S. I. Ml I In.
DE DDLEHDEIUHEEIEB.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
KONiJN's HOOFDKAAS
60ste JAARGANG
De presidentsverkiezing in Duitschland. - De gewe
zen kroonprins stemt op Hitier. - Ook de verkiezin
gen in Frankrijk staan voor de deur. - De span
ning tusscheri Engeland en Ierland. - De Fransch-
Engelsche besprekingen.
Wij Breien!!! en repareeren alle
soorten wollen kleeding, kousen en sokken (ook
de allerfijnste). Vraagt onze schoolkousen met
dubbel gebreide knieën. JAAP SNOR, Zuidstr. 19
China en Japan.
Liberale Staatspartij
„De Vrijheidsbond".
in 50 dessins,
kleur-eoht, - wasch-echt,
773^
MAAGPILLENJ
uoor De/aan/en
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2. Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,
f 1.Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p.p.6ct.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jh.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post'Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
-0 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
an 1 t m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
De presidentsverkiezing in Duitschland
levert verschillende verrassingen op. Zoo
lezen wij b.v. in de groote pers de volgen
de verklaring van den gewezen kroon
prins:
„Onthouding van stemming bij de twee
de ronde van de presidentsverkiezing is
onvereenigbaar met de gedachte aan den
aard van het front. Daar ik een gesloten
nationaal front voor onvoorwaardelijk
noodzakelijk houd, zal ik in de tweede
ronde op Adolf Hitier stemmen".
Het „Berliner Tageblatt" herinnert er
aan, dat de gewezen kroonprins, toen
Stresemann hem den terugkeer naar
Duitschland mogelijk maakte, het toen
malige kabinet de formeele verklaring
heeft gegeven, zich van elke politieke
activiteit te zullen onthouden. Hij heeft
zijn woord dus gebroken. Het „Tageblatt"
meent voorts, dat de groote meerderheid
der republiek Adolf Hitier de stem van
den gewezen kroonprins gaarne zal gun
nen.
Er wordt dus, blijkens deze laatste zin
snede van het „Tageblatt", niet op ge
rekend dat de houding van den gewezen
kroonprins van grooten invloed zal zijn
op de stemming.
Ook in Frankrijk staan verkiezingen
voor de deur. De Fransche Kamer heeft
de vorige week na een krachttoer haar
-wetgevende periode beëindigd en is ont
bonden. Morgen, 6 April begint officieel
de verkiezingscampagne, die zal worden
ingezet met een redevoering van Tar-
dieu, waaruit wij Donderdag een en ander
hopen mee te deelen.
Evenals Duitschland, schrijft het „Han
delsblad", staat dus nu ook Frankrijk in
de eerstvolgende weken in het teeken van
de verkiezingen.
Tot zekere hoogte zal daarbij ongetwij
feld een wisselwerking te constateeren
vallen. De nationalisten in beide landen
zullen niet nalaten in den verkiezings
veldtocht te werken met „het gevaar" van
bet andere land, waartegenover de beide
linkerzijden argumenten zullen putten uit
den gang van zaken in het andere land
voor haar standpunt, dat slechts door toe
nadering, vertrouwen én beter begrip van
eikaars moeilijkheden verbetering in den
toestand zal kunnen worden gebracht.
In de komende weken zal men van
Fransche rechtsche zijde niet nalaten
duchtig te schermen met het gevaar van
de Hitleriaansche beweging, hoewel het
stemmenaantal, dat Hitier bij de eerste
ronde voor de presidentsverkiezing kreeg
weliswaar groot, maar toch niet zoo over
weldigend was, als de Fransche nationa
listen wellicht gehoopt hadden in het be
lang van hun anti-ontwapeningspropagan-
da en verkiezingscampagne. De alleszins
verpletterende overwinning van Hinden
burg is voor hen een even groote tegen
valler geweest als een steun voor het lin-
kerbloc van de voorstanders van inter
nationale samenwerking.
(Let op den gelen winkel)
P.S. Voor Texel rechtstreeks aan ons zenden.
