KANNEWASSER
IS ALTIJD GOEDKOORER
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buëtenlarcdsch overzicht.
OOK VOOR DARHES-COMFECTIE
Het Staafsrnanstype dei- toekomst.
Isderlandsohe M<ddenstandsbank
No. 7243. EERSTE BLAD
DONDERDAG 2 MAART 1933
61ste JAARGANG
De brand in het Duitsche Rijksdaggebouw. - De
strijd om Jehol en het embargo. - (Jok een verbod
van wapenuitvoer naar Bolivia en Paraguay
KONINGSTRAAT 7
Handelscredieien Girorekening
Ml 1
JU
>-■«<*■• =1
Braa
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.G5; binnen
land T 2. Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20 Losse nos. 4ct.;fr.p.p. 6ct. Zondagsblad
resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.— Modeblad resp. f 1.20, fl.50, f1.50, f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIËN:
20 ct. per regel (gaijard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4ct.
De brand in het Duitsche Rijksdagge
bouw heeft allerwege verontwaardiging
gewekt. In Duitschland is, als direct ge
volg, een noodverordening afgekondigd
■waarin de zwaarste straffen zijn opgeno
men, voor alle terroristische daden. Wel
is de toestand gespannen in Duitschland
en liet krachtige optreden van de regee
ring zal waarschijnlijk voorkomen, dat er
in de komende dagen, vóór de verkiezin
gen, geen ernstige vergrijpen zullen
plaats hebben. Door een inval in het Karl
Liebknechthuis, heeft men tal van gege
vens in handen gekregen betreffende
communistische aanslagen en om daar
aan direct een einde te maken, is de nood
verordening, met bekwamen spoed, ver
schenen, die elders in dit blad is afge
drukt.
De „Nw. Rott. Crt." schrijft over deze
daad o.ni.:
Dwaas moet de daad ons toelijken uit
politiek oogpunt. Kon men der regeering
vijf dagen voor de verkiezingen een groo-
ter dienst bewijzen? Het krachtigste pro
pagandamiddel van Hitier en zijn bond-
genooten vormt het communistische ge
vaar. Wat nu gebeurd is, moet vele Duit-
schers uit schrik in de armen van de zon
derlinge regeeringscoalitie drijven. Bo
vendien zal het op Hindenburg, die de on
wettige willekeurigheden van Goering en
de zijnen niet oneindig kon goedkeuren
een sterken indruk maken die het nazi
bewind ten goede komt. Er zullen van
daag dan ook geen bedroefdere politici
zijn in Duitschland dan de leden der oppo
sitie. Maar voor de communisten is dat
alles heel anders. Hun kan het om het
even zijn of de regeering al dan niet de
meerderheid behaalt; de rest van de op
positie is voor hen evenzeer de vijand. Dat
het gebeurde de regeering een welkom
voorwendsel heeft opgeleverd tot hevige
maatregelen van onderdrukking der per
soonlijke vrijheid moet heel erg zijn voor
liberalen, katholieken en socialisten, maar
is slechts water op de molen der felste
communisten. Zij hebben alle belang erbij
dat de toestand zoo verward mogelijk
wordt, en dat de socialistisch en christe
lijk georganiseerde arbeiders, die door
strenge discipline in den band worden
gehouden, tot desperate daden geprik
keld worden.
Op overwegingen van politieke logica
kan men dus de gedachte aan een com-1
rnunistisch complot niet ter zijde schui
ven. De hevige gevolgen die de daad nu
reeds heeft voor de persoonlijke vrijheid 1
in Duitschland in het algemeen en voor
de communistische partij in het bijzon
der, kunnen een resultaat zijn, dat de
communisten hebben willen uitlokken.
