Bridge-rubriek.
Een verhaal zonder woorden.
DAMMEN.
1
m ilÉf
1P
Contract Bridge is een spel waarbij
men door een doelmatige en logische
biedmethode elkaar als partners vol
komen toelaatbare signalen geelt,
welke moeten leiden tot het beste eind
bod. Dat eindbod is ideaal wanneer het
gebaseerd is op de kracht der 26 kaar
ten van N en Z oi' O en W. Men stare
zich dus niet blind op de eigen kaar
ten, de 13 kaarten die men zelf in han
den heeft, maar bedenke dat het spel
gespeeld wordt met de kracht liggende
in de 26 kaarten- die men met den
partner deelt.
Als men vroeger Whist, Boston of
Action heeft gespeeld doet men goed
alles te vergeten wat men daarbij met
bieden toepast; men beschouwe Con
tract als een heel ander spel, met heel
andere spel-theorie en techniek.
Wanneer men vroeger met Klave
ren opende, was het de bedoeling
daarin het eindbod te vestigen; thans
zegt een opening van Klaveren dik
wijls dat men naar Sans wil. De
nieuwe theorie houdt zich bij voorbaat
bezig met kracht in de topkaarten
(Aas, Heer). Men biedt thans op een
vierkaart, b.v. Aas Heer vierde van
Harten, maar moet dan ook bijspel
hebben. De Engelschen spreken yan
„quick tricks". wij hier van honneur-
trekken. Wij komen op de taxatie
daarvan later nog in een ander artikel
terug.
Hoe verkeerd soms geboden wordt
toont Manning Foster aan met een
sprekend voorbeeld. Z. bood, terwijl
NZ in de tweede manche reeds 65
punten hadden en voor de robber dus
maar 35 erbij moesten hebben op het
volgende spel:
Sch.: H, B, 2; Ha.: A, B, 10, 8 3; Ru.:
Aas en KI.: A, H, V. 10 instede van 1
Sans dommerwijs 1 Harten. Als hij 1
Sans had geboden zou zijn partner öt
gepast hebben of twee van zijn beste
kleur hebben geboden en dan zou de
hobber gemaakt zijn. Wat gebeurde er
nu? Na zijn 1 Ha bood W 2 Ruiten,
waarop N en O pasten en Z zonder
eenige indicatie van zijn partner te
hebben gekregen kalm 2 Harten bood.
Het was zijn verdiende loon, dat hij
twee down ging, want dat is geen bie
den! Hier zien wij dus duidelijk ge
demonstreerd hoe onverstandig zulk
een biedmethode is door enkel en
alleen aan de eigen 13 kaarten te den
ken. N had n.1. het volgende: Klaveren
Roer zesde en verder niets als lage
kaarten in de overige kleuren. Een
opening met Sans ware beter geweest
dan met 1 Harten, maar de beste ope
ning (niet alleen omdat het nu juist
goed uitgekomen zou zijn) ware 1
Klaveren geweest. Met opening van
Sans dwingt men niet alleen de tegen
partij, maar ook den partner om een
bod van minstens twee te doen, de
tegenpartij heeft soms een kans dat te
doen, maar in dit geval had de part
ner na twee Ruiten van W geen 3
Klaveren kunnen zeggen. Ware nu Z
niet 1 Klaveren begonnen, steunend op
de „quick tricks" in die kleur nb
nog vier honneurs in de hand welke
sow ie so al 100 punten geven (waarop
men dus eventueel makkelijk 1 down
kan gaan zonder dat het wat kost!)
dan had men een eindbod van 2 des
noods 3 in Klaveren kunnen bereiken
en den robber gewonnen.
Wij geveen er dus steeds de voor
keur aan om laag te beginnen, indach
tig aan het z.g. „one over one"
stysteem. De bedoeling hiervan is om
in het beginstadium van het bieden
vbaag bij den grond te blijven". Men
begint b.v. met >1 KI, daar kan op door
gegaan worden met alle kleuren en
met een minimum verhooging. Zoo
doende hoort men nog eens wat, niet
tulpen van den partner maar ook van
de tegenpartij!
Men moet dan echter op een partner
kunnen rekenen die weet dat het zaak
is om het bieden aan den gang te
houden en die niet alleen zijn mond
open doet wanneer hij een groot slem
in banden heeft en daar dan mis
schien net twee op durft te bieden!
N. W. ETTYLEAL.
Hanneman demonstreerde zijn eigen
geknutseld zeslamps-radiotoestel. Het
apparaat huilde, jammerde, steunde,
klaagde, donderde, floot, siste, brulde,
ratelde, trommelde, enzoovoorts!
Waarop ziju vriend Wanneman troos
tend opmerkte: „Misschien heb je de
een of andere raadsvergadering voor
öen luidspreker.
Juffrouw Dora, houdt U veel van
bloemen?
O ja, ik ben er dol op!
Dan bent U vast ook een beetje dol
op mij, ik heet namelijk Blom!
De blinde bedelaar.
<Sb
UITSLAG WEDSTRIJD
HELDERSCHE DAMCLUB.
Groep 1.
gesp. gew. rem. verl. pnt.
J. Stoll 13 11 2 0 24
J. Dijkers 16 9 2 5 20
J. C. Kossen 3 6 6 3 7 15
D. Dissel 11 5 3 3 13
S. Slort 14 3 5 6 11
J. Th. De Nies 10 2 3 5 7
D. C. W. Rab 10 2 3 5 7
Joh. Bremer 11 3 1 7 7
A. A. Bremer 9 2 2 5 6
Groep II.
