DE INNEMENDE UNDLOOPER
UMHMIUn.
POSTER'C
TOBRALCO
Heerenbaai EEN DUBBELTJE
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
Spaansche reisindrukken.
HEEREN BMI
J[ RugpijnNieren Pillen
No. 6960
ZATERDAG 9 MEI 1931.
59ste JAARGANG
Het voorzitterschap der internationale ontwapenings
conferente. - De Engelsch-Russische onderhandelingen
mislukt. - De stand van het vlootvraagstuk. De pu
blicatie der bewapeningscijfers. - De werkloosheid u
Duitschland.
in
ïfe zachte en geurige rooktabak f
UT ECHTE FRIESCHE
feuilleton
Zoo gemakkelijk te wusschen
Zoo moeilijk te verslijten
Kleur-, wasch- en zon-echt
(Wordt vervolgd).
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet. Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65binnen
land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. I 0.50, f 0.70, f 0.70,
f i.Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25,11.35. Losse nos. 4 ct.fr. p.p.6ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag,
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
.../v ERTENT1EN:
20 ct. per regel (guljard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t,m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
tering van het spoorwegnet, de bestaande
straatwegen, op het gebied van de post,
enz.
De commissie bepleit voorts verbeterin
gen op landbouwgebied, bevordering der
binnenlandsche kolonisatie, krachtige be
vordering van den woningbouw, enz.
Het probleem van het voorzitterschap
voor de internationale ontmapen/n.oscon/e^
rent ie, die het volgend jaar te Genève
zal worden gehouden, nuts er geen kink
in den kabel komt, is nog met opgelost
In welingelichte kringen verluidt, dat
het meerendeel van de in den Volken
bondsraad vertegenwoordigde regeerin
gen voorstander is van de verkiezing van
den Engelschen minister van buitenland-
sche zaken Heinderson tot voorzitter van
de ontwapeningsconferentie. De onder
steuning van Henderson's candidatuur
door de Duitsche en Italiaansche regee
ringen is .zoo goed als zeker.
Het gerucht loopt, dat Frankrijk liever
niet zou zien, dat Henderson benoemd
werd en wederom Benesj wenscht te can-
dieeren. Mocht jk geen sprake kunnen
zijn van een eenstemmige benoeming, dan
zou een neutrale candidaat in aanmerking
komen.
Als candidaten worden in dit geval ge
noemd de vroegere Nederlandsche minis
ter van buitenlandsche zaken jhr. mr. dr.
Van Karnebeek en de voorzitter van de
Geneefsche douaneconferentie dr. H.
Co lij n.
Sedert de revolutie in Spanje zijn de
kansen van Barcelona aanzienlijk vermin
derd, zoodat onder de gegeven omstandig
heden Genève wel weer in aanmerking
zal komen als conferentiestad.
Het in de buitenlandsche pers meer
malen opgedoken plan om de ontwape
ningsconferentie uit te stellen, vind te
Genève geen gunstig onthaal.
De onderhandelingen tusschen Enge
land en Rusland, het vorig jaar door de
Engelsche regeering aangeknoopt, tot re
geling van de wederzijdsche schuldvorde
ringen, zijn, naar het schijnt, definitief
mislukt.
Deze onderhandelingen vorderden zeer
moeizaam, doch Dinsdag j.1. besloten de
vertegenwoordigers der Engelsche regee
ring in één der subcommissies, welke de
vorderingen van Britsche onderdanen op
de Sovjetregeering behandelde, de bespre
kingen af té breken. Zii waren n.1. van
meening, dat het geen zin had den arbeid
verder voort te zetten in verband met het
feit dat het niet mogelijk bleek van de ver
tegenwoordigers der Sovjetregeering defi
nitieve antwoorden te verkrijgen.
De stand van het vlootvraagstuk. De
Engelsche, Fransche en Italiaansche vloot-
deskundigen zijn Woensdag op het depar
tement van buitenlandsche zaken te Lon
den bijeengekomen. Zii hebben van ge
dachten gewisseld over den stand van het
vlootvraagstuk, na de Engelsche en Ita
liaansche antwoorden op het laatste Fran
sche memorandum.
