Schoonheidsleer S.UIIIIEWIISSER Zn. DE DOLENDE JUWEELEN. TOBRALCO NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Buitenlandsch overzicht. Motor-Races te Alkmaar Vijftig jaar tuberculose-bestrijding. 13 Nr. 7097. EERSTE BLAD ZATERDAG 26 MAART 1932 60ste JAARGANG De wrijving tusschen Engeland en Ierland wordt ern stiger - Frankrijk en het herstelvraagstuk. - De on verzoenlijke houding. - Nieuwe conferenties te Sjanghai. China en Japan. AUTOBUS DEN HELDER—ALKMAAR 2e PAASCHDAG VOLGBUS ZONDER STOPPEN 12.10 VAN HAVENHOOFD Dr. Robert Koch, de weldoener der lijders aan tering, diftheritis en cholera. in 50 dessins, kleur-eoht, - wasch-echt, 55 por el. De eerste waarschuwing. FEUILLETON u..,. leek ons om een tochtje te gaan COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.60; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen land f 2.—, Nederl. Oost en West-lndië per zeepost f 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.60 f 0.0, f 0. .0, f iModeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p. p. 6 ct. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTLBN: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction tekst) dubbele prjjs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 cL p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct. De wrijving tusschen Engeland en Ier land wordt steeds ernstiger en waar het tenslotte op uit zal loopen is nog niet te zeggen, maar De Valera is een man van principes, die niet gemakkelijk van stand punt zal veranderen. Wij hebben er Don derdag al op gewezen, dat het voor de Engelsche regeering allesbehalve aange naam is, dat zij bij de vele moeilijkheden, waarmee ze te worstelen heeft, nm weer dit onaangename probleem heeft gekregen. Het is natuurlijk nog mogelijk, dat De Valera bij ziin radicaal breken met Enge land, door afschaffing van den eed van trouw aan den koning, in eigen land op verzet zal stuiten. In dien zin liet zich Donderdag ook de Londensche corr. van de „Nw. Rott. Crt." uit. Hii schreef o. m.: Daar is nog geen be trouwbare meerderheid voor de verster king der afschaffing van Engeland door afschaffing van den eed van trouw aan den koning, die de parlementsleden moe ten afleggen bii het aanvaarden van hun ambt. Maar De Valera is in ieder geval vastbesloten te probeeren, hoever hii gaan kan op de twee hoofdpunten van zijn pro gram: de afschaffing van dien eed, en sta ken van de betaling der annuïteit van 3.000.000, die de Iersche boeren moeten opbrengen op grond van de regeling van het landbezit in Ierland, die tusschen de Engelsche en Iersche regeering tot stand is gekomen. Het laatste punt is daarom het minst belangrijke. Juridisch is de constructie er van re er eenvoudig. Het recht der Engel- echen is zeer duidelijk. De geldelijke ver plichting zal door iederen rechter grif worden erkend. Het helpt niet met de on sympathieke, historische praemissen der schuld aan te komen; de plicht tot betalen Is in den jongsten tijd aangegaan, en geen juridisch beoordeelaar van een dergelijke schuld zal zich kunnen bezig houden met oeroude, bij gemeenschappelijk overleg geliquideerde feiten uit een ver verleden. ïn ieder geval is deze schuld niet van principieel politiek belang. Heel anders staat het met den eed. Dit is een kwestie met in de politiek zoo ge wichtige symbolische beteekenis. De wijze waarop Thomas, de Britsehe minister voor dominions, dit zich ontwikkelende geschil In het parlement ter sprake heeft gebracht, toont roods hoe ernstig men te Londen het karakter ervan inziet; niet om den eed zelf, maar om de betooging. die het af schaffen ervan zou vormen. Het belangwekkende van