HELDÈRSCHE COURANT
Amsterdam-Alkmaar-Schoorl
HARLINGEN
Spionnage
in den grooten oorlog.
TWEEDE EK LAATSTE BLAD.
Stadsnieuws.
Visseherij.
KINDERBLAZERS
VAN DINSDAG 19 JULI 1932
Belangrijk bericht.
De boventoon.
Alle werkdagen naar
Licht op
voor alle voertuigen:
Zomertijd.
Dinsdag 19 Juli 21.39 uur
Woensdag 20 21.38
Teneinde ons jonge sportblad, waai-
van het eerste verschijnen in uitgebrei-
den kring met veel instemming werd be
groet onder de aandacht te brengen van
een ieder, die belang stelt in het steeds
groeiende Noord-Hollandsche sportleven,
hebben wq gemeend den abonnements
prijs voorloopig zóó laag te moeten stel
len, dat deze voor niemand een beletsel
kan zijn zich op „Noord-Holland's Sport
nieuws" te abonneeren.
Een ieder, die zich vóór 1 Augustus
1932, aan ons bureau opgeeft als abotiné
ontvangt het blad tot 31 December 1932,
dus gedurende bijna zes maanden, tegen
den gereduceerden prijs van slechts 1.-
(bij vooruitbetaling te voldoen).
Een elk dus, die belang stelt in het
Noord-Hollandsche sportgebeuren, pro-
fiteere van deze gunstige gelegenheid
om kennis te nemen van het opbouwende
werk dat door ons wordt verricht in het
belang van de Noord-Hollandsche sport.
De werkman op het torpedo-atelier
J. G. Rappoldt is 22 Juli 25 jaar in
's Rijksdienst.
Onze stadgenoot, de heer K. M. Pink-
se, slaagde voor het Mercurius-diploma
Engelsche handelscorrespondentie.
Den 16en Juli slaagde voor coupeuse
mej. W. Snijder, leerlinge van mevr. L.
Beiikema, Weststraat 48.
Bij het laatstgehouden stuurlieden
examen te 's-Gravenhage slaagde voor
3e stuurman (groote vaart) de heer G.
Mooy.
FRANSCHE OORLOGSBOOT AAN
DEN HELDER.
De Fransche aviso „Ancre" zal van 3
tot en met 5 Augustus een niet officieel
bezoek aan Den Helder brengen en van
27 tot en met 30 Augustus aan Amster
dam. („Het Volk").
DE INDISCHE MAIL.
Donderdag in ons land.
De speciale trein met post en passagiers
in aansluiting op het motorschip „Johan
van Oldenbarnevelt", zal Woensdagmor
gen 20 Juli om 10 u. 20 van Genua ver
trekken. Aankomst Donderdagmorgen
21 Juli om 10 u. 33 te Amsterdam (O. S.).
WINKELNIEUWS.
Onze stadgenoot, de heer Jac. Weide-
ma, die tot voor kort een dergelijke zaak
op Wieringen dreef, welke echter door
brand werd verwoest, heeft thans in het
perceel Singel 82 een kapperszaak ge
opend. Op de eerste verdieping is de
damessalon, waar gelegenheid bestaat
voor permanent en alle dameskapwerk;
de heeren worden beneden van hun over
tollig hoofd- en aangezichtshaar verlost.
BEZOEK VAN DEN
„ZOEKLICHT"-AUTO.
Deze week zal onze stad weer bezocht
worden door den „Zoeklicht"-auto. Giste
renavond is de groote wagen hier weer
aangekomen en vanmorgen vroeg zijn
tocht begonnen. Het meerendeel van het
personeel van dezen auto werkt geheel
belangeloos en trekt van stad tot stad om
door middel van „Het Zoeklicht" te evan-
geliseeren. De baten van dit werk zijn be
stemd voor den „Zoeklicht"-arbeid en
VI.
In dienst van Duitschland en
van een Dultschen Prins.
De in den oorlog neutraal gebleven lan
den van Europa, die onmiddellijk aan de
oorlogvoerende grensden en welke neu
trale deden dat eigenlijk niet? vorm
den dankbaar terrein van activtieit voor
de met groote vrijmoedigheid ingerichte
spionnagecentrales der verschillende par
tijen. Er heeft zich ook op het Hollandsch
grondgebied heel wat meer afgespeeld
dan de gemiddelde mensch, in wiens na
bijheid dit wellicht is geschied, vermoedt.
