Mxmm Het rauwe leven der Heldersche zwervers. T-J utiUH UzmI TWEEDE BLAD HELDERSCHE COURANT VAN DONDERDAG 2 FEBRUARI 1033. Visschei ij. H00 FDP/TT Stadsnieuws. TECHNISCH BUREAU VAN BAAREN De nieuwe ontvangtoestellen type 830 A - f 165.00 rheumatischen oorsprong Licht op voor alle voertuigen: Wintertijd. Donderdag 2 Febr.. 17.16 uur Vrijdag 3 17.18 Onze stadgenoot de heer J. Buist, is benoemd aan de Middelbaar Technische' School te Leeuwarden, als leeraar stoom werktuigkunde. Bij het laatst gehouden examen slaa Ie te 's-Gravenhage de heer H. J. A. Deymann voor le stuurman (groote stoom vaart) en de heer P. Zeeman voor 2e stuurman, idem. VEREEN. VOOR VOLKENBOND EN VREDE. Aïdeeling Den Helder. Hedenavond om 8.15 u. houdt bovenge noemde vereeniging een bijeenkomst in U.S.O., Kanaal weg. Als sprekers zullen optreden ds. H. A. Enklaar en ds. P. H. Borgers. Voor bijzonderheden zie men de adver tentie in het blad van Zaterdag j.1. LEGER DES HEILS. Spoorgracht 35. Zooals uit de advertentie elders in dit blad blijkt, zal er hedenavond 8 u. een bijzondere samenkomst met muziek en zang worden gehouden. Men zie de advertentie. UITSLAG VERLOTING NAT. CHR. GEHEELONTH.VEREEN. lotn. pr. lotn. pr. lotn. pr. lotn. pr. 861 1 1985 11 1279 21 1212 31 715 2 1730 12 48 22 632 32 54 3 1307 13 44 23 801 33 1033 4 510 14 1133 24 1095 34 797 5 1370 15 1617 25 1100 35 250 6 1874 16 1575 26 790 36 1783 7 1032 17 519 27 1606 37 389 8 682 18 1371 28 1112 38 1881 9 687 19 1145 29 959 39 528 10 1941 20 1338 30 1727 40 De loting is geschied door bemiddeling der recherche ter plaatse. Prijzen zijn af te halen voor 1 Maart 1933 in het Onthouders Hotel, Spoorgr. 43. DE DIJKWERKZAAMHEDEN VOLTOOID. De werkzaamheden aan den zeedijk, die in den zomer van het vorig jaar begonnen zijn, zijn sinds enkele dagen voltooid. Van de Buitenhaven' tot Huisduinen is de dijk nu van een gemetseld wegdek voorzien, terwijl het grond-lichaam, achter den dijk, van het Westplein tot aan de Buitenhaven, belangrijk verhoogd is. Alle trappen, be halve aan de Achterstraat, zijn vervallen. De oprit, bii het Westplein, is bestraat en verbreed, wat een heele verbetering be- teekent, die bij de Weststraat loopt niet direct meer op den dijk, doch draait hij {jen Dijkweg, met een zachte glooiing, naar boven, terwijl een. afrit naar de Ach terstraat loopt. Het aspect van den dijk zelf doet nog een beetje vreemd aan, wat somber, nu de stad achter het hooge dijkslichaam schuil gaat en er nog geen groen graskleed over ligt. Het geheel echter is verbeterd en, wat van de grootste beteekenis is, het heeft als zeewering honderd procent aan waarde gewonnen.Het is wel een mooi stuk werk dat afgeleverd is en ook den aannemer komt zeer zeker een woord van hulde toe, die bij de uitvoering een pirac- tischen geest toonde en kans zag het werk eenige weken binnen den gestel den ter mijn op te leveren. PSYCHOMETRIE. Naar wij vernemen, zal de bekende Amsterdamsche psychometriste, mevr. Poot, Dinsdag 7 Febr. een openbaren avond geven in de zaal van „Casino" al hier. Ieder heeft het recht een voorwerp te deponeeren, waaruit mevr. Poot dan een greep doet; haar gave stelt haar in staat, vaak tot in ongelooflijke détails, de geschiedenis te verhalen, aan zulk een voorwerp verbonden. Waar zij optreedt, heeft zij stampvolle zalen, wat niet te verwonderen is, wan