DE INNEMENDE UNDLOOPER UMHMIUn. POSTER'C TOBRALCO Heerenbaai EEN DUBBELTJE NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Buitenlandsch overzicht. Spaansche reisindrukken. HEEREN BMI J[ RugpijnNieren Pillen No. 6960 ZATERDAG 9 MEI 1931. 59ste JAARGANG Het voorzitterschap der internationale ontwapenings conferente. - De Engelsch-Russische onderhandelingen mislukt. - De stand van het vlootvraagstuk. De pu blicatie der bewapeningscijfers. - De werkloosheid u Duitschland. in ïfe zachte en geurige rooktabak f UT ECHTE FRIESCHE feuilleton Zoo gemakkelijk te wusschen Zoo moeilijk te verslijten Kleur-, wasch- en zon-echt (Wordt vervolgd). COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet. Heldersche Courant f 1.50; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65binnen land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. I 0.50, f 0.70, f 0.70, f i.Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25,11.35. Losse nos. 4 ct.fr. p.p.6ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag, Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij v h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. .../v ERTENT1EN: 20 ct. per regel (guljard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) van 1 t,m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct. tering van het spoorwegnet, de bestaande straatwegen, op het gebied van de post, enz. De commissie bepleit voorts verbeterin gen op landbouwgebied, bevordering der binnenlandsche kolonisatie, krachtige be vordering van den woningbouw, enz. Het probleem van het voorzitterschap voor de internationale ontmapen/n.oscon/e^ rent ie, die het volgend jaar te Genève zal worden gehouden, nuts er geen kink in den kabel komt, is nog met opgelost In welingelichte kringen verluidt, dat het meerendeel van de in den Volken bondsraad vertegenwoordigde regeerin gen voorstander is van de verkiezing van den Engelschen minister van buitenland- sche zaken Heinderson tot voorzitter van de ontwapeningsconferentie. De onder steuning van Henderson's candidatuur door de Duitsche en Italiaansche regee ringen is .zoo goed als zeker. Het gerucht loopt, dat Frankrijk liever niet zou zien, dat Henderson benoemd werd en wederom Benesj wenscht te can- dieeren. Mocht jk geen sprake kunnen zijn van een eenstemmige benoeming, dan zou een neutrale candidaat in aanmerking komen. Als candidaten worden in dit geval ge noemd de vroegere Nederlandsche minis ter van buitenlandsche zaken jhr. mr. dr. Van Karnebeek en de voorzitter van de Geneefsche douaneconferentie dr. H. Co lij n. Sedert de revolutie in Spanje zijn de kansen van Barcelona aanzienlijk vermin derd, zoodat onder de gegeven omstandig heden Genève wel weer in aanmerking zal komen als conferentiestad. Het in de buitenlandsche pers meer malen opgedoken plan om de ontwape ningsconferentie uit te stellen, vind te Genève geen gunstig onthaal. De onderhandelingen tusschen Enge land en Rusland, het vorig jaar door de Engelsche regeering aangeknoopt, tot re geling van de wederzijdsche schuldvorde ringen, zijn, naar het schijnt, definitief mislukt. Deze onderhandelingen vorderden zeer moeizaam, doch Dinsdag j.1. besloten de vertegenwoordigers der Engelsche regee ring in één der subcommissies, welke de vorderingen van Britsche onderdanen op de Sovjetregeering behandelde, de bespre kingen af té breken. Zii waren n.1. van meening, dat het geen zin had den arbeid verder voort te zetten in verband met het feit dat het niet mogelijk bleek van de ver tegenwoordigers der