s. uwm s zl
TOBRALCO
(Ei
Een avontuur in het land
der Pharao's.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
Nr. 7125. EERSTE BLAD
DINSDAG 31 MEI 1932
60ste JAARGANG
Brüning over het werkloosheidsprobleem in Duitsch-
land. - De ontwapeningsconferentie te Genéve -
Nieuwe Amerikaansche ontwapeningsvoorstellen
Wij Breien!!! en repareeren alle
De Nederlandsch-Duitsche
handelsbetrekkingen.
Chantage-affaire in Noorwegen.
in 50 dessins,
FEULLIETON
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65;binnen-
land f 2.Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,
f 1,Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.fr. p.p.6et.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra). Bewijsno. 4 ct.
Het werkloosheidsprobleem in Duitsch-
land is een van de moeilijkste vraagstuk
ken waarvoor de regeering zich geplaatst
ziet. De werkloosheid is van zoo grooten
omvang geworden, dat, zoo zeide Brüning
aan een maaltijd van buitenlandsche pers
vertegenwoordigers, het vraagstuk de re
geering dag en nacht bezig hield.
Hij repte ervan, dat bijna het vijfde van
het Duitsche volk door deze plaag ge
troffen, dat van deze zes millioen twee
millioen beneden de 25 jaar is, werkloos
op een leeftijd, waarin psychische krach
ten en wilsinstincten het sterkst naar
bezigheid trachten. En van deze twee mil
lioen is een millioen beneden de 21, jonge
menschen, die het leven voor zich heb
ben, zonder een werkplaats te vinden.
Menschen, wien zich op het oogenblik,
waarop zij den kinderschoenen ontgroeien
en in staat worden tot denken en hande
len, geen werkplaats biedt en die in hun
levensloop, welke hen in hun gerechtvaar
digde verwachtingen omhoog moet voe
ren, een onoverkomelijke hindernis ont
moeten. Een wreede, in haar oorzaken niet
begrepen storing der functies van het
moderne economische organisme doemt
hen er toe zich te voelen als overbodige
en nuttelooze leden der maatschappij. Is
het verwonderlijk, dat in de harten en
geesten van dit millioen jeugdigen en ra
dicalisme opkomt? Een radicalisme, dat
slechts verbetering verwacht van den
ondergang en het vernielen van al het be
staande en dat daarop zijn hoop opbouwt?
In vroegere tijden heeft men bij de
snelle to.eneming der bevolkingen vrees
gevoeld, dat het produceeren der voe
dingsmiddelen geen gelijken tred zou
houden met dit aangroeien der mensch-
heid. De ontwikkeling is geheel anders
geworden. Niet de voedingsmiddelen zijn
het die ontbreken, integendeel. Het ont
ginnen van steeds grootere stukken nog
onbebouwd land, de geweldige vooruit
gang der chemie en der techniek zijn een
waarborg, dat de menschheid ook bij een
snelle toeneming geen armoede behoeft te
lijden.
De menschen van tegenwoordig zien
meer dan ooit in den arbeid een zegen, die
Inhoud geeft aan het leven. Vandaar de
moreele schade, de psychische declassee
ring die de werkloosheid met zich mde
brengt.
Duitschland kan deze kwestie, die een
voudig beslissend is, niet alleen oplossen
van den geesel van de werkloosheid, die
de heele wereld heeft aangetast, kan het
slechts door een gemeenschappelijke actie
bevrijd worden, zoo zeide Brüning aan het
einde van zijn toespraak.
Van de ontwapenings(?) conferentie.
Vijf jaar lang hebben den deskunigen
van de commissie tot voorbereiding van
de ontwapeningsconferentie gewerkt aan
een bruikbaar schema voor die conferen
tie zoo schrijft de „Nw. Rott. Crt." Met
den hartstocht die op dit punt deskundigen
soorten wollen kleeding, kousen en sokken (ook
de allerfijnste). Vraagt onze eigengebreide ijzer-
sterke Sportkousen. JAAP SNOR, Zuidstraat 19
(Let op den gelen winkel)
P.S. Voor Texel: Wed. BUIJSMAN, Den Burg.
eigen is hebben zij gegroepeerd en ge
classificeerd. Hun werk is nog aangevuld
door het werk der drie viootconferenties.
