POPULAIR. öyVO C|)S E^Ltvahdë, HElJDËRiS CHEü, COURAH.T
Het New-Yorksche societyleven en de crisis.
VAN ZATERDAG 27 FEBR. 1932. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN)
528
TWEEDE BLAD.
Een merkwaardige
Postdienst in Ecuador.
Voor en tegen mechanische
muziek.
Men legt het zeil.
Versobering der festiviteiten.
New-York, Febr. 1932.
Wellicht meer dan ergens anders
ter wereld gaan te New-York de aller-
hoogsten, de niksten der rijken, onder
de depressie gebukt. De „society" heeft
haar basis onder zich voelen wegglij
den. Jarenlang was het een stevige
basis, waarvan het eene uiteinde in
Wallstreet, het andere in de million-
nairs- en milliardairspaleizen van de
5-th Avenue rustte. In het beursgebouw
van Wallstreet ontmoetten de mannen
elkaar in dagelijks weerkeerenden, vaak
profijtelijken strijd'; de 5-th Avenue
vormde het strijdperk voor hun vrou
wen en dochters. En de slag woedde
er niets minder fel dan die, welke tus-
schen de zuilen en in de zalen van het
beursgebouw werd geleverd.
Zoover, dat aan alle feestelijkheden
een einde zou zijn gekomen, is het nog
niet en den taaien aard van den busi-
ness-Amerikaan kennende, kan men
ook gerust aannemen, dat deze calami
teit zich nimmer zal voordoen. Maar
tv.ee dingen vallen toch wel duidelijk
te constateereneen toenemende ver
sobering bij het geven van partijen en
het binnendringen in den voorheen
exclusieven kring van „upper 400" van
nieuwe rijken. Want het spreekwoord:
„De een z'n dood is de ander z'n brood!"
geldt ook in Amerika hier wellicht
nog scherper en vooral bruter dan er
gens anders ter wereld.
De versobering in de festiviteiten
treedt in de eerste plaats bii de debu
tantenpartijen aan den dag, dat zijn de
feestelijkheden, waarop de millionnairs-
doehters voor de eerste maal haar in
trede in de society doen. De Amerikaan-
sche Sunday papers bevatten wekelijks
de glimlachende foto's dezer schoone
en rijke jongedames, die dezen dag met
even groote angst en beven tegemoet
zien als haar Engelsche zusteren; wan
neer deze in urenlangen optocht in
schittering van diamanten en diademen
naar Buckingham Palace rijden, om er
den koning en koningin te worden
voorgesteld, waarmede zij tevens haar
intrede doen in de society varr het Brit-
sche Empire.
Zooals gezegd, in Amerika hebben
juist deze debutantenfeesten een sterke
inkrimping ondergaan, want vele der
allerbekendsten hebben zich vrijwel
geheel uit de society teruggetrokken
en in plaats daarvan hun aandacht ge
wijd aan liefdadigheidsfeesten. In plaats
van de geweldig uitgebreide diners met
bal na, waarbij een paar duizend gasten
plachten aan te zitten en die gemeen
lijk één- tweehonderd duizend dollars
kostten, geeft men nu thé's dansants
en soupers, teneinde althans nog iets
te doen. Wat het liefdadigheidswerk
betreft, heeft een aantal vooraanstaande
jongedames zich aaneen gesloten tot
„Junior League", die haar aandacht
speciaal den werkloozen ten goede wil
doen komen. Statistici hebben becijferd,
dat hetgeen thans aan hotelrekeningen,
bloemen, muziek, enz. wordt besteed,
hoogstens 50 van vroeger jaren be
draagt.
Geleidelijk is het ook tot de hoogste
standen der Amerikaansche samenle
ving doorgedrongen, dat eindelijk op
doortastende wijze voor de millioenen
werkloozen behoort te worden gezorgd.
De vrouw van een der bekendste New-
Yorksche bankiers, tevens voorzitster
van de vrouwenafdeeling der commissie
tot steunverleening aan de werkloozen,
houdt iederen dag gedurende acht uur
zitting in een speciaal bureau. Een
stroom van honderden werklooze vrou
wen en meisjes komt er raad inwinnen
en solliciteeren naar de betrekkingen,
die het bureau te vergeven heeft. De
bedoelde bankiersvrouw meent, dat de
huidige depressie althans dat groote
voordeel heeft, dat zij ook eens den al
lerrijksten den grooten nood en de
enorme ontberingen doet kennen, waar
van zii het bestaan te voren maar nau
welijks hadden vermoed.
Daarentegen wil zij van bezuinigin
gen op het gebied van feestelijkheden
niets weten, daar hierdoor h. i. juist
diegenen wordien geschaad, die nu nog
een behoorlijk bestaan hebben, t. w.
kellners, modisten. leveranciers, bloe
misten, enz. „Het is waar", betoogde
zij onlangs tegen "een vertegen woordi-
ger der pers, dat onz groote luxe
vaak schril tegen den nood van het
huidig tijdsbestek afsteekt. Ik besef dit
heel goed! Maar ik houd mij steeds
voor oogen, dat wij, die nu eenmaal
over geld beschikken, ons levenspeil
zoolang mogelijk dienen te handhaven.