het geval is, dat dit geschil, als het uitgevochten wordt, niet het karakter kan behouden van een Engelsch-Iersche aangelegenheid, maar van zelf een imperiale aangelegenheid, moet. gaan vormen. Er wordt op gewezen, dat Engeland niet het recht zou hebben deze aangelegenheid eenzijdig af te doen door van eenig machtsmiddel gebruik te maken; het geschil zou voor het Rijks- tribunaal moeten worden gebracht, dat ter beslechting van oneenigheden tusschen de leden van het Britsehe Rijk in 1930 is in gesteld. Werd een Rykstribunaal voor deze aan gelegenheid bijeengeroepen, dan zou het vraagstuk van de hechtheid van den band tusschen de deelen van het Rijk op eens weer in debat worden gebracht. Hoe min der daar over gesproken wordt, des te aan genamer zal men het te Londen en in de hoofdsteden der meeste dominions vinden. Het standpunt van Frankrijk ten op zichte van het herstelvraagstuk is op deze plaats al meermalen uiteengezet en men weet dus hoe onverzoenlijk de Fransehe regeering is. Van een kwijtschelden van de schulden wil men niets hooren en zon der die kwijtschelding is voor Duitschland geen economisch herstel mogelijk en zal er niet die verstandhouding komen tus schen Frankrijk en Duitschland, die voor den vrede wenschelük en noodig is. Tijdens het begrootingsdebat in den Franschen Senaat heeft Donderdag de mi nister van financiën b.v. gezegd: Over de herstelpolitiek van Frankrijk kan gezegd worden, dat het zich aan de conclusies van de Bazelsche deskundigen houdt, die verklaard hebben, dat het af zien van de herstelbetalingen alleen kan beteekenen, dat de lasten op andere schou ders worden gelegd. Wij kunnen ook niet vergeten, vervolgde Flandin. dat Frank rijk de kosten van den wederopbouw van zün verwoeste gebieden heeft moeten voorschieten. De heele wereld erkent, dat zelfs de schrapping van de herstel- en oorlogs schulden de oeoononüsche crisis niet zou kunnen oplossen. Een algemeene oplos sing is noodig en men zal tot politieken opbouw moeten komen. In de eerste plaats moet het credliet op langen termijn her steld worden en om dat te bereiken moe ten de aangegane verplichtingen geëerbie digd worden. Verder is een bepaalde «eco nomische politiek noodig. Het autarebi- sche regiem is een crisisregiem, dat de openbare financiën op tweeërlei wijze treft. Frankrijk staat in de wereld niet als on verbiddelijk sChuldeischer, maar alle con structieve initiatieven moeten tezamen komen. Nieuwe conferenties te Sjanghai. Laat ons tenslotte onzen blik nog naar China wenden, waar ondanks de spanning tus schen de Japansche en Ohineesche ver tegenwoordigers het den buitenlandsehe diplomaten gelukt is Donderdag twee be middelingsconferenties tot stand te bren gen. De besprekingen hadden plaats in het Engelsche consulaat onder voorzitter schap van den Engelschen gezant, Sir Mi- les Lampson en in aanwezigheid van den Amerikaansehen gezant, benevens Fran sehe en Italiaansche consulaire ambtena ren. Van Japansche zijde waren o. a. de Japansche gezant en generaal Uyeda te genwoordig, terwijl de Ohineesche regee ring den Chineeschen minister van bui tenlandsehe zaken en generaal Hoeang- tsiang als gevolmachtigden heeft ge zonden. De conferenties hebben verscheidene uren geduurd, maar definitieve overeen stemming is nog niet bereikt, In een communiqué, dat over de confe renties werd gepubliceerd, wordt gezegd, dat men wederziidsch contact heeft ge zocht. Terwijl echter de Engelsche gezant optimistisch biiikt te ziin over de kansen op een definitieve regeling, geven de Ohi neesche vertegenwoordigers uiting aan hun algemeene ontevredenheid over het ver loop der besprekingen. Vierduizend