De uitslagen van den lOen en 24en
April in Duitschland zullen dan ook in
dit verband van groote beteekenis kunnen
worden als elementen in de thans begin
nende verkiezingscampagne in de Fran
sche republiek en op de samenstelling van
de nieuwe Kamer, die zal staan voor de
taak 0111 met andere middelen en metho
den dan tot dusver de Fransche politiek
van handhaving van den vrede en verkrij
ging van toenadering met behoud van de
eigen positie toe te passen.
Het lersche antwoord op de Engelsche
nota inzake den eed van trouw en de land-
annuïteiten, blijkt heel wat voeten in de
aardete hebben, en heel wat minder
scherp te zullen uitvallen dan men aan
vankelijk had gemeend. Vrijdag heeft de
ministerraad er vijf uur lang over verga
derd, waarna werd medegedeeld dat men
thans de omtrekken ervan had vastge
steld en dat men het in het begin van de
volgende week, dat is dus deze week, ver
der zou behandelen.
De Londensche corr. van de „Nw. Rott.
Crt." meldt nog aan zijn blad:
Dat de Valera zoo lang gewacht heeft
met op Thomas' nota te antwoorden, be
wijst wel, dat er in zijn kabinet oneenig-
heid geheerscht moet hebben. De minis
ter, die ten opzichte van Groot-Britannië
voorzichtigheid wenscht, werd met name
genoemd, en ongetwijfeld heeft de reactie
in Groot-Britannië over de Valera's eer
ste optreden benevens de mogelijkheid
van moeilijkheden, die men te voren niet
voorzien had, de Valera's volgelingen
waakzaam gemaakt. Naar het heet zou de
president in zijn antwoord in elk geval de
deur voor besprekingen open houden. In
sommige berichten wordt als het middel
tot die besprekingen, dat Valera voor
oogen zou zweven, een ronde-tafel-confe
rentie genoemd.
van deze samenwerking. Tardieu en ik,
zoo zèide hij, vertegenwoordigen twee lan
den, die hopen in de meest hartelijke
samenwerking met alle andere Europee-
sche landen de ontzaglijke problemen,
vooral de economische, onder het oog te
zien, waaronder niet alleen Europa, doch
de geheele wereld thans lijdt. De Britsche
regeering streeft er ernstig en belange
loos naar, een maximum mate van goeden
wil en internationale samenwerking tot
stand te brengen voor de oplossing van
deze problemen. Eén land kan dat niet
doen, twee landen kunnen het ook niet
doen. Onze politiek zal er daarom een
zijn van samenwerking met iedereen.
MacDonald maakte het duidelijk, dat de
Britsche regeering zich bij haar bespre
kingen met Tardieu niet aan bepaalde
besluiten zal binden. Dit zal de taak zijn
der vier-mogendheden-conferentie, welke
op de Fransch-Britsche besprekingen zal
volgen. „Er zullen niet van te voren over
eenkomsten worden getroffen, zeide hij;
er zullen niet van te voren conceptvoor
stellen worden uitgewerkt. De landen, die
vertegenwoordigd zullen zijn op de con
ferentie, die Woensdag begint, zullen in
elk opzicht gelijkelijk vrij zijn, hun denk
beelden te geven voor de slotovereen-
komst, welken vorm die ook zal aan
nemen. Wij wensehen een overeenkomst
te bereiken, die met de belangen van alle
betrokken naties rekening houdt; dat
alleen is wat wij willen bereiken".
Japan als jonqleur.
(„Judge"
Het Domu-plan van Tardieu.
De Franst'h-Engelsche besprekingen
zijn, terwijl wij dit overzicht schrijven,
reeds begonnen. In een onderhoud dat de
Engelsche' premier, MacDonald, Zondag
avond aan de pers toestond, beschreef hij
het doel der politieke besprekingen als
volgt:
Het verkrijgen van algemeene samen
werking tot het nemen van practische
stappen om de welvaart van en den vrede
in Europa te verzekeren. MacDonald leg
de den nadruk op het algemeen karakter
De gisting in Mantsjoerije.
