S. H. KINMffi ft Zn.
pÜROt
TOBRALCO
NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA
Buitenla ndsch overzicht.
Wij breien!!!
J Doorzitten
299 EERSTE BLAD
DINSDAG 11 JULI 1933
61ste JAARGANG
De economische wereldconferentie. - Het concordaat
tusschen den Heiligen Stoel en Duitschland gepara
feerd. - De politieke ontwikkeling in Duitschland.
Wordt lid van"
omdat het Vreemdelingen
verkeer is Landsbelang,
Streekbelang, Stadsbelang en
UW BELANG
De aardbeving in Zuid-Sumatra.
De financieele moeilijkheden van
Zaandam.
in 50 dessins,
kleur-eeht, - wasch-echt,
Stukloopen
Zonnebrand/^
FEU ILLETON
„Omdat jij mijn geluk bent".
10)
COURANT
Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant f 1.60; voor
Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringen en Texel f 1.65; binnen
land f 2.-, Nederl. Oost- en West-lndië per zeepost f 2.10, idem per
mail en overige landen f 3.20. Losse nos. 4ct.;fr.p.p.6ct. Zondagsblad
resp. 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.—. Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f 1.50, f 1.70.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag.
Redacteur: P. C. DE BOER.
Uitgave N.V. Drukkerij v/h C. DE BOER Jr.
Bureau: Koningstraat 78 Telefoon: 50 en 412
Post-Girorekening No. 16066.
ADVERTENTIEN:
20 ct. per regel (galjard). Ingez. meded. (kolombreedte als redaction.
tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur)
van«l t/m. 3 regels 40 ct., elke regel meei 10 ct. bij vooruitbetaling (adres
Bureau v. d. blad en met br. onder no. 10 ct. p. adv. extra) Bewijsno. 4 ct.
De Londensche tragedie noemt de
N. R. Crt. de economische wereldconferen
tie. Niet met den toestand in de wereld
alleen heeft zij te worstelen zegt het
blad maar ook met haar inwendige ge
steldheid.
De houding van Roosevelt moge voor
haar een hoogst hinderlijke verrassing
zijn geweest, de gevolgen er van hadden
niet zoo allesbeheerschend hoeven te zijn
als de conferentie niet zoo hol ware ge
weest wat voorstellen en denkbeelden be
treft. Engeland heeft feitelijk de confe
rentie bijeengeroepen, al heet het dan ook
sen conferentie van den Volkenbond.
"Van het werk van den Volkenbond
behalve dan in het puur technisch
organisatorische merkt men niet veel;
MacDonald beschouwt de conferentie als
siin aangelegenheid, en zijn ministers
staan hem daarbij terzijde. Toen zij het
aandurfden op dergelijke wijze de leiding
te nemen, hadden zij toch moeten weten de
conferentie iets te kunnen aanbieden, zoo
als b.v. de Amerikanen dat wisten, toen zij
ln 1921 de vlootconferentie van Washing
ton bijeenriepen.
Zij hadden zelf een initiatief kunnen
nemen ten opzichte van een vermindering
van rechten en handelsbelemmeringen.
Maar zij verschenen voor de conferentie
met leege handen en belast met de over
eenkomsten van Ottawa.
De Engelschen hebben het der confe
rentie bespaard haar Ottawa als een daad
van verdienste voor de bevordering van
het handelsverkeer tusschen de landen
voor te houden, zooals zü het vroeger wel
eens der wereld hebben gedaan. Nu was
het Bennett, den Canadees, voorbehouden
zich op het voorbeeld van Ottawa te be
roemen. Maar de 9traf volgde onmiddellijk
op de daad. „De wereld", zoo kreeg hij bits
te hooren, „kon onmogelijk een navolgens
waardig voorbeeld zien in Ottawa, daar
men spoedig daarop alle dominions van
den gouden standaard had zien losraken.
Als dit dan het resultaat er van was ge
weest. konden de mogendheden, die het
goud niet wenschten te verlaten, Ottawa
bezwaarlijk als een navolgenswaardig
voorbeeld beschouwen." Daarmede was
Ottawa uit de discussie.
De beraadslagingen zonder opbouwende
denkbeelden waren niet bestand tegen de
destructieve denkbeelden van Roosevelt.
Toen deze opdoken, vormden zij onmid
dellijk het middelpunt van de conferentie.