Sovjetregeering defi nitieve antwoorden te verkrijgen. De stand van het vlootvraagstuk. De Engelsche, Fransche en Italiaansche vloot- deskundigen zijn Woensdag op het depar tement van buitenlandsche zaken te Lon den bijeengekomen. Zii hebben van ge dachten gewisseld over den stand van het vlootvraagstuk, na de Engelsche en Ita liaansche antwoorden op het laatste Fran sche memorandum. De correspondentie over dit onderwerp, aldus de Engelsche draadlooze dienst, toont duidelijk den werisch van de drie betrokken mogendheden om de bestaande moeilijkheden te overwinnen en daarom zullen de gedachtenwisselingen worden voortgezet. De bijeenkomsten, die volgende week te Genéve plaats vinden, zullen de drie be trokken ministers van buitenlandsche za ken gelegenheid bieden het onderwerp direct te bespreken. De Fransche en Italiaansche deskundi gen zullen dezer dagen naar Genève ver trekken. De publicatie der bewapeningscijfers. De Fransche regeering heeft den secreta ris-generaal van den Volkenbond een nota doen toekomen, betrekking hebbende op het Duitsche voorstel tot onbeperkte pu blicatie van de bewapeniingscijfers als basis voor de onderhandelingen op de a.s. ontwapeningsconferentie. De Fransche regeering verwerpt de Duitsche voorstellen. Zii is van opvatting, dat publicatie van de wapeningscijfers van geen practische waarde kan zijn voor de beoordeeling van de weermacht dei- landen, aangezien in de allereerste plaats de wapeningscapaciteit der landen en de ontwikkeling hunner wapeningsindus- industrieën onderzocht moeten worden. De Fransche regeering stelt zich op het standpunt van de Engelsche en wenscht, dat publicatie van de wapeningsgegevens zal plaats hebben op door de voorberei- i dende ontwapeningscommissie opgestelde tabellen. Bestrijding der werkloosheid door werk verschaffing, zoo heet het nieuwe deel van het rapport van de commissie-Brauns, welke commissie advies uitbrengt betref fende het werkloosheidsvraagstuk in Duitschland. Het Duitsche bedrijfsleven, zoo wordt daarin o. m. gezegd, verkeert in een toe stand van verstijving. Er moet kapitaal en nieuwe werkgelegenheid worden verschaft. In Duitschland is niet voldoende geld, het moet dus tegen draaglijke rente uit het buitenland komen. De buitenllandsche schulden op korten termijn daarentegen, welker hoogte verlammend op het bedrijfs leven, vooral op het bankwezen werkt, moeten zoo spoedig mogelijk worden af gelost. Voorwaarden voor het slagen der werk verschaffing zijngeordende openbare financiën; algemeene bezuiniging op elk gebied; handhaving der Duitsche valuta; kalmte op binnenjandsch politiek gebied. Voor de werkverschaffing komen in aanmerking: het electriciteitsbedrijf, met name uitbreiding der leidingnetten en e'.ectrificatie der spoorwegen; het gasbe drijf, vooral wat de voorziening met gas op verren afstand betreft. Niet aanbevolen worden de bevordering van den aanleg van groote straatwegen voor het binnenlandsch verkeer in con currentie met de spoorwegen, en de aan leg van kanalen, wèl daarentegen verbe- BEIEREN EN HET RIJK. Een ernstig conflict? Naar de Miinchener Neueste Nachrich- ten meldt, is men in de kringen der Beiersche regeering en van de Beier- sche volkspartij van meening, dat er wei nig kans bestaat, dat men met het rijk in- za' -> unificatie van de belastingen tot ov emming zal komen. Nog heden woien definitieve beslissing ver wacht. Er bestaat weinig hoop een breuk te vermijden. EEN NIEUWE UITSPRAAK VAN GANDHI OVER DE ZENDING. I In verband met het meeningsverschil i over de zendingskwestie, 