'fllERiK HHUT TIKIIE tlTIHCIET TWEEDE EN LAATSTE BLAD. De strijd om de Woesoong- forten bij Sjanghai. VAN DINSDAG 29 MAART 1932. f 1.60 p8r H.L., franco thuis. Fa. H. BOOIJ ZOON De Paaschdagen. Gibbs zeep of pasta voor 't gebit, Houdt U gezond, Uw tanden wit, Verkeerslessen van de A.N.W.8. KONIJN'S TSieeworstjes IJl'TIG JARIG BESTAAN „O.K.K.". |n Crisistijd is kwatiteit goedkooper. Weer een gezellig feest. KONIJN'S Theeworstjes Licht op voor alle voertuigen: Wintertijd. Dinsdag 2i) Mrt18.55 uur Woensdag 30 18.57 DE INDISCHE MAIL. De boottrein van het ni.s. „Baloeran", dat Dinsdagochtend 7 uur te Marseille zal aankomen, zal Woensdag 0.28 uur te Den Haag H.S.M. arriveeren. „KERK EN VREDE". Op Donderdag 31 Maart a.s., des avonds om 8 uur 15 zal in U.S.O. voor de plaatselijke afdeeling van „Kerk en Vrede" spreken Dr. K. J. Moudius uit Rotterdam over het onderwerp: „Chemi sche oorlog en militaire voorlichting". De toegang is vrij. We verwijzen verder naar de adver tentie. „GOODWILL PAY". (Dag van goeden wil). Door liet Goodwill Day Comité ia Ne derland is na ontvangen adhaesiebetuigin- gen der jongeren het volgende adres aan de Ontwapeningsconferentie verzonden: De jongeren in Nederland, die door het Goodwill Day Comité op 18 Mei 1931 een Vredesboodschap aan de ieu.qd van alle landen der wereld uitzonden, zonden bij deze de aandacht van uwe Conferentie wil len vestigen op het feit, dat in vele landen de hoop der jonge menschen is gevestigd op de vervulling van hun aller wensch: Ontwapening. Ontwapening toch zal voor de jonge generatie beteekenen: de mogelijkheid, van nauwere internationale aaneensluiting, welke de oplossing van sociale en econo mische vraagstukken ten goede zal komen en welke goede politieke internationale verhoudingen zal mogelijk maken. De jongeren van vele landen staan ge reed voor dit schoone doel hun beste krachten te geven. De jongeren in Nederland spreken daar om hierbij den wensch uit, dat het slagen van uwe Conferentie de mogelijkheid voor hun medewerking voor den opbouw der nieuwe wereld naderbij moge brengen. ZANGVEREEN. „MORGENROOD". (Dir. de heer F. v. d. Mejj.) Men schrijft ons: Bovengenoemde zangvereeniging be staat 12 November van dit jaar 20 jaar. Daar 't plan bestaat dit feit eenigszins feestelijk te herdenken, is het gewenscht, dat er wat geld in 't laad je komt. Daarom zal op Zaterdag 2 April a.s. een soirée dansante gegeven worden. De verschil lende zangnummers zullen door een dansje worden afgewissled, terwijl dé Vereeniging zich de medewerking van een humorist heeft verzekerd. Door het koor zelf zal een muzizkale humoreske worden opgevord en zal o.a. gezongen worden de bekende wals van Joh. Straus „Aan de schone blauwe Donau" met pianobegeleiding. Op ruime schaal zullen ditmaal introducties worden uitgegeven, die bij de leden verkrijgbaar zijn, tegen betaling van 30 cent per persoon (belas ting inbegrepen), en zoo noodig 's avonds ana de zaal. 't Belooft een vroolijke avond te wor den. De pianobegeleiding berust in han den van mej. Corry Dol. Gaarne verwijzen wij naar de in dit blad voorkomende advertentie. Tel. 235 en 479 Na de meer officieele feestelijkheden van Zaterdag 19 Maart, gaf O.K.K. ter gelegenheid van haar vijftigjarig bestaan, jl. Zaterdag weer een feestavond, die een meer intiemer karakter had. Vorige keer waren er talrijke genoo- digden en officieele personen, thans I waren er alleen leden en vaders en moe ders van fle jongens- en meisjesklassen.1 De jongens en meisjes zelf waren ook present, Hoewel wij, uit hoofde van ons baantje, reeds talrijke malen in Casino zijn ge weest, herinneren wij ons niet, daar ooit zulk een drukte te hebben medegemaakt, i Niet dat wij daar nog nooit zoo'n groot aantal menschen hebben gezien, al was j er nu ook een respectabel aantal, groot j en klein; maar wij bedoelen hier de| drukte