Vereen. Brandstoffenhandel,
WIST U DIT AL?
PUROL
TURENNE
ANTHRACIET
derde blad
heldersche courant van zaterdag 18 maart 1933.
Uit het leven der Heldersche haringtrekkers.
Schoonmaak,
HANDEN
Stadsnieuws.
COSTUUM
p. v d. MADEN
Probeert U ook eens
SP00RGRACHT 15 Telef. no. 485
„Tabbie" Bakker t
varna? 142.-.
PREDIKBEURTEN
GEMBERBROQD f 0.25
Een delicatesse, iets aparts!
C03 KRIGÉE, v. Gaiensiraai 71.
0p- en ondergang van Zon- en Maan
en tijd van hoogwater (Texel).
Wintertijd.
Maart
Z 19
M 20
D 21
W 22
D 23
V 24
Z 25
Maan
op: ond.:
3.16 9.42
4.02 11.01
4.33 12.27
4.54 13.54
5.09 15.16
5.20 16.36
5.31 17.52
Zon
opond
6.05 18.09
6.03 18.10
6.01 18.12
5.58 18.13
5.56 18.15
5.53 18.17
5.51 18.19
Hoogwater
sm. nam.
1.10 1.43
2.21
4.11
5.55
7.05
7.50
8.27
3.13
5.05
6.33
7.31
8.09
8.43
Licht op
voor alle voertuigen:
Zaterdag 18 Maart
Zondag 19 Maart
Maandag 20 Maart
18.37
18 39
18.40
Bij Kon. Besluit van 14 Maart is be
noemd tot fiscaal-lpaatsvervanger bij den
Krijgsraad binnen het rijk in Europa voor
de zeemacht te Willemsoord, ter stand
plaats Willemsoord, mr. A. H. van Rave-
steyn, griffier bij het kantongerecht in
Den Helder.
Wethouder P. A. Smits is Maandag ver
hinderd spreekuur te houden.
„TABBIE", DE GRÓOT-MENSCHEN-
REDDER. t
door
YVEL DLAWNURG.
Zonderlinge speling van het lot! Nog
vorige week Zaterdagavond tegen midder
nacht heb ik Jaoob Bakker opgezocht in
zijn huisje om met hem te spreken over
de zee, den storm, de vischvangst, hem te
interviewen voor de krant.... Weinig
heh ik kunnen vermoeden, dat het de laat
ste maal zou zijn, dat hij mij zijn avontu
ren vertelde.
tlitste, den nachthemel in gloed zette, dan
"even de jutters hun krijgskreet aan, dan
0 u ij z« den helm op het hoofd, dar.
schalde hun krijgslied: „Hurrah, hurrah,
ij'vm ,S' ,?n dan t-jompten zü in de vlet.
Ridderhoofcman Tabbie aan het roer. Zij
trotseerden de zee en lachten om haar
woede. Eenvoudige ongeletterde zeerob
oen, die heilig oorlogswerk verrichtten,
le de zee bekampten en voor de „witte
meneeren" niet terugweken
1 T,°,ren,ho0er ioegen de golven, geweldig
oruide ce storm, ,maar als zwaarden sloe
gen hun riemen het onstuimige water.
Ier overwinning of ter dood!
mensehenleven heeft Tabbie ge-
reu. Menige vader aan zijn kinderen te-
'licns'peVen' ^'ei VOigt 2"n staat van
Van de „Prinvido" 16 menschen gered,
\an de „Condor" 28, van een katoenboot
öi>, van een Engelsche bark 6, van een En-
gelsche bark „President" 6 (in 1877), van
le „Straf more" in 1882 35 menschen, van
m jooo11?^11" in 1887 18- van de „Apollo"
ni ]6, van een Engelschen schoener
o, van een Zweedsehen schoener 14. van
de „Elstow" in 1890 30, totaal 211 men
schen.
Ridder labbie is dood..... Niets men-
sclieiijks was hem vreemd. Met hem is een
dappere Blauwe Zeeridder heengegaan.
Moge hti vrede en rust vinden aan den
voet der blanke duinen, waar zijn kamera-
den van „Moed, Volharding en Zelfopof
fering hem Maandagmiddag 2 uur ter
ruste zullen leggen.
APOTHEKEN.
Van hedenavond 10 uur tot Maandag
morgen is alleen geopend de apotheek
van H. J. Rootlieb, Binnenhaven.
Van Maandag 20 Maart tot 27 Maart
wordt avond- en Zondagsdienst waarge
nomen door de fa. Smeets—Snel, West
straat.
LITURGISCHE JEUGDDIENST.
Luthersche Kerk.