Aan het einde van dit artikel, schrijft
het blad:
Wie de laatste weken in Duitschland
heeft kunnen rondkijken kan weten hoe-1
zeer men ook in Duitseh-nationale krin-
gen dezen loop van zaken vreesde. Het
gevaar is groot, dat nu de politieke strijd
in Duitschland ontaardt in een conflict
tusschen de radicalen van rechts en van
links, waarhij de eene partij strijdt met
de middelen van de overheid en de andere
niet de terreur van de misdaad, maar
waarbij de slagen het vernietigendst zul
len neerkomen op hetgeen zich tusschen
deze twee groepen bevindt, n.1. op het
Duitschland dat nog iets te verliezen heeft.
Het Engelsche embargo op wapens naar
I het Verre Oosten. Het besluit van de
Britsche regeering voor een uitvoerver
bod op wapens en grondstoffen, voor de
fabricage van oorlogsbenoodigdheden,
schijnt te Peking niet met vreugde te zijn
ontvangen. Wij juichen het goede voor-
beeld, dat Engeland heeft gegeven, ten
i zeerste toe. China beweert echter dat
door dit verbod in de kaart wordt ge
speeld van Japan, daar dat land tot de
tanden toe zou gewapend zijn, terwijl
I China, alles wat het noodig heeft voor
i een oorlog, bij stukjes en beetjes moet
j koopen.
Natuurlijk is het de bedoeling van de
j Engelsche regeering niet geweest om
Japan in de kaart te spelén, al is het waar
dat China door deze maatregel wel ge
il upe.erd zal worden, omdat liet zijn oor-
I logsinateriaal, dat het voor den strijd
noodig heeft, waartoe Japan het gedwon
gen heeft, niet zelf in voldoende hoeveel
heid aan kan maken en dus is aangewe
zen op import.
JAPANNERS ONDER ELKAAR.
rijkste punten van Jehol nog in den loop
van deze week in handen der Japanners
zullen zijn. Volgens Japansche berichten
wordt er aan alle Japansche legers weinig
i tegenstand geboden en trekken de Chi-
neesche troepen snel terug. In den Noord-
Westelijken sector hebben verscheiden
Chineesche bataljons zich overgegeven.
Groote veldslagen zijn nog niet geleverd
en naar gemeld wordt, zijn de gevallen
i dooden gedurende de eerste drie dagen
der campagne slechts gering in aantal.
Vier colonnes Japansche strijdkrachten
rukken op naar de stad Jehol.
Verbod van wapenuitvoer naar Bolivia
en Paraguay? De leden van den Volken-
bondsraad hebben Dinsdagavond vertrou-
welijke bespreking gevoerd over het
Dinsdag meegedeelde Fransch-Engelsehe
memorandum betreffende het verbieden
van den wapenuitvoer naar Bolvia en
Paraguay meldt de Geneefsche corr. van
de „Nw. Rott. Crt." aan zijn blad.
Deze wapenuitvoer zou naar beide lan
den gelijktijdig verboden worden, omdat
zooals het Fransch-Engelsche memoran
dum verklaart, de Volkenbond er niet in
geslaagd is uit te maken, wie van beide
landen het volkenbondsverdrag heeft
overtreden. De raadsleden die wapenen
zouden kunnen leveren hebben besloten
hun regeeringen over het Fransch-Engel
sche voorstel te polsen. Misschien zal
deze zaak ook morgen in de raadsverga
dering kunnen behandeld worden. Veel
zal afhangen van het antwoord der Ame-
rikaansehe regeering, die ook in deze
kwestie gepolst wordt. De Japansche ge
delegeerde in den Volkenbondsraad was
vanavond bij de besprekingen niet tegen
woordig.
door
GRAAF API'ÜNYJ. f
„Wij kannen nog één weg inslaan, na
melijk een volkenbond voor het gele ras
stichten."
„Zonder China natuurlijk!"
(„Canard enehainé").