't welk ontstaan is door zijn recente verklaring dat hij I gekant is tegen het maken van proselie ten onder het mom van menschlievend werk, schrijft Gandhi: „Als Indië zelfbe stuur krijgt, zullen buitenlandsche zen delingen ongetwijfeld vrij zijn proselieten te maken op de wijze, die mij verkeerd lijkt, maar zij zullen bitter weinig succes hebben bij hen, die evenals ik van oor deel zijn dat zij verkeerd doen." DE ONRUST IN ARGENTINIË. Reizigers die uit Buenos Aires te Mon tevideo zijn aangekomen, deelen mede dat president Uriburu, vreezend dat de politieke toestand in Argentinië een ern- stigen keer zal nemen, besloten heeft een keurcorps van 15.000 man te vormen, waarop hij in geval van nood zou kunnen rekenen. Het corps zal op de wijze van fascistische militie worden georgani seerd. Een strenge censuur is ingesteld. Onder de studenten heerscht groote verbittering. Zij overwegen een alge meene staking. HET ONDERWIJS IN SPANJE. Aan 50.000 kinderen te Madrid kan geen onderwijs gegeven t worden. De Spaansche minister van onderwijs heeft in een onderhoud met persver tegenwoordigers verklaard, dat 50.000 kinderen in Madrid geen geregeld schoolonderricht kunnen ontvangen, we gens het gebrek aan scholen. In verband hiermede zijn maatregelen genomen terstond met den bouw van nieuwe schoolgebouwen te beginnen, waartoe zoowel het rijk als de gemeente de noodige gelden ter beschikking zullen stellen. AB6 SEDERT 1753 20 -50ct. per ons THE DARK CHAPTER door E. J. RATII. „Het zou haar niet veel kunnen sche len, denk ik", veronderstelde hij. „O-o-o! Niet? Je schijnt het te weten. [Vooruit nu, Wade! Biecht op!" Hij overwoog haar verzoek en vond er blijkbaar iets grapigs in, want hij begon te lachen. »Er valt niets bijzonders te biechten", zei hij. ,,y* ade, je hebt me beloofd niet te jokken." "Ik jok niet." „Wel waar!"' Rawlins keek met een protesteerende beweging. „Iedereen weet, dat je iets op je kerf stok hebt, zei ze heftig. „Het is gemeen van je om het mij niet te vertellen „Je moeder zei, dat ze „Onzin!" ^„Misschien vergist iedereen zich wel," Marian schudde het hoofd lne dan, "iet wilt 'vertellen, wie je bent, zei ze, „dan kan je me tenminste *el zeggen, wat je hier- doet." Hij werd ernstig en keek haar half III. Madrid, 16 April 1931. De aankomst in Madrid levert overdag een lichte teleurstelling op. Want de vele torens en koepels, die men op een plaatje van Madrid ziet, worden bij aankomst niet opgemerkt, omdat Madrid is gelegen in een stuk dorre vlakte en zich tevoren s voor den reiziger niet aankondigt. Madrid ligt bijkans in het geografisch midden ivan het land, en wanneer wij ons zoo straks naar het Zuiden begeven, komen wfj langs het klooster op den heuvel, in Madrid's onmiddellijke nabijheid gelegen, 1 dat het juiste centrum van het land vormt. Het was een punt, waarheen in de j afgeloopen weken velen zich hebben be- I geven om er te bidden voor het heil van j het land, dat dit werkelijk wel noodig bleek te hebben! Madrid maakt bij eersten aanblik den indruk op ons van een moderne groot-1 stad. Spaansch in den romantischen of ar- tistieken zin des woords is de stad niet. Toch is zij niet zoo nieuw als men haar doet voorkomen, want niet alleen heeft reeds Karei V haar tot hoofdstad verhe ven en heeft sedert het Hof er gewoond, maar Karei V vond een, zii het ook on aanzienlijke, doch bestaande plaats, door vestingmuren zoodanig omringd, dat de Mooren meer dan eens ervoor waren te ruggedeinsd. De Bourbons zetten er in den loop der achttiende eeuw het