hier zooveel meer bandeloos heid bestaat dan elders. Maar als de bur gemeester zelf meent van wel, vloeit daar uit vanzelf voort, dat ook hij de noodzake lijkheid zal inzien van een speeltuin. Sr wijst on een artikel in de „N. Rott. Crt.", betreffc ide afname der bandeloosheid van de ieucd daar waar sneeltuirfen bestaan. De Voorzitter van het Centraal Bestuur, de heer L u c k e r, feliciteert de afdeeling Oude Helder met dit lokaal. Met bewon dering ziet het Centraal Bestuur dit werk aan, dat in zoo korten tijd tot stand is be komen. Een woord van dank aan het ge meente". 3stuur voor de hulp bij de aan kleeding, in het bizonder aan de heeren Vis er en Dokter, mag hier niet achter wege blijven. Namens den Raad van Advies van het Centra Bestuur snreekt tenslotte de heei Sanders. Nog geen vijf maanden gele den, aldus spr., is met dit speeltuinwerk een aanvang gemaakt door de uitzetting van een krantje, enz. In enkele dagen kre gen we 250 leden, en een geweldig werk is in dien korten tijd door het bestuur tot stand gebracht. Met den wensch, dat deze arbeid vruchten moge afwernen, eindigt spreker. IILrmede was het officieele gedeelte afgeloopen en bleef men, onder het genot van een kopje thee, een gebakje en een sigaartje voer de heeren, nog eenigen tijd gezellig bijeen De afdeeling Den Helder van den Vrij heidsbond had gisterenavond in „Musis Sacrum" een vergadering bel^d' een drietal sprekers optraden, n.1. de heer Joh de Veer uit Schagen, no. 1 van de i lijst van den Vrijheidsbond voor de ver- I kiezingen van de Prov. Staten, onze bur- i gemeester, de heer W. F. G. L. Dnessen, en dr. I. H. Vos, lid der Tweede Kamer .Nadat de Voorzitster, Mevr. D e k- ker—Klik, een openingswoord had ge sproken, was het woord aan den heer Joh. de Veer. Deze begon met het vermelden van eenige punten van het verkiezingspro gramma. De bevordering der volkswel vaart is een dier ounten, leniging van cnmiddellijken nood van tuin- en akker bouw, steun aan de gemeenten voor be strijding der werkloosheid, onderhoud van de niet op het wegenplan voorkomende (tertiaire) wegen, door provinciale bijdra gen, de bevordering der volksgezondheid, door betere bestrijding der besmettelijke ziekten, bijdragen verleenen aan kinder- vaoantiekolonies, enz., enz. Een der moeilijkste punten is het we- genvraagstuk, n.1. de kwestie hoe het on derhoud der tertiaire wegen moet worden geregeld. Noord-Holland heeft ongeveer 3000 km weg, daarvan is geplaatst op het Rijkswegenplan (primair) 859 km, Provin ciale wegen (secundair) 310, 200 km te on derhouden door Rijk en Provincje en ongeveer 2000 km te onderhouden door gemeenten en waterschappen (tertiair). De kosten voor het onderhoud worden in het algemeen geput uit het wegen loc waarvoor een verdeeling is vastgesteld, welke spr. uiteenzet. De groote moeilijk heid zit in de verdeeling van de kosten, om uit te maken welke wegen aangewezen zijn vooor doorgaand verkeer. Als men ziet hoe het wegonderhoud, vooral bü de kleine polderbesturen, ge schiedt, merkt men, dat dit zeer verouderd is en technische herziening zeer noodig is. Voor deze besturen is het wenschelijk, dat zij zich tot wegschappen aaneenslui ten, om het onderhoud goed technisch in te richten. Volgens spr. is het nu tijd, dat het Rijk alle wegen overneemt, nieuwe wegen zul len nu worden aangelegd en het verkeer omgelegd, Het is spr.'s bedoeling niet, dat het platteland zich aan zijn verplichtingen zal onttrekken, maar de kostenverdeeling moet billijk zijn. Nadat de heer De Veer nog eenige in lichtingen had gegeven omtrent zijn per soon en candidatuur, was