man Japansche af lossingstroepen te Woosoeng ge land. Van Japansche zijde wordt officieel me degedeeld, dat Woensdag vierduizend Ja pansche soldaten te Woosoeng zijn ge land om de 24ste Japansche brigade af te lossen, die op 31 Maart uit Sjanghai ver trekt. De nieuwe Japansche troepen zijn voorzien van tanks en waren tot nog toe te Dairen in garnizoen. Generaal Wang keng terecht gesteld. Generaal Wang keng, die heeft deel genomen aan den strijd tegen de Japan ners, rondom Sjanghai, doch naderhand ervan beschuldigd werd den vijand in lichtingen over het Ohineesche leger en de Ohineesche stellingen te verschaffen, is door den Krijgsraad ter dood veroor deeld en terechtgesteld. door Dr. H. Westermann. Gaan wij even terug naar 24 Maart 1882. De kleine gehoorzaal van het Berlijn- sche physiologische instituut is tot op den laatsten plaats bezet. Rudolf Virchow, Paul Ehrlich, alle Duitsche geleerden van wereldbekendheid, hebben van hun be langstelling blijk gegeven door persoon lijk aanwezig te zijn. Een kleine, schijn baar onbeteekenende man, met een mooi, hoog voorhoofd en een dikke bril voor de Gave, zacht, fraaie handen bij dagelijksch werk zijn alleen mogelijk, wanneer U zich tot gewoonte maakt Uw handen van tijd tot tijd met een weinig Purol in te wrijven. ROBERT ROCH kortzichtige oogen, staat op en gaat lang zaam naar het podium. Hij is geen rede naar, doch hij heeft een dik manuscript meegebracht. Het is echter schijnbaar niet geheel in orde, want hij moet eerst ver scheidene minuten er in bladeren, voor dat hij het begin gevonden heeft. Zijn stem trilt eenigszins, als hij begint met voorlezen, monotoon, zonder eenigen pathos. Maar uit ieder woord, dat hij voor leest klinkt zijn innerlijke opwinding. En deze opwinding doet reeds bij zijn eerste woorden haar werk bij de luisteraars, zij voelen het, zij ondergaan het: hier is een der grootsten onder hen aan het woord, deze dag beteekent e j mijlpaal in de ge schiedenis der geneeskunde, in de ge schiedenis der menschheid! Deze stille man, dr. Robert Koch, waar van enkele jaren geleden geen mensch iets af wist, van wien kort daarop de groote Pasteur geringschattend zeide: „Twintig jaar #oor zijn geboorte als we tenschappelijk man, heb ik reeds micro ben geïsoleerd en culturen daarvan ge kweekt", deze kleine man deelt de in gespannen luisterende schare geleerden mede, droog, zakelijk en met de beschei denheid van het ware genie, dat het hem gelukt is, de bacterie te vinden, die de oorzaak ervan is, dat ieder jaar één per soon van de zeven onder de vreeselijkste pijnen moest sterven: de tubercel-bacil! Hij maakt weinig ophef van de enorme arbeid, die hem tot dat resultaat heeft gebracht, hij spreekt niet over de geva ren, die hem dag en nacht omgaven. Zijn gevlekte, door het voortdurend gebruik van desinfectiemiddelen geheel gerimpel de handen slaan trillen blad na blad van het manuscript om. Alles klinkt nu zoo eenvoudig, zoo gemakkelijk, de weg is zoo recht, het resultaat zoo verbluffend ge woon. Maar hij en zijn beide trouwe as sistenten weten hoe hij jarenlang heeft onderzocht, hoe telkenmale mislukkingen en fouten een onmenschelijke hoeveel heid geduld en taaiheid vergden, hoeveel doornen het pad tot heden hebben be moeilijkt, maar ook zij alleen kennen het groote, gelukzalige gevoel, dat hen door stroomde, toen na deze jaren eindelijk een volkomen succes hun moeizaam werk bekroonde. Wat een fantastisch succes in dezen be trekkelijk korten tijd! 39 jaar is Robert Koch thans oud en nog circa vijf jaar ge leden was hij een onbekende boerenarts in een klein nest in Posen, waar hij den geheelen dag te paard van het eene