Nu is de ontwapeningsconferentie van
Genève reeds bijna vier maanden bijeen,
en nog zijn haar deskundigen lang niet
klaar met het classificeeren der wape
nen. Toen de conferentie begon moest de
wereld het geruststellend gevoel hebben
dat de kwestie uit de handen der deskun- j
digen, die ertoe zijn opgeleid in termen
van militaire „efficiency" te denken, over- j
gegaan was in de handen van staatslie-1
den, die meer geleerd hebben te luisteren
naar hetgeen de volken wenschen en die!
ook alleen de verantwoordelijkheid kun
nen dragen voor het vervullen dier ver
langens. Eerst scheen dat geruststellend
gevoel gerechtvaardigd. Maar als wij nu
dag aan dag de berichten uit Genève
lezen dan zien wij, dat de deskundigen
reeds lang weer het geval in handen heb
ben, dat zij hun dagen besteden aan het
rangschikken en aan het streven naar mi
litaire „efficiency" als in de beste tijden
van de voorbereidende commissie. Naar
de snelheid te oordeelen waarmede men
vooruit komt zien wij geen enkel be
zwaar waarom dit niet nog weer vijf jaar
zou kunnen duren.
Nu weten wij dat men op het oogenblik
opzettelijk den pas markeert om te wach
ten tot Frankrijk weer een regeering
heeft die in staat is groote politieke be
slissingen te nemen. Men treuzelt uit
tactiek. Dit dan echter een tactiek waar
aan alle tact vreemd is. Hoezeer moet het
publiek door dit vertoon van hulpeloos
heid worden geprikkeld! Hoe wordt ook
het werk der deskundigen van de voorbe
reidende conferentie daar verloochend!
Heeft iemand geweten dat het zoo volko
men verkeerd opgezet, zoo volkomen in
competent was als men nu mag opmaken
uit het aanvullende werk dat noodig is?
Is de oorzaak van die indirecte verlooche
ning van het voorbereidende werk daarin
te zoeken dat men nu weer anders poli
tiek tegenover de kwestie staat, dan moe
ten wij vreezen dat ook dit werk der des
kundigen weer monnikenwerk zal blijken
als de nieuwe politieke omlijsting voor
het werk der conferentie eindelijk zal zijn
1 gereed gekomen.
Nieuwe Amerikaansche ontwapenings
voorstellen? Van Amerikaansche zijde
is in de laatste dagen herhaaldelijk con
tact gezocht met de vertegenwoordigers
der groote mogendheden, teneinde in ge
meenschappelijke, vertrouwelijke bespre
kingen, nieuwre bases te vinden voor de
werkzaamheden der ontwapeningsconfe
rentie. Deze besprekingen zijn hoofdzake
lijk door den Amerikaansche senator
Swanson gevoerd.
De Amerikaansche delegatie gaat van
het standpunt uit, dat de tot dusverre ge
volgde methodes van de ontwapenings
conferentie, waarbij het ontwapeningspro
bleem werd aangevat van den kant van
het afschaffen der aanvalswapenen, nog
tot geen practische resultaten hebben ge
leid. De Amerikaansche delegatie is der-
i halve bij deze besprekingen uitgegaan
van het voorstel, dat de vertegenwoordi
ger van de Vereenigde Staten reeds op
9 Februari j.1. ter conferentie heeft inge
diend en dat den volgenden inhoud heeft:
Vaststelling der troepensterkten der af
zonderlijke landen op den grondslag van
het minimum, dat noodzakelijk is voor de
handhaving van de binnenlandsche orde
en de nationale verdediging. Den maat
staf voor de berekening der legersterkten
vormen de ontwapeningsbepalingen der
vredesverdragen voor Centraal-Europa,
volgens dewelke de troepenmachten alleen
mogen dienen voor de binnenlandsche
orde en de grensverdediging.
Op de basis van dit Amerikaansche
voorstel hebben thans de Amerikanen ge
poogd een algemeene sleutel uit te werken
voor de vaststelling der legersterkten in
de afzonderlijke landen. De Amerikaan
sche berekeningsformule is buitengewoon
ingewikkeld. Zy berust hoofdzakelijk op
de berekening der voor de binnenlandsche
orde noodzakelijke legersterkten, houdt
echter ook rekening met koloniale belan
gen, lange grenzen, nationale verdediging
en een reeks andere factoren.