gewel dige paleis, dat nog immer de silhouette van Madrid overheerscht; paleis, inner lijk en uiterlijk zoo mooi, dat Napoleon het zijn broeder, dien hij zelf op den Spaanschen troon had geplaatst, benijd de. Het paleis is het centrum van een deel van de nieuwe stad, en het Prado Museum, het beroemde verzamelpunt van de kostbaarste kunstschatten der Spaan-1 sche schilderschool, is een ander. Wantj daar langs loopen de breede avenues, die j dienen voor het verkeer, maar ook voor het flaneeren, dat men in Spanje nog al tijd graag doet. Tusschen die twee punten in ligt het echte stadsgewoel met de Puerta del Sol als middenpunt. Daar is tientallen jaren achtereen het politiek centrum"van Spanje geweest, en daar was Maar het is daar op de Puerta del Sol dik wijls heel wat rumoeriger toegegaan dan het ook bij het uitroepen der Republiek, ditmaal. Zeker, er was enthousiasme, er was belangstelling, men klom op de trams en in boomen om toch goed het oogenblik waar te nemen, waarop het voorloopig Republikeinsch Gouvernement op het bal kon van het paleis van het Gouvernement zou komen om de proclamatie der Repu bliek voor te lezen. Maar er was zoo danige eensgezindheid, en 't ging alles zoo gemoedelijk, opgewekt en vroolijk, at men eerder aan een grooten feestag dan aan een belangrijke politieke verandering kon denken. Ja, als men ons niet min of meer op de hoogte had gesteld van den gang der gebeurtenissen, zouden wfj wel ge merkt hebben, dat er iets bijzonders gaan de was, maar wfj zouden wellicht het aller laatst aan een omwenteling hebben ge dacht! Om de Puerta del Sol heen zijn de voornaamste straten van het Madridsche centrum. Sommige nauw, sommige breed, maar alle omzoomd door huizen, die hoog ten hemel reiken. Slechts hier en daar zfjn zijstraatjes, die een meer verweerd en oud aanzien hebben; daar is iets van het oude Madrid. Men vindt dat ook wan neer men komt oo de Plaza de la Consti- tucion auto da fé's en stierengevechten gehouden werden, en zich nu een stand beeld van Philips III verheft, dat door de revolutie wat is besmeurd, verminkt, maar toch nog altijd staat. Ja, geheel zonder uiterlijke kenteekenen is de revo lutie niet voorbijgegaan, want men vindt het ook aan andere standbeelden. Maar alles bij elkand»"- is Madrid zooals het een week tevoren was, en wij, die als toeristen hier zijn, bemerken niet de minste stoor nis. Wij hebben natuurlijk het Koninklijk paleis niet kunnen bezoeken, maar wij hebben het nog juist waargenomen, dat w ij de wacht zagen aflossen. Dat gebeurde eiken ochtend om 11 uur, en steeds stond een dichte menigte samengedrongen om het te zien. De wacht bestond dan uit infanterie, cavalerie en artillerie en het aflossen ging eiken dag met groot cere monieel gepaard. De eigenaardige parade pas trok niet minder de aandacht dan de kleedy der garde-soldaten, te paard langs den breeden weg van het paleis geplaatst en gekleed in uniformen, die aan den Xapoleontischen tijd deden denken. Wij stonden er samengedrongen met vele an deren op dienzelfden ochtend, dat in het paleis de beraadslagingen tusschen Ko ning Alfons en zijn verantwoordelijke mi nisters plaats hadden, die zouden leiden tot het besluit van vertrek uit het land, dat voor geheel Spanje een verrassing was. Wel niemand dergenen, die daar stonden, kon vermoeden, dat dit de laatste maal zou zijn, dat de aflossing van de wacht plaats had, en dat nog dienzelfden avond over de Plaza de las Armas, die het mcoie uitzicht over de Manzeares en de Gakte toestaat, de auto zou rijden, die