Als men dan begrijpelijkerwijze de vraag
stelt of de autoriteiten daarvan geen ken
nis droegen en zoo ja of het niet op hun
weg had gelegen om daaraan een einde te
maken, dan kan tot antwoord slechts die
nen, dat dit laatste onmogelijk was. Men
kon de bestaande organisatie hinderen,
in haar werk belemmeren, wellicht zelfs
geheel vernietigen, maar het eerste ge-
nnminn'n-b-'1 geweest> dat een andere er
onmiddellijk voor in de plaats zou zijn
gekomen. Het was voor de autoriteiten
der neutrale landen een voordeel te weten
wie de agenten der oorlogvoerende par
tijen waren, en maatregelen, tegen dezen
genomen, hadden vermoedelijk uitsluitend
tot resultaat gehad, dat men, althans een
tijd lang, ten aanzien van degenen, die
voor het werk onder zieken en gevange
nen. Het is dus een alleszins sympathiek
doel, dat de steun van ieder waard is, om
dat de „Zoeklicht"-arbeid inter-kerke-
lijk is.
KON. NED. BOND
OUD-ONDEROFFICIEREN.
Mevrouw Van Vliet—Wickel schrijft
ons:
Zoo hebben de dames van den Kon.
Ned. Bond van O.O. haar uitstapje naai
de Gero-fabriek achter den rug, eri werd
bij ons vertrek van daar gevraagd bij
onze thuiskomst een klein verslagje in de
Heldersche Courant te willen plaatsen.
Gaarne voldoe ik daar aan en vraag
beleefd, Mijnheer de Redacteur, daar van
opname, met dank daar voor.
Wfj kwamen dan om kwart voor twee
bij de fabriek aan: 66 dames van Den Hel
der, Hilversum en Utrecht, en werden
ontvangen door den chef de bureau, den
heer C. Vogel. In een zaal aan de fabriek
stonden de stoelen aan rijen, en kregen
wij een heel mooi uiteenzetting, wat be
treft het vervaardigen van de artikelen.
En dan kan ik dat wel zeggen: Wan
neer men des middags aan'de tafel zit om
het diner te gebruiken kan men zich niet
indenken hoe ontzaglijk veel arbeid aan
uw lepel, vork en mes is besteed voor u
er mede kunt eten.
Ook aan alle andere voorwerpen, waar
men vaak in de winkels naar kijkt. Toen
wfj dat alles hadden gehoord, werden wij
in drie groepen verdeeld en door de fa
briek geleid, en konden wij alles zelf zien
vervaardigen, maar eer een vork, vork
is, heeft zij heel wat arbeid te ondergaan.
Monogram maken is een heel mooi
werk; jammer dat men met den tijd reke
ning moet houden, anders bleef men daar
zeker langer naar kijken.
Toen wij dat alles met aandacht had
den bekeken, dachten wij aan het eind te
zijn, maar de heer Vogel had het mooiste
voor het laatste bewaard, n.1. de toon-
kamer. Wij werden daar binnen geleid
en net als kinderen riep ieder: „hé...
wat prachtig!" en dat was zoo, maar bij al
die pracht hoorde men toch ook over het
werk van den fabrieksarbeider bewonde
ring uitspreken, want de temperatuur
was daar zoodanig, dat hier het woord
gold: „In 't zweet des aanschijns zult gij
werken". Zeg daarom nooit als gij dat
niet gezien hebt, wat is dat duur!
De heer Vogel stelde het op prijs dat
er tegenwoordig van den kant der dames
zooveel interesse was om de fabriek te
bezichtigen, en aldus in dezen crisistijd
het Hollandsch fabrikaat te helpen steu
nen. Een bezoek is werkelijk de moeite
waard.
En toen wij klaar waren, werd ons een
souvenir medegegeven, n.1. een mooie
suikerstrooier. Daarna werd ons in hotel
„Herwitage" thee met biscuit aangeboden.
Voor al het moois dat wij hadden gehoord
en gezien en dat ons werd aangeboden,
werd door de secretaresse dank gebracht.
Het was in één woord een schitterende
dag!
Van uit Zuiderzee (IJsselmeer) luiden
de berichten omtrent de vischvangst
steeds ongunstiger en de visschers krijgen
den indruk, dat ze bezig zijn de laatste
vischjes en garnalen weg te visschen.
Door de regels dier berichten klinkt
het geluid der hopeloosheid. Men oefent
het vak nog uit, omdat men de schuiten
en de netten heeft, maar men voelt er
uit de machteloosheid om met energie
zich nog te gaan toeleggen op het be
drijf, dat absoluut ten ondergang is ge
doemd.
Over dat geheele Zuiderzeesche visch-
bedrijf ligt het waas van gedruktheid en
zorg. Vroeger vol van leven en bedrijvig
heid, overal op zee toonend de gebolde
zeilen, dag en nacht in de weer; thans
het zonder eenige verwachting uitvaren
van nog enkelen, want velen hebben er
reeds het bijltje bij neergelegd.
