POPULMR. syvo COURAMT 570 VAN ZATERDAG 17 DECEMBER 1932. (AUTEURSRECHTEN VOORBEHOUDEN) De carrière van een Zondagskind. Dr. H EKRI DETERDING Beheerscher van het grootste Werokfconcern De dochter van den juwelier. TlUTTEPTm door een bi,^onderen medewerker. Het eenige maanden geleden op de Internationale Petroleum Conferentie te Parijs gesloten contract tusschen de verschillende petroleumconcerns, kan volgens een bericht van bevoegde zijde thans in werking treden. Dit feit wordt als een aanzienlijken voor uitgang beschouwd voor de petroleum industrie. Bovengenoemd resultaat is wederom te danken aan het doorzettingsvermo gen en de tact van onzen landgenoot Dr. Henri Deterding. Mussolini speelt eiken dag een uur viool en rijdt paard.... Hoover kan niet zonder een partijtje golf op zijn tijdEngelsche ministers zijn ver woede hengelaarsBijna alle man nen met wereldnaam hebben hun lief hebberijtjes net als andere, gewone menschen en Sir Henri Deterding, de Dr. HENRI DETERDING, beheerscher van het c/rootste wereldconcern. man, die aan het hoofd staat van een wereldconcern, dat over een kapitaal beschikt van ruim drie milliard gulden en 65 duizend man personeel in dienst heeft, kortweg „de oliekoning" gehee- ten, heeft ze óók! Hij zwemt n.1. iederen morgen een paar baantjes in den vijver van zijn landhuis in Engeland, ook in den winter en dèsnoodslaat hij een bijt hakken, als het water bevroren is! Hij zal niet aan zijn werk gaan, .alvo rens een half uurtje paard te hebben gereden of een stevige wandeling te hebben gemaakt; tóch is hij om half- negen aan zijn werk, zoodat hij dus vroeg uit de veeren moet zijn. Ziedaar een stukje uit het leven van den directeur-generaal van de machtig ste petroleum'.trust ter wereld, het Shell- Royal-Dutch-Concern van den man, die den Amerikaanschen Petroleumko- ning Rockefeller van de eerste plaats drong en als koning onttroonde, om zélf die plaats in te nemen. Het lijkt vol strekt niet belangrijkdie liefheb berij voor een dergelijke figuur, doch Sir Henri Deterding zélf beschouwt die lichaamsoefening als zéér belangrijk! Zij dient namelijk om hem fit te hou den, jong en kwiek, geschikt voor zijn taak als leider van een onderneming, die met milliarden werkt en die als regel minstens twaalf uur per dag van hem vergt, om de zaak op peil te houden. Sir Henri behoort niet tot de men schen, die per rolstoel door het leven rollen en met weinig inspanning aan een reuzenpositie, veel geld en een groote macht gekomen zijn. Zijn vader was een koopvaardijkapitein met een groot gezin. Hendrik Deterding was zes jaar, toen zijn vader stierf en zijn moe der achterbleef met zes kleine kinderen en een karig pension. Met moeite slaagde de weduwe Deterding er in haar zoon, die op één na de jongste was, de H.B.S. te laten afloopen, de eenige opleiding, die de latere petro- leummagnaat kreeg en het was juist voldoende om hem den weg naar een der allerhoogste posten in de indus- trieele wereld te banen. Hü begon zooals duizenden andere jongens met een diploma in den zak beginnen als gewoon bediende op een bank, de Twentsche Bank te Amsterdam. Dat was in 1883. Deterding was namelijk in 1866 geboren te Amsterdam. Hij her innert er graag aan, dat hij een .Ajmsfer- damsche jongen is en als jongen in de hoofdstad menige kwajongensstreek beeft uitgehaald. Als lid van de Am- sterdamsche gymnastiekvereeniging „Kracht en Vriendschap" was hij num mer één in mastklimmen en brugoefe- ningen, terwijl hij bekend stond als een snelle roeier en looper. De jonge Deterding moet iets in zich gehad hebben, wat zijn patroons bij zonder boeide. Heel jong nog, kreeg hij zonder eenige voorspraak, behalve een alles-overtreffende aanbeveling van de Twentsche Bank, op 23-jarigen leeftijd een zeer belangrijke positie als hoofd agent der Nederlandsche Handelmaat schappij te Medan, met een salaris, waarvan hü zijn meder een behoorlijk deel kon afstaan, zonder zélf te kort te komen. Acht jaar later, op 31-jarigen leeftijd, werd hij benoemd tot waarne mend directeur van de Maatschappij tot Exploitatie van