Waar was eenig stelsel, dat men Roose
velt als alternatief had kunnen voorhou
den, opdat hii zien zou waarvoor hü sta
biliseerde? Roosevelt kon met zooveel
eigendunk spreken, omdat hü een stelsel
aanbood, zij het ook een kettersch stelsel,
terwijl verder heinde en ver niets van
orthodoxen noch van heterorthodoxen
aard waar te nemen viel.
Had ooit een conferentie voorbereiding
noodig gehad, dan was het deze; nooit ech
ter heeft het een conferentie erger aan
voorbereiding ontbroken. Zoo kon Roose
velt, kersversch tot zijn indexdollar be
keerd, dezen zoo rauw op een nuchtere
maag laten vallen.
De gevolgen zijp allerakeligst, zoo be
sluit het blad.
Het concordaat tusschen den Heiligen
Stoel en Duitschland is Zaterdagavond om
zes uur te Rome ge teekend door kardinaal
wollen kleeding, ook badpakken, kousen en
sokken (ook de allerfijnste) JAAP SNOR, Zuidstraat
19 (Let op den gelen winkel).
Pacelli en von Papen, den vice-kanselier.
Voor de eigenlijke onderteekening zal von
Papen die Rome meteen verlaten heeft,
daar over eenigen tijd terugkeeren.
Von Papen heeft te Rome een mededee-
ling gedaan, waarin hü de overtuiging uit
spreekt, dat het concordaat nuttig zal zijn
voor de gewichtige zendting der kerk en
tevens op krachtige wiize den innerlijken
1 vrede van het Duitsche volk en van den
I wordenden Duitsohen staat zal bevor
deren.
In verband met het tot stand komen van
het concordaat heeft de riikskanselier een
beschikking getroffen, waarin hii zegt, dat
door het concordaat tusschen den Heili
gen Stoel en Duitschland hem voldoende
j waarborg lijkt gegeven, dat de rjjksonder-
danen van katholiek geloof zich van nu af
zonder voorbehoud in dienst van den nieu
wen nationaal-socialistischen staat zullen
i stellen. Daarom gelast de rijkskanselier,
:1e. dat de ontbinding van katholieke orga-
I nisaties, dlie door het concordaat zijn er
kend en welker ontbinding zonder lastge-
1 ving van de regeering heeft plaats gehad,
j onmiddellijk moet worden ongedaan ge-
1 maakt;
2e. dat alle dwangmaatregelen, tegen
leiders dezer organisaties getroffen, onge
daan gemaakt moeten worden en dat her
haling daarvan in de toekomst zal worden
gestraft.
De tusschen het Duitsche rijk en de
katholieke kerk gesloten overeenkomst zal
ook in het land het herstel van den vrede
dienen, waaraan iedereen behoefte heeft.
De politieke ontwikkeling van Duitsch
land. Een wel zeer opmerkelijke en voor
de politieke ontwikkeling in Duitschland
leerzame uiting is die van generaal Lu-
dendiorff, den vroegeren mede-samen
zweerder van Hitier uit de Münchensehe
dagen schrijft het „Hbl." die thans
in zün „Volkswarte" waarschuwt tegen, de
gevaren, welke moeten voortvloeien uit
een te ver drijven van de extremistische
actie. De oud-legeraanvoerder geeft daar-
bii op niet onduidelijke wijze te verstaan,
dat z. i. de gang van zaken, zooals die
thans valt waar te nemen, niet de juiste
kan zijn, en slechts kan leiden tot een
schijneenheid, onder den druk van de
bruine terreur.
Het is niet voor het eerst, dat van on-
vervalscht vaderlandslievende zijde derge
lijke waarschuwingen komen om de hoog
niet te sterk te spannen. En men mag wel
aannemen, dat Hitier zelf niet blind is
voor de gevaren, die hier dreigen, en dat
hii, evenals hii dat poogt te doen op bui-
tenlandsch politiek gebied, ook op binnen-
landsclr terrein zooveel mogelijk naar ge
matigdheid streeft. Ziin rede tot de rijks
stadhouders, waarin hii wijst op het ver
keerde van nu maar „als gekken" aan het
afbraken te blijven en daarentegen opbou
wend werk aanbeveelt, daar met „theorie
en constructies" de werkloosheid niet is te
bestrijden en er begrip moet zijn voor de
waarheid, dat „het economisch leven een
levend organisme is, waar men niet met
ruwe hand, kan ingrijpen", toont aan, dat
de Leider den tijd gekomen acht, om paal
en perk te stellen aan het vernietigende
revolutionaire werk en den weg der evo
lutie in te slaan. Maar de groote vraag
blijft of hü ook de macht heeft om zijn
meer gematigde inzichten door de fanatici
onder de zijnen te doen overnemen en of
hij niet langzamerhand de gevangene
wordt van hen, die slechts met uitersten
tevreden zijn.