dorp naar het andere reed om zijn patiënten te behandelen, steeds geplaagd door de kwelling niet ten volle te kunnen helpen, onmachtig te. zijn tegen vele ziekten. Hoe moest men tering, diphteritis, de pest ge nezen, als men de oorzaken er van niet kent? Dat klinkt ons thans onbegrijpe lijk in de ooren! En toch is het waar; een halve eeuw geleden hadden zelfs de meest beroemde koryphaeën der Medicijnen van de ziekten, de epidemieën en hun oorzaken, even weinig verstand als een natuurkundige uit dien tijd van de tegen woordige atoomtheorie! Kan men het een toeval noemen, dat juist deze kleine dokter in Wollstein een microscoop in handen krijgt, een instru ment, dat in de uitrusting van den prac- tischen geneeskundige uit die dagen be trekkelijk zelden voorkwam? Robert Koch begrijpt deze wenk van het lot, hij voelt instinctief, dat hij zich daardoor in de meest onwaarschijnlijke avonturen begeeft, welke de geschiedenis van den menschelijken geest kent. Maar hij aar zelt niet en grijpt de gelegenheid aan. Zonder systeem begint hij alles onder de loupe te nemen, wat hem in den weg komt. Moeizaam moet hij zich een metho de scheppen om met het instrument om te gaan. Maar spoedig weet hij de juiste belichting, kent hij de manier om de dunne glasplaatjes te steriliseeren. Lang zaam dringt hij in de geheimzinnige wereld van den microscoop binnen. Hij weet niet, dat er in Parijs een geniale scheikundige Pasteur woont, die reeds jaren er aan werkt een nieuwe wetenschap op te bouwen: de bacteriolo gie. Zoo is deze landdokter van de wereld afgesloten geweest! Alles, wat hij vindt, is het product van eigen hersenen en zijn eigen medelijdend hart. Al zeer spoedig neemt zijn „liefheb berij" grooteren omvang zijn. Hij begint zich een bepaald doel voor oogen te stel len. In de enkele minuten tusschen spreekuren en patiëntenbezoek wijdt hij zich daaraan: de ziekte der miltbrand! Juist in zijn streek richtte deze ziekte namelijk groote verwoestingen onder de veestapel aan. Hij bouwt zich een „labo ratorium", bestaande uit een hoekje van zijn cönsultkamer, dat met planken en gordijnen van de rest is afgeschoten, zonder licht, zonder lucht, zonder eenige inventaris dan een tafeltje, een stoel, een kastje en een microscoop. Daar bindt hij den strijd aan met den onzichtbaren, wreedén vijand, een strijd die naderhand zulk een omvang, heeft aangenomen, dat het een geheele levensvervulling van den dokter is geworden. Het is een geschie denis vol geheimzinnige, gewaagde avon turen, vol dramatische spanning, zooals slechts het leven zelf kan scheppen. Het duurde maanden, voordat Koch de Anthrax-bacil had gevonden. Een ander dan hij had deze voorbeeldige ontdek king reeds overal rondgebazuind. Maar voor dezen eoht-Duitschen stijfhoofd was het slechts een begin. Hij moest door gronden, dat deze microbe zich verme nigvuldigde, hoe zij in het dierlijk lichaam wist binnen te dringen, enz. Hij begint vanaf dien tijd zijn patiënten te verwaar- löozen, in zijn „laboratorium", waarin nog steeds eenzaam en alleen de microscoop troont, wemelt het van witte muizen, proef-objecten. Koch werkt koortsachtig, iedere mislukking is aanleiding voor hem een nieuwe, geniaal uitgedachte proef te nemen. En eindelijk is hij zoo ver: hij kan beweren en met recht, dat hij de eerste is, die het daadwerkelijk beivys heeft geleverd, dat de miltbrand inderdaad slechts door een enkel, micris- copisch klein diertje is veroorzaakt en hij kan tegelijkertijd den weg aangeven, volgens welke deze ziekte tegengegaan kan worden. Koch is 34 jaar oud, als hij het besluit neemt zijn resultaten te pu- bliceeren. Hii reist naar Breslau