KANNEWASSER
VERKOOPT UIT!
ara
Rijk en geen geld.
Zij" Creme
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
China en Japan.
Oost-Indië.
Wat zegt een klein prijsverschil
tegenover een GROOT
kwaliteitsverschil
Koopt Blue Band, Hollands beste standaard-
merk, nog altijd 25 cents per half ponds pakje
tand*!»
De gelijkgerechtigheid van Duitschland. - Bij den
dood van Schober. - De conferentie te Ottawa ge
sloten. - Overeenstemming tusschen Engeland en Ier
land - China en Japan.
99
Het protocol van Lausanne.
FEUILLETON
HELDERSCHE COURAN
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,
f i._. Modeblad resp. f 0.95, f 1.25, f 1.25, f 1.35. Losse nos. 4 ct.Ir. p. p. 6 ct!
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jk.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct.
De gelijkgerechtigheid van Duitsch
land, een eiseh waarop het tegenwoordi
ge Duitschland blijft staan, heeft al heel
wat stof doen opwaaien, tegenover de
voorstanders van dezen rechtmatigen
eisch, zijn er ook zoovele tegenstanders
en onder dezen natuurlijk in de eerste en
voornaamste plaats Frankrijk.
De „Temps" zegt in een bespreking van
de redevoering van Von Papen, waarin
hy voor gelijkheid van bewapening eü
teruggave van de Duitsche koloniën op
kwam, dat het Duitsche volk eiken keer,
dat er concessies aan Duitschland werden
gedaan in de hoop daardoor verzoening
en toenadering te bevorderen, onmiddel
lijk met nieuwe eischen aankwam.
Het gaf daarmede duidelijk de bedoe
ling te kennen het vredesverdrag bij
stukjes en beetjes te vernietigen. De
„Temps" vervolgt: er bestaat omtrent den
wil van het kabinet Von Papen te weinig
twijfel dan dat men zich zou laten mis
leiden door de slinksche handelwijze van
de diplomatie te Berlijn. Die wil is gericht
op de vorming van geheel Duitschland tot
een militairen staat naar het model van
het oude Pruisen.
Tot zoover de „Temps".
De meeste Parijsche bladen staan vij
andig tegenover het uit Berlijn komende
bericht omtrent het voornemen van het
Duitsche rijk om met de Fransehe en En-
gelsche regeering onderhandelingen te
openen over een reorganisatie van de
Reiehswehr.
Daar het ministerie van buitenlandsche
zaken nog niet officieel van dit voor
nemen is in kennis gesteld, zijn de bladen
van meening, dat men hier met een
poging te doen heeft om de openbare mee
ning te polsen en onderhandelingen te
beginnen die de aandacht van de binnen-
landsche moeilijkheden in Duitschland
zouden afleiden.
De onderhandelingen zelf worden door
de Fransehe pers ongeschikt geacht om
dat zy het kader der Fransch-Duitsche
betrekkingen te buiten gaan en omdat zjj
een herziening van het verdrag van Ver-
sailles betreffen.
Bij den dood van Schober, den Oosten-
rijkschen oud-bondskanselier en politie
chef, geven alle Weensche bladen uit
drukking aan hun droefheid en erken
nen zijn groote verdiensten voor Oosten
rijk, vooral in den tijd der omwenteling.
Alvorens eenige persstemmen te laten
volgen, geven wij hier ten eerste een
korte en karakteristieke teekening van
den Oostenrijkschen staatsman, die wij
in een artikel van de „Nw. Rott. Crt."
vonden. Het blad schrijft dan:
Hij d.i. Schober had de loffelijke
ambities van een geslaagd ambtenaar van
het goede, oude Oostenrijk. Staatsmans-
blik was niet zijn aangelegenheid, een
redelijk opportunisme, goede aanleg om
een verwarden toestand op te ruimen, het
vermogen tot orde scheppen dat een zoo
uitstekend politieman als hem aangeboren
moet zijn, dat waren de gaven die hem
vooruit hielpen en hem in staat hebben
gesteld zijn vaderland belangrijke dien
sten te bewijzen.