neer men eenmaal heeft kennis gemaakt met de merkwaardige gaven, die media als genoemde dame bezitten. Een advertentie in dit blad geeft nadere bijzonderheden. NUTSSPAARBANK. Opgave uitsluitend betreffende de Nutsspaarbank te Den Helder, Polder weg no, 1, over de maand Januari 1933. Op spaarbankboekjes werd in den loop der maand ingelegd 236.658.02 en terug betaald 232.383.14. Derhalve meer in gelegd dan terugbetaald 4.274.88. Het aan inleggers verschuldigd kapi taal bij den aanvang van dit jaar 2.434.859.62 steeg tot 2.439.134.50. Het aantal nieuw uitgegeven boekjes bedroeg in de maand Januari 123; inge trokken werden 34 boekjes. Het aantal spaarders steeg daardoor tot 6900. Onder de in Januari uitgereikte 123 nieuwe boekjes zijn begrepen 13 boekjes voor jonggeborenen (op deze boekjes plaatst de Spaarbank een eersten inleg van 1.-). De lediging in den loop der maand Januari van spaarbusjes leverde een be drag op van 3.340.34 aan kleine bespa ringen. Het aantal in omloop zijnde spaarbus jes bedraagt thans 1630. Nadat het ijs wat was opgeruimd heeft men Dinsdag weer een afsteker gemaakt naar zee en al was de vangst niet groot, enkele schenen toch een daggeld te heb ben kunnen maken. De storm van Woensdag belette het uitvaren en was ook voor de grootere vaartuigen beletsel om zee te kiezen. Voor de kotters scheen er nog wel wat visscherij te zijn; in hoofdzaak wat schol en tong. Tong is. vergeleken bij eenigen tijd terug, wel gestegen in prijs. Daaraan zal ook het stilliggen van de IJmuider vloot wel van invloed zijn. Enkele Ouddorpers zijn weer naar huis gestevend, omdat met de ijsgang hier ook weinig was aan te vangen. Daar echter in eigen omgeving bijna geen visscherij is. verwacht men, dat, bij eenige opleving hier, de trek der Zuidenaren naar deze streek wel zal toenemen. „LA TOSCA". In Puccini, zegt een van zijn biogra fen vermengen zich de goede maar ook de slechte eigenschappen van den opera-componist. De slechte zijn gemak kelijk genoeg te onderkennen, zij liggen in de weinig scrupuleuze, op effect bere kende keuze der stof: in de bioscoopdra- matiek van „Fanciulla del West". „Tabar- ro" en „Tosca". In deze opera's, aldus de hier geciteerde schrijver(s), heeft Pucci ni ons reeds het bioscoop-genre gegeven vóór een dergelijk genre hier nog in het minst hekend was. En hij is bij de behan deling van deze soort onderwerpen niet B REE WATER STRAAT 5 Telef. 461 thans uit voorraad leverbaar Vraagt demonstratie PHILIPS - HOOFD VERTEGENWOORDIGING NS F. te werk gegaan op de strenge, onverbid delijke wijze van den grooten treurspel dichter, die ons tenslotte zelfs met de Verschrikkelijkste draken kan verzoenen, maar integendeel, met de koude brutali teit van den beursspeculant, die met mathematische zekerheid het resultaat van zijn speculaties vooraf berekent En later zegt. diezelfde biograaf: De fout van den musicus Puccini is zijn compo sitiemanier. Als melodisch schepper kan men hem, als men streng wil zijn, als ge maniëreerd karakteriseeren, door zijn geheele werk heen vindt men smachtende melodische rhetoriek, afgewisseld met grove, op effect berekende trivialiteiten; harmonische prikkels, waaronder de co- quette en coloristisch bedoelde open quinten, o.a. in de „Tosca" aangewend, typisch zijn geworden. Maar naast dit vrijwel vernietigende oordeel laat deze zelfde biograaf