OP EN OM I. HET BIMHENHOFf 1 Zonne-festijn. - In de Ridderzaal. - De Troonrede. - Van de Millioenen-Nota. - Een treffende huldiging. - Verouderd. - den voorgrond, zij het dan deze keer minder als punt van kritiek dan wel alspunt van lol. Dat het via duct over de spoorlijn naar Hilversum even voorbij Diemen thans in zooverre gereed kwam, dat de eerste trein er overheen kon rijden en binnen enkele aagen het geheel spoorverkeer er over heen wordt geleid, werd alom met voldoening vernomen, niet het minst zeker door de talloos velen die per auto dagelijks van den Muiderstraat- weg geDtulK maken. De tol, de beruch te tol te Muiden verdween het eerst, thans staat de niet minder beruchte spoorwegovergang uaar bij Diemen te verdwijnen. En ais nu ook nog (men is reecis met de werkzaamheden begon nen) de brug over het Merwedekanaal naar de eischen des tijds verbeterd wordt zal het derde beruchte obstakel op onzen Zuidelijken toegangsweg voorgoed zijn opgeheven. In zekeren zin, en dit is wel een merkwaardig feit, zou men, nu de spoor, met het bouwen van dergelijke vtaducten (nog kort geleden kwam er een bij Bussum en een bij Hilversum tot stand) onze hoofdverkeerswegen meer en meer geschikt helpt maken voor snelvervoer, kunnen spreken van het „graven van een eigen graf'. Hoe meer toch die wtgen open en vrij komen voor dat motorisch snelver voer, des te sterker profiteert daar van debus. Het is, die autobus, de groote concurrent van de spoor wegen en zij zal het blijven en waar schijnlijk in steeds grootere mate wor den, hoe fiksch en lofwaardig die spoorwegen ook aan het electrificeeren slaanDe cijfers uit andere landen, vooral die uit Amerika, toonen duidelijk aan, dat de spoor zijn beste tijd, wat het reizigersvervoer be treft, gehad heeft. Het is misschien wel interessant enkele van die cijfers te noemen. In 1920 vervoerden de spoor wegen der Vereen. Staten 1.234.862.048 reizigers. Dat was het hoogterecord; sindsdien is het aantal reizigers gesta dig afgenomen. In 1928 was het reeds tot 790.327.447 gedaald, terwijl de daling zich ook in 1929 voortzette, met het gevolg, dat men tot 1909 moet te ruggaan om een even gering preso- nenvervoer te ontdekken. Tusschen 1920 en 1930 beliep de achteruitgang niet minder dan 40 pet. Bedenkt men daar nog bij, dat gedurende die tien jaar de bevolking der. Vereenigd? Staten met ruim 16 pot. is toegenomen, en de stijging van het aantal per sonenauto's elk begrip te boven gaat, dan ligt de conclusie voor de hand, dat het publiek zijn verplaatsings methoden heeft gewijzigd En dat is, ook in ons land, al is het dan misschien nog niet in een dergelijke mate, het geval. De zichtbare teekenen heeft men, speciaal in Amsterdam, voortdu rend voor oogen. Met den dag toch vermeerderen zich het aantal autobus sen uit de meest verschillende streken des lands die men, volgeladen door de straten ziet rijden. Reeds kon men zelfs deze week een „nacht-bus" bewonde ren, met slaapgelegenheid, enz. En ook naar de zijde van dit nachtvervoer staan voor de bus zeer zeker nog vele mogelijkheden open. Ook hierin zul len wy wel, zij het dan in de verte, Amerika gaan navolgen. Daar heeft men al, om een van de vele voor beelden te noemen, keurige nacht bussen die u voor minder geld dan de spoorwegen van Los Angeles naar San Francisco brengen; zij bezitten slaap gelegenheid voor 15 a 16 personen en kunnen met den snelsten express-trein wedijveren. Het ziet er dus, wat de toekomst van „de spoor" betreft niet al te rooskleu rig uit. Maar wat heeft dan ook eigen lijk, kan men vragen, in deze tijden nog wel die kleur!?!... Intusschen: de „spoor" Is er dan voorloopig toch nog, heeft voorloo- pig nog lang niet afgedaan en, mis schien, komt er tenslotte wel iets wat het nog verder „neergaan van de lijn" zal kunnen tegenhouden. Zouden dit, naast de electrificatie, mis schien de spoor-luchtbanden zijn, die onlangs door de ingenieurs van de Micheiinfabrieken werden uitgevon- v "V z^n velen die het haar helpen hopen, niet alleen omdat zij mogelijk enkele spoor-aandeelen in ^ectenP°rtefeuille hebben, - z« ond" den indruk verkeeren van het kranige werk fiat daar met meergenoemd viaduct Ge leverd werd en er dankbaar voor' zfn! Balans opmaken. Vacantie en bet weer. Het reis- en vacantie-seizoen is ech ter nu dan wel voorgoed achter den rug en practisch gesproken staan trein en bus niet meer zoo op den voorgrond als nog enkele weken geleden. 