Petroleumbronnen en een jaar later tot directeur van een ver koopbureau met wereldvertakking en met kopstukken als de Parijsche Roth- schild en Kessler er in, op een salaris van 25.000 plus tantièmes, enz. Wat bracht hem vooruit? Hoe klom deze Amsterdam sche jon gen zonder naam, die door den koning van Engeland in den adelstand, door de Delftsche Hoogeschool tot doctor ge promoveerd weid, zoo snel op en waar om gaf men hem reeds als jongeman functies, die als regel slechts aan man nen van rijpe ervaring of aan personen met titels, met relaties en veel geld werden gegeven? Een jaar of tien geleden heeft een vrijmoedige journalist deze vraag eens voorgelegd aan Sir Henri en hij was volkomen verbluft het volgende ant woord te krijgen: „Dat weet ik zélf ook niet. Ik was bij élke promotie verrast. Maar ik ben een Zondagskind, ik werd op Zondag geboren en wellicht is het daaraan toe te schrijven". De kranten man was nog even wüs, als daarvoor. Tóch is het geen geheim, waardoor deze Hollandsche jongen zoo formida bel veel succes had. Hij was een enorme werker, in staat van den vroegen mor gen tot den laten avond op volle kracht te werken! Maar dat verklaart niet alles. Er zijn zoovéél hardwerkende men schen, die ploeteren en zwoegen en het tóch niet ver brengen. Maar Deterding verstond de kunst om ontzettend, veel werk te verzetten. Daarbij kwam een buitengewoon organisatietalent en het vermogen om systematisch te werk te kunnen gaan. Als eenvoudige kantoor bediende verbaasde hü zijn collega's door drie maal zoo vlug klaar te zijn, als een ander. Aan een chef van een groot verkoopbureau zei hü eens: „Het komt niet zoozeer aan, op wat wü met onze handen doen, als wel met onze her sens!" Dat is Deterding. De man met de bains, de man, wiens scherp en hel der verstand onophoudelijk bezig was met nieuwe mogelijkheden te zoeken en te onderzoeken, die nooit tevreden is met een behaald succes, maar steeds verder wil, die kansen zag, waar een ander niets meende te zien en die altijd vooruit denkt! Toen hij ais onbemiddelde jongeman voor het eerst in den Bestuursraad ziia stem liet hooren en dingen zeide, waar aan anderen nog niet hadden gedacht, luisterde men met evenveel belangstel ling als later, toen hü als directeur-ge neraal sprak, omdat men begreep: die heeft méér in zijn hoofd, dan wij alle maal tezamen! Zijn energie en zijn on dernemingsdurf stuwden de riiaat- schappii op tot koene plannen. Sir Henri is altijd een durver geweest en hü aanvaardt daarbij het risico, zooals hü zegt, „op het verkeerde paard gewed te hebben". „Een man, die wat betee- kent", heeft hij eens gezegd, „maakt fouten, Want een man, die nooit een blunder maakt, is een ezel, die bewijst, dat hü niets durft!" Met al zijn „blunders" werd Deter ding toch maar den geweldigen Rocke feller den baas. De Royal Dutch (Ko ninklijke) en de Shell overheerschen alle wereldconcerns van petroleum. Zelfs op hun eigen gebied, Amerika, moesten de twee andere, groote onder nemingen, de Standard Oil Company en de Texas Oil Company, veeren aan Deterding laten. Hij dreigde ieder en allen dood te concurreeren. Het is zijn grootste trots, dat hü goedkoopere olie kon leveren, dan. iedere andere maatschappij. De bronnen van het concern tellen duizen den kilometers pijpleiding in alle deelen der wereld.... zijn tientallen raffina derijen, de eigen tankvloot van circa 2 millioen ton, de enorme verkoopsorga nisaties in zoovele landen, die tezamen in den grootsten tijd 28 millioen ton olie per jaar distribueerendat alles vertegenwoordigt een ontzaglijk kapi taal, maar het bazuint óók den roem van Deterding's' energie, initiatief en leiderscapaciteiten uit! Want zijn voornaamste medewerkers erkennen allen, dat het zijn zakengenie is geweest, dat de onderneming tot die hoogte opvoerde! Maar deze industrieele koning is altijd bereid een groot deel van den lof o«ver te brengen op zijn personeel. „Mijn trots", zei hü eens, „is niet de maatschappij, niet de Shell en de Ko ninklijke, die weer hun technische en commercieele vertakkingen hebben in de