ook an dere klanken hooren. Want, zoo zegt hij, de zaak staat echter niét zoo, dat Puccini zijn ongehoord internationaal succes veel grooter internationaal dan nationaal uitsluitend aan zijn slechte eigenschap pen zou hebben te danken. De mensch, de dramaticus Puccini, werkt met brutale en sentimenteele effecten, maar deze ge bruikt hij ten gunste van het weerlooze, het lieflijke, het zieke: Mimi, zijn ontroe rendste figuur, Butterfly, zelfs Tosca, wier arioso (lied) in het tweede bedrijf dezen sympathieken groot-menschelijken karaktertrek bezit. En de man van de op effect berekende maniertjes was toch tegelijk óók de man van de melodieën Tot zoover deze schrijver. Het oordeel lijkt ons wel wat heel strengVoor uw verslaggever staat de zaak aldus: we kregen een, de omstandigheden in aan merking genomen, uitstekende opvoering dezer opera. Verschillende factoren heb ben daaraan meegewerkt: de groote toe wijding zoowel van orkest als artisten, de uitstekende dictie van dezen laatste en de niet minder uitstekende stemmicDdelen. Het komt herhaaldelijk voor, dat een operazanger over een uitstekende stem beschikt, maar hopeloos tekort schiet in zijn mimiek en dramatiek. Daarvan was hier geen sprake. Jammer genoeg was er geen programma met namen, zoodat we in deze alleen de tooneelnamen kunnen gebruiken. En dan denken we in de eerste plaats aan den schilder, Cavaradossi met zijn fraaien tenor, aan baron Scarpia (bariton), aan de kostelijke figuur van den koster (ba riton). De eenige vrouwenrol, en tevens de hoofdpersoon van het .drama, Floria Tosca, weid vertolkt door de van een vroeger bezoek hier welbekende signo- rina Sara Scuderi, die zoo vriendelijk was voor onzen teekenaar te poseeren en haar conterfeitsel met haar handteekening te bekrachtigen. Ook zij gaf van de Tosca- rol een prachtige vertolking, zoowel vocaal als mimisch. En ook dit laatste onderschatte men niet, omdat de tegen speler veelal te doen heeft met lange aria's waarop hij (zijl moet repliceeren en dan een goede houding hiervoor nan primair belang is. De muziek draagt een uitgesproken modern karakter; daardoor mist zij voor den doorsnee bezoeker veel aantrekke lijks, omdat wij ons hart verpand hebben aan de lieflijke wijzen van onze groote oude meesters. Buitengewoon trof ons evenwel de orkestrale behandeling, die een volkomen geheel vormt met den tekst en de melodieuse recitatieven. Ook de volkomen overgave van kapelmeester cav. Mario Parenti aan zijn arbeid, die oorzaak was, dat niet de geringste klei nigheid hem ontging, was bewonderens waardig. De zaal was voor ongeveer dne-vierue gevuld met aandachtig luisterende en van muziek en spel genietende menschen, welke nog vóór elf uur weder op straat stonden, dankbaar en voldaan over het genotene. EEN MELKOVERKOOPBESCHERMER 't Woord is een beetje moeilijk, maar er bestaat een heel bruikbare afkorting van, Melokobe, die bovendien nog het voordeel heeft muzikaal te zijn ook. Maar de huisvrouw, die dit woord hier natuur lijk ziet staan, spert de oogen open en haar hart klopt luid van spanning: wat kan dat wezen? denkt zij, zou de narig heid van overkokende melk zijn opge heven en voortaan onze fornuizen enz. niet meer vuil worden van melk, die er overheen loopt? En om haar maar niet lang in span ning te laten: zoo is het inderdaad, waarde lezeres-huisvrouw. Voortaan