Ook uit Nanking is er tijding dat de
Britsche embargo-politiek daar met ge
mengde gevoelens is vernomen, ln Chi
neesche kringen wordt de poging van
Engeland om de uitbreiding van het
terrein van het conflict en de verlenging
der bloedstorting te beletten, maar zij
zq'n er van overtuigd, dat de stap van En
geland de zaak van den vrede niet zal be
vorderen doch enkel de Japansche aan-
valsovermacht zal vermeerderen. Japan
is n.1. wel bewapend, terwijl China zoo
goed als ongewapend is. Bovendien wordt
er op gewezen, via Siam wapenen te be
trekken, daar het uitvoerverbod zich niet
tot Siam uitstrekt. Wel wordt in Chinee
sche kringen er op aangedrongen, dat er
een uitvoerverbod van wapenen zal wor
den afgekondigd, waardoor leveranties
aan den aanvaller kunnen worden gestuit.
Over den strijd, waaromtrent men el
ders in dit blad verschillende bizonder-
heden vindt, kan o.m. worden gemeld, dat
men te Dairen het vroegere Dalni
algemeen van opvatting is, dat wanneer
het weer eenigszins verbetert, de belang
Ik wensch geen critiek uit te oefenen
op de politiek van het een of ander land
of op den een of anderen staatsman. Op
deze plaats is het voor mijn doel vol
doende, om vast te stellen dat op weinige
uitzonderingen na de eoncurrentiegeest
en de zucht om te heerschen de verhou
dingen tuschen de volkeren beheerscht
hebben gedurende al de voorbijgegane
eeuwen en dat deze stand van zaken het
daarmee overeenkomstige staatsmanstype
moet voortbrengen.
Hoe is nu dit type? Ik behoef het u
niet te beschrijven; wij vinden er de meest
volmaakte en oprechte teekening van in
den „Vorst" van Macchiavelli. Dit type
is ongetwijfeld op den duur minder ge
prononceerd geworden; naarmate de
rechten van het volk op den voorgrond
traden en de zeden veranderden, verdwe
nen enkele der meest stuitende détails of
werden althans achter huichelarij ver
borgen. Men heeft dat wel genoemd: het
eeren van de deugd door de ondeugd, in
ons geval van theoretische internationale
deugd. Doch wat hebben wij te denken
van een deugd, die zich tevreden stelt met
een dergelijk eerbetoon? In wezen is fret
imperialistische type hetzelfde gebleven.
Het is van nature amoreel, want imperi
alisme heeft met moraal niets te maken.
Men kan het vaderlandsliefde noemen,
doch wat het voor zijn volk nastreeft is
niet in de eei-ste plaats geluk, vooruit
gang in beschaving of op economisch ge
bied, maar toename van macht, uitbrei
ding van grondgebied, een vooraanstaan
de positie ten koste van andere volkeren,
gekocht met eindeloos lijden en feitelijk
geen wonderlijke voldoening schenkend
dan aan hen, die aan het hoofd staan.
Slechts de latere geslachten, die het leed
niet zelf behoefden door te maken, kun
nen erover in vervoering komen bij het
lezen van geschiedboeken, die geschre
ven onder de inspiratie van den imperi-
alistischen geest en boven alles de glorie
verheerlijken. Deze geschriften vergeten
echter te vertellen, of althans uit te leg
gen, dat in de geschiedenis elk abnor
maal succes een noodlottige reactie ver
oorzaakt. Na den val van Napoleon is
Frankrijk er aan ontsnapt, aangezien zijn
onderling verbonden vijanden voor alles
in dit land de restauratie wenschten, het
herstel van een regeeringsvorm, die met
hun staatkundige opvattingen overeen
kwam, liever dan zich te wreken over de
nederlagen, die zij tegen Napoleon had
den geledn. Doch dat is een bijzonder ge
val, ontstaan uit een samenloop van om-
i standigheden, welke als uitzondering
moet worden beschouwd.
Het gewone verloop.