Dat is een schrijnend iets voor de
betrokkenen.
Maar uit dezen toestand vloeit voort,
dat de aanvoeren uit dit gebied minder
groot zijn en dus ruimte laten voor ander
gebied om in de consumptie-behoefte te
voorzien.
Voor de prijszetting van visch kan deze
factor nog wel van beteekenis zijn. Het
is een wonderlijk deprimeerenden tijd en
daarom is het goed, daar waar dat nog
mogelijk is, toch nog even een iets be
moedigenden kant te belichten.
Van uit het zuiden van ons land klinken
nog altijd berichten van slechte garnalen-
vangst. Vooral de zeilvaartuigen hebben
buitengemeen slechte vangsten. De aan-
de uitvoerders waren van de bevelen der
oorlogvoerende partijen op eigen grond
gebied, in het duister had getast. Wan
neer het gaat om zooveel als waarom het
voor alle in den oorlog deelnemende lan
den in den oorlog ging, kan men moeilijk
matiging jegens de neutralen verwach
ten; het is alweer niet de eene of de andere
partfi, die zondigt, maar het is de oorlog,
die er ze toe brengt en die de groote zon
daar is.
Vanaf de eerste Augustusdagen zetelde
de Duitsche spionnage in San Sebastiaan,
zoo verleidelijk dicht nabij de Fransche
grenzen gelegen, met frankrijk verbon
den door tal van minder en meer bekende
paadjes, die het maar al te gemakkelijk
maakten om berichten, welke van belang
waren, over te brengen. Generaal von
Schultz had daar de leiding, en, mag men
alweer Robert Boucard gelooven, dan
slaagde deze spionnagedienst dusdanig in
zijn opzet, dat de meest belangrijke ge
heime Fransche documenten dank zij zijn
toedoen kwamen in handen van degenen,
voor wie ze juist niet waren bestemd. Er
kend moet worden, dat men te San Sebas
tiaan goed betaalde; zijn de genoemde
voorbeelden juist, dan gold voor een ge
heime order van het groote hoofdkwartier
der geallieerden de lieve prijs van 100.000
goudfranken; voor het complete plan van
de artillerie in een sector van het front
25.000 frank; voor de gedetailleerde op
gave van het materiaal van een vliegkamp
8000 frank, en zoo door. Geheel een ge
heim dossier, dat aan een der legers van
de geallieerden werd ontstolen, bracht
bijkans 400.000 frank op, en is zeker voor
den vijand meer dan het tienvoudige van
VAARWEL!
Als een droeve somb're mare
Ging het nieuws door Nederland:
Cisca Kremer overleden,
't Lijk gevonden aan het strand.
Arme Cisca, als Merijntje
Heb je duizenden ontroerd;
Wie heeft niet een traan gelaten,
Als jouw stuk werd opgevoerd?
Iedereen, die jou zag spelen,
Heb je stom verbaasd doen staan;
Opgetogen, vol bewondering
Liet je ons naar huis toe gaan.
Nogmaals -willen wij je danken,
Voor hetgeen je hebt gedaan,
Noode zullen we je missen,
Té vroeg ben je heengegaan.
Dierbaar ben je ons geworden,
Om je kostelijke spel,
Nooit zal Holland je vergeten.
Goede reis, vaarwel, vaarwel!
d. V.
voer blijft dus gering. Ook eerder wezen
we op de mogelijkheid voor de garnalen-
vangst hier. Zit er niet een kans van
voordeel in
d. V. meent, dat bakker en slager niet
erg gediend zullen zijn van de eet-meer-
visch-campagne, die staat ingeluid te wor
den. Het lijkt ons toe, dat de belangen
van deze nijvere groepen door de cam
pagne weinig of niet geschaad Ëullen wor
den.
Helpt men de visschers en de neven-
bedrijven dan zullen deze groepen wel
licht beter in staat zijn een kadetje of een
pondje vleesch meer te verorberen dan
ze nu, door de sleohte omstandigheden
dier bedrijven kunnen doen.
Men denke zich: groote groepen der be
volking zonder koopkracht of met koop
kracht. Kalm het geval bekijkend kan het
niet anders of het oordeel zal gunstig
zijn. En het zal in die richting moeten
gezocht worden. Momenteel zal het bin
nenland het grootst aantal vischconsu-
menten moeten leveren, want naar het
buitenland valt er niet veel meer te rap
porteeren.
België b.v. heeft met ingang van Maan
dag 18 Juli, dat is dus gisteren, de visch-
import weer sterk gecontingenteerd en
laat b.v. slechts 25 toe van hetgeen in
1931 door factoors en handelaars is inge
voerd en wel van de volgende visch-
soorten:
Kleine schelvisch, gul, pieterman, poon,
wijting en kleine koolvisch, schol schar,
tong, tarbot.