De Japansche minister van oorlog heeft
bevolen dat er een afdeeling troepen uit
Korea zal worden gestuurd naar het
Tsjingtao-gebied in Mantsjoerije.
Uit Tokio wordt gemeld, dat in het
Mantsjoerijsche district Tsjingtao, dicht
bij de Noordoostgrens van Korea een mui
terij ontstaan is onder de troepen, die een
beweging zijn begonnen, gericht tegen
de nieuwe Mantsjoerijsche regeering.
Deze troepen werken samen met commu
nistische „bandieten". Dientengevolge
verkeeren duizenden Koreanen in het ge
noemde gebied in gevaar. Daarom heeft
men er bij den Japanschen minister van
buitenlandsche zaken op aangedrongen,
dat troepen of politie naar de bedreigde
streek zullen worden gestuurd. Duizenden
Koreanen en Wit-Russen zijn de grens
rivier, de Tjoemen, overgestoken en heb
ben de wijk genomen in Korea.
Reuter verneemt, dat in Mantsjoerije
opnieuw hevige gevechten zijn ontbrand.
Volgens een telegram uit Tsjangtsjoen is
gistermorgen om 6 uur een algemeen of
fensief begonnen tegen de stad Noenang,
ten N.W. van Tsjangtsjoen. De Chinee-
sche ongeregelde troepen, die zich in
Noenang hebben gevestigd, zijn 3000 man
sterk.
De Japanners hebben na een strijd van
acht uur de Chineezen, waarmee zij in
een gevecht gewikkeld waren, uit Noen-
gan, ten noordwesten van Tsjangtsjoen
verdreven.
De financiën van den staat
Mantsjoerije.
Het kabinet heeft goed gevonden, dat
aan de regeering van den nieuwen staat
Mantsjoerije een leening zal worden ver
strekt door drie officieuse Japansche or
ganisaties.
De onderhandelingen te Sjanghai.
Officieel wordt medegedeeld dat de on
derhandelingen te Sjanghai een bevredi
gend verloop hebben. De Japansche regee
ring heeft de Chineesche eischen, dat de
Japanners noch het dorp Kiangwan noch
de Woosoengforten bezet mogen hou
den, aangenomen. Thans blijft nog het
tijdstip van de terugtrekking der Japan
sche troepen te regelen.
De staat van beleg te Sjanghai is opge
heven. Winkels, kantoren en banken zijn
weer geopend.
Nieuwe gevechten In Mantsjoerije.
Bij Noengan, ten Noord-westen van
Tsjangsjoen, heeft een hevig gevecht ge
woed tusschen Japansche troepen en
Chineesche en Mantsjoerijsche malconten
ten.
Jaarvergadering.
Zaterdagmiddag te half drie werd de
algemeene vergadering van de Liberale
Staatspartij „De Vrijheidsbond" te
Leeuwarden geopend met een kort woord,
uitgesproken door den partijvoorzitti-r mr.
D. Fock.
Vervolgens werden uitgebracht de jaar
verslagen van secretaris en penning
meester, waarna een drietal inleidingen
werden gehouden door de heeren mr. H.
F. van Leeuwen, prof. dr. G. M. Verrijn
Stuart en mr. Joh. J. Belinfante.
Prof. dr. Verrijn Stuart sprak over
„Economische tegenstellingen tusschen
liberalisme en socialisme". De huidige
economische depressie, aldus spr., die
heviger is en grooter van omvang dan
verreweg de meeste vroegere economische
inzinkingen, heeft bij velen het vertrou
wen geschokt in de grondslagen van de
huidige economische orde. De tijd is daar
om bij uitstek geëigend om de vraag te
overwegen, in welken omvang de grond
slagen van deze economische orde te
handhaven zijn, dan wel als ondeugdelijk
moeten worden verlaten of herzien.
De grondslagen onzer economische orde
zijn in wezen die, welke het liberalisme
de juiste acht.