Beschouwen wij echter het lot van
Duitschland: doordat dit land misbruik
maakte van zijn overwinning van 1871,
j bereidde het de reactie voor, waarvan wij
j getuige zijn. De reactie komt soms on
middellijk, soms eerst na langen tijd,
doch zij is onvermijdelijk. Een oorlog
brengt een volk in een vicieusen cirkel,
waaruit het niet meer los kan komen.
Als een volk naar de wapens grijpt om
zich vrij te maken van een of ander on
recht, en aan de winnende hand is, zal
het slechts zelden den strijd staken, wan
neer het belegerde heroverd is. Het is
zeer natuurlijk, dat het zich ook schade
loos wil stellen voor de inspanning en de
opofferingen, welke de revanche-oorlog
het gekost hebben en zoo legt het op zijn
beurt de overwonnen partij voorwaarden
'op, welke een werkelijke verzoennig on-
mogelijk maken. Er zijn ongetwijfeld uit
zonderingen: vredesverdragen, welke een
ware verzoening beoogden en dan ook
alle vruchten daarvan hebben geoogst.
Wij behoeven niet terug te gaan naar
het verre verleden, doch vinden in onze
eigen herinneringen voorbeelden daar
van, zooals de vrede, die Engeland met
de Zuid-Afrikaansche boeren heeft ge
sloten. Het heeft daarbij zijn overwon
nen vijanden vrijheid en een zekere na
tionale zelfstandigheid verleend, welke
I zij niet konden missen en zoo heeft het
j een der pijlers gebouwd, waarop het Brit-
ische wereldrijk rust. Wij denken ook aan
den vrede, welke Lincoln de Zuidelijke
I staten na den Amerikaanschen burger
oorlog heeft toegekend. Hoewel zij een
1 verpletterende nederlaag hadden geleden
en geheel waren oevrgeleverd aan de ge
nade van den overwinnaar, heeft hij hem
Uitsluitend verkrijgbaar in de oranje-bandbuisjes van
20 fabl. 70 ets. en oranjezakjes van 2 tabl. a 10 cis.
volledig hersteld in de rechten, die elke
staat van de unie geniet en daardoor
heeft hij de moreele, zoowel als de staat
kundige eenheid der Vereenigde Staten
hersteld, Wij zien een treffend voorbeeld
van de beide soorten van vrede en hun
gevolgen in het werk van Bismarck. Ik
heb reeds den slechten vrede genoemd,
dien hij in 1871 met Frankrijk heeft ge
sloten en de tegenspoed, welke voor
Duitschland het gevolg van dien vrede is
geweest, doch diezelfde Bismarck had te
voren uitstekend den vrede gesloten met
het overwonnen Oostenrijk in 1866, waar
bij dit land geen enkel offer werd opge
legd, dat een blijvende wrok kon nalaten.
Deze vrede maakte een vroegeren vijand
tot een bondgenoot.
Hoe het worden moet.
Zulke voorbeelden schijnen mij zeer
leerzaam; zij toonen ons den weg, dien
men moet gaan en den geest, dien men
moet aannemen in het belang van allen
tezamen en ieder afzonderlijk. Laten wij
niet meer zeggen: Om den vrede te slui
ten, maar, wat mijn onderwerp veel meer
raakt: om oorlog te vermijden. Verzoe
ning is zeker uitstekend, doch geen ver
wijdering is oneindig beter.