Schober was een man, waarmede altijd
te praten, en zelfs onder netelige omstan
digheden nog prettig te praten viel. Wat
zijn betoog door gemis aan groote scherp
zinnigheid te kort mocht schieten in
overredingskracht won het weer terug
door innemende rondheid. Schober durf
de iets te zeggen, en niemand nam het
hem kwalijk.
En nu een paar Weensche persstem
men, waarin de gevoelens van het Oos-
tenrijksche volk vertolkt worden:
De „Wiener Neuesten Nachrichten"
Een groot Duitscher is met Schober heen
gegaan. Lausanne heeft hem den dood
steek gegeven. Als buitenlandsch politi
cus is hij de vertegenwoordiger geweest
van de actieve Duitschers. Den door
Schober ingeslagen Duitschen koers in
de buitenlandsche politiek heeft Oosten
rijk niet laten varen.
De „Reichspost" wijst op het tragisch
toeval, dat Schober nauwelijks veertien
dagen na Seipel is gestorven. Tot aan zijn
intrede in de partijpolitiek in den herfst
van 1930 is Schober een Oostenrijksche
reserve van groote autoriteit geweest,
wiens hulp steeds kon worden ingeroe
pen, wanneer de aanstelling van een
hoogste autoriteit op parlementairen
grondslag niet mogelijk was.
Het plan voor een tol-unie heeft een te
vroeg einde gemaakt aan Schober's poli-
tieken en publieken arbeid.
Wellicht zou het hem vergund geweest
zijn onder andere omstandigheden weer
beslissenden invloed te verkrijgen op de
leiding van Oostenrijk's lot.
De conferentie te Ottawa is gesloten.
Zaterdag is nog een plenaire zitting
In bosch en duin,
Op hei en strand:
De huid wel bruin,
Maar niet verbrandt
gehouden, waarin de noodige schoone
redevoeringen zijn afgestoken.
De Canadeesche minister-president
hield een redevoering, waarin hij zeida
zeer tevreden te zijn over het verloop der
conferentie. De conferentie heeft getoond
dat de volkeren van het Engelsche
wereldrijk een hechte eenheid vormen.
Nadat Lord Hailsham het rapport van
de commissie voor de bevordering van
den handel in het wereldrijk had uitge
bracht, begon de officieele onderteeke-
ning van de overeenkomsten. Na nog een
reeks redevoeringen van de delegaties
werd met algemeene stemmen een motie
aangenomen, waarin dank gebracht wordt
aan den Canadeeschen premier.
Voor zoover tot nog toe bekend is, heeft
Engeland het recht van beroep op de in
te stellen Canadeesche commissie ver
kregen. Het heeft Canada een voorkeur-
tarief van 15 pet. op boter, kaas en eieren,
contingenteering van spek en opheffing
van de buitengewone bepalingen pp den
invoer van Canadeesch vee, een voor
keurtarief van 6 dollarcent per schepel
tarwe, voorkeurbehandeling van vruch
ten en koper en vrijen invoer van meel
toegestaan.
Verder verluidt, dat Australië en
Nieuw-Zeeland zich vrijwillig bereid heb
ben verklaard om een kartel te vormen
ter beperking van de vleeschproducten
en dat overeenstemming tot stand is ge
komen over den invoer van vleesch naar
Engeland, waardoor beperking van den
invoer van Argentijnsch vleesch is be
reikt.
De zitting was rjjk aan dramatische
momenten. De Canadeesche ministerpre
sident Bennett bood zijn verontschuldi
ging aan voor zijn gedrag van Donder
dag, waaraan de Britsche kanselier van
de schatkist Neville Chamberlain ten
zeerste aanstoot had genomen. Het excuus
werd door de Britsche delegatie aanvaard.
Overeenstemming tusschen Engeland
en Ierland? Bij de onderhandelingen
op de conferentie te Ottawa schijnen En
geland en Ierland tot overeenstemming te
ziin gekomen schrijft de „Nw. R. Crt.":
De Iersche vice-president verklaarde
aan een vertegenwoordiger van Reuter,
dat het niet waarschijnlijk is, dat het En-
gelsch-Iersche conflict te Ottawa zelf kan
worden bijgelegd. Echter is de weg voor
een latere overeenkomst geëffend.
