NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Nr. 7063 EERSTE BLADDINSDAG 12 JANUARI 1932 60ste JAARGANG
ffiyAG PILLEN,
Buitenlandsch overzicht
LUCHTVAART
Postvluchten van en naar Indië.
De ramp van de Ooievaar.
De geest bij de Marine
De beroering in Britsch-lndië
China en Japan.
Het noodweer op Bali
FEUILLETON
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, Nederl. Oost en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.0, f 0.70,
f 1.—. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p. p. 6 ct.
ADVERTENTIEN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
DAWES' AFTREDEN
AANGEKONDIGD.
Na afloop der ontwapenings
conferentie.
Reuter meldt uit Washington: Dawes
heeft aangekondigd, dat hij na afloop der
ontwapeningsconferentie zal aftreden als
ambassadeur der Ver. Staten te Londen:
Dawes voegde er aan toe, dat hij naar
Chicago zou terugkeeren om zijn vroegere
functie van bankier te hervatten.
Men acht het aftreden in politiek op
zicht van buitengewoon groote beteeke-
nis, vooral in verband met een onlangs
gepubliceerd bericht, dat een aantal repu
blikeinen hem naar voren schuiven als
candidaat voor het presidentschap in
plaats van Hoover.
Het dept. van buitenl. zaken was door
het bericht volkomen verrast en heeft zijn
eedwezen uitgesproken, dat de aankondi
ging is geschied vóór de conferentie van
Genève.
moeilijk. Hij moet verhinderen, dat zijn
toestemming voor het aanblijven van
Hindenburg wordt uitgelegd als een vo
tum ten gunste van het kabinet-Brüning,
dat hij voortdurend scherp heeft bestre
den. Het is daarom te verwachten, dat
Hitler's stem voor Hindenburg gepaard
zal gaan met een nieuwen scherpen aanval
tegen Brüning.
Anderzijds heeft het beroep, dat Brü
ning op Hitier heeft gedaan, diens positie
geweldig versterkt. Hij, de staatlooze, die
nog kort geleden in regeeringsverklarin-
gen als een gevaarlijk revolutionnair werd
gebrandmerkt, is bij rijkskanselier Brü
ning ontboden om een doorslaggevende
stem uit te brengen over het hoogste ambt
in de republiek.
Daardoor is de nationaa 1 -soeia 1 istisc-he
beweging voor het eerst erkend als een
voorname factor in de Duitsche politiek.
Waarschijnlijk staan vele stappen, die de
rijkskanselier in den loop der laatste we
ken heeft gedaan, in nauw verband met
dezen toenemenden invloed der nationaal-
socialisten op den gang van zaken.
Juist in de techniek van het vliegen valt
er nog veel te leeren; wie dit niet wil,
stelt zich aan de onwillekeurige ondervin
ding ervan bloot, die op schade voor hem
zelf en anderen kan uitkomen. Gegeven
de mentaliteit, die uit de beschouwing van
het „Volksblad" spreekt, zou het nog wel
kunnen gebeuren, dat ook het met opge-
duld verbeide rapport van dr. Groeneveld
Meyer, gesteld dat dit tot dezelfde con
clusie mocht komen als het Siameesche,
gedisqualificeerd moet worden, alleen van
wege de vooropgezette meening, dat dè
piloot niet gefaald kan hebben!
De beschouwingen van het
„Volksblad".
In verband met de, in het nummer van
Zaterdag weergegeven beschouwingen van
het „Volksblad" over de ramp van de
„Ooievaar" te Bangkok, verdient het op
merking, schrijft de „Nw. Rott. Crt.", dat
in de commissie van onderzoek, wier rap
port door het „Volksblad" min of meer
wordt gewraakt, o.a. de Canadeesche
luchtvaartspecialiteit Jackson, die met de
organisatie van het luchtvaartverkeer in
Siam belast zijnde, te Bangkok vertoeft,
zitting heeft gehad. Wat hem betreft zal
de commissie dus niet geheel en al zóó
ondeskundig geweest zijn als het „Volks
blad" te verstaan geeft.
