KANNEWASSER'sST.NICOLAASFEEST
DE DOLEIDE MEELED.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
BmitenSandsch overzicht
BEZOEKT
OF 9 DECEMBER A.S.
eerste blad
DONDERDAG 3 DECEMBER 1931.
59ste JAARGANG
Pessimisme voor de komende ontwapeningsconferentie.
Hen pleidooi voor een Belgisch-Nederlandsch-Fransch
oeconomische toenadering. - Een nieuwe Duitsche
noodverordening. - De Britsch-Indische conferentie
geëindigd. - Ontspanning in Mantsjoerije.
Geeft hem!!!
De invoerrechten op
buitenlandsch fruit in Engeland.
Het conflict in de Twentsche
textielnijverheid.
%m f oed fflodsge q
van een goeden vakman
<<Kd fifnrfe gtecfienh.
Horlogerie Suisse
Spoorstraat
feuilleton
1)
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, NederL Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 1 0.70, f 0.70,
f 1Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p. p. 6 ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
AD VERTEN TIEN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
Het optimisme voor de ontwapenings
conferentie is er niet grooter op gewor
den. Misschien zijn er lezers die ons van
pessimisme beschuldigen, doch bij een
objectieve beschouwing van de gebeurte
nissen om ons heen, kunnen we ook niet
anders dan de zaken donker inzien. Ook
ten opzichte van de ontwapeningsconfe
rentie, die, zooals-men in ons vorig num
mer heeft gelezen, niet uitgesteld zal wor
den en dus over twee maanden plaats
heeft, ziet het er allesbehalve rooskleurig
entente met Frankrijk en Nederland, die
zoowel in het voordeel van de Vlamingen
als van de Walen zou zijn. Nederland, het
land van vrijhandel, dat zich in zijn wan
hoop met protectionistische prikkeldraden
omringt, zou naar hij verwachtte, niet
lang aarzelen bij de Fransche-Belgische
oeconomische unie zich aan te sluiten. De
Nederlandsche toetreding zou zeker met
vreugde worden begroet.
Minister Hijmans bracht ter bestrij
ding van een dergelijke unie ongeveer
uit Een voorspel is geleverd te Parijs, dat dezelfde argumenten naar voren als
zoo onverkwikkelijk was, dat men kon eenigen tijd geleden dienst moesten doen
meenen dat de demonstranten reeds door om de Duitsch-Oostenrijksche „An-
den oorlogsgeest waren aangetast. Over schluss" onmogelijk te maken,
dit congres te Parijs, waarover wij Dins- Een vergelijking met de positie van
dag al een en ander hebben meegedeeld, Luxemburg in de Belgisoh-Luxemburg*-
schrijft de Nw. Rott, Crt. o.m.: sche tolume gaat niet op, meende hij,
Het ontwapeningscongres te Parijs W0t door Vandervelde werd beaamd. In
heeft zeer wilde tafreelen opgeleverd, die plaats van den vrijhandel te dienen zou
men allicht opnieuw zou kunnen beleven eau oeconomische unie met Frankrijk
als men het experiment waagde het con- J1.ieu.we wapenen geven aan de protec-
gres te Berlijn te herhalen. Het congres tionisten.
zal voor de deelnemers teleurstellende' Gok aan ,e ™°S®hlk eid van ee
ervaringen hebben opgeleverd. Niet ech- entente a trois(Frankrqk Nederland en
ter omdat een zeker soort lieden er ge-i ge. e, de Belgische iste
ducht spektakel heeft gemaakt; dat er te1 buitenlandsche zaken met. Een Bei-
Parijs en elders lieden zijn wier opge-gisch-Nederlandsch tolverbond zou hj
wonden uitingen niet in toom worden ge- eohtef evenwal ze^ ,fa f stand
houden door een gevoel van weigevolg-
Hiviiam nni- rior. riooinomp.-a ton siaten zijn van ongeveer genjKe oereeiie
nis. Ook dit verbond zal echter niet zoo
gemakkelijk zijn te verwezenlijken als
lijkheid zal zeker ook den deelnemers ten
volle bekend zijn geweest. Erger als ver
schijnsel waren verschillende redevoe-1 soinmigen wel meenen en het zal onge-
rmgen, die tot het programma van het twijfdd nog veel zorg vragen, alvorens
dit ooit tot stand komt.