kunt u met een gerust hart uw buurpraatje houden aan de deur, of. als de bakker geen wissel geld genoeg heeft, op uw dooie gemak naar pasgeld gaan zoeken en daarbij rus tig de pan met welk, die u zoo juist hebt ontvangen van den melkboer, op het gas laten staan. U behoeft niet bang te zijn, dat ze er straks overheen zal gaan, zoo- u met een doodelijk verschrikt gezicht de keuken in moet hollen om net precies te laat te komen en weer een poos kunt be steden om den viezen boel op te ruimen (om maar niet te spreken van de verloren melk). Maar hoe is dat dan mogelijk? vraagt de Heldersche huisvrouw. Hoe kan dat? Ik zal het u vertellen: het is het ei van Columbus. Columbus zette een ei op zijn punt door de punt in te duwen; toen rie pen de toeschouwers allen: nou, dat had ik ook wel gekund! Precies zoo is het met dezen melkoverkookbeschermer. De vraag is alleen maar, dat niemand anders het gedaan heeft. Een stadgenoot, de heer A. P. J. Maigret. is op dit idee gekomen; hij ont wierp een toestel, dat zoodanig is gecon strueerd, dat het. in de pan of melkkoker gezet, de melk, als zij eenmaal het kook punt heeft bereikt, in den trechter van dit toestel doet omhoogstijgen, waarna de kokende melk over de opening aan den bovenkant heenvloeit. op een koelplaat terechtkomt, en vandaar weer in den melk koker vloeit, zonder dat een droppel ver loren gaat. Zelfs een boordevolle melk koker loopt geen gevaar. Persoonlijk kon den wij ons van de schitterende werking overtuigen. De heer Maigret heeft op zijn uitvin ding patent aangevraagd en reeds is het voorwerp in den handel gebracht. Voor- loopig bestaat er nog slechts één model, maar het is de bedoeling naast de modellen voor groote melkkokers, ook modellen voor kleine kokers en voor pannen (om dat die ook veel worden gebruikt om melk in te koken) in den handel te brengen. De melkbeschermers zijn van geëmailleerd ijzer en geheel Nederlandsch fabrikaat. Zij worden in den handel gebracht door den Agentuur- en Commissiehandel ,,Mer- curius", Westgracht 52 alhier; het octrooi op de uitvinding is bezorgd door het Ad ministratiekantoor Grondsma, alhier. De naam, waaronder zij in den handel zijn gebracht, is, zooals we zeiden Melokobe"; persoonlijk is ons de prachtige en abso luut feillooze werking ervan aangetoond met een demonstratie. In ons blad van j.1. Dinsdag heeft de heer Tielemans, Polder weg 3 reeds per advertentie bekend ge maakt, dat het toestel bij hem in de etalage in werking is te zien en naar wij ver namen, zullen meerdere winkeliers dit voorbeeld volgen, zoodat iedere huisvrouw zich overtuigen kan. De prijs is slechts 1.50. Waar het hier een uitvinding betreft van een stadgenoot, meenden wij er langs dezen weg de aandacht op te moeten ves tigen. EEN NIEUWE ZAAK IN EEN NIEUW STADSGEDEELTE. Het is zeker een" goede gedachte ge weest van den heer De Boer, in het nieu we stadsgedeelte, dat zich uitstrekt ach ter de Boerhaavestraat, een winkel te be trekken. In korten tijd zijn in dit nieuwe van Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van 20 tabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 ets. stadsgedeelte eenige honderden wonin gen bijgebouwd en nog steeds is men bezig verdere uitbreiding te geven aan onze stad. De zaak van den heer De Boer die de eerste en thans nog de eenige kruide nierswinkel is in de