Met dubbele knieën!!!
DE STRIJD OM WEENEN.
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenlandsch overzicht.
IS ALTIJD GOEDKOOPER
OOK VOOR DA M ES-CON FECTIE
Oost-Indië.
60ste JAARGANG
Goed nieuws van de ontwapeningsconferentie - De
Transche Kamer over Chérons financieele voorstellen. -
De er. Staten en de economische crisis - China en
Japan.
Rheumatiek
Jicht
H6KYÓA
Eenheid of tweestrijd tusschen Nederland en Indië.
FEUILLETON
ELDERSCHE COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2.—, NederL Oost- en West-Indi6 per zeepost t 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4ct.;fr.p.p.6cL Zondagsblad
resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.—Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50, f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v'h C. DE BOER Jn.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIÊN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redactiön.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meel 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4ct.
Goed nieuws van de ontwapeningscon~
ferentie, zoo mogen we tenminste wel het
bericht noemen, dat de corr. van de Nw.
Rott. Crt. te Genève aan zijn blad zendt
over de deskundigencommissies ter ont
wapeningsconferentie. Na alle teleurstel
lingen, zegt hij, die deskundig encom-
missies ter ontwapeningsconferentie ons
bezorgd hebben, blijft het een waar ge
noegen aan het einde van een zekere
studie-periode telkens weder bevredigend
nieuws van de allerijverigste van alle
commissies en ondercommissies ter ont
wapeningsconferentie te kunnen vermel
den, n.1. van de deskundigencommissie
voor de uitgaven voor de nationale ver
dediging, die ten doel heeft de begren
zing der militaire uitgaven der verschil
lende landen door bepaalde voorschriften
hieromtrent in de ontwapeningsconventie
mogelijk te maken.
Deze deskundigencommissie, die steeds
bij iedere nadering van een vacantie-
periode het laatst vacantie neemt en daar
na het eerst weder aan den arbeid gaat,
heeft ook thans deze traditie weder ge-
volgd. Zaterdag met Kerstvacantie naar
huis gegaan, heeft zij besloten reeds op
10 Januari weder bijeen te komen.
De rapporteur-generaal dezer exper
tencommissie, de controleur-generaal van
het Fransche leger Jacomet, heeft, al
vorens Genève te verlaten, de internatio
nale pers nog ontvangen en ons daarbij
dc verblijdende mededeeling gedaan, dat
alles nog goed voorwaarts gaat en dat de
overtuiging der commissie bevestigd is,
dat het inderdaad mogelijk zal zijn de
grenzen der militaire uitgaven voor ieder
land in de ontwapeningsconventie vast te
leggen. De studie der deskundigencom
missie had den leden bovendien de over
tuiging geschonken, dat voldoende waar
borgen voor een doeltreffend internatio
naal toezicht op de naleving dier bepa
lingen mogelijk zijn.
De Fransche Kamer over Chérons
financieele voorstellen. De Fransche Ka
mer heeft Dinsdagmorgen een begin ge
maakt met het debat over het regeerings-
voorstel tot het toestaan van een twaalf
de van de begrooting en tot het uitgeven
van nog vijf milliard aan schatkistbiljetten
tot dekking van de dringendste uitgaven.
De minister van financiën zette in den
breede uiteen, dat hij besloten had eens j
en voor al schoon schip te maken. Hij
kon echter zijn algemeene plan eerst in
Januari indienen.
De Kamer heeft het wetsontwerp tot
inwilliging van het voorloopige twaalfde
tenslotte met 524 tegen 53 stemmen aan
genomen. Voor de stemming had de
socialistische afgevaardigde Kiracke ver
klaard, dat zijn partij daar geen stemming
over de begrooting inzag, maar de regee
ring slechts de mogelijkheid wilde geven
een maand te leven. Het betrof een over
gangsmaatregel.
Een amendement-Marin, om de uitgifte
van 5 miljard schatkistbons tot twee mil
jard te beperken, is, nadat de regeering
de kwestie van vertrouwen gesteld had,
met 400tegen 190 stemmen verworpen.
Het nieuwe Fransche kabinet.
Chéron, minister van financiën.