Wat het starten met het geopende nood-
luik betreft, moge er op gewezen worden,
dat, zooals eerder is meegedeeld, op Schip
hol, onder toezicht van den Rijksstudie
dienst voor de Luchtvaart, proeven zijn
gedaan met een vliegtuig van hetzelfde
type als de „Ooievaar" en even zwaar
beladen, dat het noodluik geopend had.
De piloten Smirnoff en Frijns konden het
niet van den grond krijgen. Hiermee werd
het inzicht van de technische deskundi
gen omtrent den invloed van het geopen
de luik op het hefvermogen van het vlieg
tuig volkomen bevestigd. Dergelijke proe
ven zijn, naar wij meenen te wéten, ook
op Waalhaven verricht door den heer
Guillonard, chef van den vlieg-techni-
schen dienst en in het laboratorium van
den Rijksstudie dienst met hetzelfde
resultaat.
Het schijnt dus wel eenigszins licht
vaardig geoordeeld te zijn wanneer zegs
lieden van het „Volksblad" de theorie van
het geopende noodluik bloody nonsense
noemen; de bewering, dat elke piloot van
de K.L.M. onmiddellijk bereid i$ met ge
opend noodluik te starten, zal in dezen
zin opgevat moeten worden, dat zij slaat
op de piloten, die het nog niet geprobeerd
hebben en zich blijkbaar van den invloed
van het luik geen rekenschap geven. Na
de ondervinding door twee bekwame
piloten van de K.L.M., die door hun col
lega's wel niet gedisqualificeerd zullen
worden, opgedaan, lijkt het niet waar
schijnlijk, dat zij waargemaakt kan wor
den.
Het noodluik kan, volgens de zegslie
den van het „Volksblad", de oorzaak van
de ramp niet geweest zijn; met de bela
ding van zijn toestel kan de verongelukte
bestuurder geen fout gemaakt hebben
hoe men dit zóó zeker weet, wordt niet
meegedeeld aan het starten met den
wind mee kan het evenmin gelegen heb
ben op het foutieve hieromtrent in de
beschouwing van het „Volksblad" is de
aandacht reeds gevestigd en dus tast
„men", volgens het „Volksblad" nog in het
duister omtrent de oorzaak van het onge
val en wacht met ongeduld het rapport
van dr. Groeneveld Meyer af. Eén ding
staat echter reeds vast: de piloot moet ge
rehabiliteerd worden. Hij mag dus geen
fout gemaakt hebben, in welk opzicht ook.
Dit uitgangspunt lijkt ons verkeerd. Er
is iets sympathieks in het esprit de corps,
dat een verongelukten collega de hand
boven het hoofd houdt, maar dit streven
wordt bedenkelijk, wanneer het objectie
ve waarnemingen eenvoudig ontkent en
een rapport, dat door zijn zakelijke inklee
ding vertrouwen wekt, voor waardeloos
verklaart, alleen zijn doel te bereiken.
TERUGROEPING VAN MILTAIRE
ATTAOHE'8.
Het ernstige conflict in Mantsjoerije.
De Amerikaansche nota over Mantsjoe
rije is volgens een N.T.A.-bericht uit To
kio, op het departement van buitenland-
sche zaken aldaar, koel ontvangen.
Men verklaart, dat de nota met haar
beroep op het verdrag van Kellogg, aan
de fictie van de politieke en administra
tieve eenheid van China en het verband
met Mantsjoerije vasthoudt. Deze eenheid
heeft in feite sinds Tsjang Tso-lin niet
meer bestaan, daar Mantsjoerije steeds
slechts in naam onder de regeering te
Nanking ressorteerde. Bovendien is de
verdringing van Tsjang Hsoe-liang en zijn
bewind uit Mantsjoerije door Japan oor
spronkelijk niet bedoeld. Dit is integen
deel pas gedurende de laatste maanden
geschied tengevolge van de weigering
van China om het conflict door directe
onderhandelingen op te lossen en tenge
volge van de voortzetting der anti-Japan-
sche agitatie door het intusschen ineen
gestorte bewind te Moekden.
Bezuiniging.
De Argentijnsche regeering heeft uit
bezuinigingsoverwegingen de militaire
attaché's uit Frankrijk, Spanje, Japan,
Italië, België, Peru en Columbië terug
geroepen. De militaire attaché's in Enge
land en Duitschland blijven op hun post.