congres behoorden. Daaruit konden de
toehoorders leeren hoe het staat met de
neiging tot ontwapening in bepaalde lan
den, zelfs bij lieden, die in aanmerking
kwamen voor een uitnoodiging om te
spreken op het ontwapeningscongres. Bij! Een nieuwe Duitsche noodverordening,
deze snrekers sehepn de hplancrstellin? ,e u f Rijkspresident heeft een j
nieuwe noodverordening het licht doen
zien. Zooals men weet kan hij deze op
deze sprekers scheen de belangstellin
voor de ontwapeningsconferentie voorna
melijk te berusten op de overweging dat
zij een uitstekende gelegenheid biedt om grond van een. bepaald artlkel de
druk uit te oefenen op de in den Volken
bond vereenigde naties, teneinde van die
naties betere beveiliging te verkrijgen
tegen gevaren, die men jarenlang zelf
uitgelokt en opgewekt heeft.
Over een Belgisch-Nederlandsch-Fran-
sche toenadering op economisch gebied
is Dinsdag in de Belgische Kamer ge
sproken. Een tweetal interpellanten heb
ben daarvoor gepleit, n.1. Sinzot (katho
liek) en Pater (liberaal).
Sinzot besloot zijn rede met een pleit
voor de oeconomische unie tusschen Ne
derland en België, welke hij zeer goed
mogelijk achtte, trots het feit, dat 1830
nog niet zoo heel ver in het verleden ligt
en trots het verschil van temperament en
mentaliteit, dat tusschen beide volkeren
bestaat. Samen met Frankrijk kan aldus
een machtig blok worden gevormd. In de
oeconomische chaos waarin Europa thans
verkeert, en in verband met de bedrei
ging, die van een of anderen Hitier kan
komen, dekken wij de Noordgrens van
Frankrijk en kunnen wij in nauwe samen
werking met Nederland een grooten
dienst aan dit land bewijzen.
De liberale interpellant Pater sprak
ongeveer in denzelfden zin als Sinzot. Ook
deze spreker wenschte een oeconomische
Voor zijn St. Nicolaas een paar Voetbal-
kousen, eigen gebreid, van
Maarbestelt ze heden. jaap snor.
Grondwet verordenen, n.1. art. 48. De
noodverordening bepaalt:
1. De regeering krijgt de bevoegdheid
om tot de bijeenkomst van den Rijksdag
in gevallen van dringende oeconomische
noodzakelijkheid de invoerrechten in af
wijking van de geldende voorschriften te
veranderen;
2. de voorloopige toepassing van we-
derzijdsche oeconomische overeenkom
sten met andere Staten af te kondigen.
De maatregelen die de rijksregeeringen
volgens artikel 1 zal afkondigen, moeten
aan den Rijksdag voorgelegd en op zijn
verlangen ingetrokken woiïlen.
Maatregelen krachtens art. 2 genomen,
moetbn den Rijksdag voorgelegd en moe
ten eveneens op verlangen van den Rijks
dag opgeheven worden.
Deze verordening is van heden 1 De
cember af in werking getreden.
Het einde van de Britsch-Indische con
ferentie is gekomen. De Engelsche pre
mier, die de vergaderingen geleid heeft,
heeft een sluitingsrede gesproken, waar
aan wij het volgende ontleenen:
In zijn toespraak zeide MacDonald: Ik
ontken niet de moeilijkheden, die onthuld
zijn bij het diepgaand onderzoek van de
groote taak, die gij het vorig jaar hebt
ondernomen, maar ik verzoek u zich niet
door deze te laten ontmoedigen of ter
neerdrukken. Ik hoop vurig, dat onder
uw auspiciën de groote Indische volksge
meenschappen met geduld en verdraag
zaamheid voort zullen gaan op den weg
van samenwerking en rustige gedachten-
wisseling waarheen uw pogingen hen zoo
duidelijk geleid hebben.
Bij de uiteenzetting van de regeerings-
politiek verklaarde MacDonald, dat hij
speciaal gemachtigd was om aan de afge
vaardigden en aan Britsch-Indië te ver
klaren, dat de politiek van de vorige re
geering ook die van de huidige regeering
bleef. Hij herhaalde de voornaamste zin
nen van zijn verklaring uit het begin van
dit jaar, met name dat, naar de meening
van de Engelsche regeering, de verant
woordelijkheid voor de regeering van
Britsch-Indië gelegd moet worden op de
centrale en provinciale wetgevende licha
men, met zoodanige voorzorgsmaatrege
len als noodig zijn om gedurende den
overgangstijd het nakomen van bepaalde
verplichtingen te verzekeren en de noo-
dige. waarborgen te verschaffen voor de
bescherming van de politieke rechten en
vrijheden van de minderheden.
