Bespaar tijd en geld - Wascht met 'n VELG Uit het leven der Heldersche haringtrekkers. 12 HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 1 APRIL 1933. De reorganisatie bij Marinewerven. de deeldheid van de Nederlanden om het koninklijk gezag althans in de zuidelijke gewesten te herstellen. Tot den opstand lag het zwaartepunt van deze gewesten in de Zuidelijke Nederlanden, doch toen de opstand was uitgebroken, lag de kern hiervan in Holland en Zeeland. Het is de vraag of de prins zich hier van bewust is geweest. Hij heeft lang aan de Nederlandsche eenheid vastgehouden. De Unie van Atrecht en daarna de Unie van Utrecht komen tot stand, de schei ding was voltrokken. De prins heeft eenige maanden gewacht om de Unie van Utrecht te onderteekenen, hij heeft nog steeds gehoopt, dat de hereeniging tot stand zou komen. Na de mislukte pogingen met Anjou voerde men onderhandelingen om den prins de grafelijke waardigheid te ver- leenen. Zoover is het niet gekomen. Op 10 Juli 1584 werd de prins door Baltha- zar Gerards in Delft vermoord. Bij den dood van den prins stonden de zaken allesbehalve gunstig. Er was alle reden om aan de toekomst te wanhopen. Het is echter merkwaardig, dat tijdens alle tegenspoeden de prins nimmer het vertrouwen van het volk en van de Staten heeft verloren. Algemeen was de deel neming met den dood van den prins en overduidelijk bleek, welk een groote plaats hij in de harten van het volk had ver overd. Het „Wilhelmus van Nassauwe". Aan het einde van de herdenkingsrede gaf de professor nog een uitvoerige be schouwing over het „Wilhelmus Op grond van vele feiten meent hij te mogen concludeeren, dat Marnix van St. Alde- gonde de dichter van dit lied is. De melo die hiervan was een bestaande, het was als soldatenlied in Frankrijk reeds be kend. De tijd waarin het Wilhelmus ont stond, kan vrij nauwkeurig worden aan gegeven. Dit is eind 1568, begin 1569. De oudst bekende opteekening van de melodie is van 1574, die van den tekst 1581, de oudste ons bekende uitgave van het Geuzenliedboek. Ook buiten de Ne derlanden was het lied zeer populair. Later werd de tekst veelal gemoderni seerd naar de eischen des tijds, wat hem echter niet beter maakte. Toen was de melodie als prinsenmarsch zeer populair, totdat de politiek er zich mede ging be moeien en de patriotten het lied banden, zonder er iets voor in de plaats te stellen. In den Franschen tijd is het Wilhel mus verdwenen, maar in 1813 herleeft het onmiddellijk, het is het eerste lied dat men hoort spelen en zingen. Het had toen het officieele volkslied kunnen worden, als men niet op het zonderlinge denk beeld was gekomen om een prijsvraag uit te schrijven voor een volkslied. Zoo ontstaat het ,,Wien Neêrlands Bloed van Tollens, voor een volkslied wat al te slap en al te braaf. Maar in de volks kringen en ook bij de militairen bleef het „Wilhelmus" in. eere. De oude wijs en woorden werden voor al bij de inhuldiging van H. M. de Ko ningin in 1898 weer meer naar voren ge bracht en zijn sedert hoe langer hoe meer populair geworden. Het is evenals de „Marseillaise" een echt tijdlied en daardoor een strijdlied Naar wij bij geruchte vernemen bestaan er ten aanzien van de reorganisatie van de Marinewerven alhier en te Hellevoet- sluis de volgende plannen: Met ingang van 1 Juli a.s. zal de werf te Hellevoetsluis moeten zijn opgeheven. Het op die werf op arbeidsovereenkomst werkzaam zijnde personeel, zal in zijn ge heel worden ontslagen, terwijl het perso neel, dat niet vrijwillig voor op wachtgeld stelling in aanmerking wenscht te komen, zal worden overgeplaatst naar de werf te Willemsoord. Aan de werf te Willemsoord zal ten opzichte van de reorganisatie, de richtlijn worden gevolgd, welke is vastgelegd in het rapport van de commissie-van 't Hooft, het welk gebaseerd is