Daladier, minster van oorlog.
gebreid, maken wij onze Schoolkousen, zij zijn
niet duurder dan andere. JAAP SNOR, Zuid
straat 19. (Let op den gelen winkel).
Paul Boncour, ministerpresident en
minister van buitenlandsche zaken.
De Ver. Staten en de economische
crisis. De Amerikaansche waarnemer bij
de ontwapeningsconferentie te Genève,
Norman Davis, die momenteel in de Ver.
Staten vertoeft, heeft een onderhoud ge
had met den aanstaanden president, Roo-
sevelt, over de schuldenkwestie en andere
vraagstukken.
Het onderhoud heeft geloopén over de
ontwapening, over de oeconomische we
reldconferentie, de herziening van de
douanetarieven, de stabiliseering van de
muntsoorten, en een revalorisatie van het
zilver als muntmateriaal. Wij moeten ont
wapening hebben, zeide Davis, om het
vertrouwen te herstellen en als gevolg
daarvan het crediet, dat de drijfkracht is
van den handel. Roosevelt antwoordde
aan Davis, dat het gevoel van veiligheid
dat er tusschen de naties onderling be
staat zullen wezen, de duikboot af te
de beperking der oorlogswapeningen. Hij
bracht een uitlating in herinnering van
Clemenceau, die gedurende de vredes
onderhandelingen had verklaard, dat een
waarborg, dat er geen oorlog zou zijn met
Duitschland, voor Frankrijk de veiligheid
zou beteekenen. Davis antwoordde, dat
hij een gunstige wijziging had opgemerkt
in de houding der Franschen ten opzichte
van Duitschland. Hij geloofde, dat de
genen, die voor ontwapening werken, in
staat zullen wezen, de duikbot af te
schaffen, ten spijt van de tegenkanting
van Japan en Frankrijk. Davis voorspelde
een marineovereenkomst tusschen Frank
rijk en Italië, welke op hetzelfde zal
neerkomen als het verdrag van Londen
en waarbij bommen uit vliegtuigen, het
gebruik van gifgassen en zwaar veldge
schut zullen worden verboden. Er is ech
ter geen aanwijzing voor, dat Roosevelt
zijn vroegere opvattingen te dezer zake
heeft laten varen. Roosevelt voorspelde,
dat alle beperkingen, gesteld voor het
program voor gedachtenwisseling, zullen
vervallen. Na het onderhoud van Roose
velt met Davis, hetwelk plaats vond te
Albany, zou Davis, aldus was het plan,
naar Washington terugkeeren, om daar
van gedachten te wisselen met Hoover.
China en Japan. De berichten, die zoo
regelmatig uit het verre Oosten blijven
komen, geven nog steeds geen hoop op
eenige toenadering tusschen beide landen.
De houding, van Japan wordt steeds bru
taler. Zoo vonden we b.v. in de ochtend
bladen van gisteren de volgende tele
grammen:
De Japansche minister van oorlog
Araki deelde in een persgesprek mede,
dat de operaties in de provincie Jeho ge
deeltelijk tot stilstand zijn gekomen. Het
Japansche opper-commando heeft echter
bericht ontvangen, dat de Chineezen een
groot offensief tegen de Japansche stellin
gen voorbereiden. De Chineesche regee
ring zou 100.000 man troepen hebben ge
mobiliseerd, die thans naar Jehol worden
overgebracht. Araki verklaarde, dat de
verwachting, dat ernstige aanvallen te
verwachten waren, de Japansche troepen
noodzaakten om de Chineesche provin
cies definitief te bezetten.
Daaruit blijkt weer eens overduidelijk,
dat van een verbetering van den toestand
nog in de verste verte geen sprake is en
dat de Volkenbond nog leelijk blijft op
gescheept met het Japansch-Chineesche
conflict.
HHS
GEEN ONDERHANDELINGEN MET
FRANKRIJK.
Eerst betalen.
Reuter meldt uit Washington dat de
Amerikaansche minister van buitenland
sche zaken Stimson, gisteren opnieuw
heeft verklaard, dat er op het oogenblik
geen quaestie kan zijn van onderhande
lingen met de Fransche regeering over
een herziening der schulden. Er is ook
niets in de voorwaarden veranderd, dat
Frankrijk eerst de December-térmijn
•moet betalen alvorens er voor een dis
cussie in deze richting hoegenaamd geen
sprake kan zijn.