door dezen teweeggebracht, welke drukte hoofdzakelijk door de categorie der kleinen werd veroorzaakt. Vele kleintjes maken een groote. Reeds bij het binnen komen was te bemerken dat er iets bijzonders gaande was. De groote garderobe was al uitver kocht. Zelfs de persplaats, daar, waar wij heilige feodale rechten op hebben, was al bezet, zoodat wij onze have elders onder moesten brengen. Ook in de zaal, een drukte van je welste. Van uit de verte hoorde men nog de muziek van den heer Hoppenbrouwer. Vooraan zaten de jongens en de meisjes, ook de allerkleinsten. De jongens in hun wit shirt met zwarte broek, de meisjes in hun witte en rose gvmjurken. Ook de dames en heeren van de hoo- gere afdeelingen deden maar moeite om ze wat in toom te houden, hoewel «zij de drukte toch ook wel aardig vonden. De voorzitter, de heer Zeegers, had het ver bazend druk. Nu eens was hij hier, dan weer daar. De liedjes van den heer Hoppenbrouwer worden dapper meegezongen door de jongens en door de meisjes. De opening. En deze drukte moet de heer Zeegers i zien te bedwingen, wil hij op een be- hoorlijke wijze dezen avond kunnen j openen. Het gaat echter vrij spoedig, waarschijnlijk ook wel tengevolge van het feit, dat gymnastiek discipline kweekt. De heer Zeegers maakt het kort, j want al te lang stil zitten: kan het jonge volkje niet. De verrassing die vorige keer op het programma stond is er nu ook weer. Weer komen Thomasvaer en Pieternel in hun vliegmachine O. K. K. 50 aanzetten, I j wat de jongens reusachtig vinden. Als j j Thomasvaer en Pieternel weer willen i j vertrekken komt de heer Zeegers hen bedanken en overhandigt hen (in het dagelijksch leven de heer en mevrouw Roodenburg) als blijk van waardeering een mooien bloemenmand. Ook de maker van den heil wensch wordt niet door den heer Zeegers vergeten. Het is de heer van Loo, het raadslid, die dezen wensch heeft vervaardigd. De heer van Loo zegt, dat hoewel hij zelf niet aan gymnastiek doet (hij is beter thuis op het gebied der politieke gym nastiek) hij met genoegen het gedicht gemaakt heeft. Naar wij later vernamen heeft de heer van Loo talrijke van der gelijke stukken vervaardigd, terwijl hij ook op tooneelgebied vroeger lauweren heeft geoogst. Hierna volgden verschillende oefeningen Vrije oefeningen door de meisjesklasse C., knots-oefeningen voor de dames en staafoefeningen door de jongensklasse C. Van de meisjesklasse kreeg de heer van Loo nog een bloemenmand, die bij de vele andere gevoegd kan worden. Het bouwfonds. Daarna kregen w ij een bewijs van den goeden clubgeest welke in O. K. K. heerscht. Het gebouw in de Weezenstraat verkeert in een zoodanigen toestand, dat ver nieuwing dringend geboden is. Verleden jaar in Maart is op initiatief van den directeur, den heer van Loo, een bouw fonds gesticht, om te komen tot de op richting van een nieuw modern oefen lokaal. Om aan de steenen hiervoor te te komen verkocht O. K. K. ook steenen, Dan schieten ze niet op, zou men zeggen, doch de steenen van O. K. K. waren bouwsteenen in den vorm van steunbonnen die verkocht werden aan een ieder die iets voor het mooie werk van O. K. K. voelt. Bovendien hebben alle leden, vaders en moeders zich bereid verklaard wekelijks een bedrag te storten om zoo doende het bouwfonds te doen groeien en het ideaal wat nader tot verwezenlij king te brengen. Voor het bouwfonds heeft speciaal een comité van tien dames zich verdienstelijk gemaakt door de toegezegde gelden in te zamelen en wat er ingezameld was werd Zaterdagavond aan den voorzitter afgedragen. Gp het toor.eel stonden acht van de tien dames (twee waien door ziekte ver hinderd) even zooveel steunpilaren van O. K. K. Door mej. Trees Hablous werd een ver zegeld couvert met den aap, aan den voorzitter overhandigd. Zij hield daarbij een aardig pittig toespraakje, dat zij be sloot met het uitbrengen