Wat kunnen wij nu uit bovenstaande
uiteenzettingen afleiden omtrent het
staatsmanstype, dat geschikt zal zijn voor
de wereld der toekomst, die is, zooals
men zegt, haar te willen vormen, die nieu
we wereld, welke gekenmerkt wordt door
misschien te vroeg afgelegde ver
klaringen, maar dan toch besliste en on
herroepelijke verklaringen om den oor
log af te schaffen als werktuig der inter
nationale politiek. Zeker, wij hebben niet
stilgestaan bij overgangsvormen; de or
ganisatie van den Volkenbond welke op
richters liet meer bescheiden deel had
den om den oorlog ernstige belemmerin
gen in den weg te leggen, was er bij
lange na nog niet aan toe om te werk te
gaan met die verzekerheid, die noodzake
lijk is om de diepste grondslagen der in
ternationale verhoudingen te kunnen ver
anderen. En toch zijn wij dien over
gangstoestand reeds voorbijgestreefd en
hebben wij in een plechtig verdrag dat
inderdaad nog enkele mogelijkheden, om
oorlog te voeren, openlaat verklaard
dat wij het einddoel, de afschaffing van
den oorlog, hebben bereikt. Nu, ik heb
er niets tegen, want soms is het betere
niet de vijand van het goede soms is
het zelfs gemakkelijker te bereiken, om
dat er een grootere impulsieve kracht van
uitgaat. Doch het moet niet altijd een illu
sie blijven; men moet het zeer ernstig op
vatten en achteraf de grondslagen leg
gen, welke nog ontbraken en uit het ra
dicale beginsel, dat men heeft uitgespro
ken, alle gevolgtrekkingen maken, die er
uit gemaakt moeten worden.
En op den achtergrond van het practi-
sche probleem staat het nieuwe staats
manstype, dat zich moet ontwikkelen om
de volkeren op den nieuwen weg te kun
ne leiden, want eigenlijk wordt de impe
rialistische politiek gekenmerkt door fret
vreeselijke beginsel, dat in de politiek al
les geoorloofd is. In de nieuwe wereld zal
daarentegen rechtvaardigheid de grond
slag van alles wezen; daarop kan het ge
bouw van een duurzamen vrede rusten.
Voor het overige zal de critiek, die wij
hebben uitgeoefend op enkele landen, die
den weg openden voor nieuwe conflicten,
ons brengen op het spoor van dit staats
manstype.
(Nadruk verboden).
DE ZOMERTIJD.
Van 15 Mei tot 8 October.
Het „Staatsblad" no. 38 bevat een Kon.
besluit van den 9den Februari, waarbij
wordt bepaald, dat in 1933 de vervroeging
met één uur van den wettelijken tijd, be
doeld in artikel 1 der wet van 23 Juli 1908
(Stbl. no. 236), zal aanvangen den vijftien
den Mei en zal eindigen den achtsten Oc
tober.
DE KAMERVERKIEZINGEN.
Candidaten van de Liberale
Staatspartij.
In de gisteravond gehouden algemeene
ledenvergadering van de afdeeling Am
sterdam van de Liberale Staatspartij de.
j Vrijheidsbond is de candidatenlijst voor
de a.s. Tweede Kamerverkiezingen defini-
itef, behoudens goedkeuring van de a.s.
ledenvergadering der partij, als volgt
samengesteld: 1. dr. L. H. J. Vos, 2. mr.
C. H. Guépin, 3. mevrouw mr. G. C. Bak
ker-van Rosse, 4. H. J. Bon, 5. J. J. Korff,
6. A. T. Waalberg, 7. mr. J. A. Boon, 8.
prof. mr. O. W. de Vries, 9. C. J. v. Kem
pen, 10. dr. Max de Vries, 11. mr. E. B.
Asscher, 12. A. de Hoop, 13. G. Stam, 14.
mr. K. J. van Nieuwkerken, 15. mej. L. G.
A. van Eeghem, 16. J. C. Lambermont, 17.
mr. K. Jansma.
MELKFEDERATIE
ZUID-HOLLAND.
De consumptiemelkregeling en
de zuivelwaarde.
In een vandaag alhier gehouden verga
dering van de Melkfederatie Zuid-Hol
land heeft.de voorzitter de heer Jac. Die-
mond, de leden, namens het bestuur, ge
adviseerd uitsluitend die contracten met
den melkhandel aan te gaan, welke zijn
gebaseerd op federatie-basis. De nieuwe
regeling zal op 5 Maart in werking
treden. De heer Vaandrager deelde mee,
dat de zuivelwaarde voor het tijdvak van
5 tot 19 Maart op 5 cent is gesteld en de
heffing op 2V2 cent.