Uit de woorden van LudendOrff is op
te maken, dat hij de overmacht dier extre
misten vreest.
Het blad schrijft dan verder:
Wanneer in het land zelf van zulk een
zijde een dergelijk geluid wordt vernomen,
dan wordt de bezorgdheid, welke men bui
ten de Duitsche grenzen in toenemende
mate gaat gevoelen over hetgeen de Duit
sche nationalistische revolutie in de toe
komst nog kan brengen, des te begrijpe
lijker. En evenzoo het daaruit voortvloeien
de streven, om den defensieven ring ron
dom dien gevarenhaard steeds hechter en
dichter te maken, teneinde op alle moge
lijke gebeurtenissen voorbereid te zijn en
een forceeren van den toestand te voor
komen.
HET YIERMOGENDHEDENVERDRAG
Binnenkort de onderteekening?
In politieke kringen te Parijs deed Vrij
dag het gerucht de ronde, dat Daladier
aan het einde van deze maand naar Rome
zal gaan om het viermogendhedenpact te
onderteekenen.
De 24ste Juli wordt de datum der
onderteekening genoemd. De Italiaan-
sche ambassadeur zou in zijn laatste on
derhoud met den premier de officieele
uitnoodiging der Italiaansche regeering
hebben overhandigd. Een bevestiging van
deze geruchten is tot dusverre nog niet
verkregen.
GROOTE OPENBARE WERKEN
IN MAROKKO.
De Fransche regeering is voornemens
een bedrag van meer dan 700 millioen
francs beschikbaar te stellen voor het uit
voeren van openbare werken in Marokko.
Van dit bedrag dat bü decreet is toege
staan zal 217 millioen besteed worden tot
het verbeteren van de havens van Casa-
blanca, Rabat en Mehedya, 169 millioen
voor de spoorwegen, 139 millioen voor
hydraulische werken en het resteerende
bedrag zal besteed worden yoor het aan
leggen van wegen.
De snelle ontwikkeling van Marokko is
voor een groot deel toe te schrijven aan
maarschalk Lyautey, die er jarenlang resi
dent-generaal is geweest en een groot ver
trouwen had in de ontwikkeling van het
land.
Zijn vertrouwen is niet verkeerd ge
weest, daar Marokko steeds grootere ha
vens, betere wegen en een uitgebreid
spoorwegnet noodig heeft.
VOORTGAANDE UITSLUITING VAN
JOODSCHE ADVOCATEN.
De Joodsche perscommissie schrijft:
Den 30sten Juni j.1. ontvingen alle „Ari
sche" advocaten van het district Dussel-
dorp de volgende circulaire:
„Het plan bestaat, nauwkeurig vast te
stellen, welke personen zich ook thans nog
door de Joodsche advocaten laten verte
genwoordigen. Om dit onderzoek mogelijk
te maken, moet iedere niet-Joodsche advo
caat iedere maand precies vaststellen, in
welke, door hem gevoerde procedures we
der Joodsche advocaten als tegenpartij
zijn opgetreden. Dit onderzoek zal zich niet
uitsluitend uitstrekken tot zaken van zui
ver processueel karakter, doch eveneens
tot zaken van arbitrage en tot executies.
Met de verzameling van het materiaal heb
ik den advocaat dr. Sardemann W.-Elber-
feld, Alsenstr. 9, belast,
Ik verzoek u derhalve dezen heer voor-
het eerst op den 8sten Juli en vervolgens
iedere maand tot en met den 5den van de
volgende maand in bovenbedoelden zin uw
mededeelingen toe te zendien. Deze mede-
deelingen moeten bevatten:
1. Omschrijving van de zaak, waarin de
Joodsche advocaat optreedt.
