I? iVlODEP^AATJE
Het menu van de week.
De stijl der Herfstmantels.
Zondag:
Roereieren met toost,
Kalfstong met zure saus,
Princesseboonen, aardappelen,
Vruchtensla.
Maandag:
Varkensrollade,
Bloemkool, aardappelen,
Maize na pudding met bessensap.
Dinsdag:
Bloemkoolsoep,
Koud vleesch met tomatensaus,
Capucijners (verschel,
Aardappelen,
Pruimen.
Woensdag:
Biefstuk,
Andijvie, aardappelen,
Ohccoladepuddinig met vanillesaus.
Donderdag:
Slakropjes met gehakt, aardappelen,
Oompote van bessen en frambozen.
Vrijdag I:
Tomatensoep,
Rijstrand met eieren, kerrysaus en
gestoofde tomaten.
Vrijdag II:
Tomatensoep,
Gestoofde baars,
Worteltjes, aardappelen.
Zaterdag:
Gekruide runderlapjes,
Snij boon en, aardappelen,
Koffievla.
De kalfstong voor Zondag wordt
eerst ~oed afgewreven met zout en
dr irna flink gewasschen.. daarna o^"e-
zet met kokend water, zout, een wortel-
De. 1 kruidnagel, 1 takje selderij, 1
klein stukje foelie en gedurende twee
uren Gekookt. Laat het vet gemakkelijk
los, dan is de tong gaar, wordt het vel
en het strottenhoofd eraf genomen en
de tong in plakken gesneden. We pre
senteeren er een zure saus bij, waar
voor we Vi liter bouillon van de tong
gebruiken, 40 gram bloem, 40 gram
boter, sap van 1 citroen.
De boter wordt gesmolten en ver
mengd. met de bloem, daarna lang
zamerhand de gezeefde bouillon bijge
voegd en tenslotte het citroensap; het
sausje gedurende een minuut of 5 laten
doorkoken. De tong wordt op een ver
warmde schotel overgedaan en over
goten met een een deel van de saus; de
rest wordt in de juskom gedaan.
Vruchtensla.
We zijn volop in het seizoen van de
versehe vruchten en kieizen dus allerlei
soorten, als appels, bananen, pruimen,
bessen, druiven, perziken, enz., die we
wasschen en zoo noodig schillen en aan
stukjes verdeden; de bessen en drui
ven in hun geheel, alles door elkander
mengen en met vruchtensuiker .be
strooien, waarna we het een uurtje op
een koele plaats wegzetten. We kunnen
het opdienen in kleine bakjes of in een
ote kristallen schaal en versieren
het clan met wat geslagen room en des-
verkiezend gemalen amandelen.
Tomatensoep.
I1/, liter water, 1 kg. tomaten, 1 uitje,
60 m boter, 80 gram bloem.
De tomaten worden goed gewasschen,
aan oi k.ies esneden en gedurende
een half uur gekookt in Yi liter water
en 't. Zijn ze gaar, dan worden ze
door de **-■ - en zeef gewreven.
Het uit™ svordt zeer fijn gehakt en in
een deel an de boter "aar gefruit,
maa. we zorgen, dat het niet bruin
wordt; daarna komt de rest van de bo-
t er bii en de bloem, de tomatenpuree
en nog 1 lit water; de soep laten we
dan nog een kwartiertje zachtjes door
koken.
Tomaten zijn op het oogenblik niet
duur en daar zü veel vitaminen bevat-
t zullen ze :n vorm in
onze maaltijden verwerken; aan de kof-
f- "o zoowei als aan het middag
maal. Menigeen denkt niet van tomaten
te houden maar bii eenig doorzetten
gewent men er aan en vindt men ze
tenslotte verrukkelijk. Hoe heerlHk zijn
a: de koffietafel niet wat gebakken
tomaten i de K~forham en zoo vlug
te bereiden! We een ujfje
firn en .moren het in de koekepan
n et rvoegen daarna de aan
plakken gesneden tomaten, die we van
het velletje hebben ontdaan, door
even in heet ter te denwelen, er bii
en bakken de tomaten aan de eene, dan
a »n de an'' gaar en dienen ze
warm cm Hebben we dan ma
ken we wat broodcroutons, waarvoor
i "es oud brood, zonder korst,
in beter aan beide zijden lichtbruin
bakken en leggen de tomaten daarop.