Naar medegedeeld wordt, stuiten deze
besprekingen echter op moeilijkheden
aangezien de Fransche delegatie voor de
vorming van de nieuwe Fransche regee
ring niet gemachtigd is tot vérgaande
onderhandelingen of beslissingen.
ONTSLAG VAN GEHUWDE
AMBTEN ARESSEN-NIET-KOST-
WINSTERS.
Bepaald is dat géhuwde ambtenares-
sen-niet-kostwinsters, waar mogelijk ver
vangen moeten worden door ambtenaren
op wachtgeld of ambtenaren welke elders
kunnen worden gemist.
RAPPORT
BEZUINIG INGSCOMMISSIE.
Vandaag is het tweede en laatste deel
van het rapport der bezuinigingscommis
sie aan de Koningin aangeboden.
Het bevat voorstellen tot verlaging van
uitgaven betreffende de departementen
van defensie, van waterstaat, van econo
mische zaken en arbeid en van koloniën,
voorts beschouwingen over het gemeente
lijke financieel beheer en het vraagstuk
der kleine gemeenten in verband met de
rijksfinanciën, een samenvatting van het
geheele rapport en slotbeschouwingen
over den financieelen toestand in de naas
te toekomst.
DOOR EEN MARECHAUSSEE
DOODGESCHOTEN.
Het Tweede Kamerlid De Visser heeft
den minister van justitie gevraagd:
1. Is het juist dat een arbeider uit Op-
bicht in Limburg op 16 Mei j.1. door een
marechaussee is doodgeschoten omdat hij
zonder licht reed en niet onmiddellijk stil
hield toen hij daartoe werd aangeroepen?
2. Acht de regeering het toelaatbaar
ook al werd genoemde overtreding in de
nabijheid van de grens gepleegd dat
hierbij van de vuurwapens werd gebruik
gemaakt met noodwendige gevolgen als
sub 1 genoemd?
3. Is de regeering bereid oogenblikke-
lijk maatregelen te treffen waardoor her
haling in den vervolge wordt voorkomen?
4. Is het juist dat het slachtoffer voor
noemd een weduwe met tien kinderen on
verzorgd achterlaat?
5. Zoo ja, is de regeering dan bereid de
nagelaten betrekkingen voor het verlies
schadeloos te stellen, en waarin zal die
schadeloosstelling bestaan?
De correspondent van de „Nw. Rott.
Crt." te Berlijn meldde Zaterdagavond:
Twee Berlijnsche bladen houden zich
bezig met de Nederlandsch-Duitsche han
delsbetrekkingen, het „Berliner Tage-
blatt" en de „Vossische Zeitung".
Het „Berliner Tageblatt" bespreekt in
een hoofdartikel, getiteld „De boteroor-
iog", het geheele complex van vraagstuk
ken, dat aan den beperkten invoer van
zuivelproducten vastzit en polemiseert in
het bijzonder met rijks-minister Schiele en
anderen, volgens wie vrijwel alleen de
import en niet de venpindering van de
koopkracht aan den verminderden afzet
van de Duitsche boter debet zou zijn. De
stelling van minister Schiele, zegt het
„Tageblatt, berust op de bewering, dat de
prijsbeweging in binnen- en buitenland
gelijken tred houdt; dit is evenwel aller
minst het geval, in zooverre de prijs in
Duitschland den laatsten tijd is gestegen,
terwijl de wereldmarktprijs zijn daling
heeft voortgezet.
De „Vossische Zeitung" plaats boven
haar beschouwing: Nederland's gevaarlijk
dreigement. Na gewag te hebben gemaakt
van vergeefsche onderhandelingen, ge
voerd door de dezer dagen naar Neder
land teruggekeerde delegatie, beweert het
blad, dat Nederland heeft verlangd, dat
het geheele actieve saldo van het Duitsch-
Nederlandsche handelsverkeer door
Duitschland ter beschikking zou worden
gesteld aan de importeurs van Nederland -
landsche zuivelproducten. Door dezen
eisch, zoo betoogt de „Vossische Zeitung",
verlangt Nederland van Duitschland het
onmogelijke, want dit rijk zou door de
consequenties, uit deze maatregelen voort
vloeien, niet meer in staat zijn de rente
van zijn buitenlandsche schulden te be
talen.
