i Het moeilijke kind. Het menu van de week. Karin Michaelis pleit voor huwelijksvercekering. Inzicht in het karakter noodig. door Dr. Fr. Paulsen. Moeilijkheden bij de opvoeding van kinderen zijn in vele gevallen terug te brengen tot invloeden van buitenaf, maar vinden dikwijls ook hun oorzaak in den lichamelijken toestand. Het is in bepaalde gevallen yan groot belang, dat men zich een duide lijk beeld kan vormen van de omstan digheden, waaronder het kind leeft en of de moeilijke karaktereigenschap pen te wijten zijn aan innerlijke oor zaken, dan wel aan andere. In vele gevallen is het gemakkelijk om op de hoogte te komen van hun uiterlijke levensomstandigheden, zoo als bijv. bij eenige kinderen, bij de na- komelingetjes, eenige zoons of doch ters of ook wel ouderlooze kinderen. Moeilijker wordt het, indien het be wuste kind uit een groot gezin komt en niettegenstaande hij of zij in een meer of minder rustige omgeving is opgegroeid, en in een aangename familiesfeer, zich toch niet ontwikkeld heeft, zooals men zich dat gedacht en gewenscht heeft. Hier gaat het er (met uitzondering van ernstige geesteskranken of bij zwakzinnigen) meestal om, in den kern der persoonlijkheid vastgelegde bijzonderheden, die van minder be lang zijn en waarvan de oorsprong bij nader onderzoek dikwijls ouders of grootouders is, terug te vinden. Bij een bespreking van de opvoe ding der kinderen zonder een inzicht van het karakter, moet men zich er steeds van bewust blijven, dat zij zich niet aanpassen aan de veelzijdigheid van het leven en er dikwijls heel moei lijk tegenover staan. Duidelijk spreekt het type der kin deren, dat gewend 'is altijd hun zin door te drijven, zonder zich ook maar in een enkel opzicht te beperken. Lichamelijk robust, ongevoelig voor onvriendelijkheden, vaak schrokkig, heerschzuchtig, brutaal en ruw voor zwakkeren en dieren, die vaak nei ging hebben tot jokken en snoepen, ja zelfs tot vagebondeeren overgaan. Aan dit type is het indolente trage kind min of meer verwant, eveneens egoïstisch en met gelijksoortige nei gingen, maar veel zwakker van wil. Geheel verschillend van voor- gaande typen is de groep der gevoelige de z.g. „nerveuze" kinderen. Goed ontwikkeld, vaak uit de gegoede kringen voortgeko men, fijn gebouwd, bleek, af wisselend rood wordend (blo zen), overgevoelig voor harde geluiden en schel licht, gauw overwerkt, soms lijdende aan nerveuze constipatie. In ernstige geval len slapen zij slecht en onrustig en hebben last van bedwateren. Hun steuning is zeer ongelijkmatig, het eene oogenblik spelen zij vroolijk, terwijl zij kort daarna nergens meer lust in hebben. Hun geheele wezen maakt een buitengewoon slappen in druk, die vaak tot mislukken in den levensstrijd leidt. Niet zelden ge beurt het echter ook, dat deze typen door een voortdurenden strijd met hun lichamelijken aanleg nog zeer veel gaan presteeren. Wat is in deze gevallen de plicht der opvoeders en wel in de eerste plaats der ouders? De moeilijkheden, die zich vaak bij de opvoeding van eenige kinderen voordoen, zijn voor een groot deel het gevolg van het feit, dat de ouders een te groote bezorgdheid aan den dag leggen en te toegevend zijn. Hetzelfde is het geval met het na komertje en is het tijdstip, waarop dit kind naar school gaat en het echte schoolleven mee moet leven, voor hem een zegen. Hier toch wordt het kleine menschje zelfstandiger, moet zich zelf weten te verdedigen tegen medescho lieren, die elkaar soms harde waar heden weten te zeggen. Moeilijk is de opvoeding van z.g. doordrijverige en egoïstische kinde ren; veel liefde en geduld is ncodig en meermalen komt er bij deze kinde ren na de puberteitsjaren nog wel eens een verandering ten goede. Straffen falen bij deze lichamelijk en geestelijk overgevoelige kinderen nieestal. Beter is het samenzijn met andere kinderen, vooral ook met andere die hen de baas zijn en zich niet zullen ont zien hen op hun gebreken te wijzen. Zeer vruchtbaar kan de opvoeding van het nerveuze kind zijn en is het in de eerste plaats noodig, hem zelfver trouwen te doen krijgen, opdat vooral zijn minderwaardigheidsgevoel ver bannen wordt .Geen strenge straffen geven, maar een zacht aansporen en prijzen is voor deze kinderen lig om zelfvertrouwen te krijgen, j.aat