omgeving, beteekent een groot gerief voor de bewoners van de nieuwe wijk. Naast kruideniers-, fijne vleeschwaren, boter,' kaas en eieren, is de heer De Boer ruim voorzien van alle merken tabak, sigaren, cigaretten en wijnen. Benevens dit drijft de heer De Boer ook een melk zaak. De winkel maakt een keurige en solide indruk. Vooral voldoet hij aan de hoogste hygiënische eischen. Granieten vloeren en toonbank, het vele glas en het prach tige witte lakwerk zijn een lust voor het oog. De etalagekasten zijn stofvrij. De heer J. Riemers, onder wiens lei ding de geheele uitvoering van het werk plaats vond, kan met genoegen op dit werk terugzien. Aan alles werd de uiterste zorg besteed. Dat de zaak, die a.s. Vrijdagmiddag om 4 uur word tgeopend, een succesvol resul taat zal opleveren, betwijfelen wij geens zins. LEZING OVER LOUIS COUPERUS. Door den heer Henri van Booven. Woensdag j.1. hield de heer Henri van Booven, bekend prozaschrijver te Hilver sum een literaire lezing over Louis Couperus in »Casino«. De zaal, met de stoelen aan rijen gezet, leverde een heel ander aspect op, dan wij dat gewoon zijn. Er hing nu iets als van een ernstige, wetenschappelijke sfeer in de zaal, die met ruim twee honderd aanwezigen was gevuld. Om kwart over achten riep de voor zitter van H.B.S.-ver. allen het welkom toe en introduceerde aanstonds bij ons den Couperus-kenner van Booven. Even daarna verscheen de litterator door YVEL» DLAWNURG. (Auteursrecht voorbehouden). 6) (Vervolg). Alfred Einstein (bewerking en ver taling naar EaglefieldHuil, Dictionary of modern nuisic). Ka tja is nijdig op Yvel vart de Helder sche Courant. Ik had hun gratis kranten beloofd -en heb ze vergeten mee te nemen. Maar Katja heeft nu een krant voor 4 cent gekocht en er uit voorgelezen. Ze zijn erg nieuwsgierig wat er den vól genden keer weer inkomt.en ik moest het ook even voorlezen,. Er is weer stoelengeschuifeler komt iets van de intieme atmosfeer van £en huiskamerDe teekenaar glundert/ hij zit op een kassie, de beenen opgetrokken. Rondom de tafel zitten 24 mannen en vrouwen, die door den maalstroom van het leven hierheen gevoerd zijn. Allen zitten nu rustig.... rondom mij. Het wordt stil.... heel stilen ik lees op wat ik neerschreef over Katja, de Ven tilatorschoenen van haar man. Alles zwijgt en Katja huilt. Maar wanneer ik namen noem van de „Koeiepoot", van den „man met de vier magen", en van opa, dan rumoert luid ge lach en is er een slaan op de versleten broekspijpen en knieën...dan is er dolle uitgelaten priet. Wanneer ik eindig, is er zoowaar een applaus bij open doek. 't Lijkt wel of we in de komedie zijn, zegt Vuistje.... Vuistje is een jongen met een gezonde boerenikieur.hij zit met een beider blauw boezeroen aan tafel en heeft een open, vriendelijk gezicht. Er is niets aan hem, dat den zwerver aanduidt Vuistje heeft hanidel.heel reëele, mooie, nette handel., maar Vuistje heeft toch dik de pee in, naar hij zegt Ik heb koopwaar genoeg, zegt hij trotscheen prachtvoorraad.maar ik heb geen verlof van de politie om iede- ren dag te venten.ik mag maar één dag in de maand. „Vuistje" heeft gelijk, dat ie boos is om dat lnj gehandicapt en gecontingeiitéerd: door de politie wordt, maar de politie heeft toch ook gelijkwant als deze altijd maar toestemming gaf, dan zouden er veie „vuistjes" in Den Helder komen, dan werd