van een driewerf hoera op O. K. K., een hoera, dat dooi de gelieele zaal spontaan werd overge nomen, zoodat Casino er van galmde, De voorzitter aanvaardde dit prachtige blijk van clubliefde en gaf de verzekering, dat de gelden op de beste wijze zouden worden besteed. De dames kregen daarop een kleine blijk van waardeering van den voorzitter, een blijk, dat hoe klein het ook op zich zelf is, toch voor de dames wel iets meer zal beteekenen dan een gewoon cadeautje. Ieder kreeg n.1. een zakdoekje met de initialen O.K.K. er op geborduurd en daar omheen de jaartallen 18821932. Wij hopen voor O.K.K. dat het ideaal van het nieuwe gebouw spoedig verwe zenlijkt moge worden. Wij vertrouwen echter, dat, waar de geest onder de club leden zoo goed is, dat gebouw binnen afzienbaren tijd een feit zal zijn. Daar voor is het noodig, dat een ieder naar zijn krachten bouwsteentjes koopt, opdat men later, als het gebouw opgetrokken is, zal kunnen zeggen, „daar zit ook een steen van mij bij". Wat er verder gebeurde. Het was goed gezien van het bestuur 0111 onder de kinderen versnaperingen uit te deelen. Onder luid gejuich werd de aankomst van de ladingen ranja en gevulde koeken begroet, welke artikelen met grooten smaak opgedronken en opge peuzeld werden. De verschillende oefeningen werden door voordrachten afgewisseld welke onder groote hilariteit werden opgevoerd. Vooral mej. Eot en de heeren Bruin en de Groot hadden in deze voordrachten een flink aandeel. Van de oefeningen noemen wij de rhythmische oefeningen van de dames en het reltwerk van de heeren. Dit laatste is vooral een nummer dat inslaat omdat er kracht en groote lenigheid wordt ge demonstreerd. Vooral de laatste drie heeren zijn prima turners. Ook vermelden wij nog, dat het feest lied, gedicht door den heer Philip B. Polak uit volle borst werd gezongen. Vooral het laatste gedeelte, het hoezee voor O.K.K. was stormachtig. Het was laat in den nacht dat het programma was afgeloopen, waarna nog een bal volgde. Geurende bloempjes... een stralende zondartelend jong vee en minnende paartjes ja, zoo wenscht men de Paasch dagen maar jammer genoeg, heeft moeder Natuur haar milde gaven niet over onze menschenkinderen uitgestort. Hoe gaarne we het ook zouden gewild hebben en met hoeveel verlangen we ook naar deze dagen hebben uitgezien. Toen de treinen en andere vervoerge- legenheden Zaterdagavond de ooms, tantes, neefjes en nichtjes en nog meer dere familieaanhangsels, ovér onze stad uitstorten, stond er een straffe N.O.wind, die het buiten alles behalve aangenaam maakte en dan ook de vele hoopvolle ge dachten omtrent het weer, tot een mineur toon deden dalen Maar bet is toch nog wel meegevallen. Den eersten dag hebben we geen klagen gehad. Wel zullen eenige nurksen zoo iets gemopperd hebben van koud, of we krijgen regen, enz., maar daar wij, toch ook nog wel het weinige dat we perslot van rekening gekregen hadden wisten te waardeeren, zijn we er dan ook in den na middag op uitgetogen om eens in de stad en daarbuiten te wezen. De Buitenhaven, was voor de familieleden van buiten, een mooi terrein 0111 hun kennis van maritime- en visscherijaangelegenheden te verrijken en vele schepen, en visschers die hun! netten aan het herstellen waren, hadden dan ook heel wat bekijks, terwijl de Heldenaren natuurlijk al hun kennis' omtrent het een en ander naar voren brachten. Een prachtig schouwspel bood Texel. De helgele zonneplekken op het strand, afgewisseld door donkere schaduwen gaven schitterende kleursehakeeringen, zoodat velen even verpoosden om dit gade te slaan. Op het Strand aangekomen, bleken eenige visschers aan het haringtrekken te zijn. Een onverwacht buitenkansje voor hen, die dit interessante schouwspel nog niet van nabij hadden gade geslagen. Op den dijk bleven velen van verre de bezigheden volgen. Op een gegeven moment stond er