r J! AMS1 rERDAMSCHE k 31 ■l BRIEVEN Marine-brieven uit Indië. Aftreden gemeentesecretaris. Men zou het gemeentelijke politieke en ambtelijke leven soms kunnen ver gelijken met een schip. Op de prome nade en andere dekken, in de eet- en rookzalen speelt zich het openbare leven af dat „men" meemaakt en waar over men wordt ingelicht; men ver keert er zoo nu en dan met den kapitein en de officieren en interesseert zich, zoo ver het gaat, voor hun werk wat de navigatie, enz., betreft. Men stelt belang in de wijze waarop de verbin ding met andere schepen en met dan vasten wal door middel van het seinen met vlaggen dan wel met.... aether- golven onderhouden wordt; men maakt er officieels gebeurtenissen mee en wat niet alWeinigen weten ook maar iets af van het verborgen leven van de diep in de ingewanden van het schip verborgen machinekamer, waar toch de nooit aflatende stuwende kracht, die het schip zijn vaart doet houden, van daan komt. Zoo nu en dan slechts komt het leven in die machinekamer bij bij zondere gelegenheden onder de aan dacht van het groote publiek. Wat hetKoggeschip aangaat, hebben we onlangs zulk een bijzondere gelegenheid gehad in de ontslagaan vrage van de Gemeentesecretaris J. J. Roovers, die op 1 Mei a.s. den dienst zal verlaten na een 37 jaar lang Je ge meente in de ambtelijke machinekamer gediend te hebben. Na destijds door wethouder Treub, die van overal in het land jonge menschen, waar hü wat in zag, uit de diverse secretarieën haaide en hen een plaats op de hoofdstedelijke secretarie bezorgde, ontdekt te zijn, maakte hij in meergenoemde machine kamer snel promotie; in 1902 kwam hij aan het hoofd te staan van de Afdeoling Publieke Werken, een afdeeling, die al spoedig den naam kreeg van een model- afdeeling te zijn, waaraan andere af- deefingen zich konden spiegelen. In 1910 werd hii vervolgens tweede plaats vervangend secretaris, daarna, in 1917, eerste waarnemend secretaris, een func tie d'ie hij, de niet-jurist, evengoed zoo niet beter vervulde dar, diverse van ziin voorgangers, die vrijwel zonder uitzondering juristen waren. De secretaris, dat is de man, die ver antwoordelijk is voor het in gangen ou den en goed werken van het geheele. in een stad als Amsterdam wei buitenge woon uitgebreide en ingewikkelde ra derwerk der gemeentelijke administra tie; die alle Raadsvergaderingen en vergaderingen van het College van B. en W. als stille getuige bijwoont en daar, zonder dat iemand er eigenlijk veel van bemerkt, ook zorgt voor den goeden technisch juridisch en en admi nistratieven gang van zaken; die een zeer groot aandeel heeft in het opstel len van de honderden nota's en andere stukken, die van B. en W. maand na maand weer uitgaan; die dag in dag uit met aandacht het spel der politieke krachten moet blijven volgen zonder zich door dat spel te laten meesleepen of er zich aan te ergeren en zich er door te laten ontmoedigen. Blijft men onder dit alles tot op 67-jarigen leef tijd, zooals met den heer Roovers het geval is, jon" en frisch van geest, wel willend en optimistisch gestemd, ookten aanzien van het werken in en met dan raad, dan moet men wel een bijzonder mensch zijn, die men aan boord van het Koggeschip slechts zeer noode missen kan. En als hii over en kele maanden officieel aftreedt, zal men hiervan wel openbaar getuigen ook.... Parkeer-nood. Eén van de ergernissen, althans een van de ontmoedigende dingen voor een Amsterdamsch gemeentesecretaris moet wel zijn het feit, dat hii jarenlang aan zoovele kwesties en problemen zijn beste krachten wijdt, zonder dat bij er ooit de definitieve oplossing van meemaakt. De heer Roovers b.v. heeft als lid en secretaris van de Paleis- Raadhuiscom^issie de Paleiskwestie van het begin tot het einde doorgestu deerd, er eindelooze rapporten enz. over geschreven, tallooze besprekingen over gevoerd en nu, bij zijn aftreden, zijn we eigenlijk nog geen stuk verder met de oplossing. Er zijn vele van die steeds hangen de, nooit opgeloste kwesties in de hoofdstad. Vooral in deze tijden, nu men het, al maakt men dan ook met de oplossing een begin, vanwege de be zuiniging meestal niet verder dan een eindweegs, dat is dus tot een maar zeer gedeeltelijke