2. Naam, beroep en adres van de partij,
welke door den Joodschen advocaat wordt
vertegenwoordigd.
3. Den naam van den Joodschen advo
caat.
4. Het tijdstip, waarop de Joodsche ad
vocaat zich als vertegenwoordiger heeft
aangemeld.
Ik vestig uw aandacht erop, dat de uit
voering van dit voorschrift voor alle leden
van den Bond van nationaal-socialistische
Duitsche juristen een plicht is. Dit geldt
ook voor de collega's, die leden zijn van
den Bond van nationaal-socialistische Duit
sche juristen door hun lidmaatschap van
de Duitsche vereeniging van advocaten.
(w.g.) Schoer,
Districtsleider van den Bond
van nationaal-socialistische
Duitsche juristen, district
Dusseldorp.
ARBEIDSDIENSTPLICHT IN
ENGELAND?
Volgens de Daily Herald, zou de Engel-
sche regeering momenteel bezig zün met
de uitwerking voor plannen voor een soort
arbeidsdienstplicht; die op 1 Juli a.s. in
werking zou moeten treden. Het plan zal
opgenomen worden in de nieuwe wet op
de werkloosheidsverzekering, die in het
najaar in het Lagerhuis zal worden behan
deld. Zü zou o.a. inhouden den arbeids
plicht voor alle lichamelijk geschikte ar
beiders, die van de gewone steunregeling
z.g. rijn uitgetrokken. Het werk zou waar
schijnlijk w-orden verricht in arbeidskam
pen, waar de arbeiders zooveel mogelijk
overeenkomstig hun beroep te werk zullen
worden gesteld en verdere beroepsoplei
ding zullen krijgen. Soortgelijke werk
kampen bestaan reeds op enkele plaatsen
in Engeland' in kleineren omvang en onder
particuliere leiding.
ARISCHE GENEESHEEREN.
Naar Woiff meldt, zullen in het vervolg
slechts Arische geneesheeren ook bij de
particuliere ziekenverzekering kunnen
worden aangesteld.
TAGLISCHE RUNDSCHAU
VERBODEN.
De „Tagliche Run/dsehau" is voor drie
maanden verboden.
wikkeling staken zij gunstig af bij de Hol-
landsche matrozen. Uit het ver-schil van
milieu, waaruit zü afkomstig zijn, wordt
verklaard, dat de Hollandsche matrozen
beter vertrouwd zijn met het practisch
werk, enz. De Indische jongens zijn echter
meer militair, 40 procent hunner werd
scherpschutter.
De commandant van de „Jaoob van
Heemskerek" te Willemsoord acht de re
sultaten zoodanig, dat deze zich niet ver
zetten tegen verdere recruteering van
lichtmatrozen in Ned.-Indië, indien de
strenge selectie blüft toegepast.
(Aneta).
AUTOBUS IN RAVIJN GESTORT.
5 dooden, 10 gewonden.
Padan. Uit Moeara Laboeh wordt ge
meld, dat een autobus in een zeven meter
diep ravijn is gestort. Viif inheemschen
werden gedood en 10 gewond. (Aneta).
De schade in de Lampongs.
De totale schade, in de Lampongs, aan
gericht door de aardbeving, wordt ge
taxeerd op 100.000. 1164 huizen zijn ver
nield of beschadigd.
INDO-EUROPEANEN BIJ DE MARINE
Batavia. Het departement der- marine
zond aan het bestuur van het Indo-Ghi-
neesch Verbond een rapport omtrent een
tiental in Ned.-Indiië aangeworven licht
matrozen, die in 1932 in Nederland hun
opleiding voltooiden. De Indische jongens
pasten zich spoedig aan de veranderde om
standigheden aan. Qua verstandelijke ont-
Neg een bezuiniging van 25
mille mogelijk geacht.
Men meldt aan de Nw. Rott. Crt.:
Zaterdagmorgen heeft in de vergade
ring van B. en W. het vraagstuk van de
financieele moeilykheden, waarin de ge
meente is komen te verkeeren door de
weigering van den gemeenteraad om de
begrooting voor- 1933 overeenkomstig de
wenschen der regeering en van Ged. Sta
ten in te richten, weder een punt van be
spreking uitgemaakt.
De directe aanleiding daartoe was het
onderhoud, dat het college Woensdag j.1.
met Ged. Staten heeft gehad en waartój
B. en W. hebben toegezegd de raadgevin
gen van Ged. Staten die tot oplossing
van het conflict zouden kunnen leiden, te
overwegen.