het woord aan burgemeester Deze besprak de verhouding tusschen de gemeenten en de Prov. Staten, en den invloed van de liberale idéé op de ver schillende wetten. Hoe de oude wetten van 80 en meer jaren terug zoo zijn doortrok ken van het liberale zuurdeesem, dat zij thans bijna nog onveranderd van kracht zijn (de gemeentewet van Talma). Deze wetten hebben hun grondvesten gehad in het liberale beginsel. Ons land is altijd geweest een land van vrijheid en het is eigenaardig dat thans allerlei partijen en partijtjes er naar streven een zetel te ver krijgen. Onze partij staat steeds op de bres voor den vrijhandel. In de gemeenten is er veel te doen voor volkshuisvesting en onder wijs, op welke punten de heer Driessen nader ingaat. Spr. wekt tenslotte op voor den Vrijheidsbond te stemmen om te ko men tot een eenheid in den Staat. Rede dr. Vos. Hierna was het woord aan Dr. Vos, die in een vrij lange, doch kernachtige rede verschillende punten nader uiteenzette. De Prov. Staten zijn thans een veel be langrijker college dan vroeger, en die be teekenis groeit nog steeds met den dag. Vroeger werd een candidaat aan de bitter tafel aangewezen en was het een eere baantje, men hield zich met niets anders dan met de waterschappen bezig. Deze werkzaamheden zijn thans echter enorm uitgebreid, zooals met Provinciale bedrij ven, enz. Aan Gedeputeerde Staten is toe- vertrouwd de controle over de gemeenten. De Vrijheidsbond heeft enkele punten,1 die h. i. nog wel verbeterd kunnen worden, als daar zijn volksgezondheid, onderwijs, wegen, enz. Dan zijn er nog enkele punten die meer van politieken aard zijn. Het Prov. bestuur kan niet meer op de hoogte van den tijd zijn, volgens de wet moet het twee maal per jaar vergaderen, dat is te weinig en behoort in dezen tijd niet meer thuis, dat moet veranderd worden. De Prov. Staten zijn niet bij machte zich op de hoogte te stellen van en critiek uit te oefenen op de Provinciale Bedrij ven, er is wel een Commissie van Bij stand, doch niet zooals men die in de ge meenten kent, dat is niet democratisch. Toen wij een voorstel voor verandering in dienden, hadden wij juist tegenwerking van de democraten. Democraten zijn zoo lang democraat dat zij er zelf nog voordeel van hebben, krijgen anderen voordeelen, dan blijven ze niet consequent. Om ten slotte nog een practisch ding te noemen, de V.B.-fractie heeft er voor geijverd hier een Provinciale Verkeersinspectie voor de wegen te verkrijgen, zooals in Gelderland, waar dat instituut uitstekend voldoet. De Staten-verkiezingen zijn daarom ook zoo belangrijk, omdat deze de Eerste Ka mer kiezen. Werd er vroeger nog wel eens over gepraat om dit lichaam af te schaf fen, thans gebeurt dit niet meer en is de positie ervan belangrijk versterkt, zij is vrij populair. Dat komt omdat in de Eer ste Kamer de politieke verdeeling geen hoogtij viert, zooals in de Tweede Kamer. De Nederlandsche kiezer heeft over het algemeen geen interesse voor partijpoli tiek, wel voor politiek, die dingen behan delt die hij kan begrijpen en die hij waar deert, zooals bij de zendtijdverdeeling. Nooit had men zooveel menschen naar lioutrust gekregen als het om een politiek onderwerp zou zijn geweest. Nu tastte 1,10 ,vrjiheid aan- de uitspraak in de noordzaak Lans en het geval Fruytier bewijzen dit ook. Spr. is geen voorstan der van een getrapte verkiezing, doch in het geval van de Eerste Kamer wel, om dat deze vrij is van partijpolitiek. Spr. beschouwt de Statenverkiezingen die. reeds bekend zijn en de houding van v ryheidsbond moet volkomen geïsoleerd ae V.-D. ten opzichte van de S.