deze kinderen niet eenzelvig worden, geef hun vriendjes, doch houd toezicht op hun spel. De ergste fout, die men bij deze overgevoelige kinderen kan maken is, om ze als 't ware in een glazen kastje te zetten. Bij al deze min of meer psychopati- sche kinderen zou men falen, indien men trachtte een fundamenteels ver andering hunner constitutie te verkrij gen. Dit is vrjjwel altijd onmogelijk. Het gevoelig kind blijft gevoelig, de sterke zal in normale gevallen sterk blijven. De mogelijkheid bestaat echter, dat de aanleg in goede banen geleid wordt en de goede kiemen tot ontwikkeling gebracht worden, waardoor het kind tot een zeer bruikbaar mensch kan opgroeien. In dezen zin opgevat kan de opvoe ding van het moeilijke kind een vruchtbare taak worden voor ouders en opvoeders. - „Zeg, paps, zal ik de juffrouw mijn plaats aanbieden?" („Nebelspalter"). Zondag: Crème soep, Kalfs nierstuk, spinazie, Aardappelen, Ananastaart. Maandag: Koud vleesch, Worteltjes, aardappelen, Rozijnenpudding. Dinsdag: Karbonade, Knolraap, aardappelen, Pruimen met vanillesaus. Woensdag: Zuurkool met aardappelen, Purée, spek en worst, Watergruwel. Donderdag: Kalfslever, Appelmoes, aardappelen, Griesmeelschotel. Vrijdag: Magere tomatensoep, Gestoofde kabeljauw, Sla, aardappelen. Vrfldag II: Spaghetti met harde eieren en tomatensaus. Sla met gebakken aardappelen. Zaterdag: Runderlapjes, Savoyekool, aardappelen, Havermout. Crèmesoep met macaroni. 400 gram kalfspoulet, l1/, liter water, 50 gram macaroni, 25 gram geraspte kaas, 2 eierdooiers, 1 dl room, zout eu peper. De kalfspoulet wordt met koud water en zout opgezet en moet een goed uur trekken, daarna wordt de bouillon ge zeefd en laten wij de in stukjes gebro ken macaroni er in gaar koken. De eierdooiers kloppen wij met de room in de soepterrine, voegen de kaas erbij en tenslotte de soep; met het oog op het schiften der eieren zullen wij de heete soep slechts bij zeer kleine scheutjes tegelijk bij de eieren moeten voegen en wel onder voortdurend roe ren. De overgebleven poulet zullen we gebruiken voor de koffietafel van den volgenden dag en vullen er bijv. schel pen mede of dienen het op als ragout met rijst. Ananastaart. 100 gram boter, 100 gram suiker, 2 eieren, 2 dl melk, 1 pakje vanillesui ker, 250 gram zelfrijzend bakmeel. Vulling: 1 blik ananas, 50 gram sui ker, 20 gram bloem, 1 ei, citroensap, 20 gram boter, 2 dl slagroom. Wij roeren de boter en suiker tot een zalfachtig geheel (het meest aan te bevelen is om basterdsuiker te ge bruiken), voegen daarna één voor één de eierdooiers erbij en tenslotte lepel voor lepel de gezefde bloem, afwisse lend met een weinig melk en de vanil lesuiker; het laatst komt het zeer sti^t geklopte eiwit door het deeg, dat wij er voorzichtig door moeten scheppen. Twee ronde bakblikken worden met boter ingesmeerd en met bloem be stoven en gevuld met het deeg, dat on geveer 20 minuten in den oven moet bakken. Voor het vulsel vermengen wij boter, bloem, suiker, ananas, citroensap en de eierdooier met elkander en maken er een sausje van, dat even door moet koken, waarna de gehakte ananas er door geroerd wordt en de vulling op een der taarthelften wordt uitgelegd; de andere helft komt er bovenop en wordt evenals de zijkanten bestreken met de stijfgeklopte room, terwijl eenige stukjes ananas als versiering dienen. Om het huwelijk van een steen des aanstoots te zuiveren. Met haar gevoelig hart voor alle vragen, die de vrouw en het kind be treffen, werpt de bekende Deensche schrijfster Karin Michaelis, die kort geleden zestig jaar is geworden, zich thans op een belangrijke en nieuwe aangelegenheid: zij strijdt voor de hu welijksverzekering van de vrouw. Op de haar eigen levendige en tempera mentvolle wijze verdedigt zij haar standpunt, dadelijk als zij aan het woord is weet zij te boeien, al is haar Duitsch, waarmee zij zich buiten haar landsgrenzen moet behelpen, niet al tijd geheel en al volmaakt. Doch waar het woord ontbreekt, is er het verdui delijkende, aanvullende gebaar. Karin Michaelis is een vrouw, die aan alle vrouwen toebehoort, wanneer het op helpen en raden aankomt. „U moet niet denken, dat ik een vijandin van de mannen ben; niets is minder waar. Maar ik wil de vrouwen helpen om hun recht te