den koning zou voeren naar Cartagenië, om zich in te schepen naar het buiten land. Voor hoelang? Neen waarlijk, men kan dit geen revo lutie noemen, want een revolutie wijst op iets gewelddadigs. Men zou eer van een verandering van gezag willen spreken, en wat daarbij opvalt is, dat die verandering te kalm is. Van de linkerzijde heet het nu, dat men dezen uitslag van de stembus heeft voorzien en de vlugheid, waarmede onmiddellijk na het vertrek des Konings de samenstelling der voorloopige republi- keinsche regeering werd bekend gemaakt, wijst er op, dat men in het republikein- sehe kamp niet al te zeer verrast was. Maar toch, dit nobele gebaar, dat ook van republikeinsche zijde als nobel wordt er kend, is een geste van den Koning, die lang zal blijven leven. Spanje heeft moei lijke jaren doorgemaakt; Primo de Rivera kon het niet anders zien als overgeleverd aan de grillen en intriges der politici. Met forsche hand greep hij in; schafte misbruiken af, maar schiep tegelijkertijd nieuwe. Zijn dictatuur was wellicht voor Spanje niet te verwerpen, maar zii duur de lang. Het is het groote gevaar van elke dictatuur, dat deze uit vrijen wil niet be ëindigd kan worden op straffe dat de te lang samengebonden kracht zich zal uiten. Het glorieuze jaar 1929, toen de blikken van geheel de wereld zich naar Sevilla en Barcelona richtten, schonk afleiding, maar nauwelijks was deze voorbij of de actie van Primo de Rivera deed zich zoo scherp géiden, dat deze moest aftreden. Beter had men gedaan de dictatuur vrij te laten en dan een opvolger te kiezen, die nog minder dan Primo voor deze zware taak was berekend.. De gebeurtenissen thans overziende, aanschouwt men daarin een snelheid, die verwonderlijk is. Want Spanje, al heeft het een drietal republi keinsche jaren gekend, is monarchie door en door, en in zooverre kan men van een te kalme revolutie spreken, dat de monar chistische tegenstelling te weinig tot uit drukking komt. Nog eens toch heeft een koning Madrid verlaten; het was in 1873 Amadeus van Savoye. Na zfjn vertrek ver klaarde het Congres Spanje tot republiek, maar in 1875 kwam deze republiek, onder ling voortdurend verdeeld, ten einde en de vader van Alfons XIII, de zoon van Isabella II, kwam op den troon, dien hij tot ziin dood, ruim tien jaren later, bleef innemen. Hoe zal het den zoon met het ongelukkig naamcijfer gaan? (Wordt vervolgd). Groote sorteering, in effen en gewerkt, 75 cent per el. Verkrijgbaar bij: Letop naam op don zelfkant Vraagt onze stalen -collectie lachend, half peinzend aan. „Wilt u me gelooven, als ik zeg, dat ik het eigenlijk zelf niet precies weet?" vroeg hij. „Wat?" „Ja, dat is, geloof ik het juiste ant woord." „Ik geloof er geen woord van. Weet je niet, wat je hier doet? Wade Rawlins, dat is onzin! Tenzij ze zweeg en keek hem nieuwsgierig aan „tenzij je één van die menschen bent, die hoe noem je dat. ook weer? Ik bedoel, die een klap op hun hoofd hebben gehad of zoo iets en zich niet kunnen herinneren wie ze zijn." Hu schudde heel beslist het hoofd. „Neen, niets daarvan," zei hij. „Ik her inner me alles precies, van af mijn vijfde .jaar, sommige dingen zelfs, toen ik pas vier was. Neen, ik heb nooit geleden aan amnesie." „Dat is het woord," riep ze uit. „En dat heb je vast en zeker geleerd op een uni versiteit. Op welke ben je geweest?" „Er zijn redenen Ze viel hem in de rede met een onge duldig gebaar en sprong overeind. „Het zal je berouwen, Wade Rawlins! Je kunt me niet zoo ongestraft eitten plagen. Als je denkt, dat je mij kunt wijs maken, dat