-D. De staan en niet de advocaat zijn van een andere partij, dan loopt men gevaar, dat die kiezer naar die andere party o\e loopt, zooals men ziet by de V.-D. en S.-D. Komende tot de malaise zegt sur., aat de toestand in ons land niet zoo slecht is als in andere landen. De regeering is ech ter niet bereid gevonden om op verzoek van den V.B. een onderzoek naar het aan tal werkloozen in te stellen. Verschillende misstanden bespreekt dr. Vos, o.a. de be kende locomotieven-order, dat de vakop leiding niet deugt, omdat terwijl er werk- loosheid heerscht, men buitenlandsche ge schoolde arbeidskrachten soms moet ge- bruiken. Goed vakonderwijs willen de libe ralen. Een goed geschoold arbeider kan altijd nog wel werk vinden, zelfs in de zen tijd. Den laatsten tijd hebben we een paar maatregelen op het gebied van den land bouw gekregen. Een maatregel mag ech ter nooit van dien aard zijn, dat andere bevolkingsgroepen erdoor worden bena deeld en dit is met de tarwe-wet het geval. Spr. stond aanvankelijk sympa thiek tegenover de ontginning, doch als het getij verloopt, moet men de bakens verzetten. Het buitenland sluit zijn gren zen voor onzen export, voor meer bouw grond bestaat op het oogenblik dus geen behoefte. Dan moet men gaan uitzien naar andere werken, b.v. ontwaterings objecten, waarvoor ook nog heel veel te doen is, ook bebossching van sommige streken. Men moet werk zoeken op het gebied waarop Nederland nog ten achter is, bruggenbouw, wegen, spoorwegovergan gen. Verschillende wegen wachten op dringende verbetering, zij zjjn niet meer berekend voor het moderne verkeer. Talrijk zijn de moties die de V.B. hier over heeft ingediend. Nog eens op de malaise komend, zegt spr., dat de toestand niet zoo gauw zal veranderen. Zoolang de landen voortgaan met de tariefmuren op te trekken, is er geen verbetering te krijgen. Wanneer de wereld weer gezond wil worden moet men die muren neerhalen. Wanneer men niet verkoop en kan, kan men ook niet koopen. Protectie kweekt wrevel en weerzin en brengt oorlogsgevaar. Wan neer men militair wil ontwapenen, moet de economische ontwapening voorafgaan. Uitvoerig beschouwt dr. Vos den inter nationalen toestand en schetst het groote aandeel dat Nederland hierin heeft. Dan komt spr. nog even op den binnen- landschen toestand. De kerkelijke regee ringen hebben niets veranderd aan de oude liberale wetten, de grondslagen daar van zijn onverkort gehandhaafd, niets is veranderd; is het dan noodig een zuiver kerkelijk ministerie te hebben. Wel viert het sectarisme hoogtij. Dit komt tot uiting bij de benoeming van burgemeesters, notarissen en zelfs bij rechters. De radio-kwestie is de meest groote sectarische uiting geweest, die men zich denken kan in Nederland. Alleen in ons land ziet men dat het sectarisme de aether is binnengetrokken, in andere landen wordt de radio aangewend tot cultureele verheffing van het volk. Het werk dat de A. V.R.O. zoo moeizaam heeft opgetrokken is gehalveerd en men heeft zelfs geen antwoord gegeven op het verzoek een eigen zender te mogen bouwen. Tot slot wekte Dr. Vos op om de libe rale lijst te stemmen, om de fractie in de gelegenheid te stellen het frissche libe rale geluid te doen hooren tot zege van ons vaderland. Debat. De heer lest vraagt hoe spr. staat tegenover de droogmaking der Zuiderzee, of spr. voor stopzetting van het werk is. De heer Vos is voor voortzetting van het werk, echter kan het z.i. wel opge schort worden, daar op het oogenblik geen behoefte bestaat aan meerdere cul tuurgrond en dit de eerste jaren ook wel niet het geval zal zijn. Bovendien geeft