KANTOOR DEN HELDER
F EUILLETON
door
MARTIN JOHNSON.
8)
lvasenyi is liet Belgische evenbeeld van
Butiaba, doch de plaats is nog veel hec-
ter. De bevolking kwam ons aan boord
bezoeken en maakte er een feestelijken
uitgang van. Het was voor hen een ge
legenheid om eens in een andere omge
ving te komen en wat nieuw contact met
de blanken te krijgen. Zoo werden de
uren vóór het vertrek van de boot door
gebracht met eten, drinken en vroolijke
conversatie.
Toen het feest zijn hoogtepunt had be
reikt, kwamen vier van onze negerjon
gens, die op de bagage moesten passen,
de zaal binnenstormen. Men bad hun
verteld, dat de bewoners van de Gong"
nienscheneters waren, en dat men hen
vermoedelijk voor het diner als.gebraad
zou opdienen. Ze verkeerden in doode-
lijken angst en wilden tot geen prijs bij
die gevaarlijke kannibalen blijven.
„Het zijn geen kannibalen", zeide ik.
„Het zijn Belgen".
„Maar Bwana", zeide één van hen,
„Belgen spreken toch geen Engelsch of
Swahili!"
Arme, eenvoudige zielen. De negerjon
gens van Nairobi kenden geen angst
meer voor Engelsch sprekende blanken,
ondanks machines en vreemd gedoe. Dit
gaf echter een geheel ander aspect, daar
dit voor hun ooren een volkomen andere
taal was. Ik trachtte hen te kalmeeren,
hetgeen mij dan ook tenslotte gelukte.
HOOFDSTUK II.
Telegrammen en overbevolkte wateren.
De Murchisonwatervallen liggen aan
de Ugandazijde van het meer, en het is
niet gemakkelijk om vergunning te krij
gen, om daar door te dringen. Het ter
rein op den rechterover is een wild-reser-
vaat en de linkerzijde staat onder quaran
taine, dank zij de besmetting door de
tsetsevlieg veroorzaakt. De Engelsehen
hebben goed werk verricht bij de bestrij
ding der gevaarlijke slaapziekte in Oost-
Afrika. Zij geven niet graag vergnnning
tot het betreden van deze landen, daal
de veel voorkomende tsetsevlieg deze
ziekte overbrengt en wellicht onbesmette
landen zou kunnen contamineeren (be
smetten).
In hun strjjd tegen de ziekte hebben de
Engelsehen geheele volksstammen uit ge-
infecteerde districten weggevoerd, en ze
daar vastgehouden, tot de ziekte geheel,
was uitgeroeid.
Citroenboomen hebben goede diensten
bewezen in den strijd tegen de slaap
ziekte, daar de tsetsevlieg den citroen-
geur vreest.
In sommige deelen van den Congo,
Uganda en Tanganyika zijn de vliegen
extra moeilijk te bestrijden, daar zy de
slaapziekte op menschelijke wezens over
brengen, evenals de malariamug de zoo
gevreesde moeraskoorts.
In onze vroegere woonplaats, in Noord-
Oost-Afrika, verspreidden de vliegen de
ziekte slechts onder de huisdieren. Het
is niet mogelijk om in die streken koeien
of paarden te houden, hoewel de inboor
lingen een bepaalde soort schapen en
geiten fokken, die van de ziekte gevrij
waard blijven.
We moesten een ontzaggelijken berg
telegrammen verzenden, alvorens wij
vergunning kregen den waterval te be
zoeken.
Wij telegrafeerden naar den gouver
neur en moesten naar Masini, waar het
hoofd der provincie woont. Deze zond
ons een dokter, die ons allen moest on
derzoeken. Na wederom eenige formali
teiten kregen we de langverwachte per
missie. We moesten bovendien lijsten
geven van onze revolvers en ammunitie
en kregen daarna aanwijzing, waar wy
mochten landen en kampeeren.