je niet weet, wat je hier doet, dan vergis je je leelijk. Waar heb je leeren duiken?" „Dat is wat anders." „Waar dan?" Hü dacht na. „Als ik het vertel, wilt u me dan belo ven me verder niets te vragen?" Marian overwoog zijn voorstel. Toen overwon ze haar vrouwelijke nieuwsgie righeid. „Neen!" Rawlins trachtte niet zijn verbazing te verbergen. „Neen!" herhaalde ze, met heftige vast beradenheid. „Zoo zal je me niet vangen. Als ik iets beloof, houd ik mijn woord en als ik het niet hield, zou ik het mezelf nooit vergeven. Ik zou het ook niet kun nen houden en dan was ik onbetrouwbaar. En dat verfoei ik. Ik verfoei jou ook en het kan me geen steek schelen, waar je hebt leeren duiken." „Het is ook niet heel belangrijk," zei hij. „In het minst niet. Maar wanneer zal je het mij leeren?" „Ze zouden het merken." „Wat dan nog?" „En me wegsturen." „Wat dan Ze zweeg en bedacht zich. „Ik uil natuurlijk liever niet, dat ze je nu al wegsturen. Zelfs de slechtsten houden het minstens een week uit. We hebben zelfs één gehad, die een maand is gebleven. Moeder dacht heusch, dit hij bekeerd was, totdat we ontdekten; dat hii wijn stal uit den kelder. Het was een vreeselijke teleurstelling voor haar, maar voor vader was het nog veel erger. Hij ging te keer en raasde en tierde zoo, dat ik er bang van was. Als je van plan bent te stelen, blijf dan tenminste van de fles- schen af. Als zoo iets gebeurt, is hij dagen lang niet te spreken." „Ik hoop er aan te denken." De huistelefoon rinkelde en ze nam den hoorn op. Vijf tellen later hing ze hem met een ruk op. „Grosvenor," legde ze uit. „Hij zegt, dat moeder wil, dat ik kom ontbijten. De klikspaan! Ik wed, dat hii niet eens zeker wist, dat ik hier was." v. ROSSEM'sTROOST DE LOONEN BIJ DE KOOPVAARDIJ. Het collectieve contract loopt op 1 Juli af. Een loonsverla ging. De Voorwaarts meldt, dat de Bond van Werkgevers in de koopvaardij het col lectief contract met den Centralen Bond van Transportarbeiders, dat 1 Juli af loopt, heeft opgezegd. Het bestuur der reedersvereeniging heeft in een op Dins dag gehouden conferentie medegedeeld een loonsverlaging van 15 pet. aan de leden te zullen voorstellen. Indien echter de zeelieden bereid zouden zijn, aan een verlaging mede te w-erken, dan wilde het bestuur wel aan de reeders in overwe ging geven en tegenover hen verdedigen,, om met een verlaging van 10 pet. te vol staan. Van werknemerszijde werd een loons verlaging afgewezen. Ze slenterde naar de deur, maar bleef op den drempel staan om te kijken naar een roodborstje, dat precies wist, waar 1 het wormen kon vinden „Kom eens even hier, Wade!" Toen hij nader kwam, dacht hij, dat ze een ontdekking gedaan had op het ge bied van roodborstjes, zoo aandachtig be keek ze den kleinen wormenjager, maar toen ze langzaam en ernstig naar hem op keek, begreep hij, dat hij zich vergiste. „Welke wagens zijn gisteravond uit geweest, Wade?" Het was een onverhoed- sche aanval en haar onverschillige toon verdubbelde de kracht. „Gisteravond?" herhaalde hij. „Ja. Zoek geen uitvluchten!" Alle wijsheid en geheimzinnigheid van een sphinx school in haar oogen. I „En jok niet," voegde ze er aan toe. „Welke wagens en waar zijn ze heen ge weest?" „Bedoelt u onze wagens?" „Ik heb je gezegd geen uitvlucht te verzinnen. Natuurlijk bedoel ik onze wa gens. Denk je. dat ik belang stel in ander mans auto's? En wie zijn er mee uit ge- i weest?" Hij kon den onverhoedschen aan- val niet anders dan bewonderen; maar er kwam hoogere politiek bij te pas en principieele moeilijkheden. „In