de visschery thans uitstekende resultaten, die in verband staan met het stadium, waarin de werkzaamheden thans zijn ge vorderd. Een artillerie-officier vraagt wat het directe gevaar zou zijn van onmiddellijke ontwapening. Spr. is een absoluut tegenstander van eenzijdige ontwapening. Niemand wilde in 1914 oorlog, behalve de toenmalige voorzitter der S. D. A. P., de heer Vliegen, die aansluiting bij de Entente wilde. Op het oogenblik zal er ook wel niemand zijn, die agressieve oorlog wenscht. Wel willen wij handhaving van de neutraliteit en hieromtrent is in S. D. kringen ook een kentering te bespeuren, die een grensleger van 3000 man wenschen. Nu kan men over het aantal verschillen, het principe is hetzelfde. De liberalen willen, dat wanneer onze grenzen worden be laagd, dat er dan een macht is om de aanvallers te ontwapenen. Zooals men 's avonds zijn huis op slot doet, zoo be veiligt men ook de grenzen. „Ik voel mij verplicht mijn groote waardeering uit te spreken voor de buitengewone versterkende werking van Phosferine. Het Is voor mij van on schatbare waarde geweest In tijden van hard werken. Ik heb nimmer van tevoren een middel gekend dat overspannen zenuwen zoo vlug tot rust brengt. Ik kan het dan ook ten sterkste aan bevelen aan hun die aan zenuwachtigheid en overspanning lijden." „F. F R Origlneele brief ligt ter Inzage.) HET ALLERBESTE VERSTERKINGSMIDDEL Photferine versterkt het heele menschelljke lichaam en xorgtvoorgezond* zenuwen. Het wordt met veel succes ook aan kinderen gegeven. Phösforlno heeft onschat bare voordeelen, het maakt U gezond on houd U gezond I n Tablet- en Vloolboren vorm In drie grootten verkrijgbaar A I 1.-, f 2.35 en I 3.75, de grootere verpakkingen zijn zeer voordeelig. Neemt een proef met Phosferine Health Salt» Het versterkende zout dat versterkt terwijl het reinigt. Pabrikanten t PHOSFERINE ASHTON 8. PARSONS) Ltd LUDGATE HILL, LONDON, ENGELAND In 1914 bleef Nederland buiten a oorlog, omdat wij in staat waren n eigen neutraliteit te handhaven. Waa^ niet het geval geweest, dan Z(n,u't Duitschland öf Engeland ons latid Lr ben bezet. Door eenzijdige ontwapen.,, haalt men den vijand binnen en zood? de grenzen geschonden zijn, door WieL wat ook, zijn we verplicht mee te vecb ten, om ons land en alles wat van ons is te verdedigen. Wij willen geen oorlog, het moet gaat, in de richting van internationale org_ wapening. Maar zou ooit Rusland, dat vijandig staat tegenover West-Europa, de vijande lijkheden beginnen, dan zal een ieder naar de wapens grijpen om ze te keereri ook de S.D., zooals door een socialistisch dominé is gezegd. Wij moeten steeds aan de grenzen klaar staan om de neutrali teit te handhaven. Mevr. Dekker—Klik, wekte tenslotte nog op om op den Vrijheidsbond te stemmen, waarna met het zingen van het Wilhelmus dezen avond gesloten werd. Openbare vergadering In Casino. Erg groot was de belangstelling niet voor de door den V. D. Bond gisteren avond uitgeschreven openbare vergade ring, waar als sprekers waren aange- kondigd de heeren mr. P. J. Oud, Lid van de Tweede Kamer der St. Generaal en W. de Boer, lid van den Raad alhier. De heer W. de Boer, die de bijeen komst opende, wees er dan ook op, dat hier niet het hoeveel, maar het hoe êel geldt. De beteekenls der statenver kiezingen. Spr. zette daarop de beteekenis uiteen van de verkiezing voor de Prov. Staten die heel wat minder in de algemeene belangstelling staan dan die voor de Tweede Kamer en Gemeenteraad. Toch is dit niet juist, de verkiezing voor de Prov. Staten is toch ook vooral voor een plaats als de onze van groote