en de monstreert daar de kopstukken de me dische faculteit zijn heldere, logische experimenten. De groote revolutie der geneeskunde neemt op dezen dag een aanvang. Koch zelf moet echter nog vier volle jaren in het troostelooze Pcsensche nest verblijf houden, voordat de regeering hem een plaats inruimt in het Rijks-gezondheids- instituut. Hier kan hii eindelijk pas goed aan het werk gaan. Hier heeft hii mate riaal en instrumenten in overvloed. Het deert hem niet, dat men hem daarmede de lauwerkrans der beroemdheid op de slapen drukt, hii heeft slechts één doel voor oogen: Nu de ziekten der menschen te lijf te gaan, en in de eerste plaats de tering! Weer begint, evenals in de eerste dagen van Wollstein, een systematische onder zoeking. Thans echter beheerscht hij het technische materiaal beter dan ieder an- Verkrijgbaar bij: Let op naam op den zelikant Vraagt onze Stalen-collectie der. Maar ditmaal heeft hii met een minder onsohuldigen tegenstander te doen. De bacteriën willen en willen niet onder den microscoop. Zij blijven onder de scherpste lens onzichtbaar. Honderden onschuldige dieren moeten onder zijn handen het leven laten ten dienste der menschheid. Ein delijk brengt een toeval hem op de juiste methode, namelijk deze ondenkbaar kleine, doodbrengende organismen zoodanig te kleuren, dat men hen onder de lens duide lijk kan herkennen. Maar als nood zakelijke schakel in de levensketen van dezen kleinen, genieuzen man. De vreese lijkste vijand van den mensch is thans ge temd. Robert Kooh heeft hem uit zün schuilhoeken naar voren gelokt, nu be hoeft men slechts de methode te zoeken, volgens welke men hem kan vernietigen. Op den avond van den 24sten Maart 1882 vliegt telegrafisch de naam Koch over den geheelen aardbol. En hij, die het lot van tal van lijdenden in handen had, die thans de bewerker is van het levens geluk van vele medeschepselen, Robert Koch, hij bleef steeds de bescheiden ge leerde, die hü altijd was. Hü had reeds Wordt niet van kwaad tot erger! Die pijn in de lendenen die rheumatische pijnen, dui zeligheid en hoofdpijn en die nare urine- stoornissen waarschuwen u, dat de organen, welke het bloed dienen te filtreeren, verzwakt zijn. Zij toonen aan, dat urinezuur en andere onzuiverheden in den bloedsomloop blijven in plaats van met de urine uit het lichaam te worden verwijderd. Uitstel is gevaarlijk. Verwaarloozing leidt dikwijls tot rheumatick, ischias, spit, Maas- zwakte, waterzucht en andere ernstige kwalen. De ondervinding van duizenden dankbare menschen bewijst, dat de veiligste wijze tot versterking en ^opwekking der verzwakte or ganen bestaat in het gebruik van Poster'# Rugpijn Pillen. Dit speciale middel zal spoe- dlS"w1 gezondheid en kracht herstellen. Rij alle drogisten enz. i 1.75 per flacon. door K. R. G. BROWNE. 66) „Nog een halfje, Mr. Todd?.... Zoo mag ik het zien.En jij, jongmensch?. E11 nu moest ik eerst eens even naar den vriend buiten gaan kijken.als hij wak ker is wil hij allicht ook graag wat te drinken hebben." Geen van de drie aanwezigen bood aan met hem mee te gaan. Toen zijn kaars rechte figuur door de openstaande deuren verdwenen was, boog Carmencita zich naar George toe en begon gejaagd-fluis terend: „Zeg.. Smith heeft ze! Ze zitten in een van zijn zakken. Hij heeft ze gevonden en is ermee vandoor gegaan zon „er dat ik er iets aan kon doen. Maar wat is er met jullie gebeurd? Waarom liepen jullie met dien. George glimlachte een stralenden ge ruststellenden glimlach. „Wees gerust, Carmencita. De gerech tigheid heeft gezegevierd en de machten der duisternis zitten te tandenknarsen, j tenminste als ze tanden hebben om mee te