Ten laatste teekenden wij een papier,
waarbij de regeering werd ontheven van
iedere verantwoordelijkheid, en wij moes
ten belooven de zyde van den waterval,
waar de beruchte vlieg voorkwam, niet
te naderen en tevens slechts uit zelfver-
dediging geweerschoten te lossen.
Al deze formaliteiten hadden ons
slechts éért dag gekost. Den volgenden
morgen huurden wij een reddingsboot
van de Robert Coryndon en stoomden op
de hijgende en zuchtende Livingstone
naar den waterval.
Osa en ik begrepen, dat de reis met de
Livingstone niet voorspoedig zou zijn.
De boot was oud, en werd nog m- t hout
gestookt, hetwelk een ondragelijke hitte
verspreidde.
De passagiers moesten hun heil zoeken
in een klein hutje op het voorschip, waar
het zoo heet w as als in een bakoven. Van
slapen was geen sprake, daarom wilden
wij op het dek blijven, hetgeen spoedig
onmogelijk bleek. Tenslotte vonden we
echter in een hoekje van het dek, dank
zij een zacht briesje, een beetje rust.
De boot ging voor anker onder een
hoogen boom vol met vogels, die alles
behalve welopgevoed waren en zich niet
gedroegen zooals zij het behoorden te
doen.
Tegen zonsondergang bereikten wij
den Victoria-Nyl. Daar schenen alle mus
kieten van Afrika tezamen gekomen te
zijn, om ons te verwelkomen. Als een
horde verhongerde dieren snakten zij
naar ons bloed. Deze insecten hebben
ideale broedplaatsen in de onmetelijke
graslanden, die zich aan beide zijden
van den riviermond uitstrekken. Papy
rus en tijgergras bereiken hier een
hoogte van omstreeks acht voet.
By het aanbreken van den dag werd
het anker gelicht en na een uur varen
ontwaarden wy de eerste dieren. Wij za
gen waterbokken, bavianen en andere
apen, eenigen tijd later zelfs krokodillen
en eenige nijlpaarden.
Dick en Lou stelden onmiddellijk de
klankcamera op het bovendek op en ik
plaatste mijn apparaat een étage lager.
We zagen groepjes van vier of vijf oli
fanten langs de oever flaneeren. Krodo-
dillen lieten zich te water glijden en
nijlpaarden in kudden van vijftig a zes
tig, waggelden af en aan. Dit alles voor
spelde een rijke filmoogst, doch we moes
ten rekening houden met de stampende
machine van de Livingstone, die de die
rengeluiden door onze microfoons opge
nomen, geheel overstemde. We besloten
de machine stop te laten zétten en gleden
rustig naar den kant, om de dieren op
te nemen.
Het leek een goed idee, maar de in-
landsche machinist begreep er niets van.
Gevoel voor geluid of camera was hem
geheel onbekend. Hij wilde geen hoogen
druk in zijn ketels en juist toen wij met
onze opnamen zouden beginnen, gierde
de stoomfluit op dusdanige wijze, dat de
dieren doodelijk bevreesd de vlucht na
men en de geluidsniachine slechts het gie
rend gefluit kon opnemen. Ondanks dit
alles slaagden we er toch in eenige goede
opnamen te maken.
Met de olifanten scheen het niet te
willen hikken. We zagen een vijftiental
vlak bij het water en nog een dertigtal
anderen in de nabijheid. Opgeschrikt
door het geluid van onze raderboot ver
dwenen ze echter spoedig in de bosschen.
In den vroegen namiddag kwamen we
op ons oud kampeerterrein, een mijl ver
wijderd van de Murchisonwatervallen.
Op honderd meter afstand van de rivier-
sloegen we daar onze tenten op. Een on
zer buitenboordmotoren bevestigden wij
aan de sleepboot en zoodoende konden
wij tien knoopen per uur maken.
(Wordt vervolgd).