zelfs een heel fille auto's met belangstelling toe te kijken (de inzittenden dan wel te verstaan). Nee gezwommen werd er nog niet. Ook waren er geen pootjesbaders, be-1 houdens dan die kleine meid, die tot wan-1 hoop der ouders, maar met schoenen en kousen en al aan door het water liep te dribbelen. Brrrrrr. En de grootste optimist die wij ooit zijn tegengekomen was wel die meneer met een miniatuur kraampje met sinaas appelen, chocolade en nog een hoop van die kleverige dingetjes, die heel netjes, nog wel op zoo'n soort motordriewieler, lagen uitgestald Aanlokkelijke tonen van een strijkje kwamen ons uit het Badpaviljoen tegen en het duurde dan ook niet lang, 1 °f een schuimend glaasje Heinekens bier stond noodigend voor ons (een verslag gever is toch ook een mensch nietwaar) en terwijl we aanstalten maken een proefje te nemen, worden onze blikken getrokken door daar iets heel ver op zee, wat bij nadere beschouwing een grooten oceaan- stoomer blijkt te zijn Het is druk en gezellig in het Paviljoen en de danslustigen scheppen er een aan- I gename sfeer, zoodat we dan ook noode vertrekken om eens een kijkje te gaan nemen op „Duinoord" en de „Donkere Duinen". Er blijkt een stevige tegenwind te staan, die wel de oorzaak is van het minder drukke bezoek. Sporadisch kwamen wij een wandelaar in ons mooi Heldersch Florapark tegen. Te begrijpen is het, dat Duinoord het den eersten dag niet druk heeft gehad, hoewel het orkest er toch een aangename stemming bracht. Wan neer we weer op den terugweg zijn, blijkt Dennenhevel zijn poorten nog niet ge opend te hebben of feitelijk toch wel. in zooverre, dat de speeltuin nog in zijn winterslaap lag, zoodat hier de kinder stemmetjes nog ontbraken. Maar enfin, ook hier zal t. z. t. wel weer de vroolyk- heid komenDe donkere en drei gende wolken voorspellen niet veel goeds. Te verwonderen is het dan ook niet dat de morgen van den Tweeden Paaschdag. al heel weinig belovend inzette. Een gure Z.W. wind raasde over de stad en een aankomende regenbui deed de kerkgan ger-s haastig voortspoeden. Wel trachtte een waterig zonnetje in den namiddag nog iets goed te maken, zoodat nog verscheidenen in de richting van Huisdui nen gingen, maar de echte stemming wilde toch niet meer komen., Rest ons nog te vermelden, het ongeluk op het Stationsplein op den eerslen Paaschdag, waarover elders in dit blad nadere bijzonderheden vermeld worden En zoo hooren ook deze dagen weer tot het verleden en gaan we weer met frisschen moed de Pinksterdagen tege moet. Laten we hopen dat we dan den lezer een aangenamer verslag kunnen voorzetten. Niet alleen voor de Heldenaren en de bezoekers van buiten, müar ook voor de hotelhouders en seizoenmensclien die toch steeds met zooveel ernergie en initiatief in de richting voort gaan, het den bezoekers zoo aangenaam mogelijk te maken VERBOND VAN VEREENIGINGEN VOOR VEILIG VERKEER. Door de ontzaglijke toename van het verkeer wordt de veiligheid voor een ge bruiker van den openbaren weg steeds minder. Dagelijks lezen we van verkeers ongevallen en meestentijds door overtre ding van de verkeersregelen. Dat hieraan zooveel mogelijk paal en perk gesteld moet vorden is reeds eenigen tijd geleden door verschillende vereen igingen begrepen, die ïecer afzonderlijk zich met het groeiende yerkeersvraagstuk gingen bezighouden. Lr werd evenwel ingezien, dat, wil men een uiteindelijke oplossing van het ver keersprobleem, verband moet komen tus schen de verschillende zelfstandige ver een igingen, die ieder afzonderlijk een be paald onderdeel van het omvangrijke ver keersprobleem behandelden. En eindelijk is deze eenheid bereikt en is opgericht het „Verbond van vereen igingen voor veilig verkeer". De vereenigingen bestaan uit personen, die de veiligheid van het ver keer in den meest algenieenen zin wen- schen te bevorderen, o.a. door het gratis