Morgenochtend om half elf wordt in
de Luthersche Kerk (Weezenstraat 68),
een liturgische jeugddienst gehouden,
waarin Ds. P. H. Borgers hoopt te spre
ken over: „De Vredas-taalc der jon
geren".
Deze dienst zal door viool- en orgelspel
worden opgeluisterd.
Allen, zoowel de jongeren, als de oude
ren hebben toegang. Men zie de adver
tentie.
BROODPRIJSVERHOOGING.
W ijverwijzen naar een in dit num
mer voorkomende advertentie van de
Heldersche Broodbakkerspatroons, be
treffende een verhooging van den brood
prijs.
REGEERIXGSMAATREGELEX
IXZAKE DE NIEUWE KOERS BIJ
DE MARINE.
Donderdagmorgen werd voor het be
gin der werkzaamheden aan het geheele
burger personeel en militaire personeel
beneden den rang van officier, werkzaam
op de verschillende schepen en marine-
inrichtingen, een verklaring ter onder-
teekening voorgelegd, waarin te kennen
werd gegeven, dat de onderteekenaar
geen lid was van een organisatie op
socialistischen grondslag. Voor het mili
taire personeel bevatte de verklaring
bovendien nog de clausule dat men trouw
beloofde aan het vorstenhuis en onder
werping aan de krijgstucht.
Een aantal manschappen beneden den
rang van onderofficier hebben geweigerd
deze verklaring te onderteekenen.
EEN BELGISCH POLITIE VAARTUIG
IN OXZE HAVEN.
Alhier is Donderdagmiddag aangeko
men, om te bunkeren en voor het Hiiie-
men van stookolie, het Belgisch politie-
vaartuig „Sinega", kruisende op de
Noordzee.
DRANKBESTRIJDING.
Men verzoekt ons de aandacht der
lezers te vestigen op een reclame van het
Centraal Comité voor Drankbestrijding
„Helder", waardoor men nog eens be
paald wordt bij den strijd tegen het Al
coholisme.
Deze reclame bestaat uit een zuil,
welke geplaatst zal worden vóór de Ned.
Herv. Kerk op het Kerkplein, welwillend
door liet Kerkbestuur voor dit doel af
gestaan. Aan het boveneinde bevindt zich
een draaibaar gedeelte, waarop spreuken,
op den drankstrijd betrekking hebbende,
voorkomen, 's Avonds wordt dit draai
bare gedeelte verlicht, hetgeen het effect
verhoogt. Ongetwijfeld zal deze zuil,
welke hedenmiddag vanuit Zaandam al
hier zal arriveeren en eenige weken deze
standplaats zal blijven innemen, de aan
dacht trekken, waarmede het doel van
deze reclame zal zijn bereikt.
VEERTIG K.M. AFSTANDSMARSCH
UITGESTELD.
Het bestuur van de R.K.M.S.V. .St.
Christophorus" deelt ons mede, dat in de
gisteren gehouden vergadering, waarbij
vertegenwoordigers der plaatselijke wan
delsportver. aanwezig waren, werd be
sloten den afstandsmarsch over 40 km.
welke was uitgeschreven op Zondag 19
Maart, niet te doen doorgaan wegens
slechte weersgesteldheid.
Daarom werd deze 40 km afstand-
marsch uitgesteld tot Zondag 9 April a.s.
Men leze de advertentie in dit nummer.
onze
Groote afmeting
Kwaliteit iets bijzonders
f 1.5*3 per H.L., franco thuis
AANBESTEDING.
Donderdag is op 's Rijkswerf te Den
Helder aanbesteed het- wijzigen van twee
gedeelten van den dokvloer in het oude
droogdok en de daarmee in verband
staande werkzaamhedenbenevens het
herstellen van een dokmuur op 's Rijks
werf aldaar. De volgende biljetten waren
daarvoor ingekomen: P. Volkers, Slie-
drecht 20.483.—, N.V. van Wijnen
20.577.—, P. Tuin, 't Zand 20.940—,
H. Broersman, Harlingen 21.590.
Haitsma, Harlingen 21.892.J. de
Vries, Heemstede 23.970.J. Dienaar,
IJmuiden 24.342.Minneboo en Wal-
boom, Den Helder 26.000.—, C. Goes,
Den Helder 30.000,—, J. de Groot, Alk
maar 30.250.Gebr. van Pelt, Den
Helder 31.700.Ï.
CIRCUS „KNIE" IN
CASINO.
Wij willen bij dezen nog even in her
innering brengen, dat hedenmiddag de
plaatsbespreking aanvangt voor de laat
ste abonnementsvoorstelling van a.s.