Ten slotte wil ik u nog een vlug te be
reiden, aardappel-, haring- en tomaten-
gerecht geven, dat koud, zoowel als
warm gegeten kan worden.
Twee of drie gemarineerde haringen
worden aan stukjes gehakt, 6 flinke
tomaten worden aan plakken gesne
den en in boter gaar gesmoord, waarna
er 1 dL. water en 1 dL. melk bijgevoegd
wordt, zoo noodig iets zout, peper, een
stuk of tien aan plakken gesneden ge
kookte aardappelen en de haring; alles
r,og even doorstoven gedurende een
minuut of tien.
Redactrice „Onze Keuken"
Theresiastraat 424, Den Haag.
3
met het lichte bovenstuk en de lichte
blouse bii den donkeren rok. die dit
jaar de gunst der mode genieten. Een
van de aardigste modellen in geiten
bont was een mantel van Lelong met
een kraag van blauw vossenbont. Door
de eigenaardige snit krijgt men van
achteren gezien den indruk van een
bolero. De mouwen met wijd uitloopen-
de manchetten waren aan den elleboog
met vossenbont gegarneerd.
Overigens bliiven de nieuwe bijzon
derheden van dit voorjaar gehand
haafd. Platte bonten kragen, die ge
bonden of door een opening gehaald
worden, breede revers en bewerkelijke
mouwen zijn nog steeds modern. De
mouwen zijn zelfs een van de voor
naamste onderdeelen van den mantel;
bii bontmantels zijn de manchetten ge
woonlijk van hetzelfde bont, ook al is
er een kraag van ander bont op. De
ouderwetsohe bonten manchet heeft
volkomen afgedaan; daarvoor zijn nu
allerlei bijzonderheden in de snit ge
komen, die vooral het gedeelte onder
den elleboog versieren. Poffen, plissé's,
ingezette reepen van een ander soort
bont, schulpen, rondgeknipte manchet
ten, van alles is er te zien.
De kragen moeten als altijd dienen
om het gezicht te omlijsten, doch
woon lijk liggen zü niet tegen den hals
aan. Ze zyn echter zoo gemaakt, dat ze
dicht om den hals getrokken kunnen
worden om de koude buiten te sluiten.
De avondjasjes lange avondmantels
worden weinig meer gezien hebben
dezelfde kragen of groote platte kra
gen, die bijna een cape vormen. De
mouwen zijn. dikwijls zeer ruim, en
evenals bii de gewone mantels vormen
zii het voornaamste onderdeel. Shavr\.
kragen worden als „ouwelijk" he-
schouwd en moeten in ieder geval bo
ven het middel eindigen.
MODE-NIEUWTJE.
Men wil in Parijs blijkbaar de avond
japonnen vereenvoudigen voor alle ge
legenheden, waarbij geen uitgesproken
galatoiletten worden vereischt. Alle
groote modehuizen lanceeren avond
japonnen met mouwen, die dikwijls
zwart ziin en van chiffon of kant wor
den gemaakt. Ondanks de mouwen ma
ken zii een zeer „gekleedeu" indruk.
De rokken komen ongeveer 20 cM. van
don grond.
In de hondsdagen vinden de Parij-
sohe couturiers er een eigenaardig ge
noegen in, de definitief vastgestelde
najaarsmode te lanceeren. Vele warme
mantels zpn zelfs duidefliik voor den
winter bestemd. Gelukkig hebben wii
nu een paar koele dagen gehad, waar
door het iets gemakkelijker is, al die
bontmantels en andere warme klee-
dinigstukken met een welwillend oog
te bekijken. Wat nu getoond wordt, zal
over enkele maanden iedereen dragen.