verkrijgen, waarvoor zij steeds zoo moeten strijden. Sinds jaren draag ik het idee in mij om van een huwelijksverzekering voor de vrouw." Wat zij daaronder verstaat? Moet men zich tegen het huwelijk verzekeren? Als men haar dit vraagt lacht zij. „In tegendeel, er is niets schooners en heiligers dan een gelukkig huwelijk! En toch heeft men een huwelijksver- zekering noodig. Tachtig procent van alle ongelukkige huwelijken zijn ge strand op de geldkwestie. U kunt vra gen waar U wilt, steeds kan men dezelfde klacht hooren. Ik kom juist uit Amerika, waar ik de vrouwen mijn denkbeeld van een huwelijksverzeke ring uiteen gezet heb. De Amerikaan- sche vrouwen bleken enthousiast en wilden mij dadelijk directrice van zulk een verzekeringsonderneming maken, doch dit heb ik maar niet ge daan Hoe zij zich de zaak dan gedacht heeft? „Nu, heel eenvoudig. Reeds als kind wordt de vrouw in een huwelijksverzekering door haar vader ingekocht. De premies zijn dan nog zeer laag. Als een meisje dan trouwt en het ongeluk treft, dat haar huwelijk ontbonden wordt, staat zij niet geheel en al onbemiddeld, maar de verzeke ring betaalt haar een kapitaal uit of een lijfrente, al naar gelang zü verze kerd was. De vrouw heeft dan de mo gelijkheid, zich een bestaan te verwer ven." „Maar als de vrouw niet scheidt, als het huwelijk, wat gelukkig toch het normale Is. gelukkig en harmo nisch verloopt?" „Dan is het geld na tuurlijk niet verloren. Tmmers, men zou in het andere geval een premie op het scheiden zetten. .Tuist het tegen deel wil ik hereiken: door het huwe lijk vrij te maken van geldzorgen wil ik de wrijving verminderen. Neen, als de vrouw haar vijftigste jaar bereikt heeft, krijgt zij in haar huwelijk het geld als haar persoonlijk vermogen uitbetaald. Het is zeer mooi, als een vrouw op haar vijftigste jaar een per soonlijk vermogen krijgt; een vrouw, die tientallen jaren lang huisvrouw was, heeft het eigenlijk ook best ver diend. Over het algemeen sta ik op het standpunt, dat man en vrouw ieder over evenveel geld beschikken moe ten. Als de man en de vrouw ver dienen, dan wordt de verdienste in twee gelijke deelen verdeeld en ieder betaalt van alle uitgaven de helft. Dat is de ideale toestand; in de huwelijken waar dit gehandhaafd wordt, zal nim mer ongenoegen ontstaan. Niets is be schamender voor een vrouw dan steeds om geld te moeten bedelen. Ik heb onder mijn kennissenkring eens een geval meegemaakt, waar de man, die zeer veel geld bezat, zijn vrouw nooit een cent ter hand stelde. Hij •be taalde steeds alles. De vrouw wist niet wat geld was. Toen is de man plotse ling gestorven. De vrouw erfde het groote vermogen en stond volkomen hulpeloos met al haar geld. Het spreekt vanzelf, dat men haar be droog. waar men er slechts kans toe zag. Het werd een hel voor de arme vrouw. Dit is wel een bijzonder kras staaltje, maar in den grond van de zaak is het overal zoo. Daarom moet er een huweliiksverzekerine komen." „Of men zulk een verzekering al eens heeft toegepast?" „Ja, in Oostenrijk bestaat iets dergelijks. Men boekt daar groote successen. Mijn streven is, de geheele wereld ervoor te interessee ren. Slechts als alle vrouwen van alle landen het idee helpen steunen, kan de verzekering ook kapitaalkrachtig zijn. Natuurlijk is dit een lange, lange weg nog. Maar hebben wij vrouwen niet altijd moeten strijden? Waarom zouden wij ook dit niet kunnen berei ken?" Karin Michaelis wil alle landen gaan bereizen om propaganda voor haar denkbeeld te maken. Alle vrou wen wil zij oproepen om haar te hel pen. Met haar warmvoelend hart, met haar begrip voor de zorgen van de vrouw van heden, zal zij het zien klaar te spelen. Er gaat veel kracht, veel jeugdige frischheid van deze blondgelokte zes tigjarige vrouw uit, met wier opvat tingen men het dikwijls niet eens kan en mag zijn, doch in wie wij toch de oprechtheid en onbaatzuchtigheid van haar streven moeten eerbiedigen. Zij is een vrouw, die zich aan geen bewe ging met goedkoope leuzen heeft ver pand. En haar strijd is er een, die de vrouw wil laten zijn vrouw in alle be- teekenissen, de omstandigheden te verbeteren, waardoor zij kan worden een goede huisvrouw en een goede moeder. (Nadruk verboden^.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 15