Hoe de kustvisscherij daardoor weer
gedupeerd wordt? Ieder kan daarop het
antwoord geven.
Daarom dient de eet-meer-visch-cam-
pagne zoo spoedig mogelijk en krachtig
te worden ingezet. Ook bakker en slager
zullen daarvan profijt hebben.
Van kabeljauw, groote en middel schel
visch, leng, zeepaling, rog, vleet, ma
kreel, groote en middel schootvisch wordt
90 toegestaan. Dit lijkt niet zoo'n
groote vermindering, maar als we de
25 van de andere vischsoorten daar
tegenover stellen dan is de gemiddelde
beperking geweldig groot.
Misschien dat ook de Rijkscommissie
voor Werkverruiming haar medewer
king in deze campagne zal willen ver-
leenen.
Werkverruiming toch kan, bij grooter
vischomzet, in hooge mate worden be
reikt. Overal zoekt men naar een moge
lijkheid tot arbeidsverschaffing en deze
poging moet, ook voor het vischbedrijf en
de talrijke nevenbedrijven, worden ge
steund, juist door die lichamen, die zich
een taak als deze tot doel gesteld zien.
Misschien is deze Rijkscommissie voor
Werkverruiming in dit opzicht al gepolst,
want inderdaad ook op dit terrein ligt
haar taak.
RIJKSPOSTSPAARBANK.
Opgave betreffende het postkantoor Den
Helderen zijn bijkantoren over de maand
Juni 1932.
Op spaarbankboekjes, uitgegeven aan
bovengemelde kantoren, werd in den loop
der maand ingelegd f 84.775.02 en terug
betaald f89.228.92, derhalve minder inge
legd dan terugbetaald f 4.453.90. Het aan
tal nieuw uitgegeven spaarbankboekjes
bedroeg 55. Door tusschenkomst dezer
kantoren werd ter Directie op Staats
schuldboekjes ingeschreven een nominaal
bedrag van f 0.00 en afgeschreven
f 500. Derhalve minder in- dan afge
schreven f 500.
Het aantal nieuw uitgegeven Staats
schuldboekjes bedroeg 0.
die som waard geweest. Robert Boucard
spreekt van den staf der vijf, te San Se
bastiaan in luxueuse appartementen ge
vestigd, niet opvallend, maar ook niet ver
borgen. Vermoedelijk zullen de Spaan-
sche autoriteiten geweten hebben wat er
in deze vertrekken omging; een inval
hunnerzijds had weinig bereikt, want veel
papieren liet men er nooit achter. Men
had alleen de Duitschers genoodzaakt zich
een ander kwartier te kiezen en wellicht
zouden maanden zijn voorbij gegaan voor
dat de Spanjaarden dit kwartier op het
spoor waren gekomen. Dat intusschen de
staf der vijf niet altijd waar voor zijn geld
kreeg, is te begrijpen. Deserteurs waren
er in San Sebastiaan bij gansche bosjes,
maar een enkelen keer school er onder
deze deserteurs, die graag wat wilden
verdienen, ook wel eens een niet volko
men oprechte. Anderzijds heeft de staf
der vijf, uit angst zich te vergissen, een
niet onbelangrijke fout gemaakt. Want
een dezer deserteurs bracht gedurende
den Somme-slag een brief, die gestolen
was uit de koerierstasch van het hoofd
kwartier, een brief, die de gedetailleerde
opgave van de geallieerde reserves be
vatte op een strategisch belangrijk punt.
Op de gewone wijze werden de Duitsche
agenten, alvorens men van dit bericht ge
bruik maakte, aan het werk gezet om de
juistheid van het opgespoorde vast te stel
len. Van geallieerden kant hield men na
tuurlijk den diefstal zorgvuldig geheim
en dit bracht de Duitschers tot de gedach
te, dat zfj te doen hadden met een her
nieuwde poging van een der deserteurs
om hen te bedriegen. De verrader, die op
een hoog loon rekende, kreeg slechts on-
KERMIS IN CASINO.
Ja, een heusche, echte karmis is het!
Met oliebollen, werptent en luchtschom-
mel, met kermisstemming en kermispret,
met kcrmisgeluiden en kermisgezellig-
heid. Het is het Westplein rp z'n best.