op het indiensthouden van het aantal werklieden, dat in 1915 werkzaam was, welk aantal ongeveer 700 a 800 man bedroeg. Uit deze cijfers zou men allicht de ge volgtrekking maken, dat een grooter aan tal werklieden ontslagen zal worden dan inderdaad het geval is, aangezien zeer velen gebruik zullen maken van de gele genheid, om vrijwillig op wachtgeld te wor den gesteld. Momenteel hebben reeds meer dan 100 werklieden op deze wijze den dienst verlaten. Het tempo, waarin de menschen zullen worden ontslagen zal intusschen geheel afhankelijk zijn van de opdrachten die de werf te vervullen krijgt. Het geven van ontslag geschiedt ge heel in overleg met de bijzondere dienst commissies waarin de volgende organisa ties zijn vertegenwoordigd: De vereeni- ging van personeel in Rijksdienst, „On derling Belang", De Algem. Vereeniging van Overheidspersoneel, de R.K. en Christelijke organisaties en ten slotte „De ongeorganiseerd". In dezen laatsten is wel de allernieuwste vorm van „organisatie" in het leven geroepen. EEN NEGENTIGJARIGE. Een samenspraak. „Hallo, Dirk, zoo vroeg op pad?" „Hallo, Bertus, mooi weertje, hè?" „Schitterend, jongen, schitterend, je zou voor je pleizier de straat op gaan!" „Nou, jij doet het toch niet voor je ver driet, zeker?" „Voor m'n verdriet nu juist niet, maar ook niet voor m'n genoegen. Je zou het een zaken-boodschap kunnen noemen!" „Verroest, wat heb jij nou nog voor zaken? Dat leeft me al jaren lang van z'n pensioentje en wat overgespaarde cen tjes. Ik dacht, dat het woord zakendoen uit je boekje was geschrapt!" „Zoo, dacht je dat? Laat ik je dan zeg gen, Bertus, dat ik wel degelyk zaken doe, al ben ik dan niet, zooals jij, gek op een guldentje winst. Dat laat me koud, zie-je, da's goed voor menschen zooals jij?" „Je bent wel vriendelijk!' „Nietwaar?" „Maar ik begrijp er niet veel van". „Hoeft ook niet. Gaat je niet aan. Maar ik wil 't je wel vertellen. Ik ben naar de Nutsspaarbank geweest". „Naar deNuts „Spaarbank, jawel!" „Doe je daar zaken mee?" „Ja, is dat zoo gek?" „Gek, gek? Ik begrijp het niet! Je bent toch geen geldschieter?" „Neen, geldschieter ben ik niet, maar ik ben spaarder!" „Spaarder! Jij op je ouden dag! Ik dacht, dat je genoeg gespaard had!" „Heb ik ook! Maar de Nutsspaarbank doet nog andere dingen dan uitsluitend als spaarder optreden". „Weet ik niets van. Wat zijn dat dan voor dingen?" „Weet je dat niet? Maar man, dat is weinig minder dan een schandaal!" „Dat kan nou wel zijn, maar je krijgt toch geen sigaar van me én kwaad maak je me ook niet!" „Gelijk heb je, Bertus. Maar ik wil je, als belooning vertellen, wat ik daar op den Polderweg deed. Weet je, dat die Nutsspaarbank op het oogenblik al haar 7000ste spaarder ingeschreven heeft?" „De 7000ste? Dat is temet elk huishou den in Den Helder!" „Precies! En weet je, dat het heel ge makkelijk is om daar gelden te brengen j sleutel en zoo af en toe wordt er eens ge- „Niks hoor! 't Was aan 't eind van het kwartaal en taartjes eten was heelemaal niet goed voor de financiën geweest „Je moet me nog eens meer over die Spaarbank vertellen, Dirk!" „Luister maar! Ze hebben tegenwoordig op de scholen spaardoozen, waar de jon gens en meisjes hun zakgeld in kunnen gooien. Dat zijn wat aardige dingen! \oor ie de kind is er een; de meester heeft oen krijgen „Jongen!" „Nou, je begrijpt, dat is erg gemakke lijk, want je hoeft eigenlijk nooit groote bedragen in huis te hebben. Ze betalen bijvoorbeeld belasting voor je, daardoor ben je gevrijwaard voor de soesah om die datums precies te moeten onthouden en zoo „Dat is makkelijk, Dirk. Ik had ver leden jaar heel wat onaangenaamheden met vervolgingskosten en zoo. Toen moest het allemaal ineens betaald worden en dat zinde me niet. Ja, dat was niet zoo prettig!" „Nou, zie-je, daar heb je dan niemen dal meer