HET BINNENHOF OP EN OM I Komkommertijd exit- Rond het bezui nigingsrapport Weiter. - Katholieke en socialistische oppositie. - De verslechten de postdienst. - Crisisontwerpen in de Eerste Kamer. Practische wenken. den. Of echter de uiteindelijke oplossing van het moeilijke taxi-probleem inderdaad in deze richting zal gevonden worden, moet nog wor den afgewacht. Tenslotte werd thans in den Raad officieel besloten tot oprichting van een Stichting voor Vereenigdè Woekerbestrijding, die de woe kerbestrijding in den meest algemeenen zin ter hand zal nemen en zoowel adviezen als geldelijken bijstand verstrekken zal aan slacht offers van den woeker. De gemeente, die samen met een groot aantal particuliere ver- eenigingen, aan deze stichting zal medewer ken, zal het grootste deel van het bedrijfs kapitaal (men rekent f 200.000.— noodig te hebben) verstrekken. Voorschotten en leenin gen zullen tegen 7 pet. rente worden gegeven. Zoowel uit den Raad als van achter de tafel van B. en W. werd bij deze gelegenheid hulde gebracht aan mr. van den Bergh wiens bui tengewoon verdienstelijken arbeid op het ge bied der woekerbestrijding mede tot stand komen van deze niéuwe instelling, die voor talloos velen een uitkomst kan beteekenen, heeft mogelijk gemaakt. Deze hulde zal mr. van den Bergh waarschijnlijk in dezen tijd. nu „de politiek"' hem zeker niet al teveel reden tot verheuging heeft gegeven, dubbel wel kom zijn geweest..'En gerechtvaardigd was zij, die hulde, zeker tenvolle! WEEK- KRONIEK De „parlementaire stilte" op het Binnenhof Was deze week volkomen. Hetgeen echter niet zeggen wil, dat 't ook in de Regeerings-cuisine behagelijk kalm is geweest. Integendeel. In deze drukkende tijden kan niet worden verwacht, dat de Landsregeering zich iets laat gelegen liggen aan „komkommertijd", gelijk men vooral in vroeger dagen de mid-zomerperiode wel pleegde aan te duiden, omdat in die periode zoo weinig „nieuws" viel te beleven. De omstandigheden zijn wél veranderd! Wie vindt den moed om te durven beweren, dat er in deze dagen „de politiek zwijgt" en van het wereldtooneel „niets bijzonders" valt te mel den? Maar om slechts bij ons eigen kleine landje te blijven: is het noemen van het rapport- Welter b.v. niet reeds in staat om in velerlei kring de heftigste beroering te wekken? Het rapport-Wel ter! De schrik, de ontgoo cheling van talloos velen, die zich veilig waan den voor de vernielende werking van de steeds feller om zich heen grijpende crisis. Het bezuinigings-snoeimes woedt met niets ontziende kracht overal waar nog een „vet boutje" zit era te worden uitgesneden en raakt ook dikwijls bedenkelijk magere kluifjes Ruim honderd millioen moet op het Rijksbudget worden „gevonden". De salarissen van Rijks- en Gemeentepersoneel ontkomen ook thans weer niet aan een gevoelige „deuk". Ontslag van overheidspersoneel dreigt allerwege. Op heffing van niet minder dan zes rechtbanken (o.a. die te Alkmaar) wordt voorgesteld; voorts die van eventjesvijftig kantonge rechten! De allerergste „beweging" zal worden be rokkend door het voorstel om 15 te korten op de werkloozensteun. Wel mag niet onver meld blijven, dat ook wordt gewezen op de noodzakelijkheid om sommige uitkeeringen op het platteland aan werkloozen, welke bepaald te laag zijn, te verhoogen, Maar dat zullen uitzonderingsgevallen zijn. De bovengenoemde „bezuinigings-wenken" zijn wel de voornaamste, althans de groote massa wordt daardoor het sterkst aangegrepen, ook