Bataafsche, de Angio-Saxon en de Asiatic, dochmijn personeel van bü de 70.000 man, dat geheel in dienst is van de ondernemingen buiten de tienduizenden detailverkoopers om". Dat personeel is het beste van de we reld, zegt Deterding, enhet wordt ook het beste van de werld betaald! Wat dat betreft, huldigt Sir Henri ook en volkomen terecht de typisch- Amerikaansche groot-industrieele op vattingen: Een man, die geen behoorlijk loon waard is, is ook zijn plaats niet waard'! door A. KONIJNENBURG. De trein was al in beweging, toen het blondje bü Jan in de coupé sprong. Hij stak een behulpzame hand uit en hygend vü>l ze naast hem neer. Ook op 't nippertjte, juffrouw, 1 was erg gevaarly'k, wat u daar deed, zei Jan. Nog niet geheel op adem ge komen, keek zy hem door haar lange wimpers aan. Ik ben er in ieder geval. Haar stem was zacht en melodieus. Jan dacht nooit een stem als de hare gehoord te hebben. Hij keek het meisje een goed aan. Ze had een knap, frisch gezichtje. Niet opgemaakt. Vindt u het erg, als ik blijf roo- ken?" vroeg hy. Volstrekt niet, antwoordde zy, u kunt de coupé niet volblazen vóór we in Den Haag zyn. Daar stap ik uit. Jan vroeg of zy in Leiden woonde. Ja; met haar vader die er een juwe- lierszaak had. De firma Verwey lichtte zy toe. Het ijs was gebroken. Jan deelde haar mee, dat hy ook in het juweliers vak was. By' zyn vader in de zaak. 't Gesprek werd al gauw geanimeerd en eer ze eraan dachten stopte de trein in Den Haag. Beleefd hield Jan het portier open en vroeg of hy een eindje met haar op mocht wandelen. Zy moest eerst naar de „Byenkorf"; als hy zin had, dat eindje mee te loo- pen, vond ze het best. Maar voor het Warenhuis genomen, nam ze opeen», nogal koel, afscheid, zoodat hy op ver dere begeleiding niet durfde aan te dringen. Hy keek haar eenigszins be dremmeld na en ging toen huiswaarts. Kent u in Leiden een juwelier Verwey? vroeg hy zijn vader. Is daar soms iets mis? informeer de de oude heer. Ik doe met die firma zaken. Een nieuwe relatie. Jan stelde hem gerust en- vertelde, dat hy met de dochter van Verwey had gereisd en gaarne verder met haar kennis wilde maken. Nu, dat is zoo moeilyk niet, merkte de vader lachend op. Over een paar dagen moet ik er 'n party stee- nen heenzenden; jy zou ze kunnen brengen. Eenige dagen later stond Jan te Leiden in den winkel van de firma Verwey. De oude heer stond hem te woord; zy gingen in het kantoor om de zaken af te handelen. Toen zy hier mede gereed waren en nog even een praatje maakten, vroeg Jan den ouden heer, hoe zyn dochter het maakte. M'n dochter? Dat moet een ver gissing zyn; ik heb geen kinderen, zei hy verbaasd. Jan legde nu uit, dat hy in den trein kennis had gemaakt met een blond meisje, dat zeide, dat zy een dochter van meneer Verwey was. Door het binnenkomen van een klant, werden zy in hun gesprek ge stoord. Zy hoorden de stem van een heer, die vroeg om ringen te mogen zien, Daarna een damesstem. Het meisje uit den trein! Precies dezelfde stem, dacht Jan. Maar meneer Verwey, ik hoor nu toch de stem van uw dochter! In ieder geval die van het meisje, waarmee ik in den trein kennis heb gemaakt! Dat is myn winkeljuffrouw, zei Verwey ontstemd. Ik zal haar dadelyk roepen, als die heer weg is. Jan vond het allesbehalve prettig, dat hy' het meisje in ongelegenheid had gebracht. Maar tyd om het goed te maken had hij niet. De klant was vertrokken en Verwey stond al in de deur en riep het meisje. By het zien van Jan week alle kleur uit haar gezicht. Juffrouw van Dongen, hoe komt u er by', u uit te geven voor mijn doch ter? Zoo iets had ik nooit van u ver wacht! Ik dacht heusch, dat u er te fatsoenlyk voor was. Het meisje deed even een zwakke poging om haar gedrag, zoo niet te verontschuldigen, dan toch te verkla ren. Maar Verwey wilde hier niet naar luisteren. Ik vind het meer dan brutaal en ik kan u nooit meer vertrouwen. U moet maar gaan. Ik zal u een maand salaris geven. De tranen stonden het meisje in de oogen en zy keerde zich zwijgend om.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1932 | | pagina 13