Dinsdag. Ditmaal wordt aangevangen te
2 uur met de abonnementen genummerd
481 en hooger; daarna wordt weder met
no. 1 begonnen en zoo vervolgens.
Charlotte Kohier vervult in dit stuk de
hoofdrol van Katharina Knie; overige
medespelenden zijn: Anna Sablairolles
(caissière, waschvrouw, kokin), Nell
Knoop (vrouw Rothacker), Georgette
Hagedoorn (Berberitzsche, dorpsjongen),
Albert van Daïsum (vader van Katha
rina, directeur van het circus), Jules
Verstraete (Julius Schmittolini, clown),
Cruys Voorbergh (Ignaz Scheel, koord
danser, luchtacrobaat), Ben Royaards en
Paul Storm (twee parterre acrobaten),
verder nog een jonge Italiaan, Martin
Rothacker, heereboer, een commissaris
van politie, welke rol vervuld wordt door
M. van Warmelo, alsmede een deurwaar
der. Zooals met ziet, een uitgebreide staf.
door
YVEL DLAWNURG.
(Nadruk verboden).
Aan den voet van den groenen Helder-
Bchen zeedijk, daar, waar altijd die door
dringende lucht is van getaande netten,
gerookte, gezouten, gedroogde en versche
visch, daar heeft Tabbie 80 jaar gewoond.
Toen hij geboren werd, gierde en rende
de Noordwester vloekend over de daken.
En vannacht, toen hij stierf, ontketende
zich een heftige storm op de Heldersche
kust. In loeiende branding heeft de zee
tegen den dijk geslagen, als wilde zij dezen
met machtig geweld verbrijzelen. Sissend
spetten de golven op de granietblokken
uit elkaar en, smeten de windvlagen groote
■witte schuimvlokken hoog in de lucht: een
witte lijkwade voor Tabbie, den man, die
de zee liefhad en toch haar bestreed.
Lief had Tabbie de zee. Zaterdagavond
«og sprak hij erover:
„Tjonge, jonge, wat was dat geep- en
haringvissclie met ouwe Aai Been voor
ons a.pe van 15 jaar as we nog ware, een
lollig werk! De zon scheen zoo fijn op je
kop, man, en 't water was zoo helder as
ben emmer leidingwater en je stond maar
op je- hooze tot je middel in dat. lekkere
fijne koele zeewater, he. Pret hadde me,
man!"
Dat zei hij nu zes dagen geleden, en zijn
oog lichtte blij en vol jeugdNu is het
gesloten voor eeuwig. Maar toch, de dap-
I>ere daden van dezen grooten, eenvoudi-
gen doode zullen in de annalen vermeld
blijven. Vol trots zullen wij, Helderschen,
op de roemrijke ridderslagen van de zee
helden, wijzen.
Als daar op de leelijke plekken, op de
Pannekoek of Onrust, een schip aan gru
zelementen sloeg, wanneer daar de- schip
breukelingen met den dood voor oogen
stonden en met het lieve leven afgerekend
hadden, wanneer de natuurelementen zich
'n al hun woestheid ontketenden, dan
stonden daar op den Helderschen zeedijk
aabbie en zijn mannen, en zü schouwden
on tuurden over de zee. Hét was niet de
zee. die de badgasten op Huisduinen en
believeningen zien, niet een watervlakte,
eindeloos en zachtspiegelend in het zon-
"ent, niet de kabbelende voortstuwende
golfjes..
Hevige stormvlagen, renden over de
kust, de zee vol „meneeren met wit voor"
(zoo noemen de zeelui de witgekopte bran-
fjnK)maar Tabbie en zijn mannen
olev'enstaan en keken in den grauwen
kwarten nacht. Wanneer dan een vuurpijl
Wy leveren U een corect zittende
naar maat, prima afwerking
Vraagt zonder verplichting
stalen ter inzage.
„AU BON MARCHE",
SPOOR STRAAT 107. TEL. 433
4)
HOOFDSTUK IV.
Avonturen van de „Gorrel".
Weet je wat ik doen, zegt de Gorrel,
met schor stemgeluid, weet je wat ik doen,
ik ga naar me kooi.... morgenochtend
om 4 uur mot ik d'r weer uit
Wat mot je zoo vroeg uitspoke om
vier uur 's morgens in den winter, 't is
dan nog hardstikke donker, zeg ik tegen
de Gorrel. Je bent tooh ook geen jong
broekie meer.