En er zijn genoeg radicaal nieuwe din
gen op te merken.
Het silhouet wordt slanker, de alge
meen© ljjn rechter. De rokken worden
nauwer en zijn maar nauwelijks afge
schuind om ze iets wijder te laten loe
pen. Ze zijn maar net wijd genoeg, dat
de draagster zich gemakkelijk kan be
wegen. Aan het middel volgen zii de
lijn van het lichaam; op de normale
taillehoogte ziin ze iets ingenomen, wat
hen van onderen zoowel als van boven
wijder doet schijnen.
Van boven wordt een' breed effect
nagestreefd, in tegenstelling met het
nauwe onderstuk. De armsgaten wor
den lager, dus eigenlijk grooter, de
raglanimouw en zelfs een aanduiding
van de kimonomouw ziet men telkens
weer opduiken. Deze schouderlijn is
een aanwijzing voor het succes van de
dolman, die Patou in de herfstmode
schijnt te willen invoeren.
De meer gekleede mantels zullen in
gewikkelde modellen hebben en vooral
de sluiting o*~ztj vertoonen, die wy ook
in de japonnen beginnen te zien. Spor
tieve mantels moeten bijna onvermijde
lijk een ceintuur hebben, doch gekleede
mantels hebben er geen. Vionnet tail
leert ze en Worth duidt de taille aan
door verticale opnaaisels aan de bin
nenzijde.
De wollen stoffen munten uit door
een groote verscheidenheid in kleur en
weefsel. Ze zün zeer licht en hebben
de zware, stijve wollen stoffen van een
ar jaar geleden geheel verdrongen.
Schiaparelli, Regn.y en Bruyère gebrui
ken voor hun sport- en reismantels
ruwgeweven wollen stoffen, die haast
niets vegen, in effen kleuren of in
combinaties van twee donkere tinten.
Bruin, groen en wijnrood treden op
den voorgrond, terwijl de kleur van
blauw vossenbont iets geheel nieuws
is en een verrassend effect maakt,
vooral wanneer dat bont tevens als gar
neering wordt gebruikt. De tweeds heb
ben eenvoudige, kleine patroontjes,
waarin donkere kleuren met beige zijn
vermengd, doch zij zijn even dikwijls
effen in een mooie wanne kleur groen,
bruin of rood.
Voor sportmodellen worden zeer veel
geitenvachten gebruikt; ze ziin licht en
zeer soepel, zoodat zü het figuur goed
laten uitkomen. Deze mantels zullen
vooral bij de jeugd een groote nonu-
lairiteit genieten en de snit is dikwijls
zoo bijzonder goed verzorgd, dat zii
ook voor gekleed gedragen kunnen
worden. Ze hebben bijna alle een cein
tuur van bont of leer en worden ge
woonlijk grijs, bruin of beige geverfd.
Soms behouden de vellen hun natuur-
iJike kleur; door het combineeren van
lichte en donkere vellen worden aar-
ige effecten bereikt. Wij zagen ook
maiitc,s, die naar onderen gaandeweg
donkerder werden en waarvan de tin
ten vanoor-'m u ,w ,ji vergrijs tot
rauw of van beige tot donkerbruin,
heiiiiaung van de japon
Ensemble voor zeiltochtjes, bestaan
de uit een rood badcostuum, waarvan
het lijfje voor de helft wit gestreept is,
een rok van wit piqué, die van voren
door middel van knoopen wordt ge
sloten en een bolero van wit piqué met
kerte mouwen en een origineele slui
ting.
Rechts ziet men hetzelfde baacos-
tuuni dragen met een mouwloozen, wit
en rood gestreepten badmantel, die met
witte randen is afgezet.
Japon van wit piqué met een dof
rood© leeren ceintuur. De klokrok is
van voren voorzien van breede plooien;
het lijfje is met open zoomen versierd.
Japon van witte sinellic met een
kraag en ceintuur van roode tussor met
witte noppen. De blouse heeft ingezette
deelen, de rok is aan een pas getzet en
door stolpplooien verwijd.