knarsen. Zie..!" Hii visohte zijn opge-| vouwen zakdoek uit zijn zak en zwaaide hem voorzichtig heen en weer. Het ge- volg was.een welluidend gerinkel. „Goede genade," zei Carmencita. „Heb je ze weer terug! George, jy bent een. Wat George was kwam hij niet te weten, want juist op cat oogenblik kwam Sir John door de openslaande deuren weer binnen. George stopte haastig zijn zakdoek in zijn zak en Carmencita zette het beleefd-vriendelykc gezicht van iemand, die over het weer en soortgelijke onderwerpen heeft zitten praten. .Slaapt blijkbaar nog," kondigde Sir John aan. „Trouwens, 't beste wat hy doen kan.ziet er al een stuk beter uit. Alle kans dat hij weer heelemaal in orde is als hij wakker wordt.'n stevige hoofd-1 pijn uitgezonderd natuurlijk." 1 Zijn gasten hoorden hem zonder belang- stelling aan, hetgeen eenigszins zonder-1 I ling aandeed, in aanmerking genomen dat het een goede tijding was die hij bracht. Maar ten slotte ging het hem niets aan; misschien hadden ze onderweg ruzie ge had of iets dergelijks. Dus ging hy zit ten om zijn plichten als gastheer waarj te nemen. „Prettig dat u eraan gedacht heeft, om hier aan te komen" dit tegen George. „Zoo nu en dan wordt het hier wel wat saai. Deze eenvoudige opmrking scheen den corpulente» Amerikaan buitensporig te vermaken. „Saai!" zei hij. „Nou, zoo zou ik 't niet noemen naar wat ik der van gezien heb te oordeolen. George hield zijn glas tegen het licht, glimlachte apprecieerend tegen de kleur en zei: „Nee. wii hebben niet over saai te kla gen. We zy'n nu hier van gisteravond af en in dien tijd hebben we niet één ver velend moment gehad. Ik heb me zelden ergens zóó geamuseerd. „Ik vind het hier schitterend", zei Car mencita, „de omgeving! en het dorpje zelf al die kleine schilderachtige huis jes..! Zoo iets dergelijks krijg je, waar ik vandaan kom, alken op kalenders cf op van die pakjes met meel of zoo te zien, Brown's zelf rijzen bakmeel en de plaats 1 waar het verbouwd wordt, bijvoorbeeld." „En. waar is dat., waar komt u van daan, als ik vragen mag?" informeerde Sir John met nauw verholen nieuwsgie righeid. „Guayacuador.Zuid-Amerika." „Maar we vinden het niets erg, als u er nooit van gehoord heeft," zei George. „Dat heeft zoo ongeveer niemand." „Wel, dat 's merkwaardig," riep Sir John uit. „Guayacuador? Daar is mijn zoon juist op weg naar toe.of eigenlijk hij is op weg naar San Alario, maar dat ligt er vlak naast, hebben ze me verteld." „Ja, dat is zoo," zei Carmencita. „Van het raam van mijn kamer thuis uit garan deer ik, dat ik iemand, die op de grens staat, ne^en van de tien keer raak." Als een voorbeeld van een nieuw soort sport binnenshuis voor meisjes was dit iets nieuws voor Sir John. Maar hy ont hield zich van commentaar. „Wat een merkwaardige samenloop van 1 omstandigheden! Dat zal mijn vrouw inte resseeren. U meet weten cat ze denkt, dat de menschen in Zuid-Amerika den heelen dag niets anders doen dan op elkaar schieten en den heelen nacht niet anders dan madoline spelen. Als u wist hoeveel zorg die zich gemaakt heeft j „Ambieert uw zoon misschien ook het Presidentschap van het een of andere re- 1 publiekje?" vroeg George. „Dat is daar op een oogenblik een rage." „Nee. Hij is mynbouwkundig ingenieur. Hy is hier vandaan uitgestuurd om een groot mijnbedrijf vlak bij de kust te reorganiseeren." „Dan zal hij zelf in de eerste paats hard moeten aanpakken," zei Carmen cita eerlijk. Want .e „inboorlingen" van San Alario zyn van opinie, dat werken en zelfmoord plegen synoniem is. Niet," veegde ze er aan tcp, „cat ze bij ons in Guayacuador beter zijn." Sir John keek haar nadenkend aan. „Misschien zou u zoo vriendelijk