Nee, om de dooie dood, ik bón geen
snotjonge meer, ik loop ok al te.ugc de
tachtig, maar ik kan nog best teuge een
infanterist opmarcheère. Och man, och
man, denk je dat ik 's morgens na viere
in mijn kooi kan blijve? Dan mot ik er uit,
of 't zomer of winter is, of 't hagelt of
sneeuwt; hoe meer wind en storm, hóe
liever dat i'k 't dan heb, dan kan ik niet in
huis blijvedan roept me de zee. En
as die me roept, dan ga ik in de donker de
dijk op en dan gaan ik loope op de steene
en kijk ik als maar naar de zee, en as ik
dan zoo'n klein ballekie, zoo'n plankie zien
drijve en kan oppikke, dan hen ik er lui.
Veul vin je niet teugeswoordig op zee, een
plankie, een ballekie, maar as ik 't vind,
dan pik ik 't uit het water.neein 't op
me nek en sjouw 't naar huis.as 't dan
gedroogd is en stuk gehakt, dan hebbe
we weer een brandje voor 't fornuis.
In Gorrel leeft de echte oude jutter
Wat in zee drijft is voor hem. 't Is de
moeite van 't meenemen voor ieder ander
niet waard, een natte, verrotte plank of
een balk, die misschien ergens, in Man-
heim, of Keulen, van een houtsleep losge
raakt is, de Rün is afgedreven, in zee
terecht kwam, door de stroomen naai
de Heldersche kust werd gevoerd.en
daar door den ouden 78-jarigen, de zee
vlakte afloeren den Gorrel, 's morgens om
4 uur bii het bleeke maanlicht op de stee-
nen van den Helderschen zeedijk wordt
gehaald.
Nog geen dubbeltje waarde, maar daar
is 't de Gorrel en de jutters niet om te
doen't is om de sport, 't Echte, oude
juttersbloed, van vader op zoon, leeft in
hem voort, bruiseht en gist, 't is z ij n
trophee, dat ballekie. Hij is er even trotseh
op, ais de burchtridders uit de middel
eeuwen, die een schoone jonkvrouw krijgs
gevangen had gemaakt.
Dat ballekie uit zee, dat zaagt de Gorrel
met heel andere gevoelens, dan de balk,
die bii hij den brandstoffenhan'elaar ge
kocht heeft. dat gejutte ballekie is zijn
Puitdoor de zee hem als cijns afge
staan....
Wat oP zee dryft, is van hem..,. Als
de Gorrel een pertemonnaie met een dub
beltje er in op den diik vindt, hij zal geen
oogenblik aarzelen. Dat dubbeltje 1 ouwe,
geld, dat niet van hem is? Niks hoor! Hij
zal 't direct aan de peiisie breng want
dat geld is niet van hem, dat is op land
gevonde, de Gorrel steelt niet.
Een balk, die op een weiland ligt, of in
een sloot, de Gorrel cenkt er niet an. die
mee te pikken.... die balk hoort van een
ander.... maar.... maar.... as ie door
de zee is angespoeld dan is ie voor de
Gorrel.... dat is recht.
Heb ik me deres dood gelache om die
plank van de „Frissehe morrege", zegt
ie. Dat ding leit nou altijd in zee, he?
Zomers en 's winters, afijn, staat een
maat van roe, zoo op de dijk te koekeloere
bij de steene hoofies, kijkt ie zoo naar die
plank, denkt ie, dat ding lijkt wel los te
wurme. Afijn, hij kijkt he, veel kan het 'm
nog niet schele, want hij het met die plank
niks te inake, die plank is van de „Fris
sehe Morrege"-club, want die zit nog spü-
kervast, die plank was dus niet van hem.
Maar hij blijft kijke hè en ture. Daar
komt weer een meneer met wit voor, zoo'n
hooge, zware gekuifde golf.... rang....
slaat-ie met kracht teuge die plank....
As de meneer met wit voor terugloopt, is j
de plank foetsie, losgeslagen, drijft-ie tus-
sche* de hoofies. Staat een lid van „Fris
sehe Morrege" in zijn hemmetje, (toen
hadde ze nog niet zoo'n mooi zwemhokkie)
te jirremejeere. Zeit-ie, de plank is weg,
die is naar zijn mama
Niks naar zijn ma, zegt roe maat, die
plank is naar zijn pa.... en zijn pa
bin ik, neemt-ie een klein vlotje, springt
er in en roeit naar die plank, pikt 'm an
boord en trekt* met een maat het vlet je
weer op de steene.
Toen neemt-ie de plank op z'n nek. Die
knul van „Frissehe Morrege" zeit: Leg 'm
daar maar neer, visscherman. Dat zal ik
wete, zegt me maat, waar ik die plank zal
neerlegge, ik zal 'm in 't fornuis legge.