In kringen der conferentie verluidt nog,
dat de onderhandelingen hierover direct
na den terugkeer van de ministers van
beiide landen uit Ottawa zullen worden
voortgezet en dat gedurende de onderhan
delingen in den wederzijdschen tariefoor
log een „wapenstilstand" zal intreden.
Nopens de kwestie van een scheidsgerecht
moet Engeland er in hebben toegestemd,
dat Ierland bü de keuze van zijn scheids
rechters niet gebonden is; Engeland zal
zijn scheidsrechters uit leden van het Brit
sche wereldrijk kiezen.
De Iersche vertegenwoordigers hadden
tot nu toe verlangd, dat een internationaal
scheidsgerecht over het conflict uitspraak
zal doen; daarentegen verlangd© Engeland1,
dat dit scheidsgerecht slechts uit burgers
van het Britsche rijk zou bestaan.
Tenslotte moet de Iersche regeering zich
bereid verklaard hebben aan Engeland de
achterstallige schulden te betalen, waar
over de tariefoorlog tusschen beide landen
is ontstaan.
Door den Oostenrijkschen bonds
raad afgewezen.
Naar Reuter uit Weenen meldt, heeft
de Oostenrijksche bondsraad (de Oosten
rijksche Eerste Kamer) het protocol van
Lausanne, dat zooals gemeld in den
Nationalen raad met 1 stem meerderheid
was aangenomen, met 2722 stemmen
afgewezen. De sociaal-democraten, Groot-
Duitschers, nat.-socialisten en Heimwehr
stemden tegen.
Nader wordt gemeld:
De bezwaren van den Bondsraad wer
den als volgt gemotiveerd:
Door het protocol wordt de buitenland
sche handelsvrijheid der republiek, in het
bijzonder wat betreft het politieke en eco
nomische verkeer met het Duitsche rijk,
voor een tijdperk van 20 jaar afbreuk ge
daan.
Door het protocol wordt Oostenrijk
natuurlijk aan een bezwarende buiten
landsche controle onderworpen.
In het protocol staan politiek-oecono-
mische bepalingen vermeld van de meest
gevaarlijke soort.
Bepalingen van het protocol leenen zich
er toe belangrijke sociaal-politieke voor
deden van breede lagen der arbeidende
bevolking in gevaar te brengen.
Voordat de stemming kon plaats vin
den, is het nog tot een minutenlange
lawaaiscène gekomen in verband met een
voorstel tot sluiting der debatten. Dit
voorstel was n.1. afkomstig van de regee-
ringspartijeh, omdat behalve de rappor
teur sedert den aanvang der zitting, om
10 uur des morgens slechts drie nationaal-
socialistische sprekers aan het woord
waren geweest, welke sprekers obstructie
voerden. Het voorstel om de debatten te
sluiten werd met behulp der sociaal
democraten aangenomen.
Na de stemming werd de zitting voor
een half uur geschorst.
Bomaanslag op het vliegveld
Harbin.
Op de vlieghaven van Harbin is Vrij
dag een bomaanslag gepleegd, waardoor
honderden huizen werden vernield. De
omgeving van het vliegveld is geheel met
puin bedekt. De omvang van de ramp zal
pas vastgesteld kunnen worden, wanneer
dit punt zal zijn opgeruimd. Men ver
wacht dat het aantal dooden zeer groot is.
Een Russische emigrant en eenige Ko-
reanen zijn gearresteerd.
HET ANTI-OORLOG SOONGRES.
Ook vertegenwoordigers uit
Rusland.
Het nationale comité ter voorbereiding
van het wereldcongres tegen den oorlog
deelt in een communiqué o.m. mede, dat
ook een aantal gedelegeerden uit Sovjet-
Unie, door verschillende arbeidersorga
nisaties van intellectueelen aangewezen,
aan dit congres zal deelnemen. In deze dele
gatie hebben o.a. zittig, Maxim Oorki,
van het verbond van schrijvers in de
SovjetUnie, en Karl Radek, van de jour
nalisten-organisatie te Moskou.
thans gecancelde contracten. Een zeker
concern moet op dat hoofd 2.000.000 af
boeken zonder dat van de zijde der be
volking iets daartegenover wordt ge
steld.