DE 40-URIGE WERKWEEK.
Door de Federatie van Con
structeurs rampspoedig geacht.
Ingaande op een ministerieel verzoek,
heeft de Federatie van Constructeurs In
de provinciën Luik, Luxemburg en Lim
burg, het vraagstuk van de wettelijk er
kende 40-ürige werkweek overwogen en,
als besluit daarvan, aan de regeering een
rapport gezonden, waarbij de verwachting
wordt uitgesproken dat aan de Belgische
gedelegeerden ter conferentie van het In-
ternationaal-arbeidsbureau opdracht zal
worden gegeven iedere nieuwe vermin
dering van den arbeidsduur af te wijzen.
De Federatie is van oordeel, dat de 40-
urige werkweek zoowel voor de industrie
als voor de arbeiders zelf rampspoedige
gevolgen zou hebben. De loonen der ar
beiders zouden weliswaar met 15 pet. stij
gen, maar tegelijkertijd tot een verhoo
ging van de kostprijzen aanleiding geven,
alle verdere concurrentie op de buiten
landsche markten onmogelijk maken, dus
tot een vermeerdering van de werkloos
heid leiden. Om al deze redenen moet de
40-urige werkweek worden afgewezen.
GEEN STAATSPENSIOEN IN SPANJE
VOOR 60-JARIGE GEESTELIJKEN.
Groote verbittering in katho
lieke kringen.
De minister van financiën, Albornoz,
heeft in de Cortes, bij de behandeling van
het voorstel om aan geestelijken boven
de 60 jaar van staatswege een pensioen
toe te kennen, een rede gehouden, die in
katholieke kringen groote verbittering
heeft gewekt. De minister verklaarde dai
het onrechtvaardig zou zijn, indien de
staat aan de geestelijken een pensioen zou
toekennen, om hen aldus op een lijn te
stellen met de staatsambtenaren, daar
geestelijken ook boven de 60 jaar nog
steeds hun werkzaamheden konden waar
nemen.
Bovendien zeide de minister dat de ka
tholieke kerk rijk genoeg was, om zelf
voor haar geestelijken te kunnen zorgen.
Na de rede van den minister van finan
ciën werd het voorstel met 159 tegen 35
stemmen verworpen.
GEVECHTEN IN MANTSJOERIJE.
Vele Chineezen gedood. Een
Japansch vliegtuig verbrand.
Uit Harbin wordt d.d. 24 dezer gemeld,
dat weer hevige gevechten tusschen Ja
pansche troepen en Chineesche ongere
gelde troepen hebben plaats gehad. Hon
derd zes-en-veertig Chineezen werden
daarbij gedood. Zestig daarvan vielen als
slachtoffer van een luchtaanval bij
Kwammensjan. Een Japansch bombar
deervliegtuig, dat door Chineesch ge
weervuur ernstig was beschadigd, is bij
de landing op hat vliegveld van Tsjang-
tsjoen in brand gevlogen, waardoor zes
Japansche officieren werden gedood en
een zevende zwaar gewond.
BOUW VAN EEN NIEUWEN
JAPANSCHEN PANTSERKRUISER.
Te Yokosoeka is een aanvang gemaakt
met den bouw van een nieuwen Japan-
schen pantserkruiser. De Japansche pers
verklaart, dat de kruiser zeer snel zal zijn
en het modernste schip der Japansche
oorlogsvloot zal worden.
Sedert Jaren leed IK aan pijnlijke
rheumatiek, ik kan echter zeQgen, dat
Uw ..Hervea" mij buitengewone ver*
lichting gebracht heeft".
K. C. te B.
Deze wonderlijke tropische plant brengt als drank snelle»
blijvende verlichting bij klachten over Rheumatiek. Z.| is
gemakkelijk te bereiden en de weldadige werking la direct
merkbaarNeemt deze aangename drank Iedere morgen, waar
door de ophooping van verdere zurenvorming In het lichaam
verhinderd wordt. Dr. E. Baden-Baden. zegti
..Hervea verwijdert de zuren uit het tichaam
en bovendien op absoluut onschadelijke
manier"» Hervea ie verkrijgbaar biu
H.H. Apothekers en
Drogisten.