De correspondentie over dit onderwerp,
aldus de Engelsche draadlooze dienst,
toont duidelijk den werisch van de drie
betrokken mogendheden om de bestaande
moeilijkheden te overwinnen en daarom
zullen de gedachtenwisselingen worden
voortgezet.
De bijeenkomsten, die volgende week te
Genéve plaats vinden, zullen de drie be
trokken ministers van buitenlandsche za
ken gelegenheid bieden het onderwerp
direct te bespreken.
De Fransche en Italiaansche deskundi
gen zullen dezer dagen naar Genève ver
trekken.
De publicatie der bewapeningscijfers.
De Fransche regeering heeft den secreta
ris-generaal van den Volkenbond een nota
doen toekomen, betrekking hebbende op
het Duitsche voorstel tot onbeperkte pu
blicatie van de bewapeniingscijfers als
basis voor de onderhandelingen op de a.s.
ontwapeningsconferentie.
De Fransche regeering verwerpt de
Duitsche voorstellen. Zii is van opvatting,
dat publicatie van de wapeningscijfers
van geen practische waarde kan zijn voor
de beoordeeling van de weermacht dei-
landen, aangezien in de allereerste plaats
de wapeningscapaciteit der landen en de
ontwikkeling hunner wapeningsindus-
industrieën onderzocht moeten worden.
De Fransche regeering stelt zich op het
standpunt van de Engelsche en wenscht,
dat publicatie van de wapeningsgegevens
zal plaats hebben op door de voorberei-
i dende ontwapeningscommissie opgestelde
tabellen.
Bestrijding der werkloosheid door werk
verschaffing, zoo heet het nieuwe deel van
het rapport van de commissie-Brauns,
welke commissie advies uitbrengt betref
fende het werkloosheidsvraagstuk in
Duitschland.
Het Duitsche bedrijfsleven, zoo wordt
daarin o. m. gezegd, verkeert in een toe
stand van verstijving. Er moet kapitaal en
nieuwe werkgelegenheid worden verschaft.
In Duitschland is niet voldoende geld, het
moet dus tegen draaglijke rente uit het
buitenland komen. De buitenllandsche
schulden op korten termijn daarentegen,
welker hoogte verlammend op het bedrijfs
leven, vooral op het bankwezen werkt,
moeten zoo spoedig mogelijk worden af
gelost.
Voorwaarden voor het slagen der werk
verschaffing zijngeordende openbare
financiën; algemeene bezuiniging op elk
gebied; handhaving der Duitsche valuta;
kalmte op binnenjandsch politiek gebied.
Voor de werkverschaffing komen in
aanmerking: het electriciteitsbedrijf, met
name uitbreiding der leidingnetten en
e'.ectrificatie der spoorwegen; het gasbe
drijf, vooral wat de voorziening met gas
op verren afstand betreft.
Niet aanbevolen worden de bevordering
van den aanleg van groote straatwegen
voor het binnenlandsch verkeer in con
currentie met de spoorwegen, en de aan
leg van kanalen, wèl daarentegen verbe-
BEIEREN EN HET RIJK.
Een ernstig conflict?
Naar de Miinchener Neueste Nachrich-
ten meldt, is men in de kringen der
Beiersche regeering en van de Beier-
sche volkspartij van meening, dat er wei
nig kans bestaat, dat men met het rijk in-
za' -> unificatie van de belastingen tot
ov emming zal komen. Nog heden
woien definitieve beslissing ver
wacht. Er bestaat weinig hoop een breuk
te vermijden.
EEN NIEUWE UITSPRAAK VAN
GANDHI OVER DE ZENDING.
I In verband met het meeningsverschil
i over de zendingskwestie, 't welk ontstaan
is door zijn recente verklaring dat hij
I gekant is tegen het maken van proselie
ten onder het mom van menschlievend
werk, schrijft Gandhi: „Als Indië zelfbe
stuur krijgt, zullen buitenlandsche zen
delingen ongetwijfeld vrij zijn proselieten
te maken op de wijze, die mij verkeerd
lijkt, maar zij zullen bitter weinig succes
hebben bij hen, die evenals ik van oor
deel zijn dat zij verkeerd doen."
DE ONRUST IN ARGENTINIË.