mee te maken. Dat doet allemaal de bank. En de menschen waardeeren het ook, hoor maar: in 1930 heeft de Nuts spaarbank. een bedrag van 49.000 op deze manier voor haar spaarders aan de belastingen betaald. In 1931 was dit be drag al 82.000. Voor 1932 is het bijna een ton!" „Geweldig, wat een sommen!" en te halen? Je hebt er niets geen poes- keken naar den inhoud. Op 31 December pas bij noodig, je kan 't zoo op je boekje I van het vorige jaar waren er al 531 op de scholen in gebruik, en daar zat bij mekaar in een bedrag van 1600." „Dat is aardig, hoor! En wat doen ze met dat geld?" ,Nou ja, wat doen ze daarmee? Dat 's ook een vraag. De jongens en meisjes kunnen het gebruiken voor een vacantie- uitstapje, het zijn de zakcenten, die zij van vader en moeder elke week krijgen. Ze kunnen ze ook bewaren en er een spaar bankboekje voor nemen." ,,'n Mooie instelling diie Nutsspaarbank!" „O, maar ik ben er nog niet! Ze hebben nu sinds kort weer wat nieuws ingesteld, n.1. een spaarbankboekje voor een jong geborene. Daar wordt dan vanwege de Spaarbank zelf als eerste inleg een gulden voor gegeven". „Wat jammer, dat ik daar niet meer on der val!" „Nou ja, je kan ook niet alles willen! Jii hebt nou je pensioentje en je coupon netjes, er! verder heb je tenminste dit met een jonggeborene gemeen, dat je óók geen ces tegen te houden, en naar onze ning waren de de proeven zeer afm, ee" en overtuigend. Ook werd nog;£fönde menteerd met stukjes celotex trinl een zinken plaat, alle eveneens J!? !n verf bedekt. De steekvlam, diehi«w e werd gericht, had een hitte van rra®? 900°; het was typisch te zien hoe hH a zinken plaat het gesmolten zink weoii terwijl de plaat aan den buitenkant bleef. Wel bladderde natuurlijkhet Ct deelte, dat met de vlam in aanrakP?" kwam. "nrak.ng Er was bij de aanwezige autoriteiten groote belangstelling voor deze proeven ook de directeur van de werf woonde 7 bij. Als men nagaat, dat bij een weriro lfjken brand natuurlijk betrekkelijk snee" dig brandweer aanwezig is, en hier boven* dien alle maatregelen genomen waren om den brand zoo fel mogelijk te maken dan kan men zeker vertrouwen hebben in dit brandwerende middel. DE WERKLOOZEN EN DE TIVOLI-BIOSCOOP. De heer van Twisk deelt ons mede dat de verstrekking van gratis kaartjes vooi zijn bioscoop-theater aan werkloozen thans geëindigd is. In totaal werd door 6000 werkloozen van deze gelegenheid gebruik gemaakt. Merkwaardig was het, dat ver- scheidenen hunner in de meening ver keerden, dat... nu ja, die kaartjes wel gratis werden gegeven, maar dat de heer van Twisk er toch nog wel vanwege de "ja, en dan moet je rekenen, dat toen (langen? de belasting verlaagd is, en ondanks dat I „Neen, ga nou maar door. Dirk. Is er was het bedrag zooveel hooger. Dus dat nog meer tanden meer hebt. Wou je nog meer ver- 8e ee 111 e een 1 ge rest 1 tut ie voor zou ont- beteekent, dat er veel meer spaarders van die gelegenheid gebruik maakten". „Ja, gelijk heb je, Dirk!" „Meer? Ze hebben nou al meer dan 200 van die boekjes uitgegeven. En weet je wat nou het aardige is van dien gulden? udt 1 aai ijv -ijyii aiwjl viv, uy«uipuiin - Die bewaart het dan voor me, betaalt er ^at je op die manier een ^prikkel hebt om de belasting van en ik kan halen al naar ik noodig heb". „Goed systeem, Dirk!" vangen. Deze meening is geheel onjuist het eenige wat aan den exploitant wordt gerestitueerd, zijn de belastinggelden. OPENBARE LEESZAAL EN- BIBLIOTHEEK. Algemeene ledenvergadering. Donderdagavond had in het gebouw „Maar weet je wat ik doe? Ik heb m'n Pie,ma? met worden teruggevraagd vóór pensioentje, zooals je weet! Nou, zie-je,I Jet kind twaalf jaar is. Drie percent rente dat laat ik fijn door de Spaarbank innen. I krijg je van eiken inleg, dus je begrijpt, - -■ dat je op d'ie manier een prikkel hebt om - daar in den loop van die 32 jaar nog eens de.r Keeszaal de jaarlyksche algemeene af en toe wat bij te deen. Als zoo'n jongen ledenvergadering plaats, onder voorzit- sv-iLPfin 1,1.1,meisje dan twaalf jaar is geworden,terschap van dr. G. H. Ketner. In totaal ïet'beTalt m. bent Er komt n„gWn J* J«B a»rdi« "SJe", TS wat bij; als je niet veel contanten in huis dat k^Sryp je. 1 Graaff Deheeren lever mevr «L hebt word je vanzelf wat zuiniger; je' „Dirk, Dirk, wat een pracht-instelling! der Graan. L>e heeren Lever, mevr. Steen Ï2t voor een uitgaaf van twee kwartjes 1>aar moet ik ook naar toe, ik wil direct I "?eyer, Kraak, Slingervoet Ramondt en fnch niet naar den Polderweg en 't is me epn boekje hebben!" j Engelmann hadden bericht gezonden van al gebeurd dat moeder de vrouw toeval- -O'h'k heb je. Bertus! Die 7000 spaar- j verhindering; laatstgenoemde, welke zit- Hg maar 30 cent contant in huis had. zoo-hebben nu samen al 2* milüoen gul-1 w Bestuur dat WA besloten om dan maar oeen taar-dien,op hun boekjes by de Nutsspaarbank der Leeszaal, had tevens bericht, dat hy op den Polderweg staan dat we besloten om dan maar geen taar tjes te eten dien dag. Anders had ik nog naar den Polderweg moeten tippelen". „Dat is toch wel erg lastig, Dirk!" door YVEL DLAWNURG. (Nadruk verboden). HOOFDSTUK XI. De voetbalmatch van Ponenbroekie. Naar aanleiding van mijn vorig artikel, schrijft mij een haringtrekker: Geachte vrind Yvel Dlawnurg, Consul honoris causa van de Blauwe Zeeridders. - Ik had liever, dat we' met de netten .voetbal speulden. Yvel, as je der es wist, hoe beroerd 't is, met de trek hoe zui- dat den stempel draagt van den zwaren nig en slecht en armoedig we 't allemaal strijd waarin, en den zwaren strijd waar- krègeJe schaamt je der voor, dat je onder het is ontstaan. Het is een volks- as jonge knul, met een paar poote an je lied, maar niet minder het lied van den 'tiL bij moeder en vader, die 't zelf ook offersIk voor mij, heb de overtuiging, dat bij ons in Den Helder vele Zuiderzee- slachtoffers zijn, daar, doordien de haring- trek zich gewijzigd heeft, velen nu niets verdienen. Als Nederlander, die zijn land lief heeft, en als Jutter, die gehecht is aan zijn ge boorteplaats, kom ik op voor de Neder landsche Haringtrekkers, die in mijn va derstad wonen. Wellicht zijn er voor het Rijk termen te vinden om deze Nederlanders ook als Zui- derzee-slachtoffers te helpen en als dat de schuit te ijsberen en ruimt een paar garnemanden weg. Garne is de afkorting die de garnevisschers gebruiken garnaal Veel garne gevangen? vraag ik, om een gesprek te beginnen. 't Mocht wel wat heter, zegt de knecht met den Italiaansohen Rinaldo Rinaldini- hceddan gaat-ie voort den boel op te j zich genoodzaakt zag wegens drukke Maar zeg, nou moet je me toch nog werkzaamheden voor die functie te be- eens vertellen: hoe zit het met al dat geld? danken, het echter wel op prijs zou stel- De Spaarbank zal er toch zelf ook wel een U®n iu bet Algemeen B°s»imr 7'o^nir te centje aan verdienen?" blijven houden. „Moet je niet zeggen, Bertus! Natuurlijk 1 Ke Voorzitter coiio.„„v;„iuc in upe- 1 ningswoord, dat blijkbaar de belangstel hebben ze dat geld solied belegd. Maar je weet zelf wel wat soliede effecten voor voor rente geven. Dat houdt met een vijf per cent wel op. En zelf geven ze er drie, dus houden ze twee over. En die mogen ze waarlijk wel hebben voor de allernoodigste onkosten." „Speculeeren doen ze niet?" „Neen, waarvoor zouden ze? Het doel ruimen.en breekt het interview afvan deze spaarbank is uitsluitend het spa- Mag ik aan boord komen, schipper, pen te bevorderen en principieel wil men met de gelden van de spaarders geen risico 00pen. Credieten en voorschotten bijvoor- prins van Oranje, in wien de dichter reeds den echten volksheld, den vader des