Het blad bespreekt vervolgens de actie
van oud-minister Posthuma en de moge
lijkheid van repressailles» op het gebied
der deviezen. De Duitsche regeering kan
natuurlijk niet verhinderen, zoo besluit
de „Vossische Zeitung", dat Nederland,
zonder daartoe te zijn genoodzaakt, op
het stuk van de deviezen het voorbeeld
van Duitschland volgt, maar een eenzij
dige restrictie tegenover Duitschland zou
tot een conflict voeren. Evenwel bestaat
er vooruitzicht, dat dit wordt vermeden
en overigens is ook de boterpolitiek van
minister Schiele oorzaak van de bestaan
de moeilijkheden.
COMPLICATIES IN EEN
BURGEMEESTERSFAMILIE.
Men schrijft aan de Nw. Rott. Crt.:
In een gemeente in WestFriesland
deed zich Zaterdag het zeldzame geval
voor, dat de echtgenoote van den burge
meester zich met twee getuigen ter ge
meente-secretarie vervoegde, teneinde den
burgemeester een bewijs van onvermogen
te vragen, om pro deo te procedeeren.
Het proces moest tegen den burgemees
ter worden gevoerd. Deze weigerde het
bewijs af te geven, daar de getuigen niet
pertinent konden verklaren, dat de aan
vraagster onvermogend was. Den be
trokken minister is nu om zijn tusschen-
komst gevraagd.
DOOR VRACHTAUTO OVERREDEN
EN GEDOOD.
De 21-jarige K. Neuhoff, gewoond heb
bende aan de Maaskade is Zaterdagmid
dag in de Boompjes te Rotterdam met
zijn fiets geslipt en gevallen. Hij is onder
een vrachtauto geraakt en met inwen
dige kneuzingen naar het ziekenhuis aan
den Coolsingel vervoerd. Bij aankomst
aldaar bleek hij aan de gevolgen te zijn
overleden.
EEN BOM GEVONDEN.
Te Zaandam is Zaterdag in de serre
van het feestgebouw Thalia een bom ge
vonden, die voorzien was van een tijd
meter en ontplofbare stoffen bevatte.
Het voorwerp is door de politie in be-
slag genomen.
Aangezien het gebouw Thalia het
eigendom is van de gebroeders IJden-
berg, aan wie ook de huizen behooren,
waarover een huurstaking gaande is,
wordt het vinden van de bom daarmee
in verband gebracht.
Buitenland.
Tientallen voetballers er bil
betrokken.
Dezer dagen is de politie te Oslo een
chantage-affaire van grooten omvang op
het spoor gekomen. Een groep voetbal
lers heeft er al eenige jaren lang werk
van gemaakt, sportliefhebbers en andere
personen, die iets op hun kerfstok had
den of het een of ander voor hun ver
wanten verborgen wilden houden, dreig
brieven te sturen en geld af te persen.
Verschillende personen moeten hierdoor
volkomen geruïneerd zijn. De politie
heeft tot nu toe twee internationale voet
ballers, Harald Petersen en Knut Ander-
sen gearresteerd. Zij hebben nimmer ge
regeld werk gehad, maar leefden van de
gunst van hun bewonderaars en van het
geld dat zij hun slachtoffers wisten af té
persen.
De zaak is aan het licht gekomen, door
dat een boscheigenaar, die thans in een
inrichting voor zwakzinnigen wordt ver
pleegd, aan een bezoeker meedeele, dat
hem groote bedragen waren afgeperst.
Weliswaar zeide de man kort daarop, dat
er van zijn heele verhaal niets waar was,
maar de politie was toen reeds op de
hoogte gebracht en had al reden te over
0111 het onderzoek voort te zetten. In de
correspondentie van den boscheigenaar
zijn dreigbrieven gevonden van zestien
verschillende personen, maar het staat
vast, dat eenige tientallen sportsmen-
schen bij de zaak betrokken zijn. Ver
schillende personen uit Noorsche sport
kringen zouden bovendien geweten heb
ben welke praktijken Andersen en Pet-
tersen toepasten om aan geld te komen.
POLITIEKE KLOPPARTIJEN
IN OOSTENRIJK.
Bloedige botsingen te Höttlng
nabij Innsbruck. 8» gewonden
en een doode.
