S. I. lUKIISil i li. Vreemde kapers op de kust. NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Buitenlandsch overzicht. Wenscht gij vrede??? No. 7257. EERSTE BLAD DINSDAG 4 APRIL 1933 61ste JAARGANG ADVERTENTIËN: De één-dag boycot tegen de Joden in Duitschland. - Een rede van Goebbels over de eenheid van het Duit- sche Rijk. Witte tanden: Chlorodont Rusland door de oogen van een EngeSschen communist gezien. in 50 dessins, kleur-echt, - wasch-echt, per el. Ontslag van rijkspersoneel grond van revolutionaire gezindheid. op MAAGPILLEN voor Bejaarden FEUILLETON COURANT Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.50; voor Koegias, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65;binnen- land 2.— Nederl. Oost- en West-Indië per zeepost f 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4ct.;fr.p.p.6ct. Zondagsblad resp. f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.—. Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, fl.50, fl.70. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr. Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. 20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction. tekst! dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) van 1 t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meer 10 ct. bij vooruitbetaling (adres Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct. De boycot tegen de Duitsche Joden is Zaterdagmorgen om precies tien uur be gonnen, met het gelukkige vooruitzicht dat hij voorloopig niet langer dan één dag zou duren. Men kan zich slechts verheugen over* de hierdoor geopende kans, dat de rege ling van het jodenvraagstuk in Duitsch land, hetwelk natuurlijk onverkort blijft bestaan, op waardiger wijze, als thans in de bedoeling scheen te liggen, zal wor den ondernomen, zoo schrijft het Han delsblad. Alles»wat ei' toe kan bijdragen, dat de zoo hoogst ernstige quaestie zich in zulk een, meer het algemeene rechtsgevoel be vredigende, richting kan gaan bewegen, moet thans worden gedaan door hen, die zich werkelijk de vrienden gevoelen van de Joden in Duitschland. Allerwege moge men daarom den wensch ter harte nemen van den opperrabijn te Berlijn, Back, om zich nu verder rustig te houden. „Wij, joden, hier, verklaart hij in een Interview, koesteren de eerlijke hoop, dat wij in alle rust kunnen komen tot vor ming van onze verhouding tot de nieuwe heerschers in Duitschland. Wij zijn er vast van overtuigd, dat wij bij rustige onderhandelingen en besprekingen tot een bevredigend resultaat zullen kunnen komen". Nu wij dit schrijven (Maandagmiddag) is nog niet bekend of Woensdagmorgen de boycot weer zal worden hervat. Wij mogen verwachten van niet en de hoop mag gekoesterd worden dat het buiten land daar ook door geen enkele oorzaak aanleiding toe zal geven. Natuurlijk zal Hitier zichzelf ook nog wel eens bezinnen, alvorens met deze zoo betreurenswaardige en afkeurenswaar dige actie voort te gaan. De protesten uit het buitenland hebben hem niet onver schillig kunnen laten, omdat hij straks qp het buitenland is aangewezen en het dus wensclielijk voor hem is te zorgen voor een goede verstandhouding. Êen conservatief Lagerhuislid, majoor Loeker-Lampson, heeft Zaterdag het vol gende telegram aan Hitier gezonden: „Als parlementslid en oud-officier, die altijd Duitschlands aanspraken op mili taire gelijkheid en territoriale herzienin gen gesteund heeft, en sinds jaren een ernstig bewonderaar van u is, neem ik de vrijheid uw aandacht te vestigen op het feit, dat het besluit uitzonderingsmaat regelen toe te passen op de Duitsche Joden een hoogst nadeeligen invloed heeft gehad op de welwillendheid jegens Duitschland, die bezig was sterker te worden en haar hoogtepunt