Den Helder overstroomd door handelaars. Er zijn ook in den Heldersehen midden stand velen, die precies als Vuistje, graag wat verdienen willendie ook door de crisis gemept en gehandicapt worden.... ook op den rand van pauperisme staan winkeliers, die barsten van de zorg.op hooge lasten zitten. Maar „Vuistje" moet toch ook eten, zegt-ie. Eén dag venten in de maand is ook wel een beetje weinig. Misschien als hii het met zijn vriendelijk gezicht vraagt, krijgt hij nog wel een dagje extra vent- verlof van de politie, want Vuistje is een beste kerel. Al zijn makkers, die met han del langs den weg gaan en een beetje ver dienen, zijn niet kwaad. Als ze een ongeregeld paar kousen heb ben,, geven ze die cadeau aan een zwerver, die geen kousen heeftKatja heeft nog pas een paar mooie gehadmaar Katja is onhandig geweest.... Katja voert van daag de huishouding.... want de vrouw van den logementhouder is ziek. Daarom verzorgt zij de keuken.... en nu heeft ze bij ongeluk een puts water over d'r beenen gekregen.... maar d'r man, de jongen met ventilatorschoenen, vindt dit niet goed: As de drommel, eerst andere kouse an, niet met natte voete staanBezorgd kiikt liiien herhaalt: 't Is donders koud buitenen dan natte kouse an je beene.... om ziek te worre! Katja verdwijnt.. Ik heb 3 paar kousen, zegt ze trotsch.... van de jongens gehad. Ze wijst op „Vuistje" en zijn compagnons. Drie stuks, één aan je test, één in de kast en één in de wiasoh Maar „Vuistje" blijft toch mopperen, dat hii niet mag venten Hii laat zijn hand zien.... staat heele- maal krom.... is vergroeid.. Een kame raad van Vuistje laat nu ook zijn mis maaktheid zien, ook een krommen arm Allebei zijn invalidekunnen geen vol- waard'igen handenarbeid verrichten, daar om moeten ze venten. HOOFDSTUK VII. Het bonte gezelschap zwervers en kas- siesmannen heeft een vreemden invloed op mij geoefend. Waarom zou ik mij eigenilük druk ma ken, slaaf zijn van alle conventies,, waar om leef ik niiet vrij en natuurlijk als zij? Een onweerstaanbare lust komt in mij op hun bestaan volledig in te levenniet ze uit te trekken.... hun slaapruimte te deelen.de vervloekingen en snauwen, hun toegevoegd, aan te hooren. Heb ik zigeunerbloed in de aderen? Of is het, dat ik een zoon ben van het volk, dat vele eeuwen in golves, in ballingschap over de aarde trekken? Eenis, nog vele eeuwen, voor die ballingschap, zwierven.mijn voor ouders door een woestijn, 40 jaar lang.... Koningen riepen hun zieners op, om hen te verwenschen en de heidensche pro feet Biliam besteeg een hoogte, om zijn vervloeking uit te sprekenmaar ziet, toen hij deze zwervers in hun legerkampen zag en hun tenten aanschouwde, vloekte hü hen nietmaar vol begeestering riep hij: „Hoe schoon zijn uwe tenten" (Numeri 24/5). Wat was er voor moois aan die (sier- looze) tenten, dat Bileam zoo in vervoering geraakt, merkt de groote Pentateuch-ver- taler, Raschie, op. Het waren toch heel gewone tenten. Omdat, zoo verklaart Rasjee, de ingang van de eene tent niet precies was tegen over den ingang van de overstaande tent. Sjelau Jostiest lesaug auhel gaweirau en ieder dus vrijelijk, zonder dat vreemde oogen aan 't pottekijken waren, hun eigen intiem huiselijk geluk konden beleven. Deze zwervers van den weg hebben en kennen geen intiem huiselijk leven., hier zijn altijd pottenkijkers. Van den vroegen