En u hoeft mij volstrekt niel te gelooven:
u kunt navraag doen bij vierduizend
personen, die er Zaterdag en Zondag
zijn wezen zien. Die zich vermaakt heb
ben in den dwaaltuin, die gereden hebben
in de manege, die moeizaam de rollende
trap hebben beklommen, die in de werp
tent hun krachten, bij de vliegbomsport
hun geluk beproefd hebben... Vraagtu
het ze of het er geen gezellig zitje was
en of ze van hun gratis dancing niet een
druk gebruik hebben gemaakt, of de
hoeplatent niet een groote aantrekkings
kracht bezat, of de oliebollen niet ver
rukkelijk waren. En nu zou ik haast nog
vergeten de schuitjesschommel. Stel u
voor, een volledige schuitjesschommel,
zoo een, als voor het raadhuis stond,
thans in den tuin van Casino opgesteld!
Voor wie zich niet met eigen oogen
heeft overtuigd, dat een geheele kermis
is opgesteld in Casino, lijkt het welhaast
ongelooflijk, dat dit alles in één gebouw
is ondergebracht. Nochtans is het vol
komen de waarheid en evenzeer is het
waar, dat Zondagavond het bezoek over
stelpend druk was. Vele van de inrich
tingen, die hier deze week zijn onder
gebracht, kunnen maar juist plaats vin
den: de rollende trap (men komt met
een vaartje weer naar beneden) reikt
precies zoo hoog, dat men nog niet het
plafond raakt, en de oliebollenkraam vond
juist een plaats tusschen de twee aloude
boomen in den tuin, zonder dat deze be
hoefden te worden beschadigd. In de
garderobe is nu een schiettentin de
kleedkamers het werpspel. En in de
manege, met de vriendelijke, goedmoe
dige paardjes, verdrongen zich de rui
ters, die zich in de edele hippische sport
willen bekwamen Zoo zouden wij door
kunnen gaan.
De kermis, die deze geheele week nog
in Casino kan worden bezocht (de entrée
is zeer laag) wordt om 7 uur geopend
en te 12 uur gesloten. Woensdag-, Zater
dag- en Zondagmiddag gaat zij reeds
om 2 uur open en te oordeelen naar
de belangstelling bij het jeugdige deel
onzer bevolking, is dat wel noodig ook.
Voor 5 cent kunnen zij er al in.
CONTINGENTEERING.
Eindelijk komt uit het land, dat het
eerst de contingenteering heeft toege
past, Frankrijk, den roep om het systeem
der contingenteering te laten likwideeren,
omdat men daar aan den lijve gaat voe
len, dat het systeem niet leidt tot verhoo
ging der volkswelvaart doch juist tot het
omgekeerde.
We zullen hopen, dat deze strooming
in Frankrijk veld wint en dat die ook
overslaat naar de. andere landen, die dit
systeem in toepassing hebben gebracht.
Langzamerhand krijgen we misschien
dan een wat normalen toestand.
Mocht die opheffing zich ook gaan uit
strekken tot de contingenteering van
visch dan kan dat voor onze plaats van
groote beteekenis zijn.
Laat ons er het beste van hopen.
ONGELUK.
Maandagmiddag had een arbeider,
werkzaam op een steenenlossende aak,
het ongeluk een steen op zijn hoofd te
krijgen, waardoor een tamelijk ernstige
hoofdwonde ontstond. In het gebouw Ge
meentewerken werd den man een nood
verband aangelegd.
AANRIJDING.
Zondagmiddag heeft er weer een aan
rijding plaats gehad tusschen een vracht
auto en een personen auto.
Een vrachtauto kwam uit de Nieuw-
straat gereden en wilde de Nieuwe Brug
straat inrijden, terwijl de personen auto
van Onrust kwam gereden.
Op een gegeven moment zaten deze wa
gens tegen elkaar met het gevolg, dat het
omgekeerde van de meeste ongelukken
gebeurde. Niet de luxe wagen werd be
schadigd doch ditmaal moest de vracht
auto het ontgelden. Want een beschadigd
spatbord en meerdere brokken waren het
gevolg van deze botsing.
ONGELUK BIJ HET VOETBALLEN.
Zondagmiddag heeft tijdens een voet
balwedstrijd tusschen de vereenigingen
H.S.V. 1 en Zeemeeuw 2, op het terrein
aan den Strooweg, een ongeluk plaats
gehad. Toen de strijd drie minuten oud
aangename woorden te hooren, wat ver
moedelijk niets is geweest in vergelijking
van hetgeen de betreffende Duitsche offi
cier heeft moeten vernemen toen later aan
zijn chefs bleek welke belangrijke vangst
hen was ontgaan!
Dat de Franschen met weinig welgeval
len dit Duitsche spionnagekamp in San
Sebastiaan zagen, wien zal het verwonde
ren? Meer dan eens waren middelen over
wogen om daar binnen te dringen, maar
alle pogingen waren op de stoutmoedig
heid en de waakzaamheid van den staf
der vijf afgestuit. Totdat de Fransche ge
heime dienst zijn oog vestigde op een
zijner agenten, een forsche, volkomen be
trouwbare man, die voor niets terugdeins
de, sterk was van binnen en van buiten.