Monsters en nauwkeurige bl|zon»
derheden verzendt
(jh?AT|C J- Lee.'Koloniale Importeur
I \J (A14-35) Schoolstraat 20. Utrecht
Engeland heeft de wereld het voorbeeld
gegeven van Ottawa. Wij willen niet na
gaan of deze overeenkomst tusschen het
moederland en zijn Dominions een ideale
is; wij weten zeer goed, dat andere lan
den t en met name ons land, door de be
palingen van Ottawa in meer dan één
opzicht schade ondervinden. Het zou
daarom zeer oppervlakkig zijn om zonder
meer van onze regeering en van de In
dische regeering te verlangen het Engel-
sche voorbeeld na te volgen; wat Enge
land kan doen ten aanzien van zijn con
currenten, kan een klein land zich niet
1 veroorloven.
Er is evenwel nog verschil tusschen
slaafsch navolgen en tusschen een vol
komen negatie van dat voorbeeld, en het
schijnt wel, alsof men in Nederland en
in Indië meer tot het iaatste geneigd is.
Onze regeering heeft een commissie be
noemd voor de bestudeering van de
wederzijdsche economische verhoudingen
tusschen Nederland en zijn overzeesche
bezittingen. Deze commissie had, stil
zwijgend, tot taak zich in den kortst mo
gelijken tijd uit te spreken over de wen-
schelijkheid van contingenteering van
textielproducten in Nederl. Indië. Zij
heeft die contingenteering afgewezen.
Ongetwijfeld bestonden hiervoor goede
gronden. Ook wij moeten erkennen, het
denkbeeld van contingenteering voor In
dië hier niet sympathiek te vinden. De
inheemsche bevolking, dip uiterst hevig
onder de heerschende crisis te lijden
heeft, die algemeen loonsvermindering
ondergaat tot een zeker veel grooter per
centage dan in ons land wordt toegepast,
heeft een zeker moreel recht om dan ook
niet belemmerd te worden in het verkrij
gen van zoo goedkoop mogelijke manu
facturen. Bovendien begrijpen wij vol
komen, dat wij tegenover een concurrent
als Japan niet zonder meer tot contin
genteering kunnen overgaan. De gevol
gen daarvan konden wel eens ernstiger
zijn dan het heele voordeel, dat met con
tingenteering te behalen is.
Dit argument, dat men van de inheem
sche bevolking van Indië geen opoffering
kan verlangen ten bate van moederland-
sche belangen, wordt nog versterkt door
de jongste tariefsverhooging. die thans
in den vorm van opcenten op het bestaan
de tarief door de Kamer is goedgekeurd.
Die verhooging geldt voor alle producten,
welke hier te lande niet worden voort
gebracht, zoodat het een zuiver fiscale
maatregel is geworden en geen bescher
ming der inheemsche industrie kan be
teekenen. Maar tot die producten be
hoort ook thee, waarvan Nederlandsch-
Indië onze voornaamste leverancier is.
De situatie op de theemarkt is niet
schitterend: de producenten gaan zelfs er
toe over een internationale beperking van
de theeproductie in te voeren, waarbij
Nederl. Indië ongeveer 80 procent van
de hoeveelheid zal mogen uitvoeren, die
in de beste jaren voor export beschikbaar
stond. De Vereeniging voor de Thee
cultuur heeft onze regeering er op ge
wezen, dat door deze opcenten op het
tarief van invoerrechten de thee met meer
dan 150 procent van den wereldmarkt
prijs wordt belast bij invoer in ons land,
en dat daardoor het theeverbruik hier
stellig achteruit z^u gaan. Het verzoek
der vereeniging om thee vrij te laten van
de verhooging der invoerrechten is zon
der uitwerking gebleven. Het belang van
de Nederlandsche schatkist woog te
zwaar.
Ook in dit opzicht willen wij geen
critiek uitoefenen. De Minister heeft ver-
klaard niet te gelooven, dat het theever
bruik door deze opcenten belangrijk zal
verminderen, en de toekomst zal uit
maken, wiens inzichten de juiste waren.