Ontspanning in het geschil tusschen
China en Japan. Er klinkt nu waarlijk
een toon van hoop uit Parijs in verband
met het Japansch-Chineesche geschil. De
indruk was Dinsdagmorgen dat het nu
snel op een gunstig resultaat aanging.
De Chineezen zijn steeds meer gaan be
seffen schrijft de corr. van de Nw.
Rott. Crt. dat zij van een verlenging
van de onderhandelingen geen goeds
hebben te hopen, maar dat deze juist het
indijken van de Japansche overstroo
ming belemmeren. Daarom zijn zij toe
schietelijker geworden, wat zij vooral
uiten, dat zij tot redding van eigen „ge
zicht" bereid zijn den terugtocht der
Japanners van Tsjintsou als een succes
op te vatten en als een begin van het
terugtrekken der Japansche troepen, dat
zij eischen.
Dinsdagavond zijn .de leden van den
Raad buiten de twee partijen in het con-
flict klaar gekomen met het opstellen der
resolutie en de daarbij behoorende ver-
klaringen. Dit opent de mogelijkheid op
een spoedig einde van de Raadszitting,
daar men eerst tot deze eindredactie is1
overgegaan, toen men meende een for-1
mule gevonden te hebben, die zoowel j
voor de Chineezen als voor de Japan-1
ners aannemelijk was. Vanavond worden j
de verschillende teksten aan de partijen j
ter hand gesteld. Wanneer onderhande- j
laars ze goedkeuren, moeten ze in ieder
geval nog het fiat der beide regeeringen
vragen. De kabels zullen nu echter wel
sneller werken dan in de dagen, toen
vooral de Japanners er aan gelegen was
om tijd te winnen.
kersen, aalbessen, kruisbessen, aardbeien
en pruimen vrij te stellen, omdat zij tot
het dagelijksch voedsel van alle klassen
der bevolking behoorden, en tevens als
ruw-materiaal voor de jamfabrieken kon
den beschouwd worden.
De minister was ook tegen dit amende
ment, omdat de Engelsche fruitoogst een
tot drie weken later is dan de buitenland
sche en de jamfabrieken gewoonlijk hun
behoeften al voor 90 procent of meer ge
dekt hadden uit het buitenlandsch pro
duct voor het Engelsche aan de markt
kon komen.
Ook dit amendement werd met 300 stem
men meerderheid verworpen.
DE VERMINDERENDE
WERKLOOSHEID IN ENGELAND.
Het aantal werkloozen bedroeg op 23
November 2.615.115, hetgeen 33.314 min
der was dan de week tevoren.
LEEST ONS RECLAMEBOEKJE
Het Engelsche Lagerhuis heeft Dins
dagavond de behandeling van de invoer
rechten op niet strikt noodzakelijke land
en tuinbouwvoortbrengselen voortgezet.
Majoor Attlee stelde namens de oppositie
voor, eerst een lichaam in het leven te
roepen, dat voor de bemarkting en distri
butie van de Engelsche producten zou
zorgen, voor de buitenlandsche met 50
pet. belast werden, want anders voorzag
hij spoedig stagnatie.
De minister ontraadde het amendement,
omdat het juist.de bedoeling was land- en
tuinbouw vlug te helpen tegen de buiten
landsche concurrenten, wat door het
amendement onmogelijk gemaakt zou
worden. Het werd hierna verworpen met
377 tegen 45 stemmen.
Daarna stelden de oppositie-leden voor,
Te Winterswijk.
Uit Winterswijk werd ons nog ge
meld:
De staking bij twee van de drie firma's,
aangesloten bij de Twentsch-Geldersche
fabrikantenvereniging duurt nog voort.