Tegenover het op liberalen grondslag
In Crisistijd is kwaliteit goedkooper.
berustende stelsel wordt op verschillende
punten v an socialistische zijde kritiek uit
geoefend.
De plannen tot invoering van nieuwe
productiestelsels in de plaats van het be
staande, munten gemeenlijk uit door
zekere vaagheid.
De taak van het liberalisme op het ge
bied der economische politiek is thans
een tweeledige: een negatieve in den vorm
van strijd tegen het verderfelijk interven-
tionisme op tal van gebieden; een posi
tieve in den vorm van het beramen van
maatregelen tegen de groote flutuaties.
Mr. Joh. J. Belinfante heeft daarop een
rede gehouden over: „de Encycliek „Qua-
dragesimo Anno" en de Liberale begin
selen". Niet door staatsbemoeiing, maar
alleen met geestelijke middelen wil de
Paus komen tot herstel en vervolmaking
der maatschappelijke orde.
Al mogen vele passages in de Encycliek
voedsel geven aan de gedachte, dat de
Paus practisch zeer dicht bij de socialis
tische opvattingen staat en dat derhalve
ook de Katholieken zich in de praktijk
nog meer dan tot dusver in socialistische
richting zullen hebben te oriënteeren,
de werkelijkheid toch deze is, dat de Paus
een opvatting van de staatszaak huldigt,
welke in vele opzichten identiek is met
die van het moderne liberalisme, dat dan
ook feitelijk nergens in de Encycliek be
streden wordt.
En in de tweede plaats, de radicale
katholieken, al trachten zij deze Encycliek
zooveel mogelijk ten bate van hun opvat
tingen uit te buiten, toch weinig reden
hebben om zich over dit Pauselijk docu
ment te verheugen, aangezien het ver
schillende van hun stellingen, die moeten
leiden tot ondermijning van de grondsla
gen onzer tegenwoordige samenleving
en tot diepgaande staatsbemoeiing ter
vervorming van ons maatschappelijk be
stel, uitdrukkelijk verwerpt en den Staat
bij de verbetering van de toestanden
slechts een zeer bescheiden secundaire
taak toedenkt, terwijl op den voorgrond
wordt gesteld een hervorming der zeden
in christelijken geest.
Thans staat dus vast, merkte spr. op,
dat de Roomsch-Katholieke Staatspartij
en de Liberale Staatspartij „De Vrijheids
bond" op den grondslag van deze Ency
cliek practisch vruchtbaar kunnen samen
werken, mits eerstgenoemde slechts in
acht neemt de vermaning van den Paus
om zich te onthouden van ingrijpende wet
telijke maatregelen tot verandering van
de maatschappelijke of economische struc
tuur, zoolang niet de gansche samen
leving doortrokken is van den geest van
rechtvaardigheid en naastenliefde.
Rede mr. H. F. van Leeuwen.
Mr. H. F. van Leeuwen sprak ten slotte
over „Bankwezen en Politiek".
Bankwezen en politiek, aldus spr.
verdragen elkaar niet. Bankwezen wil be
oefend worden, los van partij-godsdien
stige of sectarische invloeden, en de ge
schiedenis is er om met voorbeelden aan
te toonen, dat het aan financieele instel
lingen, gedreven vanuit een sectarischen
gezichtshoek, veelal slecht is vergaan.^
Grondslag voor een gezond bedrijfs
leven is, dat de ondernemingen gevoerd
worden met een voldoend kapitaal, dat de
ondernemers de risico op zich willen
nemen en dat de schuldenlasten in ge
zonde verhouding blijven tot aansprake
lijk kapitaal in elke onderneming wer
kend.
OPGELEGDE SCHEPEN TE
AMSTERDAM.
Er liggen te Amsterdam thans 50 zee
schepen opgelegd, waarvan 47 Nederland-
sche.
SS per el.
Verkrijgbaar bjj:
Let op naam op den zelfkant
Vraagt onze Stalen-collectie
NEDERLAND EN BELGIË.
Uitlatingen van den burgemees
ter van Gent naar aanleiding van
minister Beeiaert's rede in de Eer
ste Kamer.