vaderlands, den geloofsheld ,bij uit nemendheid ziet. Uitvoerig licht de professor elk gedicht toe, hoe de persoon van Willem van Oranje uit de coupletten tot ons spreekt. Het slot is een soort belijdenis: Voor Godt wil ick belijden End Sijnen grooten Macht, Dat ick in geenen tijden Den Coninck heb veracht: Dan dat ick Godt den Heere Den Hoochsten Majesteyt Heb moeten obedieeren In der gherechtichheyt. Dit slot herhaalt en resumeert wat ook reeds vroeger was gezegd, maar de dich ter vindt deze belijdenis van zoo groot gewicht, dat hij zijn lied ermede heeft be sloten. Dat is het prachtige maar ook sterke slot van dit aandoenlijke lied. Hier vooral is het de prins van Oranje, die Gods geboden boven alles stelt en daar om deze alleen wil gehoorzamen. Zoo is de prins geloofsheld en wel de Christe lijke geloofsheld. Het gedicht is protes- tantsch van kleur. Daar staat tegenover, dat er nergens een Katholiek geluid in het Wilhelmus wordt gehoord. Maar toch ook weer, dat nergens het Katholicisme wordt gehoond, nergens zelfs komt er een uitdrukking voor, waaraan een Katho liek zich zou kunnen stooten. Hooft heeft van den prins geschreven, „dat geen vorst onder de Zon oyt vurigher bemindt en hoogher geacht moght worden van zijn onderdanen, dan zijne Doorluchtigheit geweest is van de Hollanders en Zeeuwen ..Zoo was het. zoo blijve het", met deze woorden besloot professor Brugmans zijn rede. Sluiting. De heer Olivier maakte zich gaarne tot tolk van de aanwezigen om den professor hartelijk te danken voor zijn indrukwek kende herdenkingsrede, waardoor de per soon van den grooten Oranjevorst voor ons is gaan leven, alsof wij hem voor ons zagen. Uit zijn leven mogen wij een groote les trekken, dat degeen die een zaak dient, dit moge doen als hij het qe- doan heeft. Met het zingen van het „Wilhelmus" werd de vergadermg besloten. niet breed hebben, de boel zit op te vrete. De heele week hebben we gevischt dag en nacht, nog niet één heele rijks daalder hebben we verdiend't Is om wild te worre.... We hebben een aan vrage om steun ingediend, maar 't is af- gewezeEen rijksdaalder, in de week, verdiend; er zijn menschen met kinderen bij, die krijgen wel steun niet veel, maar wel watmaar wjj niks! Salluut! Tot zoover de brief. Ja, de tijden zijn slecht, niet alleen voor de haringtrekkers, maar voor iedereen. Want, als de haringtrekkers niet ver dienen, gaat het ook den anderen niet voor den wind en worden die ook werke loos. De heele wereld lijkt een groot slag veld. Geslagen en vertrapt liggen de menschen ter neer en ik vraag: „Quo Vadis?'. (Waarheen?) In gedachten zie ik Mosie Ewald en Ponebroekie voor meZeven gulden vijftig hebben ze met hun „zeuvenen" ge deeld De heele week hadden zij ge vischt voor één heele harde rijksdaalder. Met wrok en wrevel in 't hart, vol wan hoop, beschouwen velen de wereld. Zy zitten bii de pakken neer, jeremieeren, klagen, zeggen: Ik schei er uit, al wat je aanpakt, geeft toch niets. Quo Vadis? Waarheen? Naar den kelder! Daar gaat de menschheid heen! Dat is het einde! Neen, dat is niet het einde, mag het einde niet zyn. Doe als Mosie en Pone broekie. Verlies je zelfvertrouwen niet. In Mosie en Ponebroekie leeft nog iets van idealen der jeugd... ondanks alle tegenslagenblijven zij niet bij de pak ken neerzitten.. In hun sportieve geest is geen plaats voor ontmoedigingZij pakken aanZij zijn moedig onder de meest ongunstgen omstandigheden. Zij laten zich niet terugschrikken. Er zjjn onder mjjne vrienden, ik zeg met trotsch, dat deze eenvoudigen myn vrienden zyn, vele dapperen, vele moedi gen. In andere jaren hebben zij met haringtrekken het goud in Den Heider laten rollenIk weet het, er is veel, ontzettend veel noodig... iedereen be leeft een schrikkeljjken tijd. Velen moe ten geholpen, maar toch hebben wjj een verplichting aan de mannen, die van s morgens vroeg tot ver in den nacht op Kapermeuien visschen en één heele rijksdaalder, verdiend i,n de heele week naar huis brengen. De bestuurslichamen in het Rjjk en de gemeente Den Helder, die op het gebied steunverleening werkzaam zijn, breng ik bescheiden het volgende onder het oog: Het Rijk geeft steun aan Zuiderzee-slocht- gebeurt, dan krijgt myn briefschryvende in de Buitenhaven te spartelen.... 