morgen tot den laten avond zwerven zij door de woestijn.... overal is somberte., en dorheid. Meestal worden zij vervloekt, gesnauwd.... een enkele maal spreekt iemand hen opbeurend toe.... hooren zij een vriendelijk woord.... dan ontmoeten zjj een oase. kerslantaarnZoo over de heele lengte van het gebouw op twee verdiepingen reien zich de bedden aaneen 1 J F 1 Opdat de een niet kan zien in de tent van den andere.... daarom hief Bileam zijn lofspreuk aanhü zag de zedelijk heid en de kieschheid der Joodsche stam men. En deze menschen, denk ikdie zes en twintig zwervershoe zijn hun ten ten..'.hun legerplaatsen? Ik dacht aan de vrouw van den harmonicaspeler en aan Katja.... en aan de kleine kinderen zijn hier de tenten schoon? Is hier reke ning gehouden met intimiteit, zedelijkheid? Toen ben ik met den teekenaar naar boven gegaan, evenals oude Bileam ben ik opwaarts gegaan. om te zien. Door een automatisch bewegende deur beklom ik een trap. Enjüc zag lange rijen van bedden met zindelük'e lakens.... teven elk bed hing epn nummer, dat aangaf wie er sliep. Aan de zoldering bungelde een mynwer ütonden «AW«3.ciY En de vrouwende gehuwdende kinderendacht ik weer.... waar is hun legering? De kassiesman geleidde mij naar een ander deel van den zolder. Een apart af geschut kamertje was voor den harmonica speler en zijn gezin.... als ze terugkwa men sliepen ze daar. Boven hun bed hing een plaat aan den muur, er onder stond: Het angelus luidt in de verteOp den grond lag een klein kinderbedje gespreid, voorde kleine meid.en er naast, o vreemd, aandoenlü'k, roerend gezicht..,, kinderspeelgoed, dat die kassiesmanmen van hun armoed voor de kleine gekocht hadden. Tegen de stoel lag 'n bruin teddy beertje, waar het driejarig zwerverskind blij-gelukkig mee speelde in dit kleine kamertje. Op een ander kamertje, ook apart, sla pen Katja en haar man. Het was zindelijk en schoon daar boven op de kamer, waar die mannen 's nachts sliepen. In iedere slaapafdeeling hangt een plaat met toepasselijke opschriften.... één is er bij, waarop een moeder met haar kindje op den arm bij een bedje staat en het goeden nacht kust. Bed-Time staat er onder. Dan is er nog een groot, met zwarte letters beschreven bord: Men verzoekt het Publiek geen Brandende voorwerpen Te gebruiken. (Wordt vervolgd). Buitenlandsch Overzicht pag. 1, Feuilleton Radio-programma 2 De toestand bij de Marine in In- dië is rustig 2 Ernstige relletjes te Breslau. Twee dooden en vier gewonden. 2 Een Rotterdamsche spuitgast als brandstichter2 De spoorwegstaking in Ulster is Maandagnacht uitgebroken 7, De vijf millioen gulden steun voor den tuinbouw wordt onvoldoende finitief voorkomen1 De uitsluiting in Denemarken de- geacht. Verhooging gevraagd 7 De proeffabriek voor de vervaar diging van kunsthaar. te Volen- damge opend 1 Stagnatie in den treinenloop door een ontsporing bij Breukelen 2 Het socialistische blad „Le Peuple" in alle kazernes en tnili- taire etablissementen in België verboden7, Gasverstikking te s-Gravenhage Eén doode 2 Onze laatste lange golflengte in gevaar2 Moordaanslag op den burgemees ter van Nederweert *2 Engelsche steun aan Japan te Ge- nève. Een opzienbarend bericht van de Daily Heraldf Vrouw in brand, te 's-Graven hage. Aan de gevolgen overleden, M 2 Het havenhoofd te Urk ernstig geteisterd door ijsverschuivingen2 Is de