Hem werd opgedragen zich onder het
mom van deserteur bij den Duitschen
dienst te San Sebastiaan aan te melden en
oog en oor goed de kost te geven. De man
verstond zijn vak; in den trein, die hem
van Parijs naar de Pyreneeën, zijn tweede
tehuis, zou brengen, wist hij onaange
naamheden te krijgen met een onderoffi
cier, hetgeen er toe leidde, dat hij aan het
einde van de reis werd opgepakt en in
een militair bureau opgesloten. Op eigen
gelegenheid wist hij te ontkomen, de
grenzen te bereiken, en zoo zijn intrede te
doen in San Sebastiaan. Hij wachtte er
zich wel voor zich bij de Duitschers te
gaan aanmelden, maar hier en daar, waar
hfj zich een borrel veroorloofde, liet hij
niet na zijn ontevredenheid te kennen te
geven over den Franschen dienst. Het
duurde dan ook niet lang of de Duitschers
kwamen tot hem, en wisten op de gewone
wijze hem uit het Spaansche kamp der ge
was, kwam een speler van Zeemeeuw, een
zekere R. in botsing met een van de spe
lers der tegenpartij. Het ongeval liet zich
nog al ernstig aanzien, gevreesd werd
voor een beenbreuk, zoodat dit lichaams
deel reeds op het terrein gespalkt werd.
Vervolgens werd R. naar Dr. v. d. Nieu-
wenhuizen vervoerd die de eerste hulp
verleende. Daar bleek het ongeval geluk
kig niet zoo erg te zijn maar toch nog van
dusdanigen aard, dat het been gespalkt
moest blijven. R. is vervolgens naar zijn
woning, in de Artilleriestraat, vervoerd.
FIETS GESTOLEN.
In den nacht van Zondag op Maandag
hebben ongenoode gasten een bezoek ge
bracht op het erf van de Wed. Kok, aan
de Bassingracht. Door het aanslaan van
den hond, bespeurden de bewoners on
raad. Op nader onderzoek uitgaande,
bleken de nachtelijke wandelaars reeds
te zjjn verdwenen, echter niet zonder een
zoo goed als nieuwe fiets mede te hebben
genomen, welke op de plaats stond.
Aangifte bij de politie is gedaan. Men
zjj voorzichtig.
NOG EEN VOETBAL-ONGELUK.
Ook de wedstrijd „Helder 2"„C.S:V.
I", welke Zondagmiddag om half drie op
het „Helder"-terrein aan den Polderweg
gespeeld werd, is niet zonder ongelukken
afgeloopen. De linksback van „Helder",
K., is zoodanig in botsing met een der
andere spelers gekomen, dat hij een bloed
uitstorting in het been heeft gekregen. K.
is daarop per auto naar huis vervoerd.
BRIEVENMALEN AAN HR. MS. „O 13".
Op ondervolgende data worden brieven
malen aan Hr. Ms. „O 13", welke zich op
een kruistocht in den Atlantischen Oce
aan bevindt, verzonden: op 21 Juli naar
Funchal (Madeira), op 26 Juli naar idem,
op 28 Juli naar idem.
Laatste buslichting 21 uur op den dag
voor dien van de verzending dus op 20,
25 en 27 Juli, ten postkantore.
Na 28 Juli wordt eventueele correspon
dentie tot de binnenkomst van het vaar
tuig bewaard.
Het gevoel, dat ik geraakte te midden
van de uitgestrekte tuinbouwakkers in
ons zoo vruchtbaar provinciaal gewest.
Langzamerhand weten we allen wel,
dat het, ondanks de aarde in overvloed
geeft en er een „rjjkelijk" gewas is, er
juist onder de werkers in die bedrijven
groote nood is.
Of dat uiterlijk dan zoo te zien is?
Neen. De menschen zien er niet uit als
paupers, de huisjes zien er keurig ver
zorgd uit, de akkers liggen er prachtig
bij, geen vuiltje tusschen het gewas; de
„kassen" toonen geen kapotte ruiten en
de erven zijn volgezet met bloemen of
vruchtdragende boomen.
Uiterlijk is dus alles volmaakt in orde
en iemand, die geen kranten leest en deze
streken doortrekt, krijgt den indruk van
groote welvarendheid en, oordeelend naar
het te velde staande gewas, van weelde
righeid.
Maar wie hangt er nu ook graag het
bordje „armoede" voor den voorgevel van
zijn huis. Veelal houdt men dat binnens
huis en praat er slechts over met degenen,
die in dezelfde omstandighedeen ver-
keeren.