bereikte toen gij aan de macht kwaamt. „Wij hoopten Duitschland onder uw leiding versterkt te zien. Deze actie tegen de Joden maakt het werk van mij en andere vrienden van Duitschland vrij wel onmogelijk". De boycot is over het geheel zeer rus tig verloopen. Alleen in Kiel heeft een bloedig incident plaats gehad, dat men elders vermeld vindt. Ook andere bizon- derheden zijn daar opgenomen. Goebbels over de eenheid van het Duitsche Rijk. Ter herdenking van den geboortedag van Bismarck hadden de nationale jeugdvereenigingen Zaterdag avond bij de Bismarck aan de Miig- gelsee bij Berlijn een feestavond georga niseerd, die met een Toespraak van mi nister Goebbels werd „opgeluisterd". Wij nemen er een en ander uit over, omdat liet toch wel interessant is om met de uitingen van de „groote mannen" van de Nationaal socialistische beweging op de hoogte te blijven. „Kameraden", zeide Goebbels, „is het niet een heerlijk schouwspel, dat de jeugd van Berlin, die immers rood was en rood zou blijven, hier vereenigd is om aan Bismarks naam en werken hulde te bren gen? Veertien jaar van vernedering lig gen achter ons, jaren waarin de geeste lijke anarchie belichaamd in marxisme en communisme regeerde, en waarin Bis- mark's werk te gronde scheen te moeten gaan. Reeds in 1848 stond deze man van bloed en ijzer in de Domkerk te Frank fort om het rijk te helpen smeden, het geen hem op de slagvelden van 1864, '66 en '71 gelukt is. Welk een tijd van geluk brak na de Spiegelzaal van Versailles aan, maar helaas,-Bismarks erfgenamen waren zijn werk onwaardig, want of schoon het skelet van het rijk bleef be staan begon de scheiding alras door te werken tusschen burgerij en proletariaat. Zóó sterk was zijn geest toch nog ge weest dat Duitschland 4 jaar een wereld van vijanden van zich af wist te houden, maar daarna kwam de innerlijke ver brokkeling en tweestrijd des te heftiger op den voorgrond en daarmee bet inner lijk verval. Naar Duitschlands historische taak werd niet meer gevraagd, alleen nog naar partijbelangen en groepsvorming, maai de jeugd heeft de gedachte aan de een heid van het Rijk niet uit het hart ver loren, en nu zijt gij, mijn jonge kamera den, getuigen van de opleving van het oude ideaal. Wij treden weer in de voet stappen van den ouden ijzeren kanselier en meester! Bismarck gaf het rijk zijn vorm, wij gaven het volk een nieuw een heidsideaal en aan de jeugd het verlan gen om in den Staat in te groeien, hem te bezitten en hem nooit meer aan andere handen uit te leveren. zienlijke tariefsverlaging op de Neder- landsche spoorwegen kwam juist van pas om deze pro-Hollandsche propaganda met behulp van de kapitalen der druk kers een bijzonderen nadruk te geven DE BRAND IN DEN RIJKSDAG. Drie Bulgaren gearresteerd. Naar de rechter van instructie te Ber lijn meedeelt, zjjn op 9 Maart drie Bul garen: Demitirof, Taneff en Popoff ge arresteerd. Zij worden verdacht aan communistische woelingen te hebben deel genomen en ook met v. d. Lubbe, die den brand in den Rijksdag heeft gesticht, in contact te hebben gestaan. Oekrajine en Noord-Kaukasië zijn oorden der diepste trooste loosheid van verwaarloosde ak kers en van een verhongerende bevolking. Een bijzondere correspondent van den Manchester Guardian in Rusland heeft aan dit blad een reeks brieven geschre ven over hetgeen hij op reis in dat land heeft waargenomen. Hij heeft zijn waar nemingen neergeschreven zonder op smuk en zonder warmte en in een drogen verteltrant. De schrijver is niet openbaar bekend maar er is alle reden aan te nemen, dat men te doen heeft met een communist, die met eigen oogen de sehoone triomfen van zijn denkbeelden bevestigd wilde zien in het land, waar ze tot het uiterste in practijk