Omtrent de besluiten van B. en W. zün
aan de pers geen mededeelingen gedaan.
Het besluit van den gemeenteraad, geen
gevolg te geven aan de wenschen van de
regeering en van Ged. Staten ten aanzien
van de inrichting der begrooting voor
1933, maakt het weder openen van onder
handelingen met deze colleges zeer moei-
hjk.
Toch zal het tot intrekking van dat be
sluit moeten komen, omdat de gemeente
zich niet zoo heel lang meer zal kunnen
redden.
Wel zy'n tot nu toe de betalingen ge
woon doorgegaan en is de gemeente nog
geen enkele maal in gebreke gebleven
ook de coupons worden nog uitbetaald,
maar aan het geld komt in deze omstan
digheden toch eenmaal een einde.
Nader wordt omtrent de vergadering
van B. en W. medegedeeld, dat het col
lege een bezuiniging van nog 25.000
nrogelük acht. Met 3—2 stemmen (die van
de burgerly'ke wethouders) werd besloten
hiervan aan Ged. Staten mededeeling te
doen, met het verzoek by de regeering
pogingen aan te wenden, dat deze met
deze meerdere versobering genoegen zou
nemen.
Zooals eerder w-erd medegedeeld, eisclrt
de regeering echter thans 100.000.be
zuiniging.
RIJWIELBELASTINGMERKEN.
Met ingang van 24 Juli a.s. zullen op
de kantoren der posterijen verkrijgbaar
zyn de rijwielbelastingmerken voor- het
belastingjaar 1933/34 (1 Augustus 1933
t/m. 31 Juli 1934).
per el.
Verkrijgbaar bij:
Let op naam op den zelfkant
Vraagt onze Stalen-collectie
De aandacht van belanghebbenden
wordt er op gevestigd, dat het geval zich
kan voordoen dat op een postkantoor en
in het Wjzonder op een hulppostkantoor
tijdelijk geen belastingnrerken voorhan
den zün. Het verdient daarom aanbeve
ling het koopen van een merk niet uit te
stellen tot het tijdstip, waarop men het
moet gebruiken.
Voorts wordt er met nadruk op gewe
zen, dat de controle op het gebruiken van
geldige belastingnrerken reeds dadelijk
na den aanvang van het nieuwe belas
tingjaar zal worden ingesteld.
Verder wordt nog onder de aandacht
van belanghebbenden gebracht, dat, zij
het dan voorloopig alleen te Amsterdam,
de gelegenheid is geopend, bij de aan
schaffing van rüwielbelastingnrerker
tevens een houder te koopen, welke een
grooten waarborg biedt tegen diefstal. Bij
aankoop van een houder wordt een ge-
bruiksaanwüzing verstrekt,
HET VERBOND VOOR NATIONAAL
HERSTEL.
De statuten vastgesteld.
Gemeld w-ordt:
In de Zaterdagmiddag gehouden ver
gadering van den Centralen Raad met de
afgevaardigden van de afdeelingen van
het Verbond voor Nationaal Herstel wor
den de statuten van het Verbond een
stemmig en met waardeering voor den
verrichten arbeid definitief vastgesteld,
nadat de eere-voorzitter, generaal Sny-
der, een openingswoord had gesproken.
Doos 30 en 60, Tube 80 ct.
Bij Apoth. en Drogisten.
Een Heldersche roman
door
WILLIARIS.
Daar opeens barstte de Kluif los. Zoo
vroolyk als hü dien middag nog geweest
was, zoo woest was hij nu op van Iel.
„Jy smerige rus", viel hij uit; „jy hout
je er buiten, begrepen!
Anders zal ik je kop beuken tot
die eruit ziet als een slagerswinkel op
Zaterdagavond. Zooiets te durven zeggen
tegen een fatsoenlijke vrouw
Hoe langer hoe meer wond hy zich op.
„Als je nog een woord tegen haai zegt,
trap ik'je in 't hospitaal, dan ga je niet
met verlof, ben je nou heelemaaj...