willen zyn, Miss Milligan.O Helen! Kom binnen. Miss Pringle kwam op haar gewone, vlugge, energieke manier de kamer in, ging zitten en nam het gezelschap eens goed op. By het zien van Carmencita verhelderde haar gezicht. „Zoo, is het trio weer voltallig. Prettig, dat je er weer by bent, kind! Wat is dat, tusschen twee haakjes, een flatteuse hoed, die je daar op hebt!... En nu kom .lij aan de beurt, George. Wat kom je hier 0111 dezen tijd van het jaar doen? Wie zijn die vrienden van ie? Waarom heb je me niet behoorlijk laten weten, dat je van plan was te komen? Hoe. „Oeh..1" viel George haar haas tig in de rede, ...dat 's alles doodeen- voudig. in een pnar woorden uit te leggen, tante.. Mr. Todd is met verlof. vacantie zou je eigenlijk beter kunnen zeggen, hier en ik. nee. hij...ik bedoelehde beste of eigenlijk de prettigste manier om die vacantie door te brengenhy heeft een autoziet maiken. Engeland in de lente en vooral deze streek.begrijpt uenne. „Wat prettig voor jou, dat jij van de vacantie van een ander kunt profiteeren, George", zei miss Pringle. „Ik dacht „Ja, daar heeft u gelijk in.volko men gelijk in", ging George haastig voort. „En we maakten kennis met Car- men.miss Milligan bedoel in, en om dat die toevallig ook dezen kant uit moestvoor zaken, ziet-u.hebben we haar maar meegenomen...." „En het jongmensch op het terras, die met die buil.behoort die ook tot jullie gezelschap?" Ja.. zei George, .of eigen lijk nee Tante Helen schudde het hoofd. ,,'t Klinkt een tikje onwaarschijnlijk en heel erg onconventioneel. maar de opvattingen van het tegenwoordige jonge geslacht zyn mijn begrip alijd te boven gegaan.... Maar wat ik zeggen wou, Johnik zei toevallig tegen Mary, dat I miss Milligan ergens de naam was me ontschoten uit Zuid-Amerika af- komstig is en nu wil ze haar per se spre ken. Over Geoffrey, begrijp je... „Ik wou haar juist iets dergelijks vra gen", zei Sir John. „Zou u misschien zoo vriendelijk willen zyn, miss Milligan, om even naar mijn vrouw te gaan en haar wat geruststellends over Zuid-Amerika te vertellen? Als u haar zegt, dat er ten Zuiden van het Panamakanaal ook wel boorden worden gedragen en dat de meer ontwikkelde inwoners van San Alario gewoonlijk niet meer dan één moord per stuk op hun geweten hebben, helpt 11 ers al een heel eind. Geoffrey is onze eenige zoon, ziet-u, en...." Carmencita stond bereidwillig op ..Maar natuurlijk, Sir John. Als ilc iemand van dienst kan zijn.Trouwens, zoolang uw zoon zich buiten de politiek houdt, is de zaak gezond... „Dat treft dan, dat wij, Croydes," nooit politici geweest zyn," zei Sir John tevre den. „We hebben van alles in onze fami lie gehad, zelfs een struikroover, maar dat is dan ook de ergste afwijking van net rechte pad geweest'k Vind het buitengewoon vriendelijk van u Helen, wil jij miss Milligan even naar boven brengen?" I oen de dur zich achter Carmencita en haar begeleidster gesloten had, hief Sir John zyn glas op. „Ik drink op de gezondheid van Miss Milligan, San Alario, mynbouwkundig© ingenieurs en aanwezigen hier." Met den noodigen ernst werd deze toast gedronken. Maar toen Mr. Todd ziin tumbler, die nog maar half leeg was, wil de neerzetten, bleef hij inet zyn mouw aan een hoek van het tafeltje haken, met het noodlottige gevolg, cat een gedeelte, van °'ten kostbaren inhoud door de lucht vloog en zich over de linkerbroekspijp van George distribueerde. „Allemachies," zei de schuldige ver schrikt. „Neem me niet kwalijk, .iong." „Pas de quoi!" zei het jong. „Hy. mijn broek en ik, kunnen niet genoeg van de vloeistof absorbeeren. (Wordt v

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 1