werden gebracht. Hij is klaar blijkelijk ten diepste ontgoocheld en ge griefd teruggekeerd. Hier was een man, die er op een of andere wijze in was ge slaagd de vrijheid te krijgen op zijn eentje rond te kijken. Hij is deze winter in Oekrajina en in Noord-Kaukasië ge weest. En zijn getuigenis is dat deze vroe gere korenschuren van Europa oorden der diepste troosteloosheid, van verwaar loosde akkers en van een verhongerende bevolking zijn geworden. De graaninza- meling voor export heeft er met zooveel grondigheid en meedoogenloosheid plaats gehad, dat de boer zelf zonder voedsel is. Duizenden boeren zijn verbannen. De bevolking van gansehe dorpen is naar het Noorden van het land gezonden om er blik van deze menschen, als soldaten op een rij gezet, was grotesk; armzalige boe ren, half verhongerd in lompen en klee- ren, met verschrikte gezichten, in de hou ding. Als dat Koelaken waren, aldus de schrijver, dan hadden zij de kunst van exploitatie van hun medemenscten al heel slecht verstaan. De toestand van hen die achterblijven is niet beter. Zij bleven onder de terreur van honger en van de G. P. Oe. De schrij ver begaf zich op een avond onder de menigte op straat. Men liep lusteloos op en neer. Wanneer een politieagent vond dat de menschen te zeer samenschoolden, blies hij op een fluit en stoof men uit een om zoo spoedig mogelijk weer de vertroosting van de kndde te hervinden. Sommige menschen hielden stukjes voed sel in de handen, onbeduidende resten, die een huismoeder pleegt weg te gooien of aan de poes geeft. Men inspecteerde eikaars beetjes en een bedekte ruilhandel er in had plaats. Overal waar de schrijver kwam in Oekrajina en Noord-Kaukasië, vond hij dezelfde toestanden. De eenige gedachte, welke er de menschen bezig hield was hoe genoeg voedsel, genoeg brood bijeen te schrapen om in het leven te blijven, van dag tot dag. „Brood" bestond niet zelden uit onkruid, stroo en wat gierst, j Oneetbaar, zou men zeggen. Bij de toe- J standen, waaronder de bevolking in die streken leeft, is het een zeldzame lek kernij. De correspondent wordt bitter bij de gedachte aan de verhalen van lichtgeloo- vige reizigers, die onder geleide eenige Dat is het beeld van de oude graan- 1 schuren van Europa, zooals het gewor den is onder het vijfjaarsplan. Een op zijn wijze even afgrijselijk beeld moet opdoe men voor de ontredderde oogen van deze boeren in Zuid-Rusland, wanneer zij den noordelijken hemel afkijken, waar Mos kou ergens moet liggen. Er kan niet veel klaarheid zijn in hun hersenen, slechts een dof bewustzijn. Maar zij moeten be seffen, dat daar in Moskou de tyrannie zetelt, die de ellende heeft geschapen. Mis schien hebben de boeren van Oekrajina nooit gehoord van de dictatuur van het proletariaat. Hadden zij er van gehoord, da nzouden zjj haar niet herkennen. Dat was de eerste leuze, voordat de nieuwe macht er was. Zoodra zij er was, was er geen proletarische dictatuur meer. Het werd de dictatuur van de communistische partij; en toen die van de G. P. Oe; en toen die van Stalin. DE TWEEDE KAMER OVER DE STEUNREGELINGEN VOOR 1933. Garantie voor de kippen- en Verkrijgbaar bij: ENGELSCHE RECLAMEWEEK VOOR REIZEN IN NEDERLAND. De correspondent van de Nw. Rott- Crt. te Londen schrijft: Wanneer men op het oogenblik door de Haymarket- wandelt, dan zal men zijn marcheeren onder gewapend escorte. De oog door het reehtsche venster van het akkers liggen verwaarloosd en staan vol reisbureau der firma Miiller en _Co. aan-onkruid. Vee is nergens te bespeuren en genaam getroffen voelen. Daar is name- paarden zijn uiterst schaarsch. Alleen de lijk een reclameuitstalling ingericht, met soidaten en de mannen van de politieke gras en boerderijen en koeien, en een