Nu kwam Hans Berg ertusscnen, die
van Tel een wenk gaf dat hy zich moest
verwijderen, wat hij maar al te giaag
deed
„Kom nou, Kluif, wind je niet zoo op
jongen. Laat die vent maar loopen
Gewillig liet hy zich op de bank neer
drukken en Hans, die voorzichtig Initis
op haar rug klopte, bood haar wat te
drinken.
„Kom juffrouw," troostte hy. nu ben
,1e zoolang flink geweest, Iaat_ je nu door
alen vent niet van de wys brengen
hoor.
Zyn kalmeerende stem bracht haar
weer wat tot bedaren.
„Kijk eens juf," ging hy' voort, „ik heb
hier drie witte hemden voor je. In het
buitenland strijken ze lang zoo mooi niet
als jjj hoor!"
De Kluif, wiens woede al weer wat ge
zakt was, mengde zich weer in het ge
sprek.
„Nu moet je eens opletten juf, dan zal
ik eens even het waschgoed voor je op
halen, voordat de jongens naar den trein
gaan."
Schel floot hy op zy'n vingers en brul
de: „Hier jongens; voordat je weggaat,
eerst je waschgoed inleveren. Denk er
om, hét is voor een goed doel. Als je bij
je mamniy vandaan komt, krijg je meteen
'weer schoone barang in je kast. Kom
aan vrienden, 't is voor een goed doel,
hoe meer hoe liever!"
Onder dergelijke aanmoedigingen haal
de hy stapels waschgoed op, waar hy
zelf by'na onder bezweek.
Trmis begon al een beetje angstig 'te
kjjken en te piekeren, hoe zij dat allemaal
thuis zou krygen. Maar de Kluif stelde
haar gerust.
„Ky'k eens juf, ik moet vanavond den
laatsten trein naar het Haagie hebben, die
gaat om half acht geloof ik, dus heb ik
nog ruim den tijd.
„Als jij nu mijn koffertje meeneemt
•ïaar je huis dan kom ik je straks met het
waschgoed wel achterna. Vind je dat
goed? Ik weet je huis wel te vinden
hoor!"
Zij vond het natuurlijk uitstekend.
Met een dankbaar lachje nam zy het
kleine koffertje op en ging naar huls,
blü dat ze nu weer werk had en dan nog
wel zooveel! Zü zou die 10 dagen hard
moeten aanpakken om alles klaar te heb
ben, als de jongens weer terug kwamen.
Toen ze weer thuiskwam, vond ze haar
zuster nog by het kind, dat onrustig
scheen te slapen. Zy vertelde het voorge
vallene, omdat haar zuster vreemd op
keek, toen ze met een koffertje aankw:am.
„Dan ga ik maar weer Truus, straks
komt myn man thuis en de kinderen kun
nen niet zoo lang zonder me. Daag!!"
Truus boog zich over haar dochterje,
dat onrustig in haar bedje woelde en dat,
nu ontwaakt, haar moeder met groote
oogen aankeek.
Zij nam het kind in haar armen en het
was als voelde zij het verslappen.
De onrust verdween, het kind werd zoo
stil en met bijna ernstige oogen keek ze
naar haar moeder. Met haar handje streel
de zo haar moeders wang, onderwül
zachte kinderlijke geluidjes makend.
Truus werd steeds ongeruster. Het kind
was heslist zwaar ziek, daaraan twy'felde
ze geen oogen blik meer.
Kwam er nu maar iemand, aan wien ze
kon vragen even naar den dokter te wil
len gaan.
Nadat Truus van boord was gegaarr,
pakte de Kluif vlug den bak in.
Hjj had nog wat suiker, koffie en brood
over. „Als dit hier tien dagen blüft
staan", dacht hy, „beschimmelt het maar
en weggooien is zonde. Ik geloof, dat
Truus het wel zal kunnen gebruiken.
Dan is het tenminste goed besteed. Ik
zal daar toch eens poolshoogte nemen
hoor en als het zoo erg is als ik vermoed,
zal ik haar nüjn hulp aanbieden.
Wil ze niet, dan kan ik het ook niet
helpen.".
Hjj maakte een pakje van het overge
schoten rantsoen en begon het wasch
goed op te laden op het kleine handwa
gentje, dat voor den valreep stond.
Het was gelukkig niet ver naar de
Zaagmolenstraat, waar Truus woonde en
welgemoed een deuntje fluitend begaf hy
zich op weg.
Toen hü voor haar deur stil hield, be
gon hü dadeljjk zün vracht af te laden.