En doorgaande per bus en trein vang
je wel van die gesprekken op, welke een
gesmoorde kreet soms doorlaten, waaruit
opklinkt nu eens de klagelijke toon van
onverschilligheid, welke laatste toch wel
de bitterste is, omdat daaruit voort kan
spruiten de geest van „laat maar waaien"
en „na mjj de zondvloed". En het komt
ook tot je als je een plaatselijk blad in
handen krijgt en de kolom „ingezonden
stukken" napluist, die meestal een ver
gaarbak is voor de dingen, die, ten rechte
of ten onrechte, afgekeurd worden.
Zoo las ik ook zoo'n ingezonden stuk op
mijn tochtje, waarin de inzender bepleit
te het oprichten van een centrale ver
koop organisatie, zooals ook enkele Ge
deputeerden der Staten schijnen te wen-
schen. Het was een pleidooi voor een ge
heel ander distributie-systeem en men
kan er van op aan, dat dit denkbeeld zich
vastzet in de hoofden der belanghebben
den.
Het komt ook tot uiting in de gesprek
ken die men zoo opvangt. Heftig gesticu-
leerend wordt soms het betoog en inder
daad komt men onder den indruk van
hetgeen er beweerd wordt.
100 K.G. roode kool voor 70 cent. De
bruto ontvangsten kunnen het arbeids
loon niet dekken. Reken daarbij de an-
interneerden te bevrijden. Hij werd in
dienst van de Duitschers gesteld; hij er
kende uitstekend Spaansch te kennen,
maar veinsde geen woord Duitsch te ver
staan, hetgeen hem het voordeel gaf, dat
in zifh nabijheid dikwerf dingen werden
gezegd, die men anders voor hem zou
hebben verzwegen. Op schijnbaar listige
wijze wisten de Duitschers zich van zijn
diensten meester te maken; hij teekende
een contract met hen en hij ging in hun
dienst. Al spoedig moest hij een reis naar
Frankrijk ondernemen; als Castiliaansch
edelman vermomd bracht hfj dagen in een
hotel te Parijs door, totdat hij op een ge
geven oogenblik de mededeeling ontving,
dat hij zich op een bepaalden avond op
een bepaalde plaats in de Notre Dame te
bevinden had. Daar liep hem iemand tegen
het lijf, die hem een klein biljet in de
handen stopte, dat hem de opdracht over
bracht om bepaalde dingen van den Fran
schen vliegdienst uit te vinden, en vooral
naar San Sebastiaan te brengen, de tee-
kening van een nieuw en met groote
kracht werkend Fransch vliegtuig. De
Fransche agent waagde het zich, zoo voor
zichtig mogeli,jk, in verbinding te stellen
met zijne superieuren te Parijs. Dat was
een niet ongevaarlijk iets, want te Parijs
evenals elders loerden de agenten van de
Duitsche spionnage centrale op hem.
Meer dan eenige andere spionnagedienst
had die der Duitschers tot gewoonte
en geen slechte gewoonte *- om eigen
spionnen nauwkeurig te doen volgen ten
einde zich van hun betrouwbaarheid te
overtuigen. Hoe goed ware het niet moge
lijk geweest, dat men hem op den weg
naar het woonhuis van zijn superieur
AU BON MARCHÉ -
dere kosten en het levensonderhoud van
de betrokkenen.
Hoe blijft het dan bestaan? Het verliest
en waar geen saldo is om zelf het verlies
te dragen, dan dragen de banken dat,
welke niet kunnen ingrijpen, omdat alles
dan als een kaartenhuisje in elkaar zou
storten.
En hoe meer je Den Helder nadert hoe
losser je wordt van den tuinbouwstreek
en hoe dichter je komt bij de bollenstreek
en ook daar weer hoort dezelfde klach
ten, opstandigheid en onverschilligheid.
En je vraagt je af hoe dat alles weer
in goede banen moet komen.
Hoe op de aarde, waarover de zon haar
laatste dagscheuten wierp, men zou kun
nen gaan rusten, even vredig als de zon
weg zonk in haar bed over de duinen, die
gloeiden aan den top.
Het goud scheen als een brand door de
boomengroepen rond de hofsteden en het
gaf den indruk alsof alles zou verteerd
worden. Maar dan even verder, terwijl de
bus maar rusteloos voortschoof, zag je de
groote bal weer, net boven-de duinenrij,
halverwege en later als een streep en
toen verzwolgen in het groote Niet, dat
tevens is het groote Al, waaruit zij
weer zou opstaan, om opnieuw de aarde
te geven van haar vreugde, van haar
groeikracht, van haar weelde.