po]itie worden goed gevoed en zien er dwangarbeid te verrichten in de bosschen deel en van Rusland hebben bezocht. Hoe van timmerhout, waar bij decreet van Stalin de productie moet worden verdrie voudigd en waar zelfs de communistische opzichters zelf van zonsopgang tot zons ondergang in het zweet huns aanschijns en in nijpende ontbering boomen moeten zagen en vervoeren. Wanneer het ver trouwde kader van Stalins mannen zoo moet zwoegen, dan moet men zich afvra gen wat er nog menschelijks overblijft in den arbeid der onderworpenen. Zelfs 1111, schrijft de correspondent van den M. G. is het nog een alledaagsch gezicht groe pen mannen en vrouwen, die als Koe laken worden beschreven, te zien weg kijkkast met Vlissingen, en vooral door verrukkelijke ruikers van narcissen, hyacinten en tulpen. De heer Van Noest, leider van het bureau, vertelde mij, dat dit slechts de uiteraard bloemrijkste eta lage was van alle, die deze week over heel Engeland tot propaganda van reizen in Nederland ingericht zijn. Over heel naar uit. De rest van de bevolking en lijdt klaarblijkelijk honger verkeert in een staat van ontzet ting. De schrijver zag in het station van Engeland zeg ik, want niet alleen te Lon- Rostof een troep zoogenaamde koelaken den adverteeren de etallages van alle staan, gereed voor transport. Hij be- reisbureaux een week lang, van 27 Maartschrijft het tooneel aldus, tot 3 April, de geneugten van het reizen j Op het perron stonden boeren 111 nn - in ons land, in de andere steden is het-,taire formatie, bewaakt door vijf soldaten i i- TT,» movirmil OTÏ VlOU" met uw man, geeft hem onze sokken an. JAAP SNOR (hij breit ze zelf BEST). Ie klas reparatie- Kouten en Sokken^ook de allerfijnste) Zuidstraat 19. zelfde het geval. Laten wij hopen, dat het met geweren. Er waren "'amum en (Let op den gelen winkel). j doel treft. De aankondiging van de aan- wen, met bundels 111 de handen. De aan komt het, vraagt hij, dat zooveel opval lende en fundamenteele feiten doqi' voor schrander en ernstig doorgaande reizi gers over het hoofd worden gezien? Een van die feiten noemt hij. Slechts onge-! veer 5 pet. der bevolking van gansch I Rusland komt in zijn stoffelijk welvaarts peil nabij dat van de werkloozen met den minsten steun in Engeland. Voor de ver-1 gelijking heeft hij gekozen de cijfers van Fenner Brockway in diens boek Hungry England, die waarlijk niet aan den gun- stigen kant zijn. Dit is alles verschrikkelijk. Verschrik kelijker is, dat de schrijver geen uitkomst ziet voor deze hongerlijdende millioenen, die de slachtoffers zijn geworden van de collectivistische bedrijven. „Het ergste van den klassenstrijd is, dat er nooit een einde aan komt. Eerst werden de indivi- dueele klassen vernietigd; daarna groe pen boeren, thans heele dorpen". Eerst vernietigde de klassenstrijd de aristocratie, toen de bourgeoisie, toen den kleinen boer; en nu moeten de boeren arbeiders er aan gelooven". Verder blijkt uit de brieven, dat het winterzaad slecht is gezaaid. Maar zelfs al was het goed gezaaid, dan kon toch slechts een miserabele oogst worden ver wacht, omdat het land overgroeid is met onkruid, dat de hoogte van volgroeid koren heeft bereikt. Het schaarsehe vee, dat er nog was. was snel aan het vermin deren. Het werd opgegeten of het stierf van honger. eendenhoudcrij. Aan het verslag over het wetsontwerp,1 houdende wijziging garantieregeling 1933 ten behoeve van de kippen- en een denhoudcrij wordt het volgende ontleend:1 Hoewel algemeen instemming werd betuigd met dit wetsontwerp, werd de vraag gesteld, of het plan der regeering nog wel uitvoerbaar is, nu Duitschland inmiddels het invoerrecht op eieren zoo 1 sterk heeft verhoogd. Men meende, dat zonder export de