soldij voor de mariniers te laag? Vragen van het Kamerlid V isser2 De Duitsche Rijksdag is gisteren ontbondenf Groote brand aan den Westzee dijk te Rotterdam 2 Omtrek nieuws 7 Marineberichten 7 Marktberichten 7 i- 11 a zelf van achter het gordyn en begon hij zijn interessante lezing. Alles daaruit aan te stippen zou on- doenlqk zy'n; wij willen slechts enkele bijzonderheden de revue laten passeeren. De moralist Couperus was, volgens prof. Cohen, voor Holland te groot. Maar ook voor Couperus was het woord van Goethe van toepassing: Men zal den dichter dan pas goed gaan apprecieeren, als men hem zelf kent. Louis was een zeer beweeglqke en mijmerende natuur. Voor «'t Vaderland« heeft hij veel ge schreven, wat later in bundels is ver zameld (o.a. Korte Arabesken). Typeerend was het gezegde: O. deed niet aan sport, maar had niettemin een sportieve geest. De »Eline Vere« heeft C. zelf door voeld. Zqn eigen jeugd correspondeert met die van de hoofdfiguur. Sommigen beweren, dat C. een volbloed Indiër was, maar later werd algemeen aangenomen, dat hy halfbloed was. Louis stamt af van den predikant jp Edenburg, John Caughiver, die later in 1775 gouverneur van Malakka werd. Couperus is uit een Haagsche familie geboren, 10 Juni 1863, vlak bü 't Maü- ritshuis. In 1872 vertrok hij naar N.Indië. Enkele jaren daarna bü zynterugkeer in Holland bezocht hij de H.B.S., kwam in aanraking met den schrijver Frans Netscher en den leeraar Dr. Jan ten Brink. De laatste voelde dat er in Louis meer zat. Dat bleek uit een schitterend opstel. HÜ gaat van school en studeert onder leiding van ten Brink Middelbaar Ne derlandsch, waarvoor hü slaagde in 1886, C. getuigt kort daarna, dat hij in de taal geen nieuwe gedachten kan brengen, maar haar alleen kan vervolmaken. Dit heeft hq' later met byzondere virtuositeit bewezen. Iskander is zyn laatste en beste roman. Een van zy'n eerste werken, Psyche, is in het Fransch vertaald. Door al zjju romans doet lnj de legenden en mythen opnieuw voor ons leven. Bq een bezoek aan C. leest Louis zelf zün „Eline Vere" voor. Een dame merkte aan, dat het meisje niet sterven moest. De auteur zeide overtuigend, dat Eline bestemd was tot sterven. Daartoe hadden de vorige feiten meegewerkt. Voor zy'n huwelyk met Elisabeth Bout had C. me nig conflict met zyn vader. In Louis echter ontwaakte de artist en hü begon het weemoedvolle leven te doorvoelen: opkomst, roem... het dalen en dari..,. vergetelheid. Hü wantrouwde zichzelf, tot hy eens klaps staat voor de ontnuchtering, de desillusie en de noodzakelyke strycLvan het leven ziet. Doch geen ambtenaar kon lnj worden: de muze riep. hem onweer staanbaar. Het samenzijn van C. en Netscher wordt geschilderd. C. voelde slechts voorlezen en N. voor sport. Het ontbrekende bren gen ze nu elkaar by. Beiden echter staan aanvankelijk onder invloed van Zola, Ze werden beiden lid van de club „Aesthetica", maar wegens hun hoogere gaven (dus ontstaan van naijver) verlieten ze haar. Er was een andere tyd aangebroken, nadat C. zyn M.O. Nederl. had gehaald. Zijn kennis was by hem toen reeds ondergeschikt aan zy'n scheppingswerk. Om de atmosfeer van't nuchtere Holland te ontvluchten, ging by' naar Italië. De gedichten, die hü toen schreef, herinneren aan dilitantenwerk. B.v. „De Moorsche koopman".

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 5