omdat „meer" in vooruitzicht wordt ge steld. De groote vraag is nu: wat zal de Regeering doen? Het „Handelsblad" kwam reeds met een bericht, waarin gewezen werd op de groote waarschijnlijkheid, dat de Regeering de lijn van het rapport-Weiter volgen zal. Neemt men in aanmerking het feit, dat minister Verschuur bij de deliberatiën over de motie-Duijs betref fende ontheffing van sociale lasten, over de toen aanstaande publicatie van het rapport sprekende, gewaagde van „leerzame en stich telijke lectuur dan zou men tot de conclusie kunnen komen, dat de Regeering zeer gunstig oordeelt over het resultaat van het commisso riale onderzoek. Reeds is bekend geworden, dat maatregelen la het rapport-Weiter al genomen zijn en diverse „afvloeiingen" gaande zijn. Dat is niet bemoedigend voor hen, die van harte willen hopen, dat 't ten slotte toch nog wel zoon vaart niet loopen zal. Een zeer belangrijk iets is de vraag, hoe de pers der verschillende politieke richtingen over het product van de commissie oordeelt. Spe ciaal zijn van belang de stemmen, die vanuit de rechtsche gelederen worden gehoord, waar ons Parlement momenteel immers een rechtsche meerderheid vertoont. Van een min of meer heftige oppositie kan gesproken worden in het roomsch-katholieke kamp. De „Residentiebode" liet zich o. m. als volgt uit: „Hier is een harde gevoellooze economie aan het woord, waarin we niets terugvinden van de christelijke eischen van rechtvaardigheid en maatschappelijke orde. Het gemeenschapsleven, schikt gemaakt aan een eenzijdig staatsbelang", het algemeen welzijn is hier absoluut onderge- Hier en daar soms minder scherp vereenigen de meeste r.-k. bladen zich vrijwel met het bovengenoemde oordeel. De christelijke partijbladen laten over het algemeen een ander geluid hooren. Zoo schreef de a.-r. „Rotterdammer" o. a.: „Zeer terecht heeft de commissie zich niet alleen tot de rijksuitgaven bepaald; ook de ge meenten krijgen een goede beurt. Dat moet. Want de rechtvaardigheid eischt het, zoowel ten aanzien van het personeel in publieke diensten als tegenover de burgerij, die alle pu- bleike kassen met haar bëlastinggeld moet vullen." Terwijl de a.-r. „Standaard" aandrong op nog radicaler maatregelen, want het blad bleek van meening, dat „met honderd millioen het Op een cijfer van 150 millioen moet o. i. budget niet voldoende gesaneerd" (is), worden gerekend. We hebben daarmee niet algemeen over de toekomst der e.v. jaren." het jaar 1933 op het oog, doch spreken in het Het christelijk-historische hoofdblad „De Ne derlander" onthield zich tot nu toe van com mentaar. Het liberale „Vaderland" hield zich nog wat „op de vlakte", waar het schreef: arbeid der commissie, die overigens heel wat stof zal doen opwarrelen, te overzien. En men leze vooral wat zij over den algemeenen toe stand zegt, omdat hier de rechtvaardiging wordt gegeven van haar diep ingrijpende voorstellen. De teostand wordt er zonder overdrijving in afgeschilderd, en duidelijk wordt uiteengezet, welk belang ieder burger heeft bij de alge- meene verlaging van den levensstandaard, die den meesten onzer al lang is opgelegd en die nu voor andere categorieën dreigt. We ver- keeren in een voor ons nationaal bestaan be slissende periode. Wie dat met de commissiei beseft, zal haar voorstellen in redelijkheid wil len onderzoeken." De eveneens liberale „Avondpost" neemt wel reeds stelling: „Waarlijk, het gaat te ver. Er moet dan, voor een deel althans, maar iets anders op ge vonden worden. Immers: wanneer dit alles verwezenlijkt wordt, en p.og wel onder de leus dat de tweede helft zal volgen, dan kunnen we gerust spreken van een ge schonden cultuur in ons vaderland." Dat de gansche socialistische pers aanspoort tot „hét meest-vastberaden verzet" tegen de „bezuinigingswoede, die de bourgeoisie aange grepen heeft", ligt voor de hand. 