oplossing, brengt. Zooiets zal dan o. a. binnenkort ook weer vertoond worden met het dempen van Vijzelgracht en Rokin, waaraan dan, voor wat het Rokin betreft ook dewederom gedeeltelijke oplossing van het nijpende parkeer-vraagstuk in de binnenstad annex is. De gedeelte lijke demping van het Rokin, waartoe de Raad, bij wijze van een compromis (omdat hij zich nu eenmaal niet vierkant pro of anti demping wensohte uit te spreken) destijds besloot, zal nu eerst daagsgedeeltelijk worden uitge voerd. Dat wordt dus.dubbel gedeel telijk! Enfin in alle geval zullen we dan daar, in de nabijheid van den Dam, al is het dan ook alweergedeeltelijk, uit den parkeernood worden gehol pen. Vooral on de Maandagen, de klassieke dag dat veel menschen uit de provincie voor zaken of anderszins naar de hoofdstad tijgen, worden op het Robin, zoowel als op de N.Z. Voor burgwal, de auto's in onafzienbare rijen „kop aan staart" langs het trottoir ge stald en belemmeren er het verkeer, dat daar toch al, ook zonder die rijen, een harde dobber heeft. Over enkele maanden zullen we nu, dank zü het eerste stuk gedempt Rokin, waarop een afzonderlijk parkeerterrein zal worden aangelegd, van een 70-tal van deze zoo maar plomp verloren op straat gestalde verlost worden. Dat is tenminste al iets. En met een „iets" mogen we, alles wel beschouwd, eigenlijk nog in deze tijden, die op zoovele gebieden een „niets" op leveren, nog tevreden zijn. Tram en paardenmiddel. Zoo kan men dan met gedeeltelijke oplossingen in zekeren zin vrede heb ben, als het inderdaad „oplossingen" zijn, d.w.z. dingen, die een bestaand en noodtoestand althans een eindweegs uit de wereld helpen. Van dit laatste kan men, beschouwt men de, in cüfers tot uitdrukking komende resultaten van de gedeeltelijke op.lossingen, die het laatste jaar bij.... de tram werden toegepast, niet spreken! De laatste cijfers gewa gen nogmaals van enkelemillioe- nen minder vervoerde passagiers en houdt men deze, nu al jaren achtereen en snel terugloopende cijfers in het oog, dan verwondert men er zich ten slotte nog over, dat men wel eens ge vulde tramwagens ziet! Ondertusschen wordt steeds meer trampersoneel naar de G.A.R. (Gem. Arbeidsreserve) afge schoven, zoodat het aantal G.A.R,- mensohen thans reeds tot een goede 1000 gegroeid is. Teneinde een nog ver deren groei van dit zoowel voor de ge meente als voor de betrokken „afge- schovenen" onaangename „gezwel" op het lichaam van onze Stedemaagd te voorkomen koestert men thans op het Prinsenhof plannen tot een vervroegde pensioneering van een aantal ambtena ren en beambten met veel gemeentelijke dienstjaren over te gaan. Men wil den pensioenleeftijd tot op 60 jaar verlagen. Waar ook de „organisaties", die men reeds in dit plan gekend heeft, geen bezwaren hadden, zal deze vervroegde pensioneering. bedoeld om het steeds maar weer afvloeien naar de G.A.R. eenigprmate te remmen, er wel door komen. Maar. gaat het bij de tram zoo door als het den laatsten tijd, niettegen staande dan de vele gedeeltelijke reor ganisaties gegaan is, dan zal een ver vroegde pensioneering, ook al gaat men verder naar beneden, niet veel helpen. Het groote tram-reorganisatie plan van dr. Lulofs, daarop kan men nu wel zijn hoop gevestigd houden, evenwel het schijnt, voor zoover men er tot nu toe bijzonderheden van vernam, voor namelijk groot door een groot aantal vrii ingewikkelde, nieuwe detail-rege lingen. Aux grands maux, les grands rémèdes, zeggen de Franschen. Bij een hardnekkige, hevige kwaal helpt slechts een paardenmiddeleen sterkwerkend eenvoudig middel liefst. En zoo gaan er in de stad, ook van min of meer bevoegde zijden, steeds meer stemmen op, die het inzake onze zieke tram nu maar eens willen probee- ren met het paardemiddel van een al gemeen tarief over de geheele linie van b.v. VA cent enkele reis en 12Yi cent voor een overstapje, retourtjes dus voor twee ritten, op welke lijn of lijnen ook te verrijden, zonder het in acht nemen van heel het ingewikkeld stel kruis-, raak- en bijzondere raak-punten, waar mede men zich op het oogenblik het hoofd te breken heeft. Tram-taxis exit. Raakt een of andere zaak er min of meer bij het publiek uit, dan ziet men dikwijls gebeuren, dat