Bij de firma J. H. Meyerink Zn. staken
ongeveer 180 man. De fabriek werkt met
de overige arbeiders door. Bij H. Willink
Co. staat de zaak stil, daar nagenoeg
alle arbeiders weggebleven zijn. Ze schij
nen hier grieven te hebben over de aan
deze fabriek ingevoerde rationalisatie,
maar overigens schijnt deze geheele sta
king buiten de vakbondleiding te staan
en dus wild te zijn. Bij de bontweverij de
„Batavier" zijn de arbeiders aan het werk
gebleven. Naar wij vernemen, hebben de
betrokken Winterswijksche firma's be
sloten vandaag aan de stakers bekend te
maken, dat allen, die zich Donderdag niet
hebben aangemeld als ontslagen zullen
worden beschouwd.
Relletjes te Enschede.
Het is Dinsdagavond te Enschede tot
relletjes gekomen. In <te Haaksberger
straat, waar zich het schaftlokaal be
vindt, waar de Duitsche wevers van de
firma Jannink zijn ondergebracht, heb
ben een groep opgeschoten jongens met
steenen naar het gebouw gegooid. De
ijlings toegesnelde politie en marechaus
see voerde charges uit met de blanke
sabel en den gummistok. Ook op andere
plaatsen in de stad, waar menschen bij
elkaar stonden om over het geval te pra
ten, werd er door de politie met de blanke
sabel op inslagen. Enkele straten werden
afgezet.
Maandag algemeene
staking. Het besluit der
besturen van de arbeidersbon
den.
Ten vervolge op de in de vorige week
gehouden gecombineerde besturenverga-
dering, waarin het standpunt der arbei
dersorganisaties met betrekking tot het
conflict in de Twentsche textielnijver
heid nog niet definitief kon worden vast
gesteld, is Dinsdag te Utrecht wederom
een vergadering der drie textielarbei
dersbonden gehouden, waar het standpunt
der organisaties ten aanzien van het
voorstel tot loonsverlaging werd bepaald.
Omtrent deze bijeenkomst is van de
zijde dier organisaties het volgende mede
gedeeld:
Besloten werd, indien de werkgevers
niet vóór of op Zaterdag 12 dezer op hun
houding terugkomen, bij alle werkgevers,
aangesloten bij de beide fabrikantenver-
eenigingen, de staking te proclameeren
met ingang van Maandag 14 December.
Met nadruk werd geprotesteerd tegen
de houding der werkgeversvereenigin-
gen, die de staking bij de firma Jannink
die volgens de arbeidersbonden niets
uitstaande heeft met de gevoerde actie
tegen loonsverlaging vastkoppelden
aan deze actie. Met het oog op deze hou
ding is geadviseerd, overal te staken, ten
zij dit in een enkele onderneming door
omstandigheden niet mogelijk is.
De besturen betreuren, dat niettegen
staande het door hen gegeven advies, een
deel der arbeiders reeds thans het werk
heeft neergelegd en zij verwachten, dat,
waar eensgezindheid de eerste voorwaar
de voor het slagen eener staking is, dat
de arbeiders het werk zullen hervatten.
De besturen der arbeidersorganisaties
wijzen elke verantwoordelijkheid af voor
hetgeen Zaterdag j.1. en volgende dagen
op enkele fabrieken is gebeurd, terwijl zij
geen uitkeering zullen verstrekken aan
de leden, die het gegeven advies niet heb
ben opgevolgd.
REGELING VAN DEN ARBEID
IN WINKELS IN
VERBAND MET ST. NICOLAAS,
KERSTMIS EN OUDEJAAR.
Voor winkels in het algemeen.
In afwijking van den normalen arbeids
tijd van 9Vjj uur per dag en 53 uren per
week, mag in winkels door een persoon
boven 18 jaar arbeid verricht worden ge
durende 11 uren per dag en 62 uren per
week op alle werkdagen in het tijdvak
van:
a. 25 November tot en met 5 December
(St. Nicolaas);
b. 18 tot en met 24 December (Kerstmis).
Personen beneden den leeftijd van 18
jaar blijven echter gebonden aan een
werktijd van 9'/2 uur per dag en 53 uren
per week; bovendien moeten de werk
uren van deze jeugdige personen tusschen
8 uur 's morgens en 8 uur 's avonds lig
gen.
De vrije halve dag in de St.
Nicoiaasweek komt te vervallen.
Bij beschikking van den Minister van
Arbeid, Handel en Nijverheid van 24 No
vember 1931 no. 2798 is n.1. toegestaan,
dat aan arbeiders van 16 jaar of ouder,
werkzaam in een winkel, gedurende het
tijdvak van 30 November tot en met 5 De
cember 1931, in afwijking van het bepaal
de in artikel 2, eerste lid, van het Winkel
werktijdenbesluit, geen vrije middag of
vrije ochtend wordt gegeven.