De correspondent van de „Nav. Rott.
Crt." te Brussel meldt:
Het antwoord van minister Beelaerts
van Blokland over de Nederlandsch-Bel-
gische onderhandelingen, die in de Ne-
derlandsche Eerste Kamer ter sprake zijn
geweest, heeft in sommige Belgische
kringen, waar men zich met den laatsten
tijd met de hoop op een spoedige regeling
van de Nederlandsch-Belgische kanaal
vraagstukken meende te mogen vleien,
heel wat ontgoocheling te weeg gebracht.
Deze ontgoocheling bleek vooral sterk te
zijn te Gent, waar men sedert eenigen
tijd niet meer aandrong op het voeren van
aparte onderhandelingen met Nederland
betreffende het bouwen van een nieuwe
zeesluis te Terneuzen, daar men ver
wachtte, dat deze kwestie na het bereiken
van een principieel accoord over het ka-
naalvraagstuk Brussel en Den Haag
automatisch haar beslag zou hebben ge
kregen.
De burgemeester van Gent ontving
Zaterdag de vertegenwoordigers der
plaatselijke pers in zijn kabinet en ver-
zijn inderdaad het meest
ideale middel ter bevorde
ring van een normalen
stoelgang. Gemakkelijk in
te nemen, aangename
smaak, verwekken geen
krampen.
0.65 per flacon
FEUILLETON
door
K. R. G. BROWNE.
60) r,
„Groote genade!" zei Fanshawe-Snuth
een en al verbazing. „Warempel! daar
staat-ie! Zeker gekomen toen ik van me
stokje was. I k heb ten minste niets ge
zien. 'n Wonder dat ze me niet m'n hals
afgesneden heeft." Hij drukte z'n hand
voorzichtig op de pijnlijke plaats boven
op z'n hoofd. „Eerlijk gezegd wordt 't me
een beetje te bar. De boel begint door
elkaar te loopen. Mijn hersenpan-inhoud
is nog lichtelijk van de wijs. As 'tzoo
doorgaat...."
„Komt er eigenlijk allemaal geen lor
op-an zoolang je de buit maar klemvast
houdt," zei Alfred. „E11 dat hè-je toch, is
't niet?"
Fanshawe-fimith glimlachte geruststel
lend en beklopte vergenoegd de plaats
van z'n jas, waaronder z'n binnenzak zat.
„Hier zitten ze, veilig en wel! Eigenlijk
zou het geen kwaad idee zijn, als jullie ze
namen en ermee naar.De glimlach
eclipseerde door een uitdrukking van ver
bazing en de uitdrukking van verbazing
ging na een grondig onderzoek van den
bewusten zak, op z'n beurt achter een trek
van diepe verslagenheid schuil.
„Genade!" zei hij slapjes. „Ze hebben ze
#1 weer!"
Hierop volgde een benauwende stilte,
een halve minuut, gedurende welke de
gebroeders Byng, die het vruchtelooze na
zoeken van den zak met groote glazige
oogen hadden staan aankijken, hem op
lettend aanstaarden. Dan vroeg Alfred,
op een eenigszins eigenaardige manier:
„Be-je daar zeker van, Smith?"
Fanshawe-Smith keek z'n helper scherp
aan, fronsde z'n wenkbrauwen en. stond,
ondanks z'n hoofdpijn, met een ruk op.
„Ik bedank voor brutale monden, begre
pen!" zei hü. „Als je denkt, dat ik je voor
'den gek houd, loop dan rond voor mijn
part. Nog één keer zoo'n onhebbelijkheid,
'en ik breek je onbenulligen vetten nek,
begrepen!" Terwijl hü sprak keek hij
Alfred zoo dreigend, zoo koud-vijandig
aan, dat den boosdoener de schrik om
het hart sloeg. Hij ging, met zijn handen
j verdedigend opgeheven, één, tAvee stap-
j pen achteruit.
„Nou, nou, patroon! Zoo erg is het niet
bedoeld. Verdorie, ik Aveet toch zeivers
Avel.