Maar wel willen wij wijzen op de men
taliteit, die uit al deze beslissingen
spreekt. Het is de mentaliteit van het
voorop stellen der eigen belangen, door
Indië zoowel als door Nederland afzon
derlijk. Daarmede zijn wij, naar het ons
voorkomt, op den verkeerden weg. Wan
neer wij uitsluitend blijven denken aan
den nood in Twente, en wanneer onze
regeering niets anders ziet dan het even
wicht der begrooting, terwijl de Indische
regeering voor hetzelfde probleem staat
en zich voorts het hoofd breekt over de
vraag, hoe het bedrijfsleven voor een in
eenstorting kan worden behoed, dan
komen wij niet verder. Want men vergeet
daarbij het probleem te stellen, hoe mis-
1 schien Nederland en Indië tezamen iets
kunnen bereiken, dat voor beiden afzon
derlijk onbereikbaar is. Nederland en In
dië vullen elkaar in vele opzichten aan.
Indië heeft een groot uitvoeroverschot,
Nederland een groot invoeroverschot.
Het moederland kan credieten krijgen, dè
koloniën kunnen dat niet. Men mo'et het
probleem breeder stellen. Wij gelooven,
dat er dan wel een oplossing te bereiken
is, waarbij èn de Nederlandsche èn de
Indische schatkist gebaat zijn, waarbij het
economische leven in beide landen profi
teert. Ottawa is ook niet in één dag tot
stand gekomen. Wanneer wij slechts be
merken, dat het vraagstuk van de samen
werking der beide deelen van het Neder
landsche Imperium wordt gesteld, kun
nen we hopen, dat de oplossing gevonden
zal worden.
RADIOREDE VAN DEN
GOUVERNEUR-GENERAAL.
Op Dudejaarsavond.
Batavia. De gouverneur-generaal heeft
het voornemen op Oudejaarsavond een
radiorede te houden. (Aneta.)
Het ligt in de bedoeling deze radio
rede te doen uitzenden door den gouver-
j nementszender en de Bataviasche Radio-
vereeniging, om 8 uur 30 Javatijd, des
avonds.
Roman van
HUGO BETTAUER.
(Nadruk verboden).
21)
Een rechercheur in burgerkleeding
trad binnen en fluisterde den commissa
ris een paar woorden toe. waarop deze
Hilde schouderophalend toevoegde:
't Spijt me, ik kan u verder niet helpen.
De wagen staat voor, u gaat nu mee naar
de Elisabethpromenade.
En Hilda werd, daar haar voeten den
dienst weigerden, in een gesloten en van
tralies voorzienen wagen gedragen,
waarin nog eenige vrouwen en een agent
in uniform zaten. Ze hield haar armen
strak langs het lichaam, als om elke
aanraking met de anderen te vermijden,
sloot de oogen om maar niets te zien van
haar verschrikkelijke omgeving en werd
aan het eind van een korten rit als een
doode uit den wagen getild en naar een
cel gebracht.
En er kwam een nacht, waarin Hilde
telkens weer met eigen handen haar
keel omklemde om aan haar leven een
einde te maken. Maar steeds weer vielen
die handen terug, omdat op het critieke
moment toch een stille hoop haar be-
lielde.
Redding.
Ralph had den Zaterdag in Wöllersdorf
doorgebracht en was verbaasd geweest
over de uitgestrektheid der hier gevestig
de fabrieksgebouwen. Eenige vertrou
wensmannen der arbeiders, onder wie
Demmer, leidden hem rond, gaven hem de
noodige verklaringen en toonden zich
enthousiast over het vooruitzicht, dat hier
weer op volle kracht zou worden gewerkt
en nieuwe, geweldige industrieën zouden
worden gevestigd. Ook de directeuren
waren een en al voorkomendheid en gaven
zich alle moeite om in een lange rede uit
een te zetten dat Wöllersdorf inderdaad
was voorbestemd een industriestad met
honderden fabrieken, duizenden arbeiders
woningen, parken, clubgebouwen voor de
arbeiders en kantoorbedienden, badhuizen
en theaters te worden.
„O'Flanagan-City zou het geheel kun
nen heeten", meende glimlachend een der
Duitsohe heeren, „en haar naam zou on
sterfelijk worden".