Deze regeling verschilt dus in zooverre
van die van het vorig jaar, dat thans de
ingetrokken vrije halve dag niet behoeft
te worden teruggegeven op een later tijd
stip.
Op verzoek van den Kon. Ned. Midden
standsbond heeft de Directeur-Generaal
van den Arbeid bovendien bepaald, dat
aan tijdelijke hulpkrachten, die geduren
de de St. Nicolaasperiode in dienst wor
den genomen, geen 11/2 uur rust behoeft
te worden gegeven, doch met 1/2 uur kan
worden volstaan, indien zij althans niet
vóór 1 uur n.m. den arbeid aanvangen.
De werkgevers, die van deze faciliteit
gebruik wenschen te maken, kunnen
daartoe een verzoek richten tot het be
trokken Districtshoofd der Arbeidsin
spectie, dat gemachtigd is deze onthef
fing te verleenen.
Voor bepaalde branches.
Winkelpersoneel boven 18-jarigen leef
tijd mag bovendien, in afwijking van de
abnormale arbeids- en rusttijdregeling,
in de ondergenoemde branches arbeid
verrichten als volgt:
Winkels in brood, banket, sui
kerwerk en chocolade,
op 3, 4, 5 en 24 December gedurende ten
hoogste 14 uren per dag,
op 25 December gedurende ten hoogste
11 uren,
op 31 December gedurende ten hoogste
13 uren en
in de week, waarin 31 December valt,
gedurende ten hoogste 62 uren.
Bloemenwinkels,
op 22, 23, 24 en 30 December gedurende
ten hoogste 14 uren per dag»
op 31 December gedurende ten hoogste
12 uren en
in de week, waarin 31 December valt,
gedurende ten hoogste 62 uren.
VIschwinkels,
op 30 December gedurende ten hoogste
11 uren,
op 31 December gedurende ten hoogste
14 uren en
in de week, waarin 31 December valt,
gedurende ten hoogste 62 uren.
Slagerswinkels,
op 31 December gedurende ten hoogste
11 uren (dit geldt ook voor winkels in.
vleeschwaren).
Bijzondere administratieve voor
schriften.
Tijdelijke afwijkingen van de arbeids
lijst, in verband met vorenstaande uitzon
deringsregeling, moeten ingevolge artikel
24 van het Winkelwerktijdenbesluit wor
den aangegeven door vermelding van de
voor die dagen geldende regeling op een
geschrift, dat door den patroon of den be-
den Helder
door
K. R. G. BROWNE.
„We raken ze kwijt", zei George met
n tn trap op het gaspedaal.
Met een schok, zoo onverwacht en 700
hevig, dat Mr. Todd tegen de leuning va,i
zijn zitplaats aansloeg en zoo in ziin
BES d7 bynra Zij" ru^egraat brak,
schoot de groote wagen vooruit. Op dat
een h^ln!68 smal en vo1 bochten
zich Mtbd op p6ld Va" buitenwegen, die
demonstreert ongewenscht oogenblik
ton Winchester T'tl' tr°k (le WeH"
ronkte en bromdl van aan-
Todd, na een Et gromde tot Mr.
den trillenden a!Se2 nerveusen blik op
vond te protesteeren metCr het noodiS
Ik bcb nog'geeo'zin^!»? -f8",' Geoi'ge..
„Kalm blijven" zei Co te ^aan".
nog wat meer gas gaf <cSS,Pterw*>' h«
minuten zfjn we ze kwHt*I een paai'
we het op ons gemak doen".
twee whilen^'j6" .8cherPen hoek op
Mr. Todd - rarP ?i" minsf° 200 leek het
met een vaarf vu Cei!i -S 1,ecbten weg
meter op ziin 11 T dikke tachtig kilo-
°ver een kruispunt
heen en schoot een laan in, die zoo smal
was, dat de takken van de flankeerende
hagen langs de portieren zweepten.
„Ziezoo, die zaak is gezond", zei George
tevreden. „Ze weten niet welken weg we
ingegaan zijn".
De voorspelling bleek juist. En na een
poosje werd de laan een breede hoofd
weg en kon de Weston Winchester vaart
minderen.