't Is wel een gevaarlijk beroep, journa list te zyn, denk ik angstig, maar ik wilde mjj toch niet laten kennen, dies sprong ik in den bodemloozen afgrond en kwam met myn scheenbeen op een stuk ijzer te rechtau! Daar ben ik, schipper, zei ik tegen vriend een antwoord, dat hem bevredigt. HOOFDSTUK XII. De avonturen van de Garnevisscher. De masten, scherp piekend in de blauwe lentelucht, liggen in het vroege morgen- vraag ik. Wel jajik, spring maar, as je de ^ernaar niet breekt.... beeld zonder voldoende overwaarde,, dat is t Gevaar was met denkbeeldig, dat ik we] aardi- als het iemand te doen is om dit zou doen, want het was eb en de schuit een hoogere rente te krijgen, maar het lag laag en diep onder 't havenplankier; j risioo Wordt ook weer zoovee] KPOOter. bovendien lag de neus van de H.D. 185 tej Neen. daar moet de Nutsspaarbank niets zigzaggen als iemand die 1-chtelyk aange-van hebben. Met de Rijkspostspaarbank is schoten is Als ik er naasf sprong, het trouwens precies eender, je zou ce was ik een echt lid van de „Fnssche Mor- twee eigenlijk het best met elkaar kunnen gen dan lag ik om zeven uur s morgens vergelijken. Maar by de postspaarbank gaat liet terughalen van gelden niet zoo vlot". i" "VV X "Vft v 1 T, 1. -TJ. j v".iv n. iiowooii lil 11 t/ClflOlllI uur de botters aan de Buitenhaven tegen Itaiiaansehe Rina.do, myn pijnlyk !>een centen kunnen ze krijgen. BI ij, dat ik v; de houten planken steiger gemeerd. Dewrl'|veT, Heldersche vischsehuitjes.Bijna overal1T1 ben heelemaal de schipper met. zie je de afkorting H.D. op de zeilen, het- ?kben niaar ce dekknecht.de schipper welk aantoont, dat ze in Den Helder thuis-1ls Nramerdrn zit daar hooren. By een enkele is het V.D., M.K.,1Be" niaP °PJeeftyd, m Urker visschers- T.X. of andere dikke, zwarte letters. Dat Sleeding, komt naar my toe. Merrege schipper, „merrege zeg ik, „Dirk, Dirk, wat een praoht-instelling! Zie-je, ik had er al wel eens van gehoord', maar het was eigenlijk zoo'n beetje uit nonchalance achterwege gebleven. Maar ik ga er dadelijk werk van maken, een hoekje moet "k hebben en m'n belasting centen kunnen ze krijgen. Blij, dat ik van die rommel af hen! En ga nou mee naar Klein Kras, dan hou ik je vrij op een potje bier!" EEN INTERESSANTE PROEF. Wij waren Donderdagmiddag uitge- ling voor de Leeszaal in stijgende lijn is. Jaarverslagen. Omtrent de verschillende jaarverslagen hebben wij het voornaamste al in ons blad opgenomen; zij geven geen aanlei ding tot op- of aanmerkingen. De heer Tuk adviseert namens de Financieele Commissie tot goedkeuring van de reke ning, onder dankzegging aan den penning meester voor diens accuraat beheer. Verkiezing alg. bestuur. Aftredend zijn voor dit jaar de heeren P. C. de Boer, ds. P. H. Borgers, secre taris, dr. C. H. Ketner, voorzitter, mevr. van Urk—Zwanenburg. Het Bestuur stelt voor het aantal leden van het Algemeen Bestuur uittebreiden en pastoor Moleman als zoodanig te benoemen. De heer Marinus zou er nog een lid aan willen toevoegen en noemt daartoe den heer van Doorne. Bij schriftelijke stemming worden uit gebracht: op den heer P. C. de Boer 12 st., ds. Borgers 13, dr. Ketner 12, mevrouw van Urk 13, den heer van Doorne 13, den heer Moleman 14 st., alsmede een paar verspreide stemmen. De heer van Doorne, ter vergadering aanwezig, zegt de benoeming te zullen aanvaardenaan den heer Moleman zal een verzoek daartoe worden gericht. Financieele commissie. Over de benoeming van de leden der zyn gasten, die uit Volendam, Marken,1 lo .