beteekenis. Ie. omdat, de Prov Staten de leden der Eerste Kamer kiezen; 2e. omdat uit hen de Ged. Staten «or den gekozen 3e. omdat hun arbeidsveld zich In de laatste jaren aanmerkelijk heeft uitge breid. Achtereenvolgens behandelt spr. deze drie punten. De Eerste Kamer. De Eerste Kamer is in ons regeerings- bestel onmisbaar voor de totstandkoming eener wet. Vroeger bestond de Eerste Kamer uitsluitend uit aanzienlijken en haar taak was te waken over de daden der Tweede. De tijd heeft daarin veran dering gebracht en we vinden thans in de Eerste Kamer ook allerlei lieden van andere inzichten. Maar toch is de Eerste Kamer de toe ziende voogd gebleven over de Tweede en het is dus van groote beteekenis hoé haar samenstelling is. Het standpunt der vrijz.-dem. ten deze zat spr. nader uiteen. De Ged. Staten. Hun taak. In onze provincie bestaat dit College uit zes menschen, door en uit de Prov. Staten gekozen. Hun voorzitter is de Commissaris der Koningin. Op het oogen blik zijn er 2 soc.-dem., 2 r.-kath., 1 anti-rev., 1 vryz.-democraat. Deze laat ste, de heer Kooiman, is de eenige, die woont ten Noorden van het IJ. Drie dingen zijn er die Ged. Staten hebben te doen: le. de provincie besturen. De Prov. Staten vergaderen slechts een paar maal per jaar, de Ged. Staten zijn het, die feitelijk over de provincie regeeren. Onze Raad komt wel 1417 maal 's jaars bij elkaar, dus het is duidelijk dat een paar vergaderingen voor het Provinciaal j Bestuur onvoldoende i3 en dat in handen' van Ged. Staten dus een groote macht ligt. De tweede taak van Ged. Staten is deze, dat zij toeziende voogd zijn over alle Gemeenten in de provincieelke begrooting moet haar goedkeuringhebben, waardoor ook alweer een groote macht wordt gelegd in handen van dit college. Als die macht goed en juist zal worden uitgeoefend, moet het College in staat zijn over de plaatselijke toestanden van elke gemeente te kunnen oordeelen. Zoo wel de mentaliteit van de groote stad als die van het platteland moet het kennen. Mr. Bomans heeft er dezer dagen op gewezen dat Amsterdam circa s/4 van de provinciale belasting opbrengt m.a.w. zoo was zjjn redeneering Amsterdam moet dan ook de macht voor 3/4 worden gegeven. Die tijden hebben wij echter gehad zegt spr., dat Amsterdam regeerde en wij wenschen ze niet terug. De waterschappen. Ged. Staten zjjn ook toeziende voogd over de waterschappen. Daarvan zijn er in onze provincie 400, die met elkaar een groot samenstel vormen. En het is zeer wenschelijk dat hier eenheid heerscht en samenwerking. En het is juist de heer Kooiman, die zoo buitengewoon goed op de hoogte is. Het werk van de staten. 3e. De uitbreiding van het arbeidsveld van Prov.- en Ged. Staten. 80 jaar terug bedroeg de begrooting der provincie f 350.000.thans 59 millioen. Men be grijpt dus hoe geweldig de macht der Staten gestegen is. Spr. noemt enkele cijfers van vroeger en thans. Zijn al die meerdere uitgaven onzer provincie goed besteed? Spr. wijst op den sterfte-acliter- uitgang door betere hygiënische maat regelen. De hygiënische en sociale toe standen «aren in die dagen treurig. Vu ij kunnen niet zeggen dat we er thans zijn, F"' d® vooruitgang is enorm. En dat is hoofdzakelijk het werk van het Provin ciaal bestuur. Met enkele voorbeelden staaft spr. dit betoog: hij noemt medisch toezicht op de zuigelingen, kleuterzorg, schoolartsen* rg'u strV.d tegen de t.b.c., het waterlei dingbedrijf, dat onze provincie nog gceI1 cent gekost heeft. Spr. wijst op de groote afname van typhus. Wij staan thans in dit opzicbt

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 6