de leiders van zulk een zaak nog feller dan anders te keer gaan tegen h. i. oneerlijke of onge rechtvaardigde concurrentie, en con currenten, di# de sympathie van het publiek dreigen te krijgen, met de wet in de hand van de baan te trachten te krijgen. Iets dergelijks is onlangs bij de tram geschied. Een aantal ondernemers in het auto-, taxi- en luxeverhuurbe- drijf, behoorende tot die ondernemers, die geen stationair-vergunnirg kunnen krijgen en aldus de bekende wit-zwarte blokjes niet op hun wagen mogen laten schilderen, heeft eenige weken een be gin van uitvoering trachten te geven aan het voornemen om in de stad een z.g. taxi-tramdienst in het leven te roe pen. Met geregelde tusschenpoozen van enkele minuten wilde men vanaf het Surinameplein naar het Centraal Sta tion en terug een taxi doen vertrekken, die dan op elk punt der route passa giers. tot een maximum aantal van vijf per wagen, die daartoe den wensch te kennen geven, zouden worden opgeno men tegen 30 ct. vervoerprijs, waarvoor zij dan tevens nog een reductiebon zou den ontvangen voor andere ritten met taxis van dezelfde ondernemers. Het is er tenslotte niet van gekomen. De po litie heeft er, kennelijk op „aanstoken" van de tram, een stokje voor gestoken. En bracht de overtreders, die echter door een groot deel der Amsterdammers eerder als een soort toekomstige red ders in den nood der stadsverbindingen werden beschouwd, voor den Kan tonrechter. De uitspraak van dien rech ter is er nog niet. Maar uit de woorden van den ambtenaar van het O. M„ die tenslotte slechts een gulden boete eischte, kon men opmaken, dat men in de rechterlijke wereld de gedachtegang van deze tram-concurrenten zeer wel kon begrijpen en men hun initiatief nog zoo gek niet vond. En een zekere spijtigheid dat de letter van de gemeen tewet in dezen den aanklager „Tram" (d.w.z. de Gemeente) waarschijnlijk in het gelijk stelt, heerschte kennelijk ach ter de groene tafel van het Kantonge recht, zooals die elders in de stad, onder Soerabaja, 26 Dec. '32. Beste jonker Jan. Je zult me eenige weken gemist hebben en nu zal ik per luchtpost mijn verzuim trachten goed te maken. Maar het moge misschien overdreven lijken we hebben een drukken tijd op het eskader momenteel. De „Sun" gaat over op de „Java", de „Witte de With" moest overpakken op de „Evert- sen". De „v. Galen" op de „Piet Hein" en een nieuwe divisie onderzeebooten. 28 December komt het nieuwe eskader in dienst. Maar a propos, mijn laatste epistel was vlak voor Makassar ge schreven. Deze plaats zelve viel me in alle opzichten tegen. Een vorige eskaderreis in mijn eerste term heb ben ze er veel plezier gehad. Nu hoor de ik opmerken: „Ja de „Camberra" is pas geweest!" We kregen natuurlijk onze introducties, maar over 't geheel was er weinig loos. Op de K. I. S. (af korting voor Kweekschool voor In- landsche Schepelingen) heerschte óp dat moment groote vreugde, want er was officieel afgekomen, dat de school zou blijven bestaan en niet wegens bezuiniging opgeheven zou worden. Zeer terecht v.m.b. meening, want als we straks weer betere tijden hebben en wij dit ook weer op de vloot gaan merken, dan zou het een boel kosten om weer tot een dergelijk instituut als de K. I. S. te komen. Maar ik hoor de precies heb ik het niet kunnen nagaan dat er momenteel voor iedere man opleiding een man kader of marinier of matroos zit. Van Ma kassar gingen we naar Boeton, welke plaats echt Indisch eenvoudig is. Je kent dit wel. De bevolking zich uit slovend in hartelijkheiu, maar voor 2 schepen weinig te doen. Merkwaardig was daar dat op de heuvel boven de haven met groote letters Boeton stond. Zou dit niet iets voor waterstaat in Nieuwediep zijn, om daar in de buurt van het torentje van „v. d. Sterre" met groote letters Nieuwediep op den dijk te schilderen. Overigens niet vlei end voor ons zeevarenden, wij zouden ons eens kunnen vergissen. De week end in Timor-Koepang was aardig. De resident vol zorg voor de geheele be manning. De voetbalwedstrijd, die door het gecombineerde jager-elftal werd gewonnen op de kampioenen van heel Timor (ook Portugeesche deel). Zeemacht kan ik aanraden de korp.