De Argentijnsche delegatie voor de
ontwapeningsconferentie heeft zich onder
leiding van den vroegeren minister van
buitenlandsche zaken Bosch, naar Bor
deaux ingescheept.
De Marine-bonden denken niet
aan eenijg verzet tegen de salaris
verlaging. De geest op de
vloot ls uitstekend.
De secretaris van de Marinebonden te
Soerabaja verklaarde in een interview
dat het personeel, in de Marine-bonden
georganiseerd, zijnde 80 pet. van het to
taal, geen enkele onwettige of onkrijgs*
tuchtelijke actie zal voeren tegen de
salarisvermindering. Het marineperso-*
neel denkt niet aan eenig verzet.
De commandant der Marine te Soera
baja verklaarde, dat de geest op de vloot
uitstekend is.
Ansari krijgt zes maanden
gevangenisstraf.
Ansari, de voormalige president van
het Al-Indische congres, die pas gevan
gen is genomen, is veroordeeld tot zes
maanden gevangenisstraf.
Een communist verbannen.
Roy, het hoofd van de Britsch-Indi-
sche communisten, beklaagd van samen
zwering tegen de regeering, is veroor
deeld tot 12 jaar verbanning.
De opmarsch der Japanners.
Het Japansche oppercommando deelt
mede, dat de Japansche troepen Zaterdag
hun opmarsch naar Peking hebben voort
gezet. De steden Itsjou en Tsinsi zijn door
de Japansche troepen bezet.
De Japansche opmarsch naar
Charbin.
De Japansche troepen rukken, volgens
een bericht van de Exchange Tel. Cy., van
Kirin naar harbin op. Een Japansch vlieg
tuig-eskader heeft de stad Woetsjang
Yoesjoe (op 150 'km van Charbin) gebom
bardeerd.
Aneta-Holland meldt:
Het departement van koloniën deelt
mede, dat van den gouverneur-generaal
van Ned.-Indië de volgende telegrafische
berichten zijn ontvangen betreffende het
noodweer, dat onlangs op het eiland Bali
heeft gewoed:
I. „Resident Bali seinde: Westelijk ge
deelte Bali en Djembrana door hevigen
storm en bandjir 3 dezer ernstig geteis
terd, vier nieuwe bruggen weggeslagen
in weg DjembranaTabanan, isolatoren-
buis telegrafische verbinding Java weg
gespoeld, totale schade wegen, bruggen
en telefoon voorloopig geraamd twee ton.
Menschenlevens en verlies van vee valt te
betreuren, tot dusver drie lijken gevon
den".
II. Resident Bali seint heden (8 dezer)
nader: Persberichten onverantwoordelijk
overdreven, van schrikkelijk noodweer
gisteravond geen sprake, schade aan
sawahs niet noemenswaard, omgekomen
personen tijdens reeds gerapporteerde
bandjirs, tot dusver bekend slechts vier,
één meer dan te voren gemeld. In zekeren
zin ook tevoren van noodweer geen
sprake, door zwaren regenval in het ge
bergte buitengewone bandjirs veroor
zaakt, waardoor slachtoffers verrast eri
vier permanente bruggen vernield tus-
schen Tabanan en Djembrana, twee hou
ten bruggen tusschen Djembrana en Gili-
manoek; binnen 10 dagen ook hier ver
keer weer mogelijk. Te Benoa een zinken
loods door wind ingedrukt. Storing tele
foon en telegraaf door omgewaaid ge
boomte, jaarlijks in Westmoesson bosch
gedeelte voorkomend. Na Zondag tot dus
ver niets bijzonders; weder blijft buiig,
echter normaal; alle telefoonverbindingen
en telegraafverbindingen reeds Zaterdag
weer hersteld. Asverkeer, behoudens weg
geslagen bruggen, weder geheel normaal.
Oostenrijksche nationale trots.
Ik zal een communiqué aan de bla
den zenden: De Oostenrijksche shilling
is met de Engelsche shilling op geenerlei
wijze identiek....
(„Götz).
De nieuwste situatie in Oost-Azië.