Op den terugrit met den auto naar de
stad zei Kriegel, die Ralph vergezeld had:
„Nu zal eerst aan het licht komen, op en
tegen welke voorwaarden deze heeren van
de A. B. G. Wöllersdorf zullen afstaan.
Geloof maar niet, dat ze ook maar de ge
ringste ideëele belangstelling voor je plan
hebben! Zij zullen alle pogingen in het
werk stellen om voor zichzelf de grootst
mogelijke sommen in de wacht te sleepen".
„Als het alleen om het geld gaat", ant
woordde Ralph schouderophalend, „zal de
zaak wel voor elkaar komen. Op een paar
millioen dollar meer of minder komt het
bij mij niet aan; hoofdtaak is, dat daarbij
niet een bepaalde groep, maar het geheele
laad gebaat is".
Ralph bracht den avond door in gezel
schap van zijn vrienden. Er ontwikkelde
zich een druk gesprek over c'e gebeurte
nissen van den laatsten tijd, het steeds
meer opdringen der Fransche bezettings
troepen in het Roergebied, de aarzelende
besluiteloosheid, van Amerika en het jong
ste oorlogsgevaar op den Balkan. Korn
merkte in verband met dit alles cynisch
op: „Neem zoo spoedig mogelijk Wöllers
dorf over, voer den tien-urendag in en
laat munitie en niets dan munitie aanma
ken. Dan zullen de belegde millioenen hun
rente afwerpen: ik geloof, dat „men" zeer
spoedig weer heel wat munitie zal kunnen
gebruiken".
Waarop Ralpli antwoordde:
„Op denzelfden dag, waarop in Europa
een nieuwe oorlog uitbreekt en Oostenrijk
de eerste patroon levert, verlaat ik Wee-
nen om het nooit meer terug te zien!"
Het was twee uur, toen Ralph naar bed
ging. Voor dien echter, gaf hii Sam op
dracht er voor te zorgen, dat den volgen
den morgen zoo vroeg mogelijk een groote
bouquet roode rozen bij juffrouw Wehnin-
gen aan huis zou worden bezorgd.
Toen Ralph 's morgens ontwaakte, was
het reeds negen uur. Haastig nam hii een
bad, om zich daarna in de beste stemming
aan de ontbijttafel te zetten. Hii verheugde
er zich over, dat hij Hilde straks weer zou
zien en gelukkig glimlachend trachtte hü
zich haar verrassing voor te stellen, als ze
zou vernemen, wie hii in werkelijkheid
was.
Zooals steeds las Ralph, terwijl hij ont
beet, de ochtendbladen en als steeds green
hij ook nu het eerst naar de „Tag", welk
blad hii overzichtelijker en in zijn beknopt
heid gemakkelijker te oriënteeren vond
dan de andere bladen. Ontstemd nam hij j
kennis van de op de eerste pagina voorko
mende berichten over nieuwe Fransche
gewelddaden en nieuwe pijnlijke inciden
ten aan de Hongaarsche grenzen. Daarna
kwam hij tot het „Stadsnieuws" en in deze
rubriek viel zijn oog op een artikel met het
min of meer raadselachtige opschrift:
„Weer een!" Hij las:
Een juist beeld van dezen verdorven tijd
geeft een eigenaardig geval, dat zich gis
teravond heeft voorgedaan. Een jong
meisje van goeden huize, eenig kind van
'n overleden baron en diens echtgenoote,
een geboren gravin B„ Hilde W„ wonende
in de Kreuz-gasse, steno-typiste op een
fabriekskantoor van electro-technische ar
tikelen, werd door de politie gearresteerd,
ter zake van berooving van een heer, met
wien ze in de Kartnerstrasse kennis had
gemaakt. Blijkens ons door de politie ver
strekte inlichtingen, ontkent het jonge
meisje, dat een zeer goeden indruk moet
maken, het haar ten laste gelegde ten
sterkste, maar bij haar verklaringen raakte
zij dusdanig in haar eigen leugens ver
strikt, dat aan haar schuld niet kan wor
den getwijfeld. Hilde W. werd nog gister
avond naar het huis van bewaring aan de
Elisabethpromenade overgebracht. Den
naam van den bestolene, die zijn porte- j
feuille met inhoud intusschen weer heeft'
terug gekregen, wilde de politie ons niet
mededeelen.