„j"? - 0 Texel of andere Nederlandsche kustplaat- jachend as een boer, die scheenpyn heeft, j noodigd door de firma J. L. H. Smits Co., Financieele Commissie wordt uitvoerig sen, tijdelijk onze mooie Heldersche haven v5..maa^e e<if ,u 'nine a mauva'ls jeu. te Amsterdam tot bijwoning, op 's Rijks-, van gedachten gewisseld; de penning binnenvallen, om, öf beveiligd te zijn tegen iee'^e" me reuze zeer en werf, van een proefneming met de 011- meester, de heer van Heusden, zet uiteen, stormweer, óf om er te komen markten '10°P\e me heelemaal met tot lachen, maar, brandbare verf Porcella. Porcella is een dat de laatste jaren het werk aan de Lees- en de visch, die zij gevangen hebben, op aaar -16 waardigheid als feiulletonist.grondverf, welke wordt gebruikt bij den'zaal meer en meer in omvang is toege- den Heiderschen vischafslag te laten weiaerscne Courant verplicht bent, I bouw van huizen en schepen, en die zeer nomen, zoodat het wenschelyk is dat de veilen. Verder op, bij de sluis, liggen rus-, °".®.r.1al ömstamugheoen, zelfs de meest hooge temperaturen weerstaat (tot 800 Fin. Cie., haar verificatie niet uitstelt tig eenige groote onderzeeërs. I Plto'Ulke, je humeur te bewaren, laohtte ik a 1000° C.) en zij kan op alle andere verven 1 totdat zij den oproep daarvoor krijgt, maar Overal op het houten plankier struikel en -10#viaal: 1 gebruikt worden. jin den loop van het boekjaar van tydtot je over vervelooze houten vischkaren, met ol ™n«' ivfT' 'p.per: -,e I De hierbedoelde proef was bedoeld om tijd eens eenige steekproeven komtnemen. JieW)en met (je2e het weerstandsvermogen van deze verfTen aanzien van de werkwijze lijkt het te demonstreeren en werd gehouden ten spr. wenschelijk, dat zij zelf de Fin. BfinttP.hnntva urari oonirro n»\ I i* i_a tt„a kleine gaatjes, en over de vele lichtbruine teenen visöhmandjes vol met schubben Het is pas zeven uur in den ochtend: Velen in Nieuwediep liggen nog te maf fen, draaien zich nog eens lekker in hun bed. om, maar op de botters is het reeds verdwijnt in een donker gapend gat i 1aw/-\aw tftionranfir frAt aan "U^i den vischafslag ligt de vol leven. Vlak voor H.D. 22. De schipper van deze schuit moet een heel geloovig, godsdienstig mensch zyn. Met groote letters verkondigt hy zijn reli- gieuse gevoelens, zijn vertrouwen in een zal heel wat beleefd schuit. demyin WknnW!I rteiK !aan«'houwe van eenige autoriteiten en j Cie'. —'een"regeling maakt.* Het'nazien dan om.aag.dan kan je een bakkie deskundigen van 's Rijkswerf. Negen j van een en ander is langzamerhand om- voorwerpen van hout waren daartoe be- vangrijk geworden en kan niet meer in stemd, en het was interessant te zien hoe een enkelen avond gebeuren, men een en ander had ingericht. Kist Tenslotte worden tot leden dezer Com- no. 1 was ongeschilderdkist no. 2 was koffie drinken. De schipper wenkt me, hem te volgen,1 Hoogere Macht. Onder het roer heeft hy bo,tte|' dat toegang tot een onderaardsch hol blijkt te geven. Ik daal drie treden af, mijn nog pijnloos scheenbeen loopt nu ook ernstig gevaar in deze duisternis door een pikhaak getroffen te wordeneen wirwar van klompen verspert den ingang, dan komen we in 't vooronder van den neergeschreven: s Is hier aan boord een schilderachtig huishoudenop den grond in 't half duister staat een petroleumstel, waarop een ketel, daar vlak hy een roestig kachel tje, aan de wanden oliejassen. Oude, roes tige ijzeren platen en haken en netten liggen overal verspreid; een oude wekker, die den zomertijd in zyn hoofd heeft, tikt ny'dig de seconden af. 