kippenhouderij niet in stand gehouden kan worden, terwijl in- i perking van den pluimveestapel moeilijk is, daar een kleine pluimveestapel voor de kippenhouders geen bestaan kan op leveren. Gaarne zou men een uitvoeriger toe- lichting ontvangen omtrent de plannen der regeering met betrekking tot de eendenhoudcrij. De bloemkweekers- Aan het verslag over het wetsontwerp betreffende credietverleening ten behoe ve van bloemkweekers in Aalsmeer en Haarlemmermeer wordt het voigfnde ont leend: Bij dit laatste van de acht snel achter een door de regeering ingediende wets ontwerpen worden de volgende, ten deele reeds bij de voorgaande wetsontwerpen besproken, algemeene vragen gesteld: 1. Op welke wijze denkt de regeering de aangevraagde bedragen, in totaal meer dan 20 millioen, te dekken? Is de regee ring voornemens en acht zij het mogelijk op de tot nu toe gevolgde wijze met steunverleening door te gaan of over weegt zij andere middelen, die aan het bedrijfsleven in het algemeen steun kun nen bieden? 2. Is het wel doelmatig de gemeente mede te laten dragen in de risicos der steunverleening, wanneer het gemeenten betreft, die reeds grootendeels met rijks hulp op de been worden gehouden? 3. Is het wel juist voornamelijk de zwakste ondernemingen te steunen in bedrijven, die noodzakelijkerwijze haar productie zullen moeten inperken? 4. Acht de regeering het niet noodig in het algemeen de steunregelingen zoo in te richten, dat de noodige verschuiving in de bedrijfsverhoudingen kan plaats hebben en «wordt daarmede ook steeds voldoende rekening gehouden? Wat dit wetsontwerp in het bijzonder betreft, werd de vraag gesteld waarom de Let op naam op den zelfkant Vraagt onze Stalen-collectie credietverleening wordt beperkt tot de gemeenten Aalsmeer en Haarlemmermeer Men meende dat ook de bloemkweekers uit andere gemeenten voor crediet in aan merking komen, speciaal zij, die van an dere plaatsen uit op de Aalsmeersche veilingen aanvoeren, hetgeen o.m. met de kweekers van anjers het geval is- Vergadering van het moderne A.C.O.P. Het moderne comité ter behartiging van de algemeene belangen van overheids personeel (A.C.O.P.) is Vrijdag te Am sterdam in vergadering bijeen geweest- Uitvoerige besprekingen werden ge voerd over het in de Rijks Centrale Com missie voor Georganiseera Overleg be handelde regeeringsvoorstei tot invoe ging in het Algemeen Rijksambtenaren reglement van een nieuw artikel, hetwelk, naar de regeering meent, de mogelijkheid zou openen 0111 aan rijksambtenaren eer vol ontslag te verleenen op grond van revolutionnaire gezindheid en wegens het zijn Inderdaad het meest Ideale middel ter bevorde ring vaD een normalen stoelgang Gemakkelijk in te nemen, aangename smaak, verwekken geen krampen. 0.65 per flacon. Naar het Engelsch door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden.) 4) Terwijl hij naar boven snelde, zocht hq een paar golfschoenen uit; zij hadden het voordeel van zoowel sterk als geluid dempend te zijn. Vervolgens liet hij een geladen pistool in zijn zak glijden- Toen nam hij zijn fiets uit het gereedschap- penschuurtje en reed weg 0111 de fiets van juffrouw Sheila te halen, die nog goed scheen te rijden. Bij de plaats van het ongeluk stond hij even stil. Het ijzerdraad en de pen moesten in veilig heid gebracht worden. Hij rolde het ijzerdraad op en stopte het met den ijzeren staaf in de heg, die den tuin van den weg scheidde. Het meisje stond bij de voordeur op hem te wachten. De maan, die recht op de voorzijde van het huis scheen, maakte yan haar een stralende verschijning, om lijst door het duister van de gang. Ze had de shawl weer omgeslagen en de einden op den rug samengeknoopt. Zij rende hem letterlijk tegemoet en