Jongelieden van goeden huize als de-1
fraudanten en misdadigers, meisjes met
'n uitstekende opvoeding als dieveggen,1
dat zijn de souvenirs, die de oorlog ons
heeft achtergelaten!"
Toen Ralph dit bericht teneinde had ge-
lezen, staarde hij als een beschonk ene voor
zich uit. Het volgende oogenblik echter
sprong hij overeind, rende de kamer op
en neer om zich daarna weer in zijn stoel
te laten vallen, waar hii, grpenjbleek in het
gezicht in een zóó waanzinig lachen uit
barstte, dat Sam verschrikt kwam toe
snellen.
Spoedig echter wist hij zich weer te be-
heerschen. Kuchend beduidde hij Sam, dat
hij wel weg kon gaan, hii nam plaats in
een stoel aan het schrijfbureau en dacht,
het hoofd in de handen gesteund, inge
spannen na.
Daarom dus kon ze me gisteren niet
ontmoeten! Omdat ze reeds vooruit wist,
dat ze op roof uit zou gaan! En ik, ik nar,
ezel uit een andere wereld, heb haar voor
een heilige, voor een engel van goedheid
gehouden! Maar nee, nee, nee! Dat moet
een vergissing zijn! Heb ik Hilde, toen ze
me over haar geldzorgen sprak, niet alle
leodigd van de hand gewezen? Hilde een
hulp aangeboden? En heeft ze die niet be-
dievegge? Neen, eerder geloof ik, dat ik
krankzinnig geworden ben, dat dat alles
niet in de krant staat, maar slechts een
vreeseLyke droom is.
Zijn ontzetting en afschuw maakten
plaats voor een grenzenloos medelijden.
Hilde had den nacht in de gevangenis
doorgehacht! Hilde, dit teere, bijna overge
voelig kind bevond zich in een cel tus
schen vagebonden en misdadigers. Onver
schillig of ze schuldig was of niet, ze
moest bevrijd worden en dat wel direct en
tot eiken prijs. Zii mocht dan ook wan
neer alles, wat daar in de krant stond, wer
kelijk op waarheid berusttte ziin liefde
gedood hebben in ieder geval bleef ze dan j
nog een ongelukkige zuster, en arm, door;
den nood van het rechte pad afgewaaid
schepsel, dat gered moest worcen.
Terwijl de Amerikaan tauxnen of.
stormde, overlegde hii, wat hem te doen
stond. Hij was hier vreemd, zou niet zoo
spoedig de juiste wegen kunnen vinden,
welke hii moest inslaan en bovendien zou
het feit, dat hij Amerikaan was, tegenover
de bureaucratische vormen moeilijkheden
kunnen opleveren, 't Beste was, dat Krie
gel hem vergezelde.
De chauffeur schrok, toen hij den an
ders bijna flegmatieken O'Flanagan in een
toestand van de grootste opgewondenheid
zag, hoewel Sam hem reeds verteld had,
dat er iets ernstigs moest ziin gebeurd en
toen Ralph hem beval zoo spoedig moge
lijk naar Doktor Kriegel in de Sternwarte-
strasse te rijden, zette hij er dan ook een
moordend tempo in.
Kriegel zat nog in zijn kamerjapon ach
ter zijn schrijftafel, toen Ralph bij hem
binnenstormde en in vliegende haast alles,
wat volgens het krantenbericht was voor
gevallen, vertelde. De philosofische kalmte
die Kriegel zich had eigen gemaakt, liet
hem een oogenblik in den steek. Zonder
een minuut te verliezen kleedde hii zich
en eerst toen hij naast den Amerikaan in
diens auto zat, vond hü tijd om zijn mee
ning onder woorden te brengen.
„M'n waarde, O'Flanagan, m. i. zijn er
twee mogelijkheden: öf jij bent een naïeve
knaap, die zioh door een aardig gezichtje
en twee blauwe oogen voor den gek heeft
laten houden öf er zijn h;er tot dusver nog
raadselachtige dingen gebeurd".
(Wordt vervolgd.)