Uitsluitend om sentimenteele gevoelens
te bevredigen, de werkloosheid nog
meer vergrooten, heeft geen zin!"
Wij hadden het zooeven over de
„upper 400", daarmee doeende op de
indertijd door Ward Mc Aister, den
secretaris van mevrouw Cornelius Van-
derbilt, opgestelde lijst van hen, die
volgens Mc Alister uitsluitend waardig
dienden te. worden geacht, om tot de
society te worden gerekend. Als eerste
vereischte diende d'aarbii natuurlijk het
bezit van een stamboom, met behulp
waarvan het bewijs kon worden gele
verd, dat men afstamde van een der
eerste groepen Nederlandsche of Engel
sche immigranten.
Maar zooals reeds gezegd, deze gren
zen zijn geleidelijk vervaagd en thans
telt de New-Yorksche society duizen
den leden, van wie velen uiteraard vol
komen vreemd'en voor elkaar zijn.
Uit Guayaquil meldt men ons, dat
in Ecuador kort geleden een lucht
postdienst is geopend, die geheel eenig
in haar soort is. Het vliegveld te Quito,
vanwaar de vliegtuigen vertrekken,
ligt niet minder dan 3000 M. boven
den zeespiegel, en de geheele route
wordt afgelegd zonder één enkele tus-
schenlanding. Tusschenlandingen zou
den ook niet mogelijk zijn, want van
al de plaatsen, waar post wordt uitge
worpen, heeft er slechts één een vlieg
veld en wel Latacunga, de hoofdstad
der provincie Léon, die aan den voet
van den vulkaan Cotopaxi is gelegen.
100 K.M. ten Zuiden van Quito. De
meest afgelegen plaats op de route is
Tulcan, de hoofdstad der provincie
160 K.M. ten N.O. van Quito, bij de
grens van Columbia gelegen. Men laat
de mail vallen met behulp van kleine
parachutes. In de verschillende steden
ontvangt het publiek de brieven uit
Quito binnen de twee uur, doch het
antwoord op die brieven kan niet met
de luchtpost verzonden worden en
bereikt Quito dan ook na 2 tot 4 dagen.
De groote vlieghogte en het gemis
aan landingsterreinen maken deze
route tot een der moeilijkste op de
geheele wereld. Wanneer men de lijn
tot aan de kust uitstrekte, zou boven
dien op groote afstanden blind gevlo
gen moeten worden in verband met de
regens, die tusschen de kust en het
bergland bijna geregeld heerschen
tusschen 600 en 1500 M. hoogte. Toch
is het vliegtuig nog het beste ver
voermiddel in Ecuador, want de spoor
lijn gaat slechts tot Ibarra en of men
met een auto zoo ver kan komen hangt
geheel af van den toestand der wegen.
Een weinig regen maakt ze nog glad
der dan natte zeep, hoewel zij zeer
hard blijven; de bodem bestaat n.1.
grootendeels uit een zer-r hard'-3 klei-
soort, die cancagua wordt genoemd.
Windkracht 11.
„Wat zou je er van zeggen als we
eens naar beneden gingen voor een
partijtje billard."
(„Passing Show").
door
Prof. K. B. Jirak, Praag.
Br'onislav Hubermann, de
beroemde violist, heeft on
langs in een aantal Duitsche,
Oostenrijksche en Tsjechi
sche dagbladen een opzien-
wekkend artikelen-serie ge
schreven betreffende de cri
sis in de muziek en haar
gevolgen. Hubermann be
schouwt de Omroep als de
grootste vijand van den mu-
zikalen „dilettant". Prof.
Jirak heeft hierop het vol
gende commentaar gegeven:
De zeer interessante en ernstige
woorden van den genialen violist Hu
bermann verraden veel van hetgeen
men in de muzikale kringen van den
Omroep zegt en denkt. Slechts weini
gen kunnen het zoo helder en duidelijk
uitdrukken als Hubermann dit doet. En
om niet af te dwalen van Hubermann's
artikelen, verwijs ik in de eerste plaats
naar het feit, dat Hubermann zelf de
gedachten, die den Omroep in puncto
opvoeding en ontwikkeling ten gronde
liggen, volkomen beaamt. Ik kan wel
uit naam van alle programmaraden van
den Omroep en niet alleen van hier,
maar van alle Europeesche stations
spreken, met te zeggen, dat ons niets
aangenamer zou zijn, als wanneer wij
werkelijk goede kunstmuziek in den
aether zouden kunnen zenden. Daar
over zijn alle Omroepdirecteuren het
wel met elkaar eens. Helaas verlangt
echter de millioenenschare van luis
teraars niet zooals Hubermann
meent naar de „beste" muziek, maar
naar de slechte en zelfs naar de slecht
ste! Daarover zijn eveneens alle Om
roepdirecteuren van heel Europa het
roerend eens. De grootste misdaad van
den Omroep vindt Hubermann laten
wij het nu maar ronduit zeggen! het
feit, dat er grammofoonplaten van be
roemde musici worden afgedraaid, zon
der machtiging van den betreffenden
musicus en zonder dat deze daarvoor
een soort recht betaalt. Dit zou inder
daad een juridische kwestie zijn: het
zoogenaamde „droit d'éxécutant" heeft
zijn voorvechters en zijn tegenstanders,
maar voorloopig bestaat er nog geen
juridische basis, waarop men tot een
vergelijk kan komen. Het Tsjechische
wetboek staat er overigens gunstiger
tegenover dan b.v. het Duitsche, want
de officieele weergave van grammo
foonplaten brengt tenminste den musi
cus, die de plaat geproduceerd heeft,
iets in den zak, waartegenover hij in
Duitschland niets ontvangt.