ONGEVEER EEN HALF MILLIOEN
WERKLOOZEN MET STEUN-
UITKEERING TE BERLIJN.
zijn Inderdaad het meest
ideale middel ter bevorde
ring van een normalen
stoelgang. Gemakkelijk in
te nemen, aangename
smaak, verwekken geen
krampen.
f 0.65 per flacon.
George deed z'n mond open, deed hem
weer dicht, gebaarde hulpeloos, sprong
opeens op er. rende de kamer uit.
Carmencita keerde zich, een en al ver
bazing, naar Mr. Todd.
„Jullie lijken wel niet goed wijs!....
Wat is dat allemaal opeens! Heilige Mo-
zes! Iemand die me niet kende zou den
ken dat ik iemand vermoord had of.
Ze maakte haar zin niet af, omdat op
dat oogenblik George in de deuropening
verscheen. Genoemd jongmensch zag er
uit als iemand, die in een toestand van
wat je „de hoogte hebben" noemt tegen een
lantaarnpaal opgeloopen is. Zijn gezicht
zag lichtelijk groen, zijn oogen puilden
uit, zijn onderkaak zat op een plaats twee
centimeter lager dan waar hij hoorde.
Tusschen duim en wijsvinger van zijn
rechterhand bengelde een groote warm
waterkruik, een zak van gummi met een
keurige, rood-flanellen huls. Hij Geor
ge zocht steun bij den deurpost en
keek Carmencita met groote, glazige
oogen aan.
„Wat mankeert jou, George?" vroeg
de jonge dame in quaestie, geprikkeld.
„Wat b.
George steunde en schudde de kruik
dwaas-hulpeloos heen en weer.
„Ze ze zi,jn er n i e t," hakkelde hij.
„Wat zijn ze er n i e t!" viel Carmen
cita uit. „En ik heb ze zelf erin ge
stopt.... Hoe...."
George steunde nogmaals en wankelde
de kamer in.
„Ze zijn weg.naar Somerset," zei hij.
ren vallen.
„In een van de gummi-kruiken!" her
haalde Mr. Todd, dan suffig.
Carmencita knikte opgewonden-blij.
„Ik heb ze er een voor een ingestopt.
U kunt 'em gewoon aan den knop van uw
bed laten hangenniemand komt erop
om ze daar te zoeken, 't Is nog beter dan
een safe."
„Zoo, vin-je", zei Mr. Todd, obstinaat.
„En hoe mot 't dan met me kouwe voe
ten? As je 't mijn vraagt.... Gommie!"
Hij br; z'n zin middenin af en keek
George met een eingenaardige uitdruk
king op z'n vollemaansgezicht aan.
„Hèwees nu niet zoo kinderachtig,
Mr. Todd!" zei Carmencita verwijtend,.
„U kunt toch altijd de andere gebrui
ken U heeft er toch geen twee noodig,
is 't wel?"
Uit den mond van George A. M. Carr
kwamen een serie onsamenhangende
klanken, die zich in één volzin oplosten.
„De., de., an.andere! In welke van
de twee heb je ze gestopt?"
„In welke? Net of ik dat weet! Ze zijn
allebei precies hetzelfde. Toen jullie thuis
kwamen zag ik, dat jullie er twee gekocht
hadden en toen heb ik de steenen in een
van twee *ont.. Je kunt ze gemak
kelijk genoeg voelen zitten en dan kan
hü de andere gebruikenDat is toch zoo
gewoon als wat. zou ik zeggen."
Mr. Todd zat als een visch op het droge
naar lucht te happen. Hii probeerde een
paar maal op te staan, maar viel telkens
weer terug.
„Ga kijken, jong.." verzocht hij zijn
hulp op zijn pleziertochtjes zwakjes.
„Die zien we niet voor over een uur of
twee terug. Dat haar-opmaken tegenwoor
dig heb wat voeten in de aarde. Ik bin elke
dag-die-God-geeft dankbaar, dat tik.
Gom! Kijk daar is!" Hij gebaarde met z'n
eene hand. groot en massief als die van
een slager, naar z'n slaapkamer, waarvan
de deur wat erg wijd op een kier stond.
Door dien kier zag men een voeteneinde
van een bed, waaraan door iemand, met
een oog voor symmetrie, twee groote
rood-gummi warmwaterkruiken, ieder aan
een kant, waren opgehangen.