„Zoo, daar zyn we nu," riep hy vroolük.
„En waar moet het wezen, hier achter?
Wil ik het maar tegelijk in het water
zetten, juf?"
Maar toen hy haar zag zitten met het
kind op haar schoot, en zoo angstig ky-
kend, schrok hü wel een weinig.
„Wat is er aan 't handje juf; is de
kleine zoo ziek? Mag ik eens küken?"
Hjj boog zich naar het kind, dat hem
met groote glanzende oogen aanstaarde
en h;j legde een paar vingers tegen haar
halsje.
Hü schrikte geweldig, het kind had
hooge koorts. Zijn best doende om zich
niet te verraden, zei hy zoo gewoon mo-
gelü'k:
„Ze heeft een beetje koorts, lk zal even
een dokter gaan halen, ik ben dadelijk
weer terug.
De dokter kwam en bevond dat ze ta
melijk hooge koorts had en de Kluif, die
zachtjes vroeg of hü den thermometer
mocht zien, zag dat het 40.8 was.
Om Truus wat gerust te maken, sprak
de dokter zoo geruststellend mogelyk.
Hy zei, dat er dien nacht by gewaakt
moest worden en dat ze geen oogenblik
zonder toezicht mocht blijven.
„Als je denkt dat de koorts hooger
wordt, kom me dan onmiddellijk roepen.
Morgenochtend kom ik weer küken, dan
zal het ergste wel voorbü zy'n."
Truus zat verslagen, nauwelyks in staat
zich te bewegen.
De Kluif, die begreep dat het zoo niet
kon blijven, deed em poging om haar
wat af te leiden.
Het waschgoed, dat inderhaast was
neergegooid opzijleggend, haalde hij het
pak te voorschijn.
„Heb je nog koffie in huis, juf?"
Op haar ontkennend hoofdschudden
zei hij opgew:ekt: „Wel, dan behoef je
de eerste week niet te koopen, hoor. En
hier heb ik nog wat boter, een zakje
suiker, en een paar versche kuchjes, zoo
van de bakkerij. Alles zou toch bedorven
zyn in die tien dagen, dus dacht ik dat
het veel beter zou zyn als ik het maar
meenam. Het is zonde als alles aan boord
blijft staan en bederft."
Zoo sprekend zette hij alles op tafel.
En nu moet je me eens vertellen waar
ik den waterketel kan vinden, dan zal ik
eens een fijn hakje koffie zetten.
Tnplaats van aan boord zal ik dan hier
ook eens zeuntje spelen."
Zij liet hem begaan, spreken kon ze
niet. Zij knikte slechts, angstvallig de
tranen verbergend, die in haar oogen
stonden. Nu begreep ze nog veel minder
de menschen, die op zoo iemand laag
neerküken, alleen 0111 het feit, dat hü een
blauwen kraag draagt. Zü kende hem als
vroolük en bijna altijd zingend, maar hoe
zachtjes, ja byna geruischloos bewoog hy
zich nu, om het slapende kind niet te
wekken. En hoe sloofde hü zich uit voor
haar, die toch büna een vreemde voor
hem was. Zelfs haar eigen broer, die
ouderling was, zou haar niet zoo helpen.
En hü deed alles, als was het vanzelf
sprekend. Zij had hulp noodig en hy gaf
haar die, het was heel eenvoudig.
Maar hoevelen zonden zich met uit-
vluchtjes ervan hebben afgemaakt?
De Kluif had een hart van goud en dat
toonde hij nu op zün best.
De koffie was gezet en de Kluif kwam
eens by haar kijken. Het kind sliep.
Voorzichtig stond hy op en legde het
vast slapende kind in haar bedje, het
warm toestoppend.
Toen ze een pooesje bij elkaar hadden
gezeten schoot het haar plotsling te bin
nen, dat hü gezegd had met den laatsten
trein mee te moeten.
„Zeg Kluif, hoe laat is het al? Ik heb
geen klok meer, hoor, maar denk 0111 je
tüd, anders verloop je den trein nog."
ITii keek op zijn horloge.
„Vijf minuten over half acht", zei hij
leukweg. Maar ik zou toch niet gegaan
zijn, hoor, want er moet bij het kind ge
waakt worden, heeft de dokter immers
gezegd?
(Wordt vervolgd).