'VVe zijn, zoowel wat die vervoermiddelen betreft, als wat de vacantie aangaat weer aangeland in een periode waar de theorie en het balans-opmaken hoogtij viert. Ik zelf gaf er hierboven, met dit tram-, trein- en bus-praatje een voor beeld van, tenminste van dit balans- opmaken inzake het vervoer. Ande ren hebben zich den laatsten tijd druk bezig gehouden met het balans-op- maken van de vacantie. En dat wel niet alleen over het laatste jaar alleen, maar ook over een aantal daaraan voorafgaande jaren. De uitkomst valt dan niet mee. Men is tot de slotsom gekomen, dat de weken waarin de meeste vacanties tegenwoordig vallen niet alleen dit jaar. maar ook in die vorige jaren extra regenrijk plegen te zijn en zoo schaarsch bedeeld met mooi weer, dat tallooze neringdoenden wier bedrijf voor een groot deel op „de vacantie" is ingesteld, slechts met de grootste moeite hun zaken gaande kunnen houden. Tevens bleek uit een aantal weerkundige gegevens, dat het gemiddelde „weer" in de weken vóór de eigenlijke vacanties meestal beter is. De Gooische Kamer van Koophan del beraamt nu plannen om een groote actie in te zetten onder de leus: „Ver vroeging der vacanties". Misschien moet men wel met die leus instemmen en maar het beste voor een welslagen hopen. Misschien! Want de moge lijkheid blijft ook bestaan, dat, als we dan eenmaal inderdaad tot een ver vroegen der vacanties besloten heb ben, het „weer" zich plotseling aan geen enkele, nog zoo fraai en zorg vuldig opgemaakte „statistiek" meer houdt, en het plotseling in zijn hoofd krijgt zijn regen, wind en gure zomer dagen ook, met enkele weken te ver vroegen Gaat U met een parapluie uit en denkt U: dan keer ik maar om, nen, dan blijft 't zonnig; is 't zonnig en laat U Uw jas maar thuis dan gaat 't stormen en regenen. Fietst U er gens heen met de wind tegen en denkt U: daar keer ik maar om, of neem ik dien weg, dan heb ik hem achter, dan draait de wind ook en kunt U er wier tegen intrappen.. En verschuiven we dus onze vacantie, dan loopen we hard kans, dat het „weer" ook.verschuift! Maar mogelijk lukt liet de Gooische K. v. K. de zaak voor de weergoden zoo geheim te houden, - dat de ver schuiving aan hun aandacht ontsnapt! Hopen wij er het beste van. WEEK- KRONIEK Den Haag, 17 September. Prinsjesdag-1931 ligt alweer twee da gen achter ons. 't Was een feest van zonneglans na vele dagen van grauwe lucht en stortregens. Op den 15den September herleefde plotseling de zo mer, zoodat het festijn van de Gouden Koets in blijde stemming kon worden gevierd, 't Valt moeilijk bij het schet sen ervan iets bij te brengen, dat niet reeds ontelbare malen is verduidelijkt, geteekend. Ditmaal nam de Koningin- Moeder niet deel aan den traditionee- len tocht van het Noordeinde-Paleis naar de Ridderzaal, vioe versa. Het schouwspel in die zaal, zooals 't er Dinsdag-middag van halftwaalf tot halftwee, uitzag, het spel van vele kleuren tinten, schittering van gala- gewaden, waarop schat van groot- en commandeurs-sterren, kruizen, linten, gespreid, hoe interessant ook, zeker voor dengeen, die het voor de eerste maal te zien krijgt, gaf niet veel stof tot „nieuwe opmerkingen". Niet te be twisten valt, dat het getal afgevaardig den, die in rok, gekleede jas of ook wel jacquet-kostuum ter Troonrede-plech tigheid komen, telken jare grooter wordt Ook nu was de sociaal-democra tische fractie van het Parlement afwe zig. Nieuw was de electrische verlich ting, aangebracht boven de troonzetels in de Ridderzaal. Terwijl terzijde van de troon-estrade een gordijn was ge schoven beveiligend tegen al te helle