Reizigers die uit Buenos Aires te Mon
tevideo zijn aangekomen, deelen mede
dat president Uriburu, vreezend dat de
politieke toestand in Argentinië een ern-
stigen keer zal nemen, besloten heeft een
keurcorps van 15.000 man te vormen,
waarop hij in geval van nood zou kunnen
rekenen. Het corps zal op de wijze van
fascistische militie worden georgani
seerd.
Een strenge censuur is ingesteld.
Onder de studenten heerscht groote
verbittering. Zij overwegen een alge
meene staking.
HET ONDERWIJS IN SPANJE.
Aan 50.000 kinderen te Madrid
kan geen onderwijs gegeven
t worden.
De Spaansche minister van onderwijs
heeft in een onderhoud met persver
tegenwoordigers verklaard, dat 50.000
kinderen in Madrid geen geregeld
schoolonderricht kunnen ontvangen, we
gens het gebrek aan scholen.
In verband hiermede zijn maatregelen
genomen terstond met den bouw van
nieuwe schoolgebouwen te beginnen,
waartoe zoowel het rijk als de gemeente
de noodige gelden ter beschikking zullen
stellen.
AB6
SEDERT 1753
20 -50ct. per ons
THE DARK CHAPTER
door
E. J. RATII.
„Het zou haar niet veel kunnen sche
len, denk ik", veronderstelde hij.
„O-o-o! Niet? Je schijnt het te weten.
[Vooruit nu, Wade! Biecht op!"
Hij overwoog haar verzoek en vond er
blijkbaar iets grapigs in, want hij begon
te lachen.
»Er valt niets bijzonders te biechten",
zei hij.
,,y* ade, je hebt me beloofd niet te
jokken."
"Ik jok niet."
„Wel waar!"'
Rawlins keek met een protesteerende
beweging.
„Iedereen weet, dat je iets op je kerf
stok hebt, zei ze heftig. „Het is gemeen
van je om het mij niet te vertellen
„Je moeder zei, dat ze
„Onzin!"
^„Misschien vergist iedereen zich wel,"
Marian schudde het hoofd
lne dan, "iet wilt 'vertellen, wie
je bent, zei ze, „dan kan je me tenminste
*el zeggen, wat je hier- doet."
Hij werd ernstig en keek haar half
III.
Madrid, 16 April 1931.
De aankomst in Madrid levert overdag
een lichte teleurstelling op. Want de vele
torens en koepels, die men op een plaatje
van Madrid ziet, worden bij aankomst
niet opgemerkt, omdat Madrid is gelegen
in een stuk dorre vlakte en zich tevoren
s voor den reiziger niet aankondigt. Madrid
ligt bijkans in het geografisch midden
ivan het land, en wanneer wij ons zoo
straks naar het Zuiden begeven, komen
wfj langs het klooster op den heuvel, in
Madrid's onmiddellijke nabijheid gelegen,
1 dat het juiste centrum van het land
vormt. Het was een punt, waarheen in de j
afgeloopen weken velen zich hebben be-
I geven om er te bidden voor het heil van j
het land, dat dit werkelijk wel noodig
bleek te hebben!
Madrid maakt bij eersten aanblik den
indruk op ons van een moderne groot-1
stad. Spaansch in den romantischen of ar-
tistieken zin des woords is de stad niet.