De houding der regeering tegenover
het Suikersyndicaat is nimmer die van
een smeekeïing geweest. De regeering is
met den heer mr. Hart van oordeel, dat
het aanbeveling verdient om langs den
weg van minnelijk overleg fouten te cor-
rigeeren, en eerst in uiterste gevallen den
wetgever te hulp te roepen. (Aneta).
REGEERING EN SUIKERINDUSTRIE
Nadere gegevens over de ver
liezen In de suikerindustrie.
De regeeringsgemachtigde voor B.B., de
heer Mühlenfeld, heeft in den. Volksraad
meegedeeld, dat er, behalve de verliezen
van de suikerindustrie, geschat op
60.000.000 per jaar, voor 120.000.000
ligt in niet dadelijk verkoopbare voor
raden. De ondernemingen moeten niet
alleen rekening houden met nieuwe uit
gaven, doch ook met afschrijvingen van
vroeger betaalde premies op langjarige,
DE BEGROOTING VAN
AMSTERDAM.
Eindcijfer 31/» millioen lager
dan vorig jaar. Belastingver-
hooging voorgesteld.
In een persconferentie heeft Zaterdag
ochtend de heer S. R. de Miranda, waar
nemend wethouder voor de financiën van
Amsterdam, een uiteenzetting gegeven
van de gemeentebegrooting voor 1933.
Eindcijfer.
Het eindcijfer van de begrooting voor
1933 belooptƒ114.516.085
tegen een eindcijfer der
vastgsetelde begrooting voor
1932 van 118.042.588
De begrooting 1933 is dus
lager3.526.503
Die verlaging drukt zich in vrijwel alle
posten der begrooting, ook in de subsi
die uit. Zij zou ongetwijfeld grooter zijn
geweest als er in de begrooting 1933 niet
een aantal posten was opgenomen, die een
invloed in tegengestelde richting doen
gelden.
Om de begrooting te doen sluiten, heb
ben B. en W. zich ten slotte genoodzaakt
gezien, bij de raming van de opcenten op
de fondsbelasting voor het jaar 1933/'34
rekening te houden met een heffing van
80 opcenten inplaats van 74, zooals nu en
met een verhooging van de opcenten op
de personeele belasting van 60-120 tot
70-140.
Een minderheid in het college acht
deze verhoogingen niet redelijk zoolang
de arbeidsvoorwaarden van het personeel
in dienst der gemeente ongewijzigd blij
ven.
BAND
door
E. PHILLIPS OPPENHEIM.
86)
„Ik denk," antwoordde hij toen half
lachend, „dat de vrouwen waarschijnlijk
heel verstandig in hun keuze van echtge
noot geweest zijn en de mannen.die
hebben waarschijnlijk de rijkste vaders
■uitgezocht of toevallig gelukkig gespe
culeerd of op het beste paard gewed,
't Leven heeft nu eenmaal heel wat van
eon loterij, vindt je niet?"
«Een loterij, dat is het goede woord
niet...'t is hazardspel," riep ze verbit
terd uit. Er is geen steek billijkheid bij,,
alles is maar stom geluk. Kijk nu eens
naar mijl"
Bliss knikte tevreden.
„Graag," stemde h;j gretig toe. „In dat
heele restaurant is er niemand naar wien
ik liever zou kijken dan naar jou."
Maar zij was niet in een stemming om
op zijn complimentje in te gaan. Gedu
rende weer een paar oogenblikken keek
Ze hem met groote verontwaardigde
oogen aan.
„Je moet geen onzin praten," ging ze
tpen iets kalmer door. „Je kunt even goed
ak ik zien, dat mijn kleeren shabby zijn.
Mijn hoed, de eenige dien ik bezit, heb
ik zelf opgemaakt met een bouquetje na
gemaakte bloemen. Mijn schoenen heb
ben een slecht model. Nog nooit van mijn
leven heb ik zijden kousen gedragen en
je moest eens weten, hoe prettig ik dat
zou vinden. Ik ben dol op mooie dingen.
Maar ik kan ze nu eenmaal niet bekos
tigen en zal dat ook wel nooit kunnen,
en toch heb ik mij heele leven hard ge
werkt. En ik ben, wat de menschen noe
men, „fatsoenlijk" gebleven. En denk er
nu eens aan, dat je maar één leven hebt
en dat er tusschen je zelf en de weelde-
dingen van het leven altijd een niet te
overbruggen afstand zal liggen."