scheen zich, voor zoover hij zien kon, zonder moeite te bewegen. Juffrouw Smithers zal de deur op slot doen, als wij weg zijn, legde zij uit, en heeft beloofd op uw kamer te blijven zitten totdat u terugkomt. Het zal u niet veel tijd kosten, twaalf minuten of een kwartier hoogstens. Zullen we naast elkaar rijden? Neen, zij hij, rijdt u voor. Ik zal een paar meter achter u rijden. Dan zal ik veel vrijer zijn 0111 handelend op te tre den voor het geval u iets in den weg mocht worden gelegd- Kijk onder geen voorwaarden om. Zie goed uit naar even- tueele hindernissen, ofschoon ik niet ge loof, dat die er zijn, waar de politie is voorgegaan- Wanneer ik u zeg om hard door te fietsen, doe het dan alstublieft. Bekommer u niet 0111 mij. Ik kan voor mezelf zorgdragen en voor u erbij, hoop ik. Neem me niet kwalijk, dat ik een heel stel orders moet geven, maar zooiets be hoort tot mijn vak. Is u klaar? In orde! Daar gaan we! Het was een buitengewoon stille nacht. Een lichte bries uit het Zuid-oosten be woog ternauwernood de blaren van de boomen, die langs den weg stonden. Zoo kwam het, dat zij duidelijk het geluid van een motor hoorden, die zich langs den hoofdweg in Noordelijke richting van „The Homestead" verwijderde. Het meisje ging langzamer rijden. Zij waren toen vlak bij de poort. Wat heeft dat te beteekenen? zei -ze. Dat is de motor, die naar het dorp ging. antwoordde hij beslist. Natuurlijk zijn het slechts veronderstellingen, maar ik vermoedt dat men u vermist heeft en dat de heer Juan Garcia indien ik den naam van uw broer goed onthouden heb, in de richting van Woolcraft tuft. aan gezien hij nu weet, dat u niet in het dorp is. Hij nioet in letterlijken zin de politie in de hoofdstraat tegen het lijf geloopen zijn, en zij hebben hem waarschijnlijk verzekerd, dat u daar niet langs geko men is- Arme Juan, zuchtte zij. Hij han delt altijd op den eersten aandrang en heeft het zoo dikwijls bij het verkeerde eind- Eenigszins tot Royson's verwondering was de groote, witte poort van het land goed gesloten. Het meisje, dat iets voor uitgereden was,stapte af. Hij reed 0111 haar heen en toen hij scherp 0111 zich heen tuurde, zag hij aan den kant van den weg iets in het gras glanzen, waar een bundel maanlicht door de olmen viel. Hij hield stil en was op het punt 0111 te onderzoeken, wat het was, toen een ruwe stem van achter de poort kwam: Halt wie daar? Het meisje schrok zoo, dat zij struikel de en bijna viel, maar Royson antwoord de snel: Goed volk! Is dat juffrouw Macdonald? vroeg de stem. J-ja, stotterde Sheila. En wie is daar bij u, juffrouw? Philip Royson, die in het huis van juffrouw Smithers woont op den kustweg, antwoordde Royson. Een electrische lantaarn scheen tus- sohen de tralies van het hekwerk door en de omtrek yan een grooten politieagent werd vaag zichtbaar. Hij opende de poort. Hoe komt het, dat we u niet op den weg tegen gekomen zijn, juffrouw? vroeg bij beleefd. Omdat ik een buiteling maakte voor het huis van meneer Royson, antwoordde zij dadelijk. Gelukkig hoorde hjj rajj, ik was bewusteloos, en ik houd het er voor. dat u en de dokter met mijn broer voorbij gekomen zijn, terwijl ik weer op mijn ver haal probeerde te komen. Is er iets met mjjn vader? Wel juffrouw, ik zou het u niet pre cies kunnen zeggen. Het is daar een heele herrie in het huis. De chef stuurde me hierheen om de poort te bewaken, en dat is zoowat alles wat ik weet. Natuurlijk heb ik meneer Royson vaak in het dorp gezien, en dat maakt het nn wel wat ge makkelijker. U gaat zeker door naar het huis? Ja graag. U heeft er toch niets tegen met mij mee te gaan, meneer Royson? O, neen, heelemaal niet, zeide hij. De kapitein had gedurende het korte ge sprek tusschen Sheila