Toch is zij niet zoo nieuw als men haar
doet voorkomen, want niet alleen heeft
reeds Karei V haar tot hoofdstad verhe
ven en heeft sedert het Hof er gewoond,
maar Karei V vond een, zii het ook on
aanzienlijke, doch bestaande plaats, door
vestingmuren zoodanig omringd, dat de
Mooren meer dan eens ervoor waren te
ruggedeinsd. De Bourbons zetten er in
den loop der achttiende eeuw het gewel
dige paleis, dat nog immer de silhouette
van Madrid overheerscht; paleis, inner
lijk en uiterlijk zoo mooi, dat Napoleon
het zijn broeder, dien hij zelf op den
Spaanschen troon had geplaatst, benijd
de. Het paleis is het centrum van een
deel van de nieuwe stad, en het Prado
Museum, het beroemde verzamelpunt van
de kostbaarste kunstschatten der Spaan-1
sche schilderschool, is een ander. Wantj
daar langs loopen de breede avenues, die j
dienen voor het verkeer, maar ook voor
het flaneeren, dat men in Spanje nog al
tijd graag doet. Tusschen die twee punten
in ligt het echte stadsgewoel met de
Puerta del Sol als middenpunt. Daar is
tientallen jaren achtereen het politiek
centrum"van Spanje geweest, en daar was
Maar het is daar op de Puerta del Sol dik
wijls heel wat rumoeriger toegegaan dan
het ook bij het uitroepen der Republiek,
ditmaal. Zeker, er was enthousiasme, er
was belangstelling, men klom op de trams
en in boomen om toch goed het oogenblik
waar te nemen, waarop het voorloopig
Republikeinsch Gouvernement op het bal
kon van het paleis van het Gouvernement
zou komen om de proclamatie der Repu
bliek voor te lezen. Maar er was zoo
danige eensgezindheid, en 't ging alles zoo
gemoedelijk, opgewekt en vroolijk, at men
eerder aan een grooten feestag dan aan
een belangrijke politieke verandering kon
denken. Ja, als men ons niet min of meer
op de hoogte had gesteld van den gang
der gebeurtenissen, zouden wfj wel ge
merkt hebben, dat er iets bijzonders gaan
de was, maar wfj zouden wellicht het aller
laatst aan een omwenteling hebben ge
dacht!
Om de Puerta del Sol heen zijn de
voornaamste straten van het Madridsche
centrum. Sommige nauw, sommige breed,
maar alle omzoomd door huizen, die hoog
ten hemel reiken. Slechts hier en daar
zfjn zijstraatjes, die een meer verweerd
en oud aanzien hebben; daar is iets van
het oude Madrid. Men vindt dat ook wan
neer men komt oo de Plaza de la Consti-
tucion auto da fé's en stierengevechten
gehouden werden, en zich nu een stand
beeld van Philips III verheft, dat door
de revolutie wat is besmeurd, verminkt,
maar toch nog altijd staat. Ja, geheel
zonder uiterlijke kenteekenen is de revo
lutie niet voorbijgegaan, want men vindt
het ook aan andere standbeelden. Maar
alles bij elkand»"- is Madrid zooals het een
week tevoren was, en wij, die als toeristen
hier zijn, bemerken niet de minste stoor
nis. Wij hebben natuurlijk het Koninklijk
paleis niet kunnen bezoeken, maar wij
hebben het nog juist waargenomen, dat
w ij de wacht zagen aflossen. Dat gebeurde
eiken ochtend om 11 uur, en steeds stond
een dichte menigte samengedrongen om
het te zien. De wacht bestond dan uit
infanterie, cavalerie en artillerie en het
aflossen ging eiken dag met groot cere
monieel gepaard. De eigenaardige parade
pas trok niet minder de aandacht dan de
kleedy der garde-soldaten, te paard langs
den breeden weg van het paleis geplaatst
en gekleed in uniformen, die aan den
Xapoleontischen tijd deden denken. Wij
stonden er samengedrongen met vele an
deren op dienzelfden ochtend, dat in het
paleis de beraadslagingen tusschen Ko
ning Alfons en zijn verantwoordelijke mi
nisters plaats hadden, die zouden leiden
tot het besluit van vertrek uit het land,
dat voor geheel Spanje een verrassing
was. Wel niemand dergenen, die daar
stonden, kon vermoeden, dat dit de laatste
maal zou zijn, dat de aflossing van de
wacht plaats had, en dat nog dienzelfden
avond over de Plaza de las Armas, die het
mcoie uitzicht over de Manzeares en de
Gakte toestaat, de auto zou rijden, die
den koning zou voeren naar Cartagenië,
om zich in te schepen naar het buiten
land. Voor hoelang?
Neen waarlijk, men kan dit geen revo
lutie noemen, want een revolutie wijst op
iets gewelddadigs. Men zou eer van een
verandering van gezag willen spreken, en
wat daarbij opvalt is, dat die verandering
te kalm is. Van de linkerzijde heet het
nu, dat men dezen uitslag van de stembus
heeft voorzien en de vlugheid, waarmede
onmiddellijk na het vertrek des Konings
de samenstelling der voorloopige republi-
keinsche regeering werd bekend gemaakt,
wijst er op, dat men in het republikein-
sehe kamp niet al te zeer verrast was.