In een nationalistische vergadering te
Hötting bij Innsbruck ontstond Vrijdag
avond naar Reuter meldt een hevige
kloppartij met politieke tegenstanders,
voor het meerendeel soc.democraten,
welk gevecht op straat werd voortgezet.
De gendarmerie moest met de gevelde
bajonet de omgeving schoonvegen. Er
werden 32 gewonden, o.w. eenige zwaar-
gekwetsten naar het ziekenhuis over
gebracht, waarbij de leden van den ge-
kleur-eoht, - wasch-echt,
HUIS per el.
Verkrijgbaar bij:
Let op naam op den zelfkant
Vraagt onze Stalen-collectie
neeskundigen dienst door de opgewon
den menigte werden lastig gevallen en
een wagen werd bebschadigd. Twee com
pagnieën soldaten worden gereed gehou
den.
Nader meldt Reuter, dat bij de ongere
geldheden te Hötting, zooals te midder
nacht bekend werd, omstreeks 80 perso
nen zijn gewond, van wie zes zwaar. Een
S.A.-man is reeds aan zijn wonden over
leden, een ander verkeert in levensge
vaar.
Te Linz 20 igekwesten.
Ook te Linz kwam het Vrijdagavond
tot hevige botsingen. Daar poogdeD soc.
democraten een nationaal-socialistische
vergadering uit een te jagen. Er werden
20 nazi's vrij zwaar gewond naar het zie
kenhuis overgebracht.
ONRUST IN HET WUPPERTHAL.
Vrijdagavond is het in het stadsge
deelte Heckinghausen tot renstige bot
singen gekomen. Bij het invallen van de
duisternis werden riooldeksels weggeno
men, lantaarns stukgeslagen, het plavei
sel opengebroken en in eenige straten
ruiten ingeworpen. Tegen 10 uur werden
politieagenten uit de huizen beschoten,
en met projectielen bekogeld. De politie
Indien gij voortdurend last hebt van
schele hoofdpijn als gevolg van een
slechte spijsvertering, gebruik dan
eens een poosje Foster's Maagpillen,
het betrouwbare, zacht werkende
laxeermiddel.
Alom verkrijgbaar A 0.65 pet flacon.
Oorspronkelijk verhaal.
door
KEES MIDDELBERG.
(Auteursrecht voorbehouden).
16)
„Dit alles te zamen als louter toeval
lige dingen aan te nemen, neen, dat was
mij te sterk! Ik had nu het sterke ver
moeden, dat Dr. Oxenham met of zonder
zijn medeweten iets in zijn bagage moest
hebben, waarop de dief het gemunt had.
Ik ging dus naar Dr. Oxenham en vroeg
hem vrijmoedig, of het zoo niet was. Daar
op antwoordde hij eerst, dat hij niets van
waarde had, wat trouwens ook de waar
heid was. Maar toen ik hem sprak van de
moord op Abdullah en van de inbraak in
het bagagedepot, geraakte hij in eenige
opwinding. En toen zei hij mij in vertrou
wen, en dit blijft onder ons, nietwaar
dat hij een mummie in een kist had, die
hij onbemerkt wilde meenemen naar Ame
rika. U moet weten, dat Dr. Oxenham een
man is van wetenschappelyken aanleg met
een hartstocht voor het verzamelen van
antieke dingen en dat het bezit van een
echte mummie een buitenkansje voor hem
is. Hij had, zoo vertelde hij mij, de mum
mie ontvangen uit de handen van twee
Arabieren, die toevallig in de nabijheid
van Luxor een plek hadden ontdekt, waar
een paar mummies lagen. Zij hadden hem
de mummie nabij zijn hotel in handen ge
speeld op den avond vóór den nacht,
waarin op zijn kamer werd ingebroken.
Maar wat nog veel sterker is; dienzelfden
nacht wei-den die twee Arabieren op eeni-
gen afstand van Luxor vermoord!
Toen ik dit alles vernam, was ik er
zeker van, dat de misdadiger het had ge
munt op de mummie, die Dr. Oxenham
onder zijn bagage meevoerde. Maar op de
vraag, waarom de man die mummie wilde
hebben, kon ik met geen mogelijkheid
een antwoord geven. Ik dacht er over na,
maar kon er werkelijk niets van maken.