verspreiden van verkeerscouranten en het oprichten van verkeersborden langs de wegen, terwijl particulieren, vrij willig hun auto ter beschikking stel len, om des avonds of ook overdag met een rijksveldwachter er op uit trekken, om toe te zien, dat geen ver keersovertredingen plaats hebben. Dat er tal van malen gezondigd wordt tegen de regels van het verkeer, blijkt iedere maand bü de zitting van het Kantongerecht en ook onderstaand stukje, waarin wij een tochtje met de verkeersinspectie beschrij ven, laat zien, dat het verkeersvraagstuk nog lang niet opgelost is. Sensationeele tocht. 't Was een prachtige avond, helder scheen het maantje en opgewekt begaven we ons naar den heer Boon, die ons uitge- noodigd had om eens een avondje met de I verkeersinspectie mee te gaan. De heer Boon wachtte ons reeds met z'n wagen op 1 en vlug begaven we ons naar de nieuwe brug bij Onrust, waar we zouden wachten j op den heer Bakkenes, die zich met z'n auto en twee rijksveldwachters bij ons zou voegen. Niet lang behoefden we te wach ten of we zagen den wagen reeds aanko- men. Het plan was, dat de heer Bakkenes voorop zou rijden en wij een 100 a 150 111 er achter, en wanneer dan eventueel een i verkeersovertreder werd opgemerkt, door een lichtsignaal ons hierop attent zou worden gemaakt. Onze tocht begon. Vol spanning letten we steeds op het roode achterlicht van de voorste auto,)en zoodra we een karretje ons van uit de verte tegemoet zagen komen, spanden we onze oogen tot het uiterste in om toch vooral het lichtsignaal, wanneer dit mocht gegeven worden, op te vangen. We zaten in spanning. Juist toen we even stilstonden om met elkaar de route, die we zouden nemen te bespreken, kwam ons met harde vaart een auto voorbij, met zoowaar geen achter licht. In een minimum van tijd zaten we op onze plaats en voort ging het, den overtreder achterna. De voorste wagen met een 100 km gangetje, wij iets kalmer er achter. Nauwlettend, voorovergebogen, een en al spanning, tuurden we, wat er voor ons zich afspeelde. Zou ie 'm inhalen? En ja, vlak bij 't Zand zagen we de auto's stoppen en toen wij aan kwamen stond de vervolgde op de bon. Onze eerste buit was binnen. Na deze volgden nog 2 fietsrijders, die geen reflector hadden, en een auto, waarvan de bestuurder geen rijbewijs had. Dan volgde er iets wat ons aan 't hart ging en waaruit we ook het bewijs kregen, dat een rijksveldwachter iemand moet zijn met, wat tenminste overtreding betreft, niet al te veel medelijden, 't Was tusschen Scbagen en Winkel. We reden op een landweggetje, liever gezep-d landelijk weg getje, voor ons 2agen we plotseling een 3-tal fietsrijders opdoemen en nota bene twee liefst zonder reflector. Toen we dich terbij kwamen, konden we ook de personen onderscheiden en zagen we tot onzen niet geringen schrik, dat het dames waren, vrouwelijke overtreedsters dus. We stopten. Op bevel van den veldwach ter stapten ook de dames af. Jonge, jonge, zulke knappe dametjes, zouden die nu ook nog een bekeuring krijgen, vroegen we ons af. Maar ja, zoo is de wet, stoïcynsch kalm schreven ze de namen van de be deesde kinderen op. Droom er maar niet van, dames, konden we niet nalaten te zeggen. „Een prettige avond, die treurig ein digt", hoorden we er een zeggen. Voort reden we weer, steeds verder van Den Helder af. Precies op 't middernach- A N WB TOE Rl STEN BOND VOOR NEDERLAND 10e Les. Verkeer van rechts g«at voor! I11 de achtste les hebben we al geleerd, dat het verkeer van rechts den voorrang heeft. Die regel is gemaakt omdat op een kruispunt voertuigen of fietsen, die van verschillende kanten komen, niet, tegelijk kunnen passeeren. De wielrijder op het linker plaatje doet het dus goed; hij laat de groentekar, die van rechts komt, passeeren en hij is daar voor van zijn fiets gestapt. Dat kan nie mand anders zijn dan slimme Jantje en het