„Kom, kind, wees niet zoo down,"
zeide hij opgewekt, „je weet nooit, wat er
nog gebeuren kan."
Nu lachte ze ook, de bui begon alweer
over te drijven.
„Kon je maar wat uitvinden," zeide ze
toen, „iets, waarmee je een heeleboel geld
zou kunnen verdienen. Maar och, dat is
toch niets voor jou, ik geloof dat je even
praktisch bent als mijn pink".
„Zeg dat niet te hard," zeide hij half
in zichzelf. „Het komt me voor, dat ik in
den laatsten tyd radikaal aan 't verande
ren ben".
„Je moest eens weten, hoe ik jou soms
om je karakter benijd", ging ze met een
zucht door.
„Hoe dan?"
„Dat zal ik je zeggen. Jij bent iemand,
die dat alles zien kan, al die weelde, het
gemakkelijke leven, dat andere men
schen hebben, zonder ook maar een
oogenblik jaloersch te worden. En toch
geloof ik wel, dat je vroeger heel watj
betere omstandigheden gekend hebt, is!
't niet?"
„Dat is zoo," stemde hij toe. „Maar
nooit heb ik me zoo gelukkig gevoeld
als nu."
Zachtjes legde hij zijn hand op de hare.
Half verwijtend keek ze hem aan.
„Je bent zeker van plan nog meer on
zin te gaan vertellen", zeide ze half-
lachend.
„Ik was van plan je te vertellen, dat ik
jou het liefste meisje vind, dat ik ooit
ontmoet heb. Als je dat nu onzin wilt
noemen.
Bliss sliep dien nacht uitstekend. Den
volgenden morgen, vlak na zijn meer dan
schraal ontbijt, werd er een briefje boven
gebracht, waarvan het adres door Fran-
ces geschreven was. Haastig scheurde hij
het couvert open en las: „Zooeven heeft
mijn chef me een advertentie gedicteerd,
waarin hij om een chauffeur vraagt. Als
je slaagt, zal je het niet bepaald prettig
hebben, maar elf shilling is nu eenmaal
een som die gauw uitgeput raakt. Zijn
naam is mr. Montague, hij heeft zijn kan
toor in Norfolkstreet no. 17. 't Beste is,
dat je maar naar dat adres toe gaat en
hem persoonlijk te spreken vraagt".
Bliss maakte zoo zorgvuldig mogelijk
toilet en meldde zich in Norfolkstreet no.
17 precies om 10 uur aan. Hij werd te
woord gestaan door een kleinen brutaal
uitzienden loopjongen.
„Mr. Montague mag op 't oogenblik
niet gestoord worden," zeide het jong-
mensch. „Zijn secretaresse is bij hem. Ik
denk dat het wel eenigen tijd zal duren.
Hoe heet u en wat komt u doen?"
Bliss haalde een kaartje uit zijn zak en
schreef het doel van zijn komst achterop.
Nadat het jongmensch was weggegaan,
keek hij eens om zich heen. Het kleine
wachtkamertje hing vol met aanplakbil
jetten en schouwburg-affiches. Blijkbaar
waren Mrs. Montague en Flibbert im-
pressario's. Volgens de aanplakbiljetten
engageerden ze artisten van allerlei gen
re, zoowel voor 't gewone tooneel als voor
't cabaret, ook waren zij de tusschenper-
sonen van het opvoeringsrecht van too-
neelstukken en een-akters. Onder de ar-
tistennamen las Bliss heel wat goede be
kenden en toen hij aan het einde van de
lijst gekomen was, merkte hij tot zijn niet
geringe verbazing, dat hij een hevige an
tipathie tegen mr. Montague had opge
vat. Plotseling ging de deur open.
„Dezen kant uit, jongmensch," zeide
de kleine loopjongen.
Gedurende een paar oogenblikken keek
Bliss zwijgend op den veel kleineren jon
gen neer, toen zeide hij opgewekt:
„Alsjeblieft, mijnheer."
Een paar scherpe, lichtgrijze oogen ke
ken hem een oogenblik achterdochtig
aan, maar Bliss vertrok geen spier van
zifn gezicht.