het leven van alle groote mannen Hij herin- I nerde zich precies Henry_ Kilbourne's stem. Met zijn eigen geheimen kon hij doen, wat hij wilde, maar met die van den heer des huizes en diens zoon i „Ik wacht." „U vergeet uw ontbijt, juffrouw Ma rian. „Neen. wacht." Ik heb honger maar ik „Weet u zeker, dat de wagens uit zijn geweest?" vroeg Rawlins. Minachtend krulde ze de lippen. „Een mensch hoeft niet oud en zenuw ziek te zijn om aan slapeloosheid te lij den," zei ze. „Ik heb het zelf soms. Het zal je berouwen, als je mijn vraag niet beantwoordt." „Doet u ooit iets tegen die slapeloos heid?" vroeg hij. „Ja. Soms sta Ik op en ga ik voor het raam zitten." O!" ,,'s Ochtends om drie uur." „En helpt het?" Ze keek hem koel berekenend aan. „Ja soms." Hij kon op geen stukken na gissen, hoeveel ze eigenlijk wist; ook wist hii heelemaal niet, hoe ze haar kennis zou gebruiken. „Jij kunt een motor heel stil op zijn eerste versnelling zetten, Wade Rawlins, maar- ik heb ooren en oogen ook. Wil je het me vertellen?" Neen, dat wilde hii niet, maar hii was ook niet van plan te jokken, want dat was tegen de afspraak. „Neen, ik zeg niets," antwoordde hij. „Bang?" „Hm misschien." „Maar je ontkent niet?" „Dat wilt u toch niet?" Marian haalde de schouders op, maar verried niet de minste teleurstelling. „Ik geloof, dat ik nu maar ga ontbij ten," zei ze. Hij klimlachte. „Ik hoop, dat ik even veel honger heb, als anders," voegde ze er aan toe. „Ik zou niet graag willen, dat ze thuis merkten Een nieraandoening kan uw gezond heid bedreigen zonder dat gij u ervan bewust zijt. En juist die langzame ont wikkeling zonder veel uiterlijke en vaak verkeerd begrepen kenteekenen is zoo te duchten. Maak niet de ernstige fout van waar schuwingen te verwaarloozen als urine- kwalen, rugpijn, rheumatische pijnen, spit, ischias, duizeligheid en hoofdpijn, waterzuchtige zwellingen enz. Wees verstandig en neem het middel, dat door duizenden wordt aanbevolen voor het verbeteren hunner gezondheid in dergelijke gevallen. Gebruik Foster's Rugpijn Nieren Pillen, die de kwaal in haar oorsprong aantasten en de nieren versterken en opwekken tot ge zonde werkzaamheid. Bij alle drogisten enz. 1.75 p. flacon. dat mijn eetlust iets te wenschen liet. Ze zouden lastige vragen kunnen doen en achter die slapeloosheid komen en wie, weet, wat nog meer." Ze liep naar buiten, maar keerde zich na een paar stappen om, als viel haar plot seling iets te binnen. „Zeg eens, Wade, ik ben blut!" Zijn bewondering vertiendubbelde. „Ik heb mijn maandgeld al lang op. Ik ben bang, dat ik geen goed zakenmensch ben. Vader zegt het tenminste. Zou je me vijf dollar kunnen leenen?" Ze verdroeg zijn onderzoekende blik ken met een werkelijk bewonderenswaar dige kalmte. Hij wist, wat hem te wachten stond. Ongelukkigerwijze zaten het tien dolarbiljet en de drie dollarbiljetten bij elkaar in denzelfden zak. Hfj had een voorgevoel, toen hij ze te voorschijn haalde. „Ik ben bang. dat ik geen vijf dollar heb. juffrouw Marian". „O, dat hindert niet, Wade!" Ze pakte het tiendollarbiljet. „Dit is best, dank je. Als ik het soms mocht vergeten, help me er dan aan herinneren. „O, er is geen haast bij," zei hij. „Ik krijg het wel, als het 11 schikt." Ze glimlachte vriendelijk tegen hem, terwijl ze het papiertje om den vinger wikkelde. „Ik zal mijn best dden, flink te ont- bijtent, Wade. Ik denk niet, dat iemand iets zal merken. Ik dank je, heel erg." „Niet te danken." „Wees maar niet bezorgd."

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 1