„Gedraag je dan in het vervolg behoor-
i 'ijker, suffert", zei Fanshawe-Smith hau-
I tain. „De een of ander heeft me natuur-
j lijk gefouilleerd, terwijl ik knock-out was
en heeft de dingen gevonden. Als ik....
wat heb j ij nu weer opeens?"
I Dit laatste was een vraag aan het
adres van Edward, die tijdens de scher
mutseling een paar stappen achteruit ge
gaan Avas en vandaar af angstig had
staan rondspeuren of niemand kwam kij
ken wat er aan de hand was. Maar opeens
verstrakte zijn heele lichaam als dat van
een setter, die Avild ruikt en begon hij
dringend om stilte te gebaren.
Op een paar meter afstand van den
stoel, waarop Fanshawe-Smith lag, stond
een groote houten bak met een klein
maar dicht-bebladerd boompje en nu had
Edward door een opening in het dichte
groen iets in de bibliotheek zien gebeu
ren, dat in hooge mate zijn aandacht trok.
Hij drong voorzichtig nog wat verder in
het groen door en keek scherp toe, zelf
veilig voor ontdekking door de laag af
hangende takken en bij zijn Avaarneming
geholpen door een bundel zonnestralen,
die door de openstaande deur en het raam
j van gebrand glas daarboven naar bin
nen vielen.
j „Verhip!" fluisterde hij opgeAvonden.
„Kom 's kijken, patroon, da's de moeite
waard."
I FanshaAve Smith kAvam naar hem toe,
keek en kreeg een schok van verbazing.
In het ruime, hooge vertrek waren twee
personen, Mr. Decinnis Todd en Mr.
George M. A. Carr. De dikke Amerikaan
zat in een leeren clubfauteuil, de ex-
makelaar-in-thee-in-den-dop liep gejaagd
j heen en weer en beAvoog zijn lippen, alsof
hij een alleenspraak hield. De afstand
was te groot 0111 een woord te kunnen
I verstaan, maar het was duidelijk te zien,
dat hii grootelijks opgeAvonden was. Op
eens bleef hii staan, haalde iets uit zijn
zak iets dat schitterde en vonkte in
het zonlicht en keek er naar.
„Alle goden!" zei Fanshawe-Smith eer-
biedig. „Hij heeft ze!"
Het spionneerende trio drukte zich nog
meer in het groen en keek met ingehou
den adem een absoluut noodelooze
1 voorzorg en uitpuilende oogen toe. Ze
1 zagen George bij een opmerking van Mr.
1 Todd geïnteresseerd opkijken, zagen hem
dwars de kamer doorloopen, het hoopje
„steenen" onverantwoordelijk achteloos
op tafel neergooien en gaan zitten
ze zagen hoe Mr. Todd en hij de hoofden
bijeenstaken en een ernstige bespreking
begonnen. Ze konden geen woord ver
staan en wat het onderwerp van de be
spreking betreft, slechts gissingen ma
ken dus groeide hun nieuAvsgierigheid
uit tot ongeduld en hun ongeduld tot
spanning. En juist toen die spanning te
veel van het goede begon te worden,
kwam er, door het A\eer binnenkomen van
Sir John, aan het gesprek een eind. Met
een gevoel, of ze hallucinaties hadden,
zagen ze Todd Co. opstaan en achter
hun gastheer aan de bibliotheek uitwan
delen.
„Grutjes!" hijgde Alfred. „Hii laat ze
liggen."
Fanshawe-Smith knipte met zyn vin
gers, de eenige opwindings-demonstratie
die hij z'ch ooit permitteerde. De gevol
gen van zijn kennismaking met den tele
graafpaal Avaren als bij tooverslag ver
dwenen; behalve het gezwel op zijn kruin,
was hü Aveer de oude, de vindingrijke
leider van de pro-revolutionaire partij.
„Ga ze halen, Alfred!" beval hij.