En het was slechts een zuiver toeval, dat
mij geheel onverwacht de heele raadsel
achtige zaak duidelijk maakte".
„Wist u dus, dat wij de juweelen van de
hertogin van Parkminster in de mummie
zouden vinden?" vroeg de directeur.
„Ik was er bijna zeker van", antwoord
de de oud-detective. „Ik had me natuurlijk
langs een anderen weg daarvan kunnen
overtuigen door aan Dr. Oxenham verlof
te vragen de mummie te mogen onder
zoeken. Maar ik wilde niet alleen de ju
weelen hebben; ik wilde den man zelf op
heeterdaad betrappen. Wij, politieman
nen, hebben ook sportief instinct".
„Hoe wist u dan, dat u de juweelen in
de mummie zoudt vinden?"
„Door een stoutmoedige combinatie van
feiten, die, naar ik vrees, niet geheel vrij
van eenige fantasie is. Maar fantasie kan
den politieman soms te pas komen, hoe
vreemd het misschien moge klinken. Het
was door een zuiver toeval, dat ik de oplos
sing in handen kreeg. Hier heb ik ze".
De heer Beechespool haalde een cou
rant uit zijn zak.
„Toen ik gistermiddag bij Dr. Oxenham
was geweest, ging ik de courant zitten
lezen. En daar vond ik een lang bericht
uit Luxor met den titel: Een verrassende
ontdekking. Het is te lang, om het u hee-
lemaal voor te lezen en dat is ook niet
noodig. Ik kan het u in een paar woorden
zeggen. Maar te voren moet ik u nog iets
in herinnering brengen. U hebt natuur
lijk beiden gehoord van den diefstal van
de juweelen der hertogin van Parkmin
ster uit haar kamer op de dahabiyah".
„Her Grace heeft er mij zelf een paar
woorden over gesproken", antwoordde de
directeur. „Zij is nog steeds onder den in
druk van het verlies, omdat er oude fami
liestukken bij zijn".
„Ik zal haar na het ontbijt weer geluk
kig maken", zei de heer Beechespool glim
lachend. „U hebt natuurlijk het relaas ge
lezen van de achtervolging van een ver
dachten kameelruiter door de woestijn
tot in een kleine oase, in de richting van
de Lybische heuvels? Dan herinnert u
zich misschien nog een bijzonderheid. Aan
den rand dezer oase stond een vervallen,
oud-Egyptisch tempeltje, dat in het cou
rantenbericht even werd genoemd. Her
innert u zich dat nog? Welnu, in dit lange
courantenbericht hier wordt verteld, dat
een paar Engelsche toeristen heel toeval
lig ontdekten, dat dit tempeltje toegang
gaf tot een daaronder gelegen grafkamer
en dat zij daar een paar mummies hebben
gevonden, liggende naast omvergeworpen
sarcophagen. Toen ik dit las, flitste mij
de oplossing van het raadsel ineens door
het hoofd. De kameelruiter, die natuurlijk
de dief der juweelen was, heeft, toen hij
zijn achterovlgers zag naderen, zijn ka
meel tot spoed aangezet om nog vóór hen
de oase te bereiken. Hij moet het bestaan
van den grafkelder hebben gekend. In
alle geval, hij is van zijn kameel gespron
gen, het tempeltje en de grafkelder bin
nengesneld en heeft de juweelen daar ver
borgen. En vreezende, dat men zijn sporen
wellicht zou vinden, heeft hij de juweelen
door de holte van het ontbrekende oog,
want de mummie heeft maar één oog
in het hoofd van een der daar liggende
mummies laten glijden. Daarna is hij snel
doorgereden tot aan de bron, waar de
achtervolgers hem hebben getroffen. Na
tuurlijk heeft men geen spoor der gesto
len juweelen bij hem gevonden. Doch hij
wist niet, dat de oude grafkamer nog aan
twee anderen bekend was en nog minder
wist hij, dat dezen voor een goede som
gelds hadden aangenomen, aan Dr. Oxen
ham een mummie te brengen. Op den
avond yan den dag zijn de twee Arabieren
de mummie komen halen en ze namen
juist de mummie, waarin de dief zijn
grooten schat had geborgen! U kunt zich
voorstellen, wat hij gevoelde, toen hij een
poos later, bij donker, zijn buit wilde
komen halen en de mummie niet meer
vond. Hij heeft blijkbaar nog kunnen ont
dekken, dat ze door twee mannen in de
richting van Luxor was vervoerd en hij
heeft zich gehaast, hen te achtervolgen.