meisje, dat op het trottoir staat te wachten tot ze veilig kan oversteken, is natuurlijk weer zijn verstandige zusje Eulalia. Op het rechter plaatje doet Piet op zijn fiets het verkeerd en hij komt leelijk in gevaar. Zijn voorwiel heeft al een trap van het paard beet en het is zijn eigen schuld als hij een ongeluk krijgt, want hij had den ander moeten laten voorgaan, j Soms zijn de straten of wegen bij een kruispunt of hoek zoo smal, dat het moei lijk is bijtijds te zien, of er van den an deren kant ook iets aan komt. Daarom zal een voorzichtige en verstandige fiet ser, chauffeur of voerman in zoo'n ge- val zijn vaart minderen en het kruispunt langzaam naderen, zoodat hij dadelijk stoppen kan als dat noodig is. Sommige menschen laten het verkeer van rechts wel voorgaan, maar blijven op hun fiets zitten, hoewel ze bijna stil staan. Dat kan ge-vaar opleveren, want met het voorwiel moeten ze allerlei bewegingen maken om het evenwicht te bewaren en daardoor worden dan weer anderen ge hinderd. Acrobatiek op de fiets is altijd i gevaarlijk. Menschen met lange beenen kunnen wel met één voet op den grond stil staan en toch op het zadel blijven zitten en kunnen dan dadelijk weer door- rijden als de verkeersagent het teeken geeft, maar wie niet zulke lange beenen heeft, doet beter af te stappen. Je zit er gauw genoeg weer op! tel lik uur reden we Alkmaar binnen, met het doel hier een kop koffie te gebruiken. Het vooruitzicht op deze heerlijke verras sing vervloog echter als rook in den wind, daar alles reeds gesloten was. Op den terugweg pakten we nog een paar veiligheid in ge-vaar brengers op. Toen we eindelijk bü Julianadorp uit el kaar gingen, konden we niet anders dan met een dankbaren blik op dezen in alle opzichten zoo uitstekend geslaagden avond terugzien. Hoe nuttig het werk van de verkeers inspectie is, is ons duidelijk gebleken, daar minstens 50 van de automobilisten, motor- en fietsrijders zich aan het in ge vaar brengen van de algemeene veiligheid schuldig maakt. VERTREK DR. SCHÜRMANN. Naar aanleiding van het vertrek uit onze gemeente van dr. Schürmann wegens ziekte, had zich een commissie ge vormd uit patiënten en oud-patiënten, 0111 hem als bewijs van dankbaarheid voor de hulp en goede zorgen aan zijn patiënten betoond, een blijvende herinnering aan te bieden. Vrijdagavond j.1. had de over dracht hiervan plaats. Het huldeblijk be stond uit een mahoniehouten doos, waar in een fraai lederen album met handtee- keningen van de gevers en geefsters, ter wijl liet bijbehoorende bedrag in couvert door dr. Schürmann onder hartelüke dankzegging aan allen, die hieraan heb ben bijgedragen, zal worden besteed voor een tuinameublement en een schilderij naar eigen keuze. In Crisistijd is kwaliteit goedkooper. DIERLIJKE GEVECHTSWIJZEN DER CHINEEZEN. DOOR INGENIEUR H. GOUDRIAAXS TE SHANGHAI. Het volgende artikel, dat ons thans eerst heeft bereikt, is geschreven in den tijd, toen de strijd om de Woosoengforten en de puinhoopen van Tsjapei nog in alle heftigheid woedde. Men treft er talrijke tot nog toe volkomen onbekende en be langwekkende bijzonderheden in aan, die hiermede voor de eerste maal gepubliceerd wor den In de Fransche nederzetting trappelen gelijkmatig de voeten van een bataillon soldaten over het asfalt. Het kwam op den kruiser „Waldeck-Rousseau" van Haiphong. De vrede wii men door veel krijgsvertoon trachten te bereiken! Daar buiten, aan de oevers van de Jangtse lig gen de slagschepen der blanken. De ver schillende concessies, die wel een leger kamp lijken, ondergaan veranderingen, beginnen langzamerhand veel op vestin gen te gelijken. De tijdelijke loopgraven der eerste gevechtsdagen zijn verdwenen. Daarvoor in de plaats zijn er solide, kleine fortjes verrezen, fortjes, met zandzakken, met staalplaten, met prikkeldraad, met wachtposten en met loopgraven en verbin