zonnestralen. Hare Majesteit las de Openings-rede voor met bijzonder zach te stem. Op de tribune, waar de journa listen hun plaatsen vonden, was er bijna niets van te verstaan. Trouwens, de Koningin had iets vermoeids van be wegen. Prinses Juliana zat hare Moe der gedurende het voorlezen onverpoosd aan te kijken. Zoodat ook al gevraagd werd, of H.K.H. zich misschien ietwat bezorgd maakte over de vraag, of de Koningin met dezen tocht hare krach ten niet momenteel overschat had? Zij, met hare bekende groote energie, ondanks tijdelijke lichte ongesteldheid den grondwettelijken plicht van Staats hoofd tot opening der Zitting 1931'32 toch had willen vervullen? Ik vermoed, dat deze bespiegelingen weinig of geen grond van bestaan hebben. De Troonrede van 15 September 1931 is geheel „in het teeken der crisis". Ik zal ovc- dit staatsstuk hier nu geen beschouwing geven. Dit ware „mosterd na den maaltijd", en zou bovendien beduiden: grasduinen op redactioneel gebied. Nieuws van zakelüken aard brengt deze rede bijna niet. Zij is uiterst vaag, heeft veel gelijkenis met een op- ziohzelf wel behartigingswaardige aan moediging om den druk, den last des tijds met- gezond, krachtenstalend op timisme te verduren. Ten opzichte van -derland's verhouding met België kon men er een wederom zeer-vage aanwij zing in vinden, dat het perspectief t. a. van een nieuw Verdrag is opgeklaard. Wie aldus gisten, bleken inderdaad goed te hebben gezien, 't Is nader ge bleken, dat de Belgische minister van Buitenl. Zaken, mr. Hijmans, te Genève met zijn Nederlandschen ambtgenoot mr. Beelaerts van Blokland besprekin gen heeft gevoerd, welke naar mr. Hijmans ook een hem geïnterviewend persman verzekerde, de verwachting rechtvaardigen, dat men „opschiet". Het nieuwe Traktaat tusschen België ën Patria is „en marche", wordt be kokstoofd, terwijl omtrent de voor naamste punten tusschen partijen gaan deweg toenadering komt. Daarmee ver vallen ook de praatjes, in de jongste dagen in de pers verspreid, als zou er wederom een leelijke kink in den kabel zijn gekomen. Minister De Geer's Millioenen-nota is in den avond van Dinsdag jj. gepu bliceerd. De bijzonderheden ervan zijn u na tuurlijk bekend wanneer deze wekelijk- sche terugblik u bereikt. De salaris korting met 5 Het stopzetten van de Zuiderzee-inpolderingen. Het brengen der Invoerrechten van 8 op 10 pet. De benzine-belasting, dewelke den prijs der benzine met drie cents per liter duur der zal maken. Geen verlaging van de Post-tarievem. En de rest. Bij een tekort, gelijk het Rijks-bud- get-1932 aanwijst, moet het natuurlijk „uit de lengte of uit de breedte" komen. Dat Exc. De Geer er zijne bezuinigings voorstellen zonder zelfs zeer hevigen strijd zal doorhalen, 't is uitgesloten. Wij staan nu voor een veelbewogen, zware parlementaire campagne. Waar bij zeer waarschijnlijk althans de wijzi ging der L.Onderwüswet-1920, bijna geheel volgens de voorstellen der com- missie-Rutgers geredigeerd, nog vóór de Budget-campagne zal worden aangevat. Wat ook wel onvermijdelijk zal wezen, daar Minister Terpstra zijn ontwerp op 1 Juli 1932 kracht van wet wil doen geven. Dat 't bü de behande ling van dit wetsvoorstel in het Parle ment „stormen" zal, wie beseft dat niet!?.... De veteraan-paedagoog Ger- hard zal 't wel betreuren, dat hij wiens opvolgster in de Tweede Kamer reeds is aangewezen,door zijn besluit om zijn beproefde krachten geheel te wijden aan het mandaat van lid der Gedepu teerden van Noord-Holland, niet aan deze discussie zal kunnen deelnemen. De kamer-campagne van half October tot Kerst zal inderdaad het uiterste vergen van de krachten onzer Lager- huizers, om nu nog te zwijgen van den Senaat, die in den komenden herfst ook heel wat zal hebben af te doen. Mr. G. v. d. Bergh zond zijn memorie van antwoord in op het ontwerp tot regeling van het geldschieters-bedrijf. Dit is zeer gunstig in de Senaats afdeel in gen ontvangen en zal geen uit gebreid debat ontketenen, maar er lig'. nog zooveel meer van belangrijken