Al'red schoot om het boompje heen,
racede het terrein over, stopte vóór de
openslaande deuren voor den laatst 01 ver-
kennenden blik en verdween in het kleur
rijke hallioht achter de deur. Binnen de
halue minuut verscheen hii onder ener
giek afvegen van zijn mond, met den
rug van zijn hand weer Avandelde het
terras over en liet zijn makkers den buit
zien.
„Braaf gedaan," zei FanshaAve-Smith,
terwijl hij de jiiAveelen in zijn zak liet
glijden. „Ik heb altijd zoo'n idee gehad,
dat vriend Carr niet zoo intelligent was
als hij er wel uit zag; maar dat hij een
driedubbelovergehaalde idioot Avas, had
ik niet gedacht. En Mr. Todd!Eer
lijk gezegd, sta ik ervan te kijken. Enfin,
dit bewijst ahveer luistert goed, waar-
de makkers, want dat is een les voor
jullie dat een veelbelovende onder
neming door één verstrooid oogenblik
totaal verknoeid kan worden. Hetgeen mij
op het idee brengt om onmiddellijk te
handelen, dat wil zeggen, er vandoor te
gaan, vóór dat uilskuiken Carr zich ver-
wonderd af gaat vragen, hoe zijn zak
opeens zoo leeg komt. Jij mag ons rijden,
Alfred, Avant al heeft dit me wonderbaar-
lijk opgemonterd, toch is mijn hoofd nog
niet wat het zijn moet."
Hij keerde zich om en ging in looppas
op den voet gevolgd door de Byngs,
er vandoor dAvars het terras over, de
trap af, weer een terras af en zoo voort
tot ze hun auto bereikt hadden. Alfred
schoof achter het stuur en de beide pas
sagiers stapten achterin. Maar nog vóói
Edward het portier dichtklapte, keerde
Fanshawe-Smith zich naar het groote huis
en nam eerbiedig zijn hoed af.
„Dit is schandelijk onbeleefd," zei hij
verontschuldigend, „maar de omstandig- j
heden noodzaken mij er toe. Op huis. aan,
James.met de noodige snelheid, asje
blieft."
De motor schrok uit zijn slaap wakker
en begon ijverig te snorren. De auto be
schreef een grooten cirkel en schoot met
een vaart, die een toeschomver de haren
te bergen zou hebben doen rijzen, de op
rijlaan in.
Na een kort bezoek aan de schilderijen
zaal van Croyde Park gingen George en
Mr. Todd, voorafgegaan door hun gast
heer, het huis door, een overboogde deur
uit en kwamen zoo in een kleinen, maar
buitengewoon mooien tuin een soort
tuin waarmee idealistische bollen-kwee-
kers hun catalogi bij wijze van lokmiddel
illustréeren.
„Nou, die is ook niet in een half jaar
zoo geworden," zei Mr. Todd bewonde
rend.
Sir John glimlachte.
„Nee, dat heeft honderd jaar gekost.
En hij is nog niet op zijn mooist, natuur
lijk, maar toch is het al „goed" er te zijn.
Hier kunt u mij altijd vinden als ik over
mijn inkomsten-belasting na te denken
hebKjjk, aan dien kant hebben we
een rosarium, dat om den haverklap ge
fotografeerd wordt. Wist u, dat uw tante
op het gebied van rozen een autoriteit is,
Mr. Carr?"
„Nee," gaf George ten anwoord, „maar
bij een type zooals zij, is alles mogelijk."
„'t Is een van de vele onderwerpen,
waarvan ze tAveemaal zoo veel weel a's
ik. Gisteren bijvoorbeeld heeft ze mij
nog verteld, dat ik dit jaar.... Hallo!
Wat is dat?"
„Dit „dat" Avas het verschrikte, maar
volijverige snorren van een motor, die
onzacht Avakker geschud wordt, gevolg 1
door het overstellen op een andere ver
snelling en het knerpen van grint onder
ZAvare wielen.
„Weerkeen nieuwe gast?" zei Sir John.
„Als ze zoo blijven doorgaan."
,,'t Lijkt mij meer," zei George, „of er
iemand Aveggaat
(Wordt vervolgd).