Maar toch, dit nobele gebaar, dat ook van
republikeinsche zijde als nobel wordt er
kend, is een geste van den Koning, die
lang zal blijven leven. Spanje heeft moei
lijke jaren doorgemaakt; Primo de Rivera
kon het niet anders zien als overgeleverd
aan de grillen en intriges der politici.
Met forsche hand greep hij in; schafte
misbruiken af, maar schiep tegelijkertijd
nieuwe. Zijn dictatuur was wellicht voor
Spanje niet te verwerpen, maar zii duur
de lang. Het is het groote gevaar van elke
dictatuur, dat deze uit vrijen wil niet be
ëindigd kan worden op straffe dat de te
lang samengebonden kracht zich zal uiten.
Het glorieuze jaar 1929, toen de blikken
van geheel de wereld zich naar Sevilla
en Barcelona richtten, schonk afleiding,
maar nauwelijks was deze voorbij of de
actie van Primo de Rivera deed zich zoo
scherp géiden, dat deze moest aftreden.
Beter had men gedaan de dictatuur vrij
te laten en dan een opvolger te kiezen, die
nog minder dan Primo voor deze zware
taak was berekend.. De gebeurtenissen
thans overziende, aanschouwt men daarin
een snelheid, die verwonderlijk is. Want
Spanje, al heeft het een drietal republi
keinsche jaren gekend, is monarchie door
en door, en in zooverre kan men van een
te kalme revolutie spreken, dat de monar
chistische tegenstelling te weinig tot uit
drukking komt. Nog eens toch heeft een
koning Madrid verlaten; het was in 1873
Amadeus van Savoye. Na zfjn vertrek ver
klaarde het Congres Spanje tot republiek,
maar in 1875 kwam deze republiek, onder
ling voortdurend verdeeld, ten einde en
de vader van Alfons XIII, de zoon van
Isabella II, kwam op den troon, dien hij
tot ziin dood, ruim tien jaren later, bleef
innemen. Hoe zal het den zoon met het
ongelukkig naamcijfer gaan?
(Wordt vervolgd).
Groote sorteering,
in effen en gewerkt,
75 cent per el.
Verkrijgbaar bij:
Letop naam op don zelfkant
Vraagt onze stalen -collectie
lachend, half peinzend aan.
„Wilt u me gelooven, als ik zeg, dat ik
het eigenlijk zelf niet precies weet?"
vroeg hij.
„Wat?"
„Ja, dat is, geloof ik het juiste ant
woord."
„Ik geloof er geen woord van. Weet
je niet, wat je hier doet? Wade Rawlins,
dat is onzin! Tenzij ze zweeg en keek
hem nieuwsgierig aan „tenzij je één
van die menschen bent, die hoe noem
je dat. ook weer? Ik bedoel, die een klap
op hun hoofd hebben gehad of zoo iets en
zich niet kunnen herinneren wie ze zijn."
Hu schudde heel beslist het hoofd.
„Neen, niets daarvan," zei hij. „Ik her
inner me alles precies, van af mijn vijfde
.jaar, sommige dingen zelfs, toen ik pas
vier was. Neen, ik heb nooit geleden aan
amnesie."
„Dat is het woord," riep ze uit. „En dat
heb je vast en zeker geleerd op een uni
versiteit. Op welke ben je geweest?"
„Er zijn redenen
Ze viel hem in de rede met een onge
duldig gebaar en sprong overeind.
„Het zal je berouwen, Wade Rawlins!
Je kunt me niet zoo ongestraft eitten
plagen. Als je denkt, dat je mij kunt wijs
maken, dat je niet weet, wat je hier doet,
dan vergis je je leelijk. Waar heb je leeren
duiken?"
„Dat is wat anders."
„Waar dan?"
Hü dacht na.
„Als ik het vertel, wilt u me dan belo
ven me verder niets te vragen?"
Marian overwoog zijn voorstel. Toen
overwon ze haar vrouwelijke nieuwsgie
righeid.
„Neen!"
Rawlins trachtte niet zijn verbazing te
verbergen.
„Neen!" herhaalde ze, met heftige vast
beradenheid. „Zoo zal je me niet vangen.