Hy moet nog dicht genoeg bij zyn ge
weest, om te zien, wat er met de mummie
gebeurde en waar ze bleef, maar hij kon
de mummie op het oogenblik niet meer in
zijn bezit krijgen. Hjj heeft zich dus eerst
overtuigd, waar de mummie bleef, name-
lyk in de kamer van Dr. Oxenham, waar
ze van buiten af door het venster naar
binnen werd geheschen. Toen heeft hij
zjjn woede gekoeld, eerst door de twee
Arabieren te achtervolgen en te dooden.
En daarna heeft hy getracht, de mummie
of althans den kostbaren inhoud van haar
hoofd weer in handen te krygen. Ziedaar
de verklaring van de inbraak in Dr. Oxen-
hams kamer, van den moord op den hof
meester dér dahabiyah en de schim in het
babageruim, van de uit-den-weg-ruiming
van Abdullah en van de inbraak in het
bagagedepot van dit hotel. En zoo komt
het, dat wy de juweelen van de hertogin
van Parkminster hebben gevonden in het
hoofd eener Egyptische mummie. Het is
wel een der zonderlingste zaken, die ik
ooit heb meegemaakt. U begrypt nu ook
my'n handelwijze van hedenmiddag. Ik
had Dr. Oxenham naderhand nog in het
vertrouwen genomen en op my'n verzoek
ging hij gistermiddag, terwijl Barouda in
het bagagedepot was, naar zijn box en
zocht schijnbaar iets in zyn bagage, waar
bij hy „vergat", den sleutel weer uit het
slot van de mummiekist te nemen. Barou
da wist nu, waar hy zyn moest en toen
hem nu zoogenaamd de wacht gedurende
de eerste urén van den nacht werd opge
dragen, stond het by mij vast, dat hy van
die eenige gelegenheid gebruik zou
maken. We konden ons nu veilig in de
aangrenzende boxen opstellen zonder ge
vaar, dat hy ons zou ontdekken. Daar de
man er rekening mee moest houden, Dr.
Oxenham wel eens te ontmoeten, moest
hy zich natuurlyk vermommen. Zooals ik
reeds dacht, waren haren en baard valsch.
We hebben hem daarvan al bevrijd en ik
ben er zeker van, dat het gezelschap van
den hertog hem straks zal herkennen als
den man, die verdacht van den diefstal
door kolonel Saunderson en de andere
achtervolgers werd meegenomen naar de
dahabiyah".
En zoo was het inderdaad. Barouda
bleek de verdachte kameelruiter te zyn.
Meer nog: De bedelaar uit Caïro en nog
een ander herkenden in hem, nadat hem
de valsche baard was aangedaan, den
vreemdeling, die door Abdullah van de
moskee van Omar was gebracht naar het
kerkhof buiten de stadsmuur. En onder
zyn bezittingen in de caravanserai vond
men het Egyptische en Amerikaan
sche geld, dat John had betaald aan de
twee Arabieren voor de mummie. Dat
alles besliste tegen hem en het eind van
de zaak was, dat hy ter dood werd ver
oordeeld en terechtgesteld.
Dr. Oxenham herkende hem niet. Het
hiaat in zyn geheugen is nog steeds open
en zal het ook wel blyven.
De hertogin van Parkminster beleefde
de grootste verrassing van haar leven,
toen de heer Beechespool haar by het ont
bijt glimlachend en laconisch de gestolen
juweelen kwam terugbrengen. Zy stelde
aan Dr. Oxenham een aanzienlyke som
gelds ter hand met verzoek, het te willen
besteden voor de achtergebleven familie
van Ahmed, den door Barouda vermoor
den hofmeester.
De mummie, wier verbryzeld hoofd
helaas nooit meer geheel hersteld kon
worden, prykt te midden van Dr. Oxen-
hams Egyptische oudheden in een mooie
zaal van zijn villa te Providence, Rhode
Island.
En dikwyls, als hy haar ziet, denkt hy
nog terug aan de tragische gebeurtenis
sen in het heilige, geheimzinnige land der
oude Pharao's
EINDE.
i