't Zij nogmaals gezegd, het wachten is nu op de daden der Regeering. Geheel onmogelijk lijkt het mij thans zeker niet, dat de omstandigheden ert oe kunnen lei den, dat vóór September a.s. de Tweede Ka mer bijeen wordt geroepen of althans dat een of meer fracties der Kamer pogingen zullen aanwenden om spoediger bijeenroeping te for- ceeren. De Kamer is op recès gegaan „behou dens bijzondere omstandigheden" zei im mers President Van Schaik in zijn afscheids- speechje Dit is zeker: „gesmeerd zal de doorvoering van de denkbeelden, in het rapport-Weiter ont wikkeld, stellig niet gaan! Er valt uit de Binnenhof-sfeer nog meer nieuws te melden. Een „eindelijk!" zal velen ontvallen zijn toen zij kennis namen van het bericht, dat de Re geering maatregelen overweegt tegen het toe vloeien van de véle buitenlandschc werkkrach ten, die in ons land de eigen menschen het brood uit den mond stooten. De bedoeling schijnt te wezen om aan het in dienst nemen van een „vreemdeling" over- heidsvergunning te verbinden. In het buitenland worden de Nederlanders in al-grooter getale teruggestuurd. Moeten wij dan maar toelaten, dat vele „vette baantjes" door niet-landgenooten worden waargenomen? Men zie maar eens in de kringen der musici en der variété-artisten. In het kellners-vak. En in zoo vele bedrijven meer. De Regeering betrachte in deze toch den meest mogelijken spoed! Mevr. BakkerNort, het vrijz.-democratische Tweede Kamerlid, heeft aan minister Reymer 1 vragen gesteld betreffende de verslechteringen van den postdienst ten plattenlande. Maar de bewindsman liet in zijn antwoord gevoelen, dat „de zaak haar loop" moet hebben, men niet behoeft te hopen op gunstige wijzigingen. Arme plattelanders! Ten slotte zij nog vermeld, dat in de vaca ture van wijlen mr. Th. Heemskerk is benoemd mr. H. A. Dambrink te Utrecht, die inmiddels de benoeming reeds heeft aangenomen. Voorts is het bericht, meldend dat het s.-d. Kamerlid ds. Van der Heide zou aftreden, onjuist ge bleken. Gelijk ik in mijn vorige kroniek deed uitko men, moet de Eerste Kamer nog spoedig bij eenkomen om de laatstelijk in de Tweede Ka mer aangenomen steun-ontwerpen in behan deling te nemen. De openbare zitting is nu bepaald op Woensdag-middag 20 dezer. Dat zal dan wel de „hekkesluiter" moeten zijn! PARLEMENTARIËR. Reinigen van haakwerk. Meermalen hooren wij de klacht, dat haakwerk zoo moeilijk weer mooi wit te krijgen is, vooral kleedjes die een tijd in een kast hebben gelegen. De beste manier is, het haakwerk een nacht over in lauwwarm water te zet ten, onder bijvoeging van 1 dL. heet water, waarin een theelepel borax is op gelost. Den volgenden morgen knijpt men het water uit en doet het haakwerk in een pannetje met water en zeepvlok ken op een lage pit, zoodiat het wel warm blijft, doch niet gaat koken; daar na geeft men het nog eens een vet vlokkensopje en haalt het herhaaldelijk op en neer, niet wrijven of boenen, spoelt het eerst in warm en daarna in koud water na en ge kunt er verzekerd van zijn, dat uw gehaakte kant en kleedjes er prachtig uitzien. Naar verkiezing worden zij tenslotte gespannen