- ziekenverpleger van de „W. d. W." eens in zijn elftal op te nemen. Voor de officieren een receptie ten residen- het "roote publiek naar aanleiding van dit geval zeer zeker ook heerscht. Frisch initiatief. Om op een in dezen brief reeds te berde gebracht onderwerp nog eens terug te komen: het energiek aanpak ken van een gedeeltelijke oplossing waar de algeheele en definitieve oplos sing toch voorioopig onbereikbaar schijnt, mag een loffelijke daad heeten. Zulk een daad valt te vermelden van de Vereeniging van Ingenieurs en Tech nici h.t.s„ voornamelijk bestaande uit afgestudeerden van de Middenjaar Tech nische School aan de Plantage Muider- gracht. De werkloosheid onder deze technici en ingenieurs is groot en nu heeft een aantal hunner het initiatief genomen een soort coöperatief tech nisch bureau op te richten (met vrijwel geen bedrijfskapitaal) en zelf de han den uit de mouwen te steken daar waar zii ook maar even een kans zien en niet meer altijd maar door hun tijd te ver spillen aan vrijwel steeds noodelooze sollicitaties. Deze jonge technici gaan er op uit de huizen langs; verrichten daar kleine reparatiewerkzaamheden, herstellen radios, verkoopen en repa- reeren stofzuigers, vertalen techni sche brochures enz. uit en in vreemde talen, staan op wacht in de straten, teneinde daar het nummer van die auto's te noteeren, die op slechte, afge sleten oude banden rijden en trachten die nummer-gegevens dan weer te ver koopen aan banden-verkoopers, die er hun voordeel mee kunnen doen, in één woord' vervoegen, tegen den depri- meerenden invloed der malaise in, op frissche en opgewekte wijze het werk woord initiatief nemen en „probeeren".- Er wordt nogal eens op de tegenwoor dige jeugd afgegeven, een jeugd, die men wel ovnisch, genotzuchtig, hard en luidruchtig, onverschillig en alles an ders dan „bright" (frisch, daadkrachtig) noemt. Maar van deze technische hoofd stedelijke jeugd kan dat niet gezegd worden. Integendeel! Zij verdient een woord van hulde. tie-huize, welke buitengewoon geslaagd en meer een instuif werd dan een re ceptie. Thans was onze trip ten einde en gingen we weer Soerabaia-waarts. De getrouwden natuurlijk: in heel wat prettiger stemming. 2 December, dus voor Sinterklaas, thuis. En al is dit nu hier niet zoo'n feest als in Holland, wij Europeanen zyn op zoo'n dag toch graag thuis, om onze opgestuurde banketletters uit blik op te soupeeren. Bij het binnenkomen door het Oostgat passeerden we de „Krakatau", die nog steeds hopeloos gebalkt lag en waar van we weinig vermoedden, dat het schip den volgenden dag weer vlot zou komen en binnengebracht kon worden. Dien 2en December kwamen we nog binnen, want had de over dracht plaats van het eskaderbevel door Schout-bij-nacht Bosma aan ko lonel van Duim, waarbij de comman danten present moesten zün. Dien avond te voren hadden de schout-bij nacht en mevrouw Bosma receptie ge houden en werd Z.H.E.G namens de officieren van het eskader het kleine kruis van de „Leeuw" aangeboden, waarvan het groot model hem ge schonken werd door Hare Majesteit. Den volgenden dag dan ging het ge rucht over het M. E. (dit is het Marine Etablissement) dat de „Krakatau" vlot was en het gerucht was waarheid tevens. In één van mijn vorige brieven schreef ik reeds, dat experts gezegd hadden, dat de marine de eenige goede manier te pakken had om het schip te lichten en dat het spoedig vlot zou komen. Nu dit is juist gebleken en alle medewerkers, in de eerste plaats kolonel Bruinsma, overste Jager en ingenieur v. Peutum alle eer voor hun werk. Het schip kwam 'smiddags nog met zware slagzij binnen, meerde langhs den kolensteiger, daar werd het recht gepompt en daarna in het kleine dok. Jammer is het dat de schuldvraag blijft bestaan en er verantwoording afgelegd moet worden tegenover het H.M.G. in Holland, want deze berging is een kranig stuk werk geweest. De Marine-commandant, kolonel v. Reede is naar Holland vertrokken en kolonel Scalongne nam het commando over. De in Nieuwediep zoo welbe kende auto van Z.H.E.G. zag men hier ook weer rondrijden. Nu jonker, gelukkig Kerstfeest en Nieuwjaar, hier vier je dat allemaal heel anders, dat weet je. Tot mijn 5e epistel. Je scheeps makker. HENK.

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 17