't Is hier lollig, denk ik, reuzelollig. De schipper gaat op Urker en schip persmanier op den grond zitten. Ik neem vlak tegenover hem plaats. We mosten zijp met ons soepie op het portret en dan in de Heldersche Courant, begin ik, 't lykt wel of we in een onder aardsch gewelf zitten. Ik bin nog nooit op pertret gewezen, zegt de bevelhebber van de H.D. 185, nog nooit nie op pertret gewezen! Wat betee- kent 't, wat he jé deran op een pertret te stane? Innig gelooviq verkondigt de schinner L De schipper trekt beenen nog iets van de H.D. 22 de menschelijke onmacht boogcr op en verschuift de matrozenmuts, en de Grootheid van den Schenner idl« «P zün warrige haren zit geplakt. Hij 'heeft een markante schipperskop. Breed Op een andere botter de H D 185 ziin en fors<,h zit daar in het vooronder; ze oogenschynlyk klaar' met het' werk aan dlon hals £]immen twe ^'ht-e Ronden Een schippersknecht, met een rooden knoop^n- VA^wra;m n®k'en Pen Italiaansdhen roo-(Wordt vervolgd), verhoofdmanhoed op hal hoofd, loopt over voorzien van twee lagen „porcella". Dan kregen we kleiner kistjes, waarvan ook een ongeschilderd en een tweede met de brandwerende verf beschilderd was. Kist 110. 5 was voorzien van 2 lagen porcella en 2 lagen olieverf; kist no. 6 alleen van 2 lagen olieverf, kist no. 7 voor de helft ongeschilderd, voor de andere helft voor zien van 2 lagen porcella. Dan waren er nog twee houten trapjes, waarvan een wit was gebleven, het andere met de verf bedekt was. Heel dit zaakje werd vervolgens in brand gestoken; de noodige krullen en petroleum werd er voor gebruikt, zoodat het een vlam was van je welste. Nu was het aardig te zien, hoe veel beter alles, wat bedekt was met deze porcella, bestand was tegen het vuur. De vlam speelde er wel tegen aan, maar moest steeds weer wijken. En als de brandhaard eenmaal weggenomen was, dan waren eventueele vlammen, waar ze met porcella in aan raking waren gekomen, zeer spoedig ge doofd. De aardigste proef was nog die met kistje no. 7, dat voor de helft onge schilderd en voor de helft met porcella bedekt was: de beschilderde helft bleef geheel intact, terwijl de onbeschilderde allang tot asch was vergaan. Bij de kist, die eerst bedekt was met twee lagen' olieverf, werd de olieverf weggebrand, terwijl overigens de kist intact bleef. De kist, die alleen met olieverf was beschil derd, lag eveneens allang in elkaar. De bedoeling der verf is niet alge missie benoemd de heeren Boon, Klerk en Marinus, tot plaatsvervangende leden de heeren Koning, Slingervoet Ramondt en van de Poll. Rondvraag. De heer Pe t e r s vraagt inlichtingen omtrent het nieuwe gebouw. De Voor zitter zet den gang van zaken uiteen. Een schry ven is gericht aan het gemeente bestuur betreffende de mogelijkheid van een leening. Tot nu toebedoeld schrijven is reeds in Juli 1932 aan het gemeente bestuur gezonden is daarop nog geen antwoord gekomen naar aanleiding thans van een hernieuwd schrijven heeft de heer van der Vaart mondeling mede gedeeld, dat de zaak tot dusver nog niet in de vergadering van B. en W. was be sproken thans wordt er evenwel aan gewerkt, zoodat wij misschien een volgend jaar meer kunnen zeggen. De heer Tuk bespreekt de mogelijk heid om meer bekendheid aan de Lees zaal te geven er zijn nog verschillend» menschen, die niet goed binnen durven komen. Spr. zou een boekententoonstel- linkje willen organiseeren om meerder bekendheid aan de Leeszaal te geven. Vorige jaren heeft sp. lijsten uitgezet, waarop verschillende personen zich bereid verklaarden iets voor de leeszaal te doen. De directrice wijst er op, dat de leeszaal tegenwoordig des avonds steeds vol is en er eigenlijk plaats te kort is. Deze zaak zal aan de prudentie van het heele onbrandbaarheid te garandeeren, Dageiyk7Ch"Be"stuür worden" overgelaten, maar wel om zeer geruimen tydhetpro- De heer van Doorne brengt ter

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 12