Als ik iets beloof, houd ik mijn woord en
als ik het niet hield, zou ik het mezelf
nooit vergeven. Ik zou het ook niet kun
nen houden en dan was ik onbetrouwbaar.
En dat verfoei ik. Ik verfoei jou ook en
het kan me geen steek schelen, waar je
hebt leeren duiken."
„Het is ook niet heel belangrijk," zei hij.
„In het minst niet. Maar wanneer zal
je het mij leeren?"
„Ze zouden het merken."
„Wat dan nog?"
„En me wegsturen."
„Wat dan Ze zweeg en bedacht
zich. „Ik uil natuurlijk liever niet, dat ze
je nu al wegsturen. Zelfs de slechtsten
houden het minstens een week uit. We
hebben zelfs één gehad, die een maand is
gebleven. Moeder dacht heusch, dit hij
bekeerd was, totdat we ontdekten; dat hii
wijn stal uit den kelder. Het was een
vreeselijke teleurstelling voor haar, maar
voor vader was het nog veel erger. Hij
ging te keer en raasde en tierde zoo, dat
ik er bang van was. Als je van plan bent
te stelen, blijf dan tenminste van de fles-
schen af. Als zoo iets gebeurt, is hij dagen
lang niet te spreken."
„Ik hoop er aan te denken."
De huistelefoon rinkelde en ze nam den
hoorn op. Vijf tellen later hing ze hem
met een ruk op.
„Grosvenor," legde ze uit. „Hij zegt,
dat moeder wil, dat ik kom ontbijten. De
klikspaan! Ik wed, dat hii niet eens zeker
wist, dat ik hier was."
v. ROSSEM'sTROOST
DE LOONEN BIJ DE KOOPVAARDIJ.
Het collectieve contract loopt
op 1 Juli af. Een loonsverla
ging.
De Voorwaarts meldt, dat de Bond van
Werkgevers in de koopvaardij het col
lectief contract met den Centralen Bond
van Transportarbeiders, dat 1 Juli af
loopt, heeft opgezegd. Het bestuur der
reedersvereeniging heeft in een op Dins
dag gehouden conferentie medegedeeld
een loonsverlaging van 15 pet. aan de
leden te zullen voorstellen. Indien echter
de zeelieden bereid zouden zijn, aan een
verlaging mede te w-erken, dan wilde het
bestuur wel aan de reeders in overwe
ging geven en tegenover hen verdedigen,,
om met een verlaging van 10 pet. te vol
staan.
Van werknemerszijde werd een loons
verlaging afgewezen.
Ze slenterde naar de deur, maar bleef
op den drempel staan om te kijken naar
een roodborstje, dat precies wist, waar
1 het wormen kon vinden
„Kom eens even hier, Wade!"
Toen hij nader kwam, dacht hij, dat ze
een ontdekking gedaan had op het ge
bied van roodborstjes, zoo aandachtig be
keek ze den kleinen wormenjager, maar
toen ze langzaam en ernstig naar hem op
keek, begreep hij, dat hij zich vergiste.
„Welke wagens zijn gisteravond uit
geweest, Wade?" Het was een onverhoed-
sche aanval en haar onverschillige toon
verdubbelde de kracht.
„Gisteravond?" herhaalde hij.
„Ja. Zoek geen uitvluchten!"
Alle wijsheid en geheimzinnigheid van
een sphinx school in haar oogen.
I „En jok niet," voegde ze er aan toe.
„Welke wagens en waar zijn ze heen ge
weest?"
„Bedoelt u onze wagens?"
„Ik heb je gezegd geen uitvlucht te
verzinnen. Natuurlijk bedoel ik onze wa
gens. Denk je. dat ik belang stel in ander
mans auto's? En wie zijn er mee uit ge-
i weest?" Hij kon den onverhoedschen aan-
val niet anders dan bewonderen; maar
er kwam hoogere politiek bij te pas en
principieele moeilijkheden. „In het leven
van alle groote mannen Hij herin-
I nerde zich precies Henry_ Kilbourne's
stem. Met zijn eigen geheimen kon hij
doen, wat hij wilde, maar met die van den
heer des huizes en diens zoon
i „Ik wacht."
„U vergeet uw ontbijt, juffrouw Ma
rian.