aard in het „senatoriale zout"!.... In de eerste openbare vergadering welke ons Lagerhuis in de nieuwe jaar- periode hield, op Dinsdagmiddag j.L heeft de hr. v. d. Tempel 'n inter pellatie aangevraagd over de maat regelen, welke de Regeering denkt te treffen in verband met de crisis, de werkloosheid de ellende van econo- mischen aard, welke de naderende win ter zal brengen. De crisis en al wat daarmede samenhangt, is en blijft voorloopig hoofdschotel van het parlementaire menu. In die mate, dat men een afzon derlijke interpetllatie daarover noodig blijkt te achten, dus vooruitloopend op al hetgeen het groot-politiek winter- debat zal blijken bij te brengen. Intus schen, nogmaals getuigd, de Troonrede is dermate vaag van inhoud en de noodstand is van zóó urgenten, dringenden aard, dat het zoo spoedig mogelijk uitlokken van Regeerings- verklaringen, waarover de Volksver tegenwoordiging haar oordeel kan en moet zeggen, zeer begrijpelijk is. In de eerste zitting der Tweede Ka mer van het seizoen 1931—'32 is de nagedachtenis van mgr. Nolens, den grooten, diepbetreurden priester-staats man, op treffende wijze gehuldigd, eerst door President Van Schaik, daar na door den minister-president, waar na de Voorzitter der Kamer en Exc. mr. Ruys de Beerentorouck eere brach ten aan de nagedachtenis van een an deren zeer grooten landgenoot, den oud-minister prof. M. W. F. Treub. Voor den inhoud dier redevoeringen kan ik naar uw verslag verwijzen. Wat mij ook bü deze gelegenheid verbaasde, was: dat zelfs thans niet een der afgevaardigden aanleiding vond, zich bij de huldiginn „aan te sluiten". Toen dr. Schaepman den lande ontviel, nu ruim een kwarteeuw terug, ging dat heel anders. Bü het opmaken in de Tweede Kamer van de nominatie voor het presidentschap, heeft zich Dinsdag middag iets zeer-bü'zonders voorgedaan. De lijst bleef wat die was. Mr. Van Schaik numero één, de heer Schaper vice-president, mr. Beumer numero drie. Dat de heer Van Schaik met 82 van de 86 uitgebrachte stemmen vier blanco-biljetten waren er herkozen werd, was reeds een treffend bewijs van de wü'ze, waarop de Kamer den heer Van Schaik als haar „speaker", leider, waardeert. Maar wel heel bqzonder was het krachtige, haast onstuimige applaus, dat kletterde toen bekend werd, met hoè groote meerderheid de Kamer Hare Majesteit zal voorstellen, mr. Van Schaik te herbenoemen tot President. Zulk een gansch-spontane, „uit het volle gemoed komende" betuiging van warme sympathie aan den Praeses is meen ik te mogen zeggen in de Kamer nog niet voorgekomen. Begrijpelijk is zij stellig. Mr. Van Schaik is niet slechts een strikt-onpartijdig man als leider der vergaderingen van ons Lagerhuis, maar hij volbrengt die zware, afmattende taak met zooveel tact, vriendelijkheid, eerbied voor ieders aanspraken en in zichten, dat hü „het hart der Kamer" wist te veroveren. Zich gevend zooals hij, met de fijne hartsbeschaving hem ingeboren, is. Mr. De Vos van Steenwijk heeft Dinsdag-middag zijn hoog ambt als Senaats-praeses aanvaard en vervol gens aan Treub's nagedachtenis eere gebracht in een speech, welke voor de zooveelste maal toonde, hoe deze chr.- historische staatsman, ondanks het soms erg-stroeve en hautain-prikkel- baar lijkende van zijn gedoê, toch een „homme de coeur", ©en gevoels- mensch is. De Eerste Kamer houdt met-hand-en tand vast aan de gewoonte om de Troon rede met een Adres te beantwoorden. Ditmaal was 't mevr. Pothuis-Smit, die namens de soc.-democratische frac tie profeteerde tegen dat zenden van een Adres van Antwoord. 't Baatte niet. Nogmaals zullen kosten en moeite worden besteed voor een formaliteit, waarvan de Kroon reeds vele jaren ge leden aan de Tweede Kamer beduidde, dat zü geenerlei bezwaar had tegen het af scha ff ervan. De tijd, waarin wij leven, is toch waarlijk veel te ernstig om in stand te houden gewoonten, waarin niemand in gemoede de bestendiging kan recht- v ;pjdigenl. Mr. ANTONIO.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1931 | | pagina 13