„Ik mag het niet toestaan dat mijn
zorgvuldige verdeeling van de ochtend
uren in de war gestuurd wordt", ging het
jongmensch op meesterachtigen toon
door. „Over een groot half uur heb ik
een afspraak gemaakt met een paar van
onze voornaamste cliënten. Dus maak
een beetje voort. Dezen kant op."
Al pratende was hij tot vlak bij de deur
genaderd; hij klopte even aan, deed de
deur open en ging naar het wachkamer-
tje terug. Bliss bevond zich nu in de
tegenwoordigheid van zijn toekomst'gen
heer en meester; tot zijn groote ergernis
merkte hij, dat Frances vlak naast de
schrijftafel zat met een open notitie
boekje in de hand. Mr. Montague deed
zijn ras eer aan. Hij had een frissche ge
laatstint, zijn haar en wenkbrauwen wa
ren heel donker, bij zwart af, zijn neus
onloochenbaar semietisch. Zijn kleeding
gaf blijk van een nogal opzichtigen
smaak en was tof in de puntjes verzorgd.
„Zoo, is dat het jongmensch", zeide hij
op .een neerbuigenden toon, toen Bliss
binnenkwam. Frances keek van haar
notitiehoekje op en knikte Bliss vriend
schappelijk toe.
„Ja, mr. Bliss is de kennis, dien ik u
gerecommandeerd heb," zeide ze stijfjes.
Mr. Montague glimlachte beminnelijk,
waardoor hij een kostelooze exhibitie gaf
van zijn geheele gebit.
„En een recommandatie van Miss Clay-
ton beteekent veel, heel veel", verklaarde
hij complimenteus.
„Maar toch moet ik nog eenige kleinig
heden weten. Ben je er zeker van, dat je
behoorlijk met een auto kunt omgaan,
jongmensch?"
„Ik heb het tenminste heel veel ge
daan", gaf Bliss kalm ten antwoord.
Mr. Montague ging op zijn gemak ach
terover in zijn stoel zitten.
„Volgens mij bestaat het grootste ge
noegen van het auto rijden daarin, om
den grootst mogelijken afstand met de
kleinst mogelijke onkosten af te leggen,"
zide mr. Montague met een air van ge
wicht. „Omdat Miss Clayton je recom
mandeert, zal ik je op proef aannemen.
Je zult het heel gemakkelijk hij me heb
ben en je krijgt een goed salaris, om te
beginnen is dat twee pond per week,
maar en dit moet je goed onthouden
daarvoor verwacht ik dan ook een weke-
lijksche onkostenrekening, gespecificeerd
tot op een halve penny toe. Ik weet pre
cies hoeveel benzine de auto per duizend
kilometer verbruikt, maar toch probeer
ik altijd weer een minimum record te
slaan. Hier heb je mijn kaartje," ging hij
door, terwijl hij iets er achterop schreef,
„ga daarmee naar de garage van Elliman
in Ensdellstreet, kijk den wagen na en
kom me precies om één uur hier vandaan
halen. Zoolang ik nog niet weet of je me
wel goed bevallen zal, moet je maar in
je eigen kleeren rijden. Is 't zoo goed.
Miss Clayton?"
Frances lachte even tegen Bliss en
stond meteen op.
Maar mr. Montague had blijkbaar haar
diensten nog noodig.
„Dan zijn we zoover klaar, jong
mensch," zeide hij tegen Bliss. „Als je
vanmorgen nog tijd over hebt, kon je
meteen het koperwerk een flinke beurt
geven. Ik houd ervan, dat de auto er
keurig uitziet."
Meteen bukte hij zich en sloeg met de
punt van zijn zijden zakdoek een denk
beeldig modderspatje van zijn modieuse
lakschoenen af.
„Wilt u nog even hier blijven, Miss
Clayton?" ging hij door, „ik moet u nog
een brief opgeven. En dan nog iets, Bliss,
ik houd ervan, dat alles heel ordelijk en
precies gaat. De menschen, die in mijn
dienst zijn, mogen nooit een oogenblik te
laat komen. Je doet dus 't beste, om eerst
te eten, voordat je met den auto voor
komt. Je moet me dan naar het restau
rant brengen( waar ik gewoonlijk lunch
en daar moet je op me wachten. Dus denk
er om, precies om één uur."
(Wordt vervolgd.)