Als ik in naam spreek van den Tsje-
door
FAY LAIRNED.
Peggy had heelemaal geen ervaring
op het gebied van flats. Ze woonde tot
dien tijd altijd op gemeubileerde kamers
en had zich voorgesteld, hoe heerlijk
het zou zijn, nu een eigen flat te heb
ben. In een onbedachtzaam oogenblik
had ze die gehuurd en werd de bewoon
ster van drie ineenloopende kamers,
boven in een flatgebouw. Een deel van
haar spaargeld besteedde ze aan het
overnemen van meubels van den vori-
gen bewoner en aan zeil, een keurig
linoleum.
Toen ze van haar woning bezit kwam
nemen, ontdekte ze. dat haar beneden
buurman een artistiek uitziend jong-
mensch was, met wild© haren. Hij
groette en lachte en Peggy groette ge
reserveerd terug.
Mijn naam is Dick ArchibaW, zei
hij. Ik schilder en ben van plan zoo
akelig beroemd te worden, dat ze nog
tijdens mijn leven elkaar in de haren
vliegen om mijn meesterwerken, terwijl
ik met superieuren glimlach duizenden,
wat zeg ik, millioenen guldens weiger
voor werk, dat ik zelf wil houden!
Peggy keek hem met opengesperde
oogen aan. Ze vond hem griezelig.
Ik heb den vorigen bewoner van
uw hol gekend, vervolgde Dick. Hij
vertelde me, voordat hü wegging, dat
hij u de vloerbedekking en nog andere
dingen had overgedaan. Wat een dwaas
heid om van dien jongeman, diie van
iederen smaak ontbloot is, iets over te
nemen, zelfs al zou je geld toe krijgen.
Peggy bevroor zienderoogen.
Kan ik u met iets helpen mis
schien? ratelde hij door.
Dank u, er komt een werkster, zei
Peggy ijzig.
Jawel, maar.
Neen, dank ui snauwde Peggy en
liep naar binnen.
Ongelukkigerwijze kwam de werkster
niet, een gewoonte van werksters als
je ze noodig hebt. Peggy toog zelf aan
het werk. Ze veegde en schrobde als
een stofzuiger en slaagde erin, van den
Augiusstal, die haar voorganger had
achtergelaten, schoone kamers te ma
ken. Daarop nam ze de afgrijselijke
vloerbedekking op en besloot zelf het
nieuwe zeil te leggen. Toen werd er ge
klopt. Het was haar buurman.
Ik hoorde u bezig, of beter ge
zegd, ik voelde u. Water, namelijk.
O, misschien heb ik wat gemorst,
zei Peggy stijfjes.
Ongeveer vier kubieke meter in
mijn nek, door de zoldering heen.
Spijt me, zei Peggy koud.
O, hindert niet. Water is gezond.
Wil ik u helpen met zeil leggen?
Dank u, ik kan best alleen.
De jongeman trok zijn wenkbrauwen
hoog op. En dat ouwe goedje? Waar
laat u dat? Ik weet iemand, die het wel
van u opkoopt en
Dénk u, snauwde Peggy, ik zal
het weggeven.
Aan wien?
Aan den aschman.
Dat is een man met een onaange
naam temperament. Laat mij
Goeden avond, zei Peggy.
O. goeden avond.
Peggy was niet gauw wanhopig, maar
ze werd het bijna, onder het leggen van
het zeil. Zelfs voelde ze berouw, den
zonderlingen buurman zoo te hebben
afgescheept. Binnen enkele dagen wist
ze, dat geen sterveling ter wereld bereid
was, haar van eenige rollen versleten,
leelijk zeil te verlossen. Tenslotte be
sloot ze, ten einde raad, het in stukken
te snijden. Ze was ermee bezig toen de
benedenbuurman aanklopte. Peggy had
hem kunnen vermoorden.
Hallo! Aardig nieuw linoleum, zei
hij opgewekt. Wat doet u met dat oude?