of aan den verkeerden kant gestreken. Als baby baadt. Alle moeders weten hoe heerlijk baby kan spartelen en plassen als hii of zii in het bad zit. Zijn de kleintjes al wat grooter, dan kan men ze afleiden door gummi speel goed of door hen een spons te geven, waarmede zii zich mogen wasschen, hetgeen hun gedachten bezighoudt. On langs zagen wij een zeer practisch bad- hangmatje, dat van stevig wit koord geknoopt was en aan haken, die aan het bed bevestigd waren, was vastgebon den. Men kan deze hangmatjes zoowel aan het kinderbad of de teil bevestigen als aan het groote bad,; het lijfje der kleinen ligt in het water, terwijl het hoofd er bovenuit komt. De moeder be hoeft het kind dan niet met beide han den in het water te houden, doch heeft de handen vrij, hetgeen veel vóór heeft. Onderhoud van ringen. Gouden ,en zilveren vingerringen kan men het beste onderhouden door ze van tijd tot tijd eenige minuten in een bakje met, eau de cologne te leggen; ook de glans der steenen zal dan veel meer uit komen. Nagelbijten. Nagelbijten is in den regel een ner veuze gewoonte, die men de kinderen slechts met geduld kan afleeren. Hoe vaak hooren wij toch de klacht der moeders, dat zii alles geprobeerd hebben, zelfs mosterd of aloë op de vingertoppen smeerden en niets hielp. Hebt u al eens opgelet, moeders, of uw kind niet uiterst nerveus is en in zulke oogenblikk-en het eerste de vin gers naar d'en mond brengt? Laten wij niet met hardheid1 begin nen, maar in de eerste plaats nagaan of ons kind niet door een rationeele leef wijze hieronder te verstaan een een voudige woeding veel groenten en vruchten, veel buitenlucht, tijdig naar bed gaan (vooral geen groote men- schengenoegens als bioscoop, enz.), niet sterker en daardoor minder ner veus wordt? Verder stellen wij hen een kleine be looning in uitzicht, voor onze meisjes b.v. een eenvoudige manicure, waar door ze aangemoedigd worden te zorgen dat haar nagels er netjes gaan uitzien. Inderdaad, door op het gemoed der kinderen te werken, bereiken w;i veel meer, dan dat wij berispen of straffen. Neemt u er de proef eens mee? Openhartig. Welk soort sigaren rookt u? Dat hangt van mijn kennissen af. Nee, dat vind ik nou we! jammer, dat nou juist vandaag het niet meer zoo warm is. Want de warmte was toch een goed smoesje om te zeggen dat ik dit of dat niet doen wil omdat het veels te warm is en nou had ik dat ook willen zeggen omdat ik vandaag heele- maal niet weet wat ik schrijven moet. Kijk, dat komp nou omdat het zomer is en dat noemen de menschen van de krant nou de komkommertijd. Ik weet riiet of ze dat er tegen zeggen omdatte ze zooveel vat? kom kommers houwe maar ik vind ze niks niet lekker, ze zijn allemaal veels te zuur en ik heb van de week ook een kaart gekregen van een meneer die de krant lees en die heb d'r op gezet voor meneer Wimpie van de Helder- sche krant en het was een mooie kaart. As ze nou maar niet allemaal van die dingen gaan sturen as ze met vacantie zijn en ik ga ook met vacantie maar waar ik naar toe ga dat weet ik nog niet want ik moet eerst over gaan op school en nou ben ik maar heel koes want as de meester nou de laatste dagen nog de pik op me krijg dan ken ik wel gaan vis- schen, zegt Heintje. En dat heb die meneer van de krant ook wel kunnen doen want toen die van de week bij de brug aan het eind van de Binnenhaven was (daar komp immers een nieuwe brug) toen heb ie daar een heele poos moeten wachten omdat dat ding niet los wilde