„Buitengewoon aardig gevonden", zei
George goedkeurend. „De hand eener
vrouw! Voor alles een plaatsje en bijna
alles op z'n plaats."
Mr. Todd grinnikte.
„Ze is in elk geval opeens erg bezorgd
voor me welzijn. Maar daarom zullen we
jouw tante Helen toch maar niet met
kouwe voeten laten zitten."
Hij sjokte de slaapkamer binnen en
kwam even daarna met een van de gummi
kruiken weer terug. „Wel bedankt", zei
George. „Dan verdwijn ik nu maar meteen
eventjes naar beneden om 'm te laten
wegsturen."
Blijkbaar verstond Mr. Todd de kunst
om den tijd, noodig voor het reconstruee-
ren van een jongenskop, te schatten. Het
duurde bijna een uur, vóór Carmencita
naar het uiterlijk dezelfde van vóór de
operatie van de plechtigheid terug
kwam. Bij haar binnenkomen knikte ze
Mr. Todd voldaan toe en liet zich met een
zucht van tevredenheid in een van de
fauteuils neervallen.
„Je hoeft niet te wachten, F.—S.", zei
George.
Fanshawe—Smith keek hem een kwart
minuut zwijgend aan, dan knikte hij en
stond op.
„Ik was bang dat jullie niet voor rede
neering vatbaar zouden zijn", zei hij
kalmpjes. „Jullie zijn zoo koppig als muil
ezels. Enfin, ik heb m'n best gedaan, en
best gedaan is al gedaan. Goeden middag,
Mr. Todd. Ik hoop, dat de Byng-deuk niet
permanent moge zijn. O ja, wat ik zeggen
wou, vriend Carr ik moet je van Ted
de complimenten doen en je bij deze me-
dedeelen, dat hii .ie den volgenden keer
levend hoopt te villen. Ik zal natuurlijk
alles doen om hem te kalmeeren, maar een
mensch is maar een mensch. Au revoir,
messieurs!" Hij zette zijn hoed onder den
hoek die op dat oogenblik mode was, op,
knikte Mr. Todd en George glimlachend
toe en wandelde elegant-langzaam weg.
Meer dan een halve minuut lang bleven
de twee afgezanten van Carmencita staan
of ze in zoutpilaren veranderd waren. Mr.
Todd was de eerste, die meer contact met
de werkelijkheid kreeg.
„Gommenikkie.die snuiter hiepno-
tiseert je gewoonweg! Ik had zoo'n boel
te zeggen en ik heb me mond niet open
gedaan, eigenlijk geen gelegenheid voor
gehad."
„Ja, hij is welbespraakt", zei George.
„Enfin, laten we teruggaan en verslag
uitbrengen."
Maar toen ze in de zitkamer kwamen,
was er geen Carmencita te bekennen. Mr.
Todd knikte als iemand, die er alles van
begreep.
door
K. R. G. BROWNE.
24)
„Ten eenendeele haar mijn excuses
over mijn schijnbare onbeleefdheid van
vannacht te maken, ten anderen deele
haar er van op de hoogte te brengen, dat
ik hetzelfde bij de eerste de beste ge
schikte gelegenheid weer denk te doen
tenzij ze op een aanbod van mij in
gaat en ten derden deele haar ge
noemd aanbod te doen."
„Doe het ons maar," zei Mr. Todd.
„We zijn er toch ook in betrokken".
Fanshawe-Smith keek hem met een
humoristische tinteling in zijn oogen aan.
„Dat begin ik te merken. Een zeer prij
zenswaardig standpunt. In voorspoed en
tegenspoed, enzWel, doe Carmencita
mijn complimenten en zeg, dat ik met
haar wil onderhandelen. Als ze toestemt
is mijn voorstel dit: we verkoopen de ju-
weelen, deelen het bedrag dat ze opbren
gen en zetten den oorlog op den gebrui-
kelijken voet voort. Geen schakerijtjes
meer alleen politiek. Zij heeft dan ge
noeg om haar leger te betalen en ik heb
genoeg om me een leger aan te schaffen.
Een sportief aanbod, als je 't mij vraagt.
Ik zal hier wel even op haar antwoord
blijven wachten."
(Wordt vervolgd.)