Die plank is van mijn!
Die plank is van „Frissehe Morgen",
schreeuwt dat magere scharminkel, die in
zijn hemmetje stond te bibberen van kou
en van kwaadheiddie plank daar blijf
je met je fikke af, die is van on9.
Of ie nou van ons of van pond is,
kan roe geen klap sohele, zegt me maat.
Zoolang as ie vastgespijkerd zat, was ie
van jullie, maar toen ie los sloeg, werd
't een wrakstuk, dreef ze onbeheerd, zon
der kapitein aan boord, op de vrije zee.
Wat op zee drijft, is niet van jou, maar
krijgt degeen, die 't oppikt een derde van
c'e waarde, das de Wet en niet aars.
Zeit die magere zwemmer, die in zijn
hemmetje als een juffers schoothondje
stond te bibberen, zeit-ie: Wat mot dat
nou met die plank, maak geen lol, we motte
toch zwemme kenne. We kenne zoo niet
over die scherpe, gladde steene vol met
krukels loopen, dan' krijge we been? met
gate d'r in, en scheure we ons 't vel stuk.
Krabt me maat zich op z'n kop, zegt-ie:
das waar, daar hei je gelijk in, wij vinden
't ok niet lollig, asse we met haringtrekke
onze nette scheure. Maar wat dan? Die
plank is in zee gevonden.... dreef zonder
kapitein en ekwtpagecie plank is
7.50 waard, das wis. Weet je wat, geef
mijn me derde deel vindersloon, een knaak,
dan is ie weer voor de „Frissehe Morrege".
Twee gulde, zegt die vent in zijn
zwembroekje.
Een derde geeft de wet me, zegt me
maat. Ik hou me an de wet.... een knaak
en anders gaat ie de kachel in
Krijgt ie de knaak. Wat op land is, 'air
bemoeie we ons niet mee, al wasse 't zakke
met gouwe tientjes, maar zoo'n o'ood
plankie. van de „Frissehe Morrege "-dl uó»
asse we daar een paar natte poote voor-
gewaagd hebbe, dan mot de wet van de
zee gelden, een derde voor de vinder
zoo is 't en niet aars....
I)e Gorrel is tóch nog maar niet naar
zijn kooi gegaan, gezellig zitten wij ge
drieën hij het warme fornuis, nemen een
bakkie koffie en slurpen behagelijik het
warme vocht
Vroeger veel meer beleefd met ha-
riugvissche dan teugeswoordig, zegt de
oude menschenredder. Daar hei je nou
de Gorel, dat was me d'r een, die hee heel
wat met de vischerij meegemaakt, wat jij
he Gorrel?
Nou en of, zegt deze. Tjonge tjonge..
We hebben het meegemaakt met Merrie.
We waren eres bii Poela Radja
Bfj Poela Radja? Waren jullie dan in
In-dië? vraag ik, verwonderd.
Niks hoor, ik ben nooit wijjer weg
geweest, in me heele leven, as tot Rotter
dam. Ik mot zoover niet van huis....
Wat mot ik bfj c'e mensche-eters, die Ja-
vane? Nee, Poela Radja, dat weet iedere
haringtrekker, dat is de Heldersche kust.
Weet je wie daar nog verdronke is, die
Morrie, waar ik zooeven over sprak
Merrie was een gepensionneerde van de
Marine en hij wou met alle geweld haring
trekke, maar iedereen is nog geen haring
trekker he? Nou dan, mot je wete, de haam
van Morrie bleef an de lat zitte! Een haam
is pen zeel he, toen kon ie 't touw niet
pi eer over ze hoofd krijge en toen sleept-
ie met net- en al zelf in 't zeewater.
't Was hardstikke donker, midde in den
nachtniemand had er wat van ge
merkt, dat Morrie met het haringnet in
't water was geraakt.
Hy bad hooze an, en toen ie te water
plofte, liepen dóe borende volhii zonk
als lood't Net kwam uit het water,
vol visch, maar Morrie was nergens meer
te bekenne, die was as een stuk lood met
volle hooze recht toe recht an naar de
diepte gezonke.... nooit is ie meer bove
gekomme.
Ja, dat was een lillijk ding. op Poela
Radjamaar we hebbe wel reuzelol ok
gehad op datzelfde Poela Radja, zegt de
oude haringtrekker.
't Was eres reuze koud he, onze bande
ware heelemaal stijf en we kende 't net
niet hanteere. In eene loopt de Gorrel naai
de kust. Zeit ie: wat drijft daar in zee? Die
Gorrel heb ooge as een valk he, echte jirt-
tersooge. die kijkt en koekeloert aitijd
over zee as een zeemeeuw.... dat heb ie
ze heele leve gedaan. Afijn, hij ziet wat,
zeit-ie. 't Is een vat petrolie, zeit-ie.