Misschien behoeft eenmaal dan niet,
zooals nu, gehoopt worden op mindere
groeikracht of op mis-oogst om het leven
van den producent, dat tevens nauw ver
band houdt met dat van den consument,
dragelijk en vreugdevol te maken.
En toen de lucht rood en goud gekleurd
was en de lichtgeefster ophield haar ga
ven rond te strooien, wilde de Lange
Jaap haar taak overnemen en hoewel zijn
goede wil zeer wordt gewaardeerd, moet
hij daarin jammerlijk ten achter blijven.
Toch zien wij, Heldersdhen, dat geflits
aan de lucht heel dankbaar aan, want we
weten: aanstonds staan we weer in eigen
honk.
Maar Jaap sloeg met zijn zwaaiarmen
lustig in het rond, overtroefde het weg
stervende licht van den dag en wist zich
verantwoordelijk op zijn hoogen post.
Vredig kwam voor den wind een tjalk
met wijd gespreide zeilen, door het ka
naal. Vader kalm aan zijn helmstokje,
moeder leunend uit den roef, waarin mis
schien het kroost in volle gerustheid
sliep, terwijl beiden daarboven in eigen
gepeins waren verzonken om uit te vor-
schen hoe, met deze reis, de eindjes weer
aan elkaar te splitsen. Want ook daar, bij
de binnenschipperij, is het niet rooskleu
rig.
„Gaat het den boer goed, dan gaat het
allen goed", hoorde ik in de bus zeggen
en dit oude spreekwoord demonstreert
ook weer levendig, dat niemand buiten
den ander kan en dat het geheele maat
schappelijke samenstel is een groote
keten, waarin niet het minste schakeltje
kan worden gemist.
Inderdaar is deze tijd de „heikast" die
dit alle groepen en lagen steviger in het
hoofd heit, zoodat velen er zich nu pas
van bewust worden, dat de een niet bui
ten den ander kan en dat niemand's aan
deel in dit circuleerend leven kan wor
den gemist en dat daardoor ieders deel
dezelfde waarde vertegenwoordigt.
Prof. Casimir schrijft ongeveer: Intel-
lectueele arbeid en handenarbeid, ze
eischen dezelfde waardeering.
Het gloren van de zon was over de dui
nen ook verdwenen. Donkere silhouet
ten doemden overal op van huizen, van
stil grazende koeien, van boomengroep
jes, van hooioppers. Overal kwinkelen de
lichten der huizen en der straatlantaarns
en weldra denderde de bus de Bassin
gracht op en werd opgeslokt in het hui
zencomplex, dat Den Helder heet en
waar, op ander terrein, ook het geluid
van den tijd wordt gehoord en waarin de
verschillende nuanceeringen, eerder ge
noemd, ook hun klank vinden.
Wachter, wat is er van den nacht?
M.
m
op Maand. Woensd. en Zaterd. naar
vraagt dienstreg. aan het Kantoor
van „ES0NA".
ware gevolgd en dan had niet alleen zijn
leven gevaar geloopen, maar was er van
zijn verdere plannen niets terecht geko
men.
Intusschen, hij had de hulp van zijn
superieur noodig, want hij moest de hem
toevertrouwde opdracht volbrengen; hij
moest een teekening leveren, die natuur
lijk niet de juiste was, maar zoodanig de
juiste geleek, dat men haar voor de echte
kon houden. Zoo is het uitgevoerd en zoo
werd hij beloond voor zijn schijnbaar
goede diensten. Zooveel vertrouwen boe
zemde hij deri staf der vijf in, dat toen hij
terugkwam, de moeilijkste opdracht, ooit
aan een agent toevertrouwd, hem werd
gegeven. Mag men alweer Boucard ge
looven, dan zou een der Duitsche prinsen,
een zoon van den Keizer, di eom gezond
heidsredenen niet te veel aan den oorlog
kon deelnemen, zich in zijn ijver te ver
in het vijandelijk land hebben gewaagd.
De vijand wist niet welken kostbaren
krijgsgevangene hij in handen had; zag
in hem een eenvoudig spionneerend offi
cier, maar dit deed juist het gevaar toe
nemen, dat men op een kwaden dag den
bedoelden Duitschen officier zou fusilee-
ren. Aan de spionnage centrale te San Se
bastiaan was de moeilijke opdracht ver
strekt om dit voor alles te beletten, en de
vermomde Fransche agent werd nu uit
gezonden om den Duitschen prins uit de
Fransche gevangenis te bevrijden. Op
nieuw ging hij naar Parijs, en opnieuw
waagde hij het zijn superieur te bezoe
ken. Hij kwam op het best denkbare
oogenblik. De Duitschers hadden een
grooten slag geslagen in het door hen
bezette gebied; door een dier vele toeval-