maar as ik 'm was gewees dan was ik gaan visschen, maar dan vind ik het toch veel fijn der aan het strand. Daar was het van de week ook prettig en vooral met de dames want die worden nou allemaal bruin en dat vinden ze wel mooi en d'r zijn ook een heele hoop die heelemaal rood worden maar dat gaat pijn doen, maar dat hebben ze wel d'r voor over zeggen ze. En m'n zuster heb het ook gehad en toen ik langs d'r kwam heb ik 'r bij onge luk eens flink geknepen en toen.... maar daar zeg ik niks van. Want as het om die dames gaat nou.... Ik heb wel de pik op ze en nou zeg Heintje z'n vader dat ik dat moet zien te houden. Maar dat weet ik nog niet want d'r zijn d'r ook wel bij die aardig zijn as ze lachen, maar daar mag ik nog niet over schrijven zeg m'n moe der want daar ben ik nog een veels te groote aap voor. En d'r zijn nog meer mannen die wel wat om dames geevven want van de week waren er een paar op de dijk aan het knokke. Das voor een juffrouw zeg Heintje en wij d'r op af en toen zij die meneer iets van die juf frouw is van mijn en toen zij die andere weer ze is van meines en dat kon de een niet heb ben en toen heb ie d'r opgeslagen en wel zoo hard dat de eene een heel bloedneus heb ge had en de andere had een tand door z'n lippe steeke en dat stond niks mooi en dat hebbe ze nou gedaan voor die juffrouw. As die dat had geweetten zou ze dan gekoomme zijn om mee te vechte, dat zou ik wel lollig hebbe ge- vonde en nou hebbe die meneere in Lausanne gezeg dat ze niet meer vechtte gaan. As ze het nou maar doen ook want veel geloof ik er nog niet van want ze hebben nou al zoo veel gezeg en ze doen het toch niet dus as ze nou toch maar de boel een beetje beduvele. Nou en nou duurt het ook niet meer lang of we hebben vrij van school. Dan begint de vacantie ook weer en dat is wel lollig. As ik nou ook maar op reis mag en d'r he!5ben van de week een hoop menschen in het water geleegge, zeker omdat het zoo warrem was maar dat waarren geen zwemmers maar dat zijn menschen gewees die er zoo ingevalle zijn maar ze hebben ze d'r ook weer uitge haald en de boot met de aadelborsten is ook weg, dat doenne ze nou omdat die binnen kort met vacantie gaan daarom zijne ze nou gaan vaarre alleen maar om te zeggen dat zij nou ook gevaarre hebben en op het water zijn ge wees want anders zouwe ze vas en zeekker uitgelache worden as ze naar huis toe zouwe gaan en ze moeste vertelle datte ze nog niet op het water zijn gewees. in met m'n zuster heb ik van de week een heele hoop herrie gehad. Nou komp Jaap niet meer, en nou zeg Heintje dat de verkeering afgeloopen is en daar geven ze mij nou de schuld van en daar ken ik toch niks aan doen .Want ze moesten de vorige week naar kassienno naar die uit voering van de Heldersche krant en toen heb m'n zuster mij de heele morgen geplaag en toen heb ik al haar tanden weggestop. Nou en toen kon ze ze niet vinden en toen durfde ze 's avonds niet naar Jaap toe en toen Jaap d'r was toen vroeg ie aan me waar m'n zus ter toch bleef en toen heb ik hem gezeg datte die d'r tanden aan het zoeken was omdat ze die nergens kon vinden en toen is Jaap weg- gcloopen en niet meer teruggekomen en nou is m'n zuster aan het huilen en daar krijg ik nou de schuld van. Ik heb toch niks met Jaap te maken? Nou dat zal ook wel weer goed komen en nou moet ik al weer ophouwen want m'n brieffie is al weer vol. Tot de vol gende week dan maar weer he, daaaaaaag.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 17