Wij d'r naar toe. De Gorrel heit gelijk,
't is een vat petrolie.
We sleepen 't an wal.. Zeit de Gorrel:
slaan 't deksel er afen geef me een
lucifersteekt de Gorrel die heele situ-
wasie in de vlam. Een vlam manreuze.
Wij gonge d'r allemaal om heen zitte op
het strand en hadde een lol man, we ware
persies Roodhuide. Die Gorrel danste om
dat brandende vat de horlepijp en alle Hel
dersche haringtrekkers dansten de polka
mazurka, niet op van dóe fijne balschoen
tjes, as de manne teugeswoordig drag
van die gladde, glibberige lakschoenen
met neuze, maar ze dansten in hun ge
looide zware hooze. Dat was een gezicht
om je stuk te lachen! Maar wë wasse
tenminste warm geworre en hadde lol..
maar 't was evengoed kouwe beene, kouwe
beene, wat ik je brom, want inplaats datte
we vissohe, haringtrekke gonge, maakten
we reuzekeet en vonge niks.
(Wordt vervolgd).
Algemeen is de pers het er over eens,
dat met name Charlotte Kohier en Al-
bert van Dalsum als haar vader, hier
buitengewoon spel geven en dat door het
geheele stuk de sfeer van het circusleven
zeer suggestief wordt weergegeven.
UITVOERING VAN JOSEPH HAYDN'S
„DE SCHEPPING".
In de Ger. Kerk, Julianapark.
De Gereformeerde Zangvereeniging
^Halleluja», had het grootsche plan op
gevat een uitvoering te gevfti van Haydn's
oratorium >Die Schöpfung», met mede
werking van een orkest en een drietal
vocale solisten. Wat dit eerste betreft,
had zij de medewerking verkregen van
eenige dames en heeren musici vooreen
strijkorkest, terwijl de heeren J. A. van
der Vliet en Feike Asma resp. de piano-
en orgelpartijen vervulden. Vooral het
orgel bewees nog al eens zijn goede
diensten bij de vervanging van koper of
houtinstrumenten.
De eerste vraag, welke zich bij den
lezer, niet op bedoeld concert aanwezig,
opdringt, zal wel deze zijn: hoe was de
algemeene indruk Is de uitvoering ge
slaagd En dan is ons antwoordin het
algemeen gesproken en rekening hou
dende met de beschikbare krachten zeer
zeker (dit doelt dan uiteraard op den
koorzang, over de solisten straks afzon
derlijk). Wel bleken op den duur noch
het koor noch de dirigent opgewassen
tegen de zware taak, die dit werk zoowel
aan orkest als aan koor stelt; dikwijls
liet dan ook de zuiverheid te wenschen
over, waardoor het geheel rommelig werd.
Ook was het orkest, in verhouding tot
het klankvolume, dat soms door den zang
ontwikkeld werd, wel wat zwak. In het
laatste gedeelte was een vermoeid worden
merkbaar. Het allerbest was de inzet;
hier werd een kracht en zuiverheid be
reikt, die den toehoorder in ontroering
brachten. De prachtige, enorme climax,
die Haydn hier bereikt in zijn schildering
van het licht, uit de duisternis ontstaan
(»daar zij licht en er was licht»), is be
roemd en hier werd een groote zuiver
heid en muzikaliteit bereikt. Trouwens,
de heer Nelissen, de bariton, was hier
de gangmaker voor het koor geweest;
zijn geweldig géluid geleek wel de bazuin
zelf van den engel Raphael en daarom
te meer was het effect van den koorzang,
die het licht verkondigt, volgend op den
donkeren inzet van Raphael, verrassend
en ontroerend.
We komen nu vanzelf op de solisten.
Zooals men weet, bevat het oratorium
veel solozang; recitatieven, in hoofdzaak
van den bas, aria's, terzetten en een enkel
maal een duo, welke afgewisseld worden
door koorzang. De bariton Nelissen is
hier genoegzaam van andere concerten
bekendhij heeft een enorm, zeer fraai
geluid, maar de partij, die hij hier te
zingen had, lag hem nu en dan wel wat
laag. Als wij bet wel hebben, gaat zij tot
fis, maar zelfs de g is voor deze stem al
moeilijk te halen. Marcus Plooyer, tenor
uit Laren had de Uriel-partij; hij heeft
een mooie klare tenor en had naast zijn
goede, ook minder gelukkige oogen-
blikken, met name had hij ook nog al
eens last met de lage toonen. Maar wat
precies binnen zijn stemcapaciteit lag,
werd klaar en fraai gezongen.