en den politieagent zijn fiets een eind achteruit gereden, en een zilveren cigarettenkoker, die op het gras lag, naar zijn zak doen verhuizen. Waarschijnlijk zie ik je over een paar minuten weer, zei hij tegen den agent. Ik hoop, dat je me niet zult aan houden wegens rijden zonder licht. Ik voel er op het oogenblik niets voor, dat iedereen kan zien waar we zijn. O, dat is in orde, mijnheer. Niet. dat er aan dezen kant eenig gevaar dreigt. De bende, die het huis binnengedrongen is, schijnt zoowel gekomen als gegaan te zijn langs den weg naar Woolcroft. Een onjuiste bewering, dacht Royson; maar hij zei niets en zijn gezellin even min, ofschoon zij zeker gehoord had, wat de agent beweerde. De twee reden zwij gend verder, terwijl Royson de voor de hand liggende gevolgtrekking maakte, dat juffrouw Sheila Macdonald 0111 rede nen, die zij zelf het best kende, geen kri tiek wenschte uit te oefenen ©p het feit, dat haar stiefbroeder het niet gewenscht 1 geacht had aan de politie mede te deelen, 1 dat op hem geschoten was door of dat hij zelf geschoten had op de inzittenden! van een auto die ongetwijfeld in de buurt van de poort gestaan had gedurende den aanval op het huis. Hoe het zij, hier waren zij bij „The Homestead", een comfortabele uitziende viila, met de vooyzijde naar het Westen gelegen. De oprijlaan ging langs een stuk boomgaard, moestuinen en kassen aan de Zuidzijde, en kwam dan met een bocht op het stalplein. Een kort pad tusschen dichte boschjes laurier en rhododendron voerde naar de voorzijde van het huis. Een breede zijweg liep om een gladgeschoren grasveld, in het midden waarvan drie fraaie ceders stonden. Er brandde licht in verscheidene be nedenkamers. De binnenste deur van een glazen portiek was vernield. De chef van de politie was gezeten aan een klein tafeltje, dat in het midden van de ruime hall geplaatst was. Bij hem stonden een man, die de tuin man bleek te zijn, en twee dienstmeisjes met bleeke gezichten. Hjj was bezig aan- teekeningen te maken. Een automatisch pistool lag op de tafel. De tuinman was de eerste, die zjjn jon ge meesteres achter de vernielde deur zag staan. Daar heb je juffrouw Sheila! riep hjj opgewonden! Vlugge handen verwijderden een «ware eiken bank, die tegen het versplinterde houtwerk was geplaatst. Taylor, zei Sheila met trillende stem. is de baron gewond? Neen, juffrouw, luidde het antwoord. Tenminste, ik geloof van niet. Me neer was erg van streek, toen we de tou wen losmaakten, waarmee hij gebonden was, maar hij is al gauw weer opgeknapt. Is u meneer Juan niet tegen gekomen? Neen, waar is mijn vader? In de bibliotheek, juffrouw, met dok ter Ensley. Met een blik, waarmee ze zich scheen te verontschuldigen, maar zonder een woord van dank of groet, spoedde ze zich naar een kamer aan de rechterhand. De politie-chef keek Royson achterdochtig aan, maar plotseling klaarde zijn ver weerd gezicht op. Is u niet kapitein Royson, meneer?, vroeg hij, die in „Zeezicht" woont? Die ben ik. U hebt mij dikwijls in het dorp gezien, chef. Maar ik wou u een oogenblik apart spreken. Zoudt u even mee naar buiten willen komen? De man aarzelde. Als u iets te zeg gen hebt, dat op deze zaak betrekking heeftbegon hjj. Natuurlijk, heb ik dat, verklaarde Royson. Ik ben van meening, dat u terstond handelend moet optreden, en ik zal u zeggen waarom. De chef ging met Royson mee naar buiten en daarop vertelde deze zoo kort mogelijk, wat hjj gehoord en gezien had, en drong er op aan, dat er terstond maat regelen zouden genomen worden om de schurken in handen te krijgen. Vreemd genoeg was de politie-chef weinig onder den indruk en luisterde met lijdelijk ge duld. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1933 | | pagina 1