„Neen.
wacht."
Ik heb honger maar ik
„Weet u zeker, dat de wagens uit zijn
geweest?" vroeg Rawlins.
Minachtend krulde ze de lippen.
„Een mensch hoeft niet oud en zenuw
ziek te zijn om aan slapeloosheid te lij
den," zei ze. „Ik heb het zelf soms. Het
zal je berouwen, als je mijn vraag niet
beantwoordt."
„Doet u ooit iets tegen die slapeloos
heid?" vroeg hij.
„Ja. Soms sta Ik op en ga ik voor het
raam zitten."
O!"
,,'s Ochtends om drie uur."
„En helpt het?"
Ze keek hem koel berekenend aan.
„Ja soms."
Hij kon op geen stukken na gissen,
hoeveel ze eigenlijk wist; ook wist hii
heelemaal niet, hoe ze haar kennis zou
gebruiken.
„Jij kunt een motor heel stil op zijn
eerste versnelling zetten, Wade Rawlins,
maar- ik heb ooren en oogen ook. Wil je
het me vertellen?"
Neen, dat wilde hii niet, maar hii was
ook niet van plan te jokken, want dat was
tegen de afspraak.
„Neen, ik zeg niets," antwoordde hij.
„Bang?"
„Hm misschien."
„Maar je ontkent niet?"
„Dat wilt u toch niet?"
Marian haalde de schouders op, maar
verried niet de minste teleurstelling.
„Ik geloof, dat ik nu maar ga ontbij
ten," zei ze.
Hij klimlachte.
„Ik hoop, dat ik even veel honger heb,
als anders," voegde ze er aan toe. „Ik zou
niet graag willen, dat ze thuis merkten
Een nieraandoening kan uw gezond
heid bedreigen zonder dat gij u ervan
bewust zijt. En juist die langzame ont
wikkeling zonder veel uiterlijke en vaak
verkeerd begrepen kenteekenen is zoo
te duchten.
Maak niet de ernstige fout van waar
schuwingen te verwaarloozen als urine-
kwalen, rugpijn, rheumatische pijnen,
spit, ischias, duizeligheid en hoofdpijn,
waterzuchtige zwellingen enz.
Wees verstandig en neem het middel,
dat door duizenden wordt aanbevolen
voor het verbeteren hunner gezondheid
in dergelijke gevallen. Gebruik Foster's
Rugpijn Nieren Pillen, die de kwaal
in haar oorsprong aantasten en de
nieren versterken en opwekken tot ge
zonde werkzaamheid.
Bij alle drogisten enz. 1.75 p. flacon.
dat mijn eetlust iets te wenschen liet. Ze
zouden lastige vragen kunnen doen en
achter die slapeloosheid komen en wie,
weet, wat nog meer."
Ze liep naar buiten, maar keerde zich
na een paar stappen om, als viel haar plot
seling iets te binnen.
„Zeg eens, Wade, ik ben blut!"
Zijn bewondering vertiendubbelde.
„Ik heb mijn maandgeld al lang op. Ik
ben bang, dat ik geen goed zakenmensch
ben. Vader zegt het tenminste. Zou je me
vijf dollar kunnen leenen?"
Ze verdroeg zijn onderzoekende blik
ken met een werkelijk bewonderenswaar
dige kalmte. Hij wist, wat hem te wachten
stond. Ongelukkigerwijze zaten het tien
dolarbiljet en de drie dollarbiljetten bij
elkaar in denzelfden zak. Hfj had een
voorgevoel, toen hij ze te voorschijn
haalde.
„Ik ben bang. dat ik geen vijf dollar
heb. juffrouw Marian".
„O, dat hindert niet, Wade!" Ze pakte
het tiendollarbiljet. „Dit is best, dank je.
Als ik het soms mocht vergeten, help me
er dan aan herinneren.
„O, er is geen haast bij," zei hij. „Ik
krijg het wel, als het 11 schikt."
Ze glimlachte vriendelijk tegen hem,
terwijl ze het papiertje om den vinger
wikkelde.
„Ik zal mijn best dden, flink te ont-
bijtent, Wade. Ik denk niet, dat iemand
iets zal merken. Ik dank je, heel erg."
„Niet te danken."
„Wees maar niet bezorgd."