We noemen de dame-soliste het laatst,
hetgeen uit het oogpunt van galanterie
misschien niet oirbaar, maar gerekend
naar de oud-Hollandsche spreuk »lest
best» zeer verklaarbaar is. HelèneLudolph
uit Haarlem, was door ziekte verhin
derd; in haar plaats was gekomen Mevr.
Ankie van Wickevoort Crommelin, die
de Gabriël-partij vertolkte. Ook deze dame
is hier al eens opgetreden. Haar zang is
glashelder en ragfijnzij zingt met ge
mak de hooge bes en ook haar colora
tuur was mooi.
Wat den samenzang betreft in de ter
zetten, ja, het is wel een schier onbe
reikbaar ideaal om drie stemmen te vin
den wier klanktimbre zoozeer aan elkan
der gelijk is, dat zij in een driezang één
geheel vormen. Dat ideaal werd hier dan j
ook niet bereikt. Naar onze meening
werd het ideaal het best benaderd in de
duo's van sopraan en bariton.
Het orkest had een zeer zware taak,
waarvan het zich, de omstandigheden in j
aanmerking genomen, uitstekend kweet.'
Allen, zangers zoowel als musici, heb
ben zich geheel voor hun taak gegeven,
hetgeen al een belangrijk ding is. Jam
mer was het, dat, althans door de solisten,
niet de oorspronkelijke Duitsche tekst
gezongen werd. I
Er was voor dit concert groote belang-j
stelling. Met een korte onderbreking
was het omstreeks elf uur geëindigd.
MET DE NEDERLANDSCHE
REISVEREENIGING NAAR
'T SCHWARZWALD.
Dat wil zeggen met de afdeeling Den
Helder. Dat wil verder zeggen met lan
taarnplaatjes. En tenslotte wil het zeggen,
dot het een gezellig avondje werd voor
de afdeeling. Heel erg groot was de be
langstelling niet, maar het was ook geen
weer.
De heer Max Gerisch, lid van de R. D.V.
(dat beteekent Reichsbahnzentrale für den
Deutschen Reiseverkehr) was op verzoek
van de afdeeling naar hier gekomen om
van het reizen in Duitschland te vertel
len, en die een menigte lichtbeelden voor
dit doel had meegebracht. Hoofdzaak was
iets van het Schvvarzwald te laten zien,
maar bij wijze van inleiding kregen we
eerst een algemeen overwicht van Duitsch
land als toeristenland. Drie factoren zijn
er noodig, wil een land in aanmerking
komen voor het toerisme: bet moet in
bet bezit zijn allereerst van natuurschoon,
vervolgens van goede spoorwegverbin
dingen en tenslotte moet het hotelwezen
pr goed zijn geregeld, Aan deze drie
factoren voldoet Duitschland ten volle.
In bet eerste gedeelte van zijn causerie
kregen we kieken uit Beieren, Thürin-
gen, Saksisch Zwitserland, het uiterste
noorden van bet land Helgoland, Silt,
den Rijn (Bacharach, Pfalzgrafenstein,
Bouw met Beethoven's geboortehuis, Keu
len), verder Trier, Lfibeck, Neurenberg
met de fraaie bron uit 1361, Bremen met
het mooie marktplein, enz. Dan enkele
badplaatsen, een paar photo's van Mitropa-
wagens en wat cijfers en statistieken van
de Duitsche spoorwegen, enz.
ZONDAG 19 MAART 1933
DEN HELDER
Ned. Herv. Gcm. (Nw. Kerk. Weststraat)
's Morgens 10.30 u„ Ds. H. A. Enklaar
Onderwerp: „De keuze der meerder
heid". (Mrc. 159)
Ned. Herv. Gem. (Westerkerk, Westplein)
's Morgens 10 u„ Ds. R. O. W. J. Hoek
(Doopsbediening)
Geref. Kerk (Julianapark).
's Morgens 10 uur, Ds. Tollenaar
's Avonds 5.30 uur, Ds. Meynen
Kerkdienst (Chr. Mil. Tehuis, Kanaalweg)
's Morgens 10 uur, Ds. Meynen
's Avonds 5.30 uur, Ds. Tollenaar
Oud Geref. Kerk (Hoogstraat).
's Morgens 10 u. en 's avonds 5.30 u„
de heer N. van der Kraats
Donderdagavond 7.30 uur, de heer
v.d. Kraats. Biduur voor het gewas.
Chr. Geref. Kerk (Steengracht).