„Iets van ze te zien?" informeerde
George over z'n schouders heen.
„Nee", was het antwoord. „Knap ge-
daan!"
George glimlachte bescheiden. Met een
handigen draai bracht hij den wagen op
den hoofdweg en voort ging het weer, nu
langs een rechte route op Londen af.
„Kijk eens hier," zei Mr. Todd opeens.
„Niet dat ik me met uw zaken bemoeien
wjl, juffie, maar eerlijk gezegd zou ik
toch wel willen weten waar we zoo hard
voor weg loopen."
De stem van het meisje met de donkere
oogen gaf antwoord, maar zoo vlak bij het
linkeroor van George, dat hij van schrik
een decimeter van zijn zitplaats opsprong.
„Schik een beetje op, dan kom ik erbij.
Zoo kunnen we niet praten."
En vóór 't goed tot George en Mr.-Todd
doordrong, wat ze van plan was, was ze
behendig over den rug van de vóórzit
plaatsen heengeklommen en liet ze zich
als een substantieele wig tusschen hen in
glijden. Deze nieuwe regeling was van
een practisch standpunt geen succes.
Want al was zij slank, de omvang van
Mr. Todd hief het teveel aan ruimte in
den Weston-Winchester op en dus was
George bij het manipuleeren van zijn
diverse handles en pedalen aardig gehan
dicapt, waarbij dan nog niet eens ver
meld is, dat de oranje sjaal telkens voor
zijn oogen woei en hem zoo het vrije uit
zicht geducht belemmerde. Maar George
dacht niet aan mopperen.
„Zoo is 't beter," begon ze opgewekt.
En nu, om te beginnen: hoe heet de
meneer uit Ierland?"
De meneer uit Ierland grinnikte op een
manier, alsof het geluid uit zijn schoenen
kwam.
„Todd, juffrouw, Decimus Todd, om u
te dienen. En de meneer rechts is George
Carr, een vriend van me
„Nooit van gehoord," biechtte mr. Todd
eerlijk op.
„Ergens in Zuid-Amerika zeker", pro
beerde George.
Miss Milligan knikte.
„Ja. 'i Is een stukje land ongeveer zoo
groot als Hyde Park, maar er is heel
wat meer te doen. Dat komt door de tin
mijnen, denk ik. Mijn vader is. er vljf-en-
twintig jaar geleden met mijn moeder
toevallig terecht gekomen en is er geble
ven. In die vijf-en-twintig jaar is hij zoo
ongeveer van alles geweest en twee jaar
geleden hebben ze hem President ge-
Het meisje keek George aan en glim- maakt of liever, heeft hij zichzelf Pre-
lachte heel even.
„Ik heb mr. Carr, geloof ik, wel eens
eerder ontmoet", zei ze. „Ik heet Carmen-
cita Milligan".
„Jeetje", zei mr. Todd bewonderend.
„Dat noem ik een keurig etiket".
„Iersche vader Spaansche moeder",
legde miss Milligan hem in telegramstijl
uit. Zij zweeg even, nam dan George en
mr. Todd om beurten een paar maal
scherp op, zweeg weer even en ging dan
voort: „Hoor eens, ik ga u dit tegen mr.
Todd en u dit tegen George in
vertrouwen nemen, omdat ik leelijk in de
klem zit. Ik ken niemand hier in Enge
land en ik heb hulp noodig, dus waag ik
het er maar op. En te oordeelen naar uw
optreden tegen den tweeling zooeven, zou
ik wel denken, dat u me een heeleboel zou
kunnen helpen, tenminste als u zin en tijd
heeft. En als 't nul op 't request wordt,
dan hindert 't nog niets, dat ik u de heele
geschiedenis verteld heb, want daarvoor
ziet u er alle twee te eerlijk uit. Dus om
te beginnen. Mijn vader is president van
Guayacuador",
sident gemaakt. Eens in de zooveel jaar
hebben ze er revolutie en van die ge
legenheid heeft hij geprofiteerd- Sinds
dien is het er veel rustiger geweest.
waarschijnlijk omdat mijn vader niet ge
makkelijk is als het er op aankomt.
„Dat geloof ik graag," zei George.