dingsgangen. Om binnen de concessie te komen, moet men een heele „dorpsstraat" door loopen, bestaande uit gangen tus schen de zandzakken, die meer dan mans hoog opgestapeld liggen. Luchtgevecht boven de stad. Midden in een driemillioenenstad kan men dienst doen als oorlogscorrespondent! Het kost slechts eenige overwinning om de straat op te gaan, daar men op de open straat groot gevaar loopt door granaat scherven, enz. getroffen te worden. Als men zich daar dus te onveilig gevoelt, is het soms ook voldoende thuis te blijven en uit een raam te gluren of door het dak venster te kjjken. Zoo kon men op deze wijze op 5 Februari j.1. een luchtgevecht van dichtbij bewonderen (of verafschu wen!). Vanaf hun moederschepen waren acht Japansche vliegtuigen opgestegen, om Tsjapei met bommen te werpen. Uit het Westen kwamen twee Chineesche vliegtuigen, die op verkenning uit waren. Ongeveer bij Tsoekwan ontmoetten zij el kaar. Ongedeerd door de schoten uit de afweerbatteryen, die niet steeds durfden te schieten, uit angst hun collega's te raken, cirkelden zij om elkaar heen. De zwaardere Japansche machines waren door hun bommenlast minder snel in hun bewegingen. Als haviken schoten de beide Chineesche toestellen op hun grootere tegenstanders neer en duidelijk kon men tot in de stad het knetteren van de machi negeweren hooren. Beide tegenstanders naderden de stad. Een der Chineezen scheen licht getroffen te zijn. Het toestel maakte rechtsomkeert en vloog een eind Westwaarts, toen drie Japanners hem volgden, steeg de piloot met zyn toestel bijna loodrecht omhoog, maakte een loo ping en kwam achter hen weer uit. Weer werd het schieten in de lucht heviger Plotseling steeg uit een der Japansche vliegtuigen een hooge vuurzuil op. Het toestel draaide geheel op de linkerzüde en stortte ruggelings en brandend omlaag. De kogels van het Chineesche toestel hadden waarschijnlijk een der bommen getroffen. Het heelé gevecht had nauwe lijks tien minuten geduurd. Bommen werk! inplaats van vuur- Het Chineesche nieuwjaar brak aan. Ditmaal werd de 6e Februari zonder het gebruikelijke vuurwerk gevierd. Het stadsbestuur had dit verboden; het was daarenboven volkomen overbodig. Im mers er was vuurwerk genoeg in Shanghai! Aan de grens van de concessie gloeide het vuur van Tsjapei, 's nachts sisten de raketten des doods door de lucht en de nachtelijke hemel werd door het vuur der explodeerende mijnen ver scheurd. Lichtkogels straalden overal en niemand voelde er behoefte aan zijn vrienden en verwanten „veel geluk" voor het nieuwe jaar te gaan wenschen. De straten vertoonden slechts dan men schen, als het gekraak van het geschut eenigszins bedaard was. Dan rende men naar buiten, 0111 levensmiddelen te halen, om de gewonden op te nemen en in het hospitaal onder te brengen, of om in de eigen woning te komen, als men voordien door het schieten in de eerste de beste woning bescherming had gezocht. De nacht wordt als de dag. Men zit aan het venster en staart in den rooden gloed. Daar mijn vensters op het Noorden zijn, heb ik haast onafgebroken het oog op den str;jd bü Woosoeng. Van Hwangpoo be gint een kruiser Tsjapei te bombardeeren. De ruiten trillen. Huilend snerpt een gra naat over de concessie! Trommelvuur volgt en in Tsjapei, op nog geen 1000 m afstand van mijn huis, worden de straten verscheurd en stijgen hooge vuurzuilen op, veroorzaakt door brandbommen en ex plosies. De Public-Garden is gevuld met vluchtelingen, die in de concessie be scherming hebben gezocht. En de nacht is koud De universiteit bij het fort. Woosoeng is een klein dorp aan den mond van den Hwangpoo in den Jangtse. Met den trein kan men het via Kiangwan of per auto via den weg langs de rivier bereiken. De gewichtigste punten van dit dorp zijn de universiteit (Medical Col lege) en het fort, dat uit twee aparte wer ken bestaat. Hoewel de