's Morgens 10uur en 's middags 5 uur,
Leesdienst
Herst. Evang. Luth. Gein. (Weezenstr.)
's Morgens 10.30 u„ Ds. P. H. Borgers
Liturgische Jeugddienst
Onderwerp: „De Vredes-taak dei-
Jongeren. Viool- en orgelspel
's Avonds 6.30 uur, Ds. P. H. Borgers
Onderwerp: „Een wonderlijke Steen"
Donderdag 23 Maart
's Avonds 8 uur, Deutscher Verein.
Doopsgez. Gem.
Geen dienst
Evangelisatie (Palmstraat).
's Morgens 10 uur, in de Westerkerk,
Bediening H. Doop, door Ds. R. C.
W. J. Hoek. Onderw.„De Loopbaan"
's Avonds geen dienst.
Geen Zondagschool.
Evangelisatie (Geb. Middenstraat 117)
Woensdagavond 8 uur,
Evangelisatie-Samenkomst. Sprekers:
Mej. de Klerk, Ds. Hoek en de heer
de Böck.
Evangelisatiegebouw, Vijzelstraat:
Bijeenkomst 's avonds 8 uur.
Verschillende sprekers.
Oud-Katholieke Kerk (Langestraat 78).
3de Zondag van de Vasten
's Morgens 10 uur, kerkdienst
Past. Th. Moleman.
's Avonds 7 uur, lijdensoverweging
Past. Th. Moleman.
Leger des Hclls.
7 uur v.m„ Bidstond.
10 v.m. Heiligingsdienst
3è n.m., Openlucht - samenkomst
a/h. Plantsoen.
8 Verlossings-samenkomst
Hersteld Apostolische Zending Gemeente
(Oorspronkelijke Stichting door
Wijlen Apostel Schwarts)
Sluisdijkstraat hoek Schagenstraat
's Morgens 10.30 uur, dienst
Kerk van Jezus Christus.
(Van de Heiligen der laatste dagen).'
Jansendwarsstraat 8.
's Morgens 9.30 en 's avonds 5 uur
Samenkomsten.
HUISDUINEN
Ned. Herv. Gemeente.
Geen dienst.
ruw, rood of bescha- y I
digd, worden weer vlug
gaaf en zacht met
Doos 30 en 60 ct. Bij Apoth.en Drogisten.
In liet tweede gedeelte kregen we een
wat uitvoeriger overzicht in photos van
het Schwarzwald met zijn schilderachtige
steden en dorpen, zijn prachtig bergland
schap, zijn typische volksdrachten. We
zagen het geboortehuis van JosefVictor
van Scheffel, bezichtigden Freiburg in
Breisgan, het interessante Badenweiler,
het mondaine Baden-Baden, zagen den
waterval te Schaffhausen, paalwoningen
in het meer van Constanz. enz.
In de pauze deed de heer Maas mede-
deelingen betreffende een tocht, dien de
afdeeling van plan is naar Friesland te
maken. ÏDeze reis zal op Zondag 2 April
plaats hebben en gaat over den afsluit
dijk via Makkum. Workum, Hindeloopen,
Rijs, Oudemirdum, Wijckel, Sloten, Sneek
en Bolsward. Men vertrekt te 8.} uur en
is 's avonds 8 uur weer thuis. De tocht,
inbegrepen lunch in Hindeloopen (Frie-
sche koffietafel met o.a. bediening door
dames in oud-Hindelooper costuum),
koffie, thee en entrée in het Hindelooper
museum, kost per persoon f 4.80 voor
wie met de groote touringcars meegaat.
Men kan natuurlijk ook met eigen auto
meegaan. Wie wil, kan in Sneek dinee-
ren, hetgeen den prijs met f 1.75 verhoogt.
Aanvankelijk was de bedoeling den
tocht te maken ter gelegenheid van de
officieele openstelling van den afsluitdijk.
Daar deze evenwel eerst in het najaar
plaats heeft en om verschillende redenen
uitstel niet wenschelijk was, is als datum
thans 2 April vastgesteld,
i Ten'slotte werd, nadat liet programma
i was afgewerkt, de avond verder dienst-
baar gemaakt aan de propaganda, waartoe
de heer Maas een opwekkend speèchje
I hield. Ook de Nutsspaarbank had zich
niet onbetuigd gelaten en zorgde voor
een paar plaatjes, waarbij werd opgewekt
een reispotje te vormen door sparen,
j En heelemaal aan 't slot was de gele
genheid voor een dansje en verder ge
zellig samenzijn. Hetgeen, gehoord den
ongezelligen noordwester buiten, geens
zins te versmaden was.