„In den regel," ging Miss Milligan
voort, „zijn dat soort baantjes niets
waard, maar Guayacuador is een uitzon
dering op den regel. Ten eerste heb je
er hoopen tinmijnen en dan heb je er
rechten en concessies en dergelijke din
gen meer. Vader dacht gauw rijk te zijn
en dan terug te gaan, maar dat is hem
niet meegevallen. Aan den vorigen Pre
sident was een steekje los zonder dat ze
het wisten en die heeft den boel zoo in
het honderd laten loopen voor ze hem
naar huis gestuurd hebben, dat vader
een jaar lang heeft moeten ploeteren
voordat hij alles weer voor elkaar had.
Maar als hij 't nu nog maar een poos kan
uitzingen op zijn manier dan altijd
dan is h;j binnen en dan heeft hij ten
minste een onbezorgden ouden dag. Wat
de goeierd best verdient
„Daar twijfel ik geen oogenblik aan,"
zei George.
„De eenige moeilijkheid is 't geld. We
beginnen op ons tandvleesch te loopen.
Sobrero dat was de vorige president
had zoowat alles opgebruikt en de rest
heeft het rechtzetten van den boel opge
slokt. En dan is het leger er nog twee
honderd van de ergste bandieten, die je
ooit gezien hebt, in uniformen uit de
een of andere opera-comique. Op het
oogenblik zijn ze zoo tam als wat, eten
uit je hand.omdat ze vrij regelmatig
betaald worden. Maar wanneer dat niet
meer gebeurt! En daar is kans op, Met
een beetje geluk kunnen we ze nog een
maand lang zoet houden, maar dan is
het uit. En wie het geld heeft, heeft het
legerzoo zijn ze! En dat is het nu,
waarover het tusschen Smith en ons
gaat-"
„Smith?" vroeg mr. Todd. „Hoe zit
dat in mekaar? Zijn er in dat Guaya-
Guayac nou, u weet wel, alleen 'in
boorlingen of is het een soort depen
dance van het Vereenigd Koninkrijk?"
Miss Milligan glimlachte.
„Ze zijn in Guayacuador al moe als ze
geboren worden en zoo komt het, dat
iemand met een beetje pit de baas over
ze spelen kan. Vader en Smith hebben
pit genoeg voor een paar dozijn, anders
zijn er moeilijkheden. Smith is een En-
gelschman hij is na de revolutie ge
komen en sindsdien gebleven. En al dien
tnd heeft hij den boel zitten afkijken en
nu vader alles voor elkaar heeft, vindt
hij, dat hij nu best President kan wor
den. Ze zetten daar een revolutie op touw
om 'een bagatel 't zit hun, om zoo te
zeggen, in het bloed en er zijn er heel
wat bij die vader niet mogen. Op die
manier heeft Smith een aardige hoeveel
heid aanhangers gekregen. Maar hij
heeft geen geld en zoolang hij dat niet
heeft kan hij niets beginnen.kan hij
in de eerste plaats het leger niet krij
gen. En als hij het leger niet heeft.
„Hum!" zei Mr. Todd. „Dat klinkt als
een hoe-heet-dat-ook-alweer! Zoo'n din
ges!"
„Het doode punt," hiepl George hem.
„Of, 'n beetje deftiger: een impasse!"
„Niet heelemaal," zei Miss Milligan-
„Want vader en ik hebben nog een snaar
op onzen boog. Toen vader het president
schap van Sobrero overnam, heeft hij,
meteen, in één moeite door, zijn tegoed
op de bank overgenomen. Niet met So-
brero's goedvinden natuurlijk, maar dat
kon vader niet schelen. Dat tegoed be
stond niet uit geld, maar uit juweelen,
losse juweelen, ter waai'de van vijftig
duizend pond."
„Dan is de zaak opgelost," zei George.
„Met behulp van dat kunt u gemakke
lijk aan geld komen."
„Dat zou je denken, hè?" zei Miss Mil
ligan, „maar dat is niet zoo. Sobrero had
van 'die eigenaardige manieren! Wie
weet hoe hij aan die juweelen gekomen
is? Eén ding is zeker, hij heeft er nooit
item zooveel voor op een solide toonbank
voor neergeteld. Vader is er in Noord-
Amerika mee bezig geweest, maar de men
schen waren zoo nieuwsgierig, dat hij er
wel mee op moest houden. En daarom
ben ik nu hier."
„Hè," zei George. „Wat bedoelt U....7
(Wordt vervolgd.)'