L. Simonse 17 8 8 1 24
O. Ottervanger 16 8 4 4 20
P. J. Arends 19 7 6 6 20
P. H. C. Groene-
meijer 15 6 5 4 17
C. Goedegebuur 18 6 5 7 17
A. Bosman 19 7 3 9 17
P. Slort 19 4 7 8 15
W. Wieren 12 4 6 2 14
A. J. Bezemer 39 5 4 10 14
J. Jagel 13 .2 9 2 13
H. G. Fonteijn 17 3 7 7 IS
Groep III,
Jn. Bremer 34 11 2 1 24
P. J.Smolenaars 34 10 4 0 24
W. v. Brederode 14 8 2 4 18
W. Slort 14 5 3 6 13
G. v. Roekei 13 4 2 7 10
W. Volkers 14 5 0 9 30
W. Groof 13 3 1 9 7
H. Thijssen 14 0 4 10 4
De wedstrijd wordt gehouden iederen
Donderdagavond van half 8 tot 11 uur,
in de bovenzaal van het Evangelisatie
gebouw, Palmstraat,
De wedstrijden zijn ook toegankelijk
voor niet-leden.
SCHAKEN.
De driezet van Cauveren zal de volgende week besproken worden. Het vol
gende probleem is van het changed mate type.
D. Booth jr.
2e prijs Chess Amateur 1918.
Wit begint en geeft mat in twee zetten.
Wit: Kgl, Df5, Tb3, La2, Pc7 en e4, pi b2, c5, d3 en e2.
ZwartKd4, Ta5, Pb6 en g4, pi c4, d7, gó en h4.
De volgende partij werd tusschen Flohr en Spieimann met wit tegen Euwe
en Speyer met zwart gespeeld.
F. en S.
E. en S.
16.
Tadl Dc7
1.
d4
d5
17.
Ld4 Lb7
2.
c4
c6
18.
Le5 Dc8
3.
Pf3
Pf6
19.
g4 Lc5f
4.
Pc3
efi
g4 lijkt een gewaagden zet.
5.
Lg5
Pbd7
20.
Khl Ld4
Dit is een bekende stand uit den or
thodoxe variant van het damegam
biet.
6. e4 de4
Een ongewone zet van wit, die zwart
geen moeilijkheden geeft.
7. Pe4: Db6
8. Ld3 Pe4:
De weerlegging van e4. Zwart wint
nu een pion.
9. Le4 Db4f
10. Pd2 Db2
Iets sterker lijkt Ld2.
11. 0-0 Dd4:
12. De2 Pf6
Het is zeer de vraag of wit's voor-
sprongin ontwikkeling opweegt tegen
het verlies van twee pionnen.
13. Le3 Dd8
14. Lc2 Le7
15. f4 b6
Hier was 0-0 voor zwart te overwegen.
Op Ld4volgt nu c5.
21. c5 La6
22. Ld3 Ld3
23. Dd3bc5
24. g5 Pd5
Wit wil tot iederen prijs aanvallen.
25. Pe4 0-0
Dit is uiterst riskant voor zwart.
26. Tf3 f5
Wederom zeer gewaagd. Beter Dd7.
27. gf6gfö:
28. Ld4cd4
29. Pc5 Dc7
30. Tglf Kf7
Na Kh8 volgt Dh7en Th3.
Th3 f5
31.
32.
Na
Th7 :f opgegeven.
Ke8 was Th7Tf7, Tg8f, Ke7",
Tf7Kf7 Dh7f gevolgd.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
m
M
Vv/A'Xva.
<iS
m '%r
/ww/>
m m m
w
WK, wM.
Bovenstaande positie is uit een cor
respondentiepartij en geeft een aardig
moment daaruit weer. Wit merkte op,
dat op 3228 niet mocht volgen zwart
1117 wegens 2823 altijd dam. Zwart
diende daarop van repliek door te
zeggen dat wit er met 3228 zou zijn
ingeloopen wegens 24—29, 11—17,
17X26, 12X32 enz. altijd raak.
m i
I
'//AAS. WA
Deze stand is uit den wedstrijd om
het meesterschap 1918 en kwam voor
tusschen Herman de Jongli met zwart
ea B. Springer met wik
Springer speelde 39—33 denkend dat
de dam gelijk spel gaf. Doch nu ging
het als volgt
11-17, 22X1116X7,27X1618—22,
28X17; 23-29, 34X23 19X50,30X10
15X4, 40—34; 50X1R 32—28; 11X48,
38-33; 48X30, 35X15. Zwart heeft een
schijf gewonnen. In deze combinatie,
10 zetten diep, gingen 17 schijven van
het bord.
Ten slotte een aardig probleempje
van M. J. Belinfante:
Zwart2; 7/10, 13, 15, 18, 30.
Wit: 24, 27, 28, 33, 35, 37, 39/41.
27—22, 18X27 (op 30X19; 39-34,
18X27; 37—32, 27X29 34X1)37-31,
27X47; 39—34, 47X20; 34X1.
Alles betreffende deze rubriek te'
adresseeren aan:
G. L. GORTMANS
Roerstraat 101 11
Amsterdam (Z.)
Hoe komt het toch, vroeg baas Koks
aan een van zijn klanten, verleden jaar
hebt U alle kolen steeds bij mij besteld
en dit jaar hebt U niet één mud bij mij
gekocht. Waar stookt U dan mee?
Met de aanmaningsbrieven, die U
mij in den loop van den zomer zond!
Een wichelroedelooper bemerkt bij
enkele proeven, die hij in een herberg
neemt, dat zijn ^oede op de binnen
plaats sterk naar beneden gaat.
„Deksels!" zegt hij tot den herber
gier, „hier moet een massa water zit
ten." „Niet zoo hard," fluisterde de
waard verschrikt, „hier beneden is de
wijnkelder!"