afstand van Shanghai slechts 10 mijl ,11 km) bedraagt, wist men op 7 Februari nog niets omtrent bet lot der bezetting en dat van de pro fessoren der universiteit. Deze hadden zich bij de eerste schoten, welke Woosoeng troffen, op uitnoodiging der Chineesche officieren, achter de stevige betomvallen van het fort begeven. Doch niet allen kon den vluchten. Dr. Othmer, de directeur, kon geen afscheid nemen van de waarde volle boeken, die menige levensarbeid van een geleerde bevatten en waarvan talryke niet te vervangen waren. Hy en twaalf van zyn collega's moesten dagen lang de vreeselijkste beschieting verdra gen, die men zich slechts kan indenken, weggedoken in eenige zelf-gegraven on derkomens. Eindelijk konden zij in ver binding komen met de bezetting van het station, die er tenslotte in slaagde de pro fessoren en hun familie in de vesting te brengen. Op 10 Februari werd tenslotte een korte wapenstilstand benut om de fa milieleden der professoren en de meest waardevolle dingen per Roode Kruls-auto naar Shanghai te vervoeren. De mannen zelf moesten den weg te voet afleggen, daar er op de wagens geen plaats meer voor hen was. De gebouwen staan nog, grootendeels echter verwoest en het labo ratorium is geheel in elkaar geschoten. Vele waardevolle boeken en andere din gen zijn onder het puin begraven. De vluchtelingen waren nog juist getuige van een afschrikwekkend oorlogstooneel- tje, dat zich onderweg naar Shanghai voor hun oogen afspeelde. Een Japansche vliegenier werd door een Chineeschen piloot omlaaggeschoten. De waarnemer sprong uit het nog even zwevende toestel met zün parachute naar omlaag. Door den schok bij liet neerkomen, brak hjj een been. De toesnellende Chineezen drongen op den waarnemer in, die hen zijn wapens wilde uitleveren. In de meening, dat hjj wilde schieten, sprongen zy op hem toe en sloegen hem met een geweer den schedel in De vlag op de puinhoopen! Opmerkelijk is het, dat de commandant der Chineesche lychttroepen een Ameri kaan is, die. zich in China heeft laten naturaliseeren en den naam Tsjang-wei- tsjang heeft aangenomen, 0111 hier te kun nen medestrijden. Hy bracht het korps in den tegenwoordigen toestand en is een gevierde figuur onder de Chineezen. Ondanks de pogingen der vredesconfe rentie wordt het oorlogsbeeld met den dag positiever en vreeselyker. De om geving van het Woosoengfort is een woestenij geworden. Het plaatsje Woo soeng is totaal van den bodem wegge vaagd, in den grond geschoten. Alleen de puinhoopen van het fort steken als een platte heuvel eenigszins boven het an dere uit. Maar nog steeds waait de ster- renvlag van China op de verpulverde wal len. Tallooze malen werd de stok reeds vervangen door een nieuwen, daar de vo rige door granaten werd weggeslagen. En deze vlag was het eenige, wat Woosoeng met de stad verbond. Zoodra de vlag om geschoten was, hoorde men overal fluis teren: „Nu is het fort voorgoed geval len". En dan volgde er meestal een aan val op een der in de haven liggende oor logsbodems. Op 7 Februari om 3 uur des namiddags landde een Japansche divisie op de kust bij Woosoeng. Door slecht weer en rook gordijnen begunstigd, konden de Japan ners ongestoord hun mannen op pantser wagens laden, hetgeen alles vanuit de stad duidelijk te zien was, en naar de frontlijn vervoeren. Maar ook de Chinee zen hadden voor versterking gezorgd. Een pantsertrein, die men met een goeden veldkijker tot Kingwan kon volgen, had de belegerden nieuwe munitie vex-schaft. Het laatste gedeelte moest door de Chi neezen te voet worden afgelegd, met de kisten op den rug. De laatsten lieten de brug over de „Woosung C-reek" achter zich springen, waardoor de Japanners, tenminste de pantserauto's der Japanners, een directen aanval niet konden onder nemen. Zoo mislukte de aanval. (Slot volgt).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 6