LOTISICO
IVol mUtl
tjocw ute fimf
DERDE BLAD
HELDERSCHE COURANT VAN ZATERDAG 4 NOVEMBER 1933.
De berechting van de zaak tegen de
muiters van Hr. S¥Ss. „Zeven Provinciën"
Hst stakellicht van de „Dorus Rijkers" en het
flaplichtje van de Barkas.
Valsche munterij.
Het gebeurde te Schoonhoven.
Een Utrechtsch advocaat
gearresteerd.
10
9
9
Gebeurtenissen in Carricatuur.
De marine heeft Donderdagavond eenige
uren in groote spanning gezeten. Dien
middag om half 2 was de marine-motor
sloep M 2 uit de haven van Nieuwediep
naar Texel vertrokken. Aan boord van
deze motorsloep was de commandant der
marine, vice-admiraal C. J. E. Brutel de
la Rivière. die met den officier van admi-
stratie der 2e kl. v. Houten, naar Oude-
schild moest. Het weer was slecht; er
stond een stevige Zuid-Westen wind en
de zee was zeer ruw.
Om vier uur vertrok de admiraal weer
van Texel en toetP= de motorsloep vlak
voor de haven van Nieuwediep was,
sloeg, door onverklaarbare oorzaak, de
motor af. Alle pogingen om den motor
weer op gang te krijgen, waren tever-
geefsch. Door den sterken vloedstroom
werd het lichte scheepje gegrepen en
dreef in de richting van den Zuidwal. Er
werd een anker uitgegooide doch dat
bleek niet te houden en zoo verkeerde
men al spoedig in een gevaarlijke positie,
daar men met tamelijke snelheid naar de
ondiepten dreef en men geen sterke lich
ten had om naar den wal de hachelijke
positie te seinen en hulp te vragen.
Toen echter de duisternis ingevallen
was en de motorsloep nog niet in de
haven was teruggekeerd, begon men zich
in Den Helder ongerust te maken. Door
marine-autoriteiten werd Oudeschild en
De Cocksdorp opgebeld en toen men daar
vernam, dat de sloep om vier uur vertrok
ken was. nam de ongerustheid niet weinig
toe. Om 6.25 uur vertrok de reddingboot
„Dorus Rijkers" met schipper C. Bot en
zijn mannen uit de haven, op zoek naar
de verdwenen sloep, met de hoogste
marine-autoriteit aan boord. Om 6.35 uur
volgde de sleepboot „Drente" van de Mij.
Wijsmüller. gevolgd door Hr. Ms. „Vul-
canus" en de torpedoboot Z 5.
Op de directie zag men met spanning
naar eenig bericht uit. Op het haven
kantoor stond men in geregelde verbin
ding met den vuurtoren, die weer in
draadlooze verbinding stond met de
„Dorus Rijkers". Eindelijk, om kwart
voor acht, kwam het bericht op het Ha
venkantoor en bij den loodscommissaris,
dat de „Dorus Rijkers" de sloep had op
gepikt en er mee naar de haven stoomde.
Tien minuten daarna kwam de mede-
deeling. dat aan boord alles wel was en
om kwart over acht kwam de redding
boot binnen met de M 2 op sleeptouw.
De „Dorus Rijkers" had de sloep op
den Zuidwal opgepikt en was juist bij
tijds gekomen, omdat hier slechts, bij dit
zeer hooge tij. twee meter water stond en
bij vallend water de sloep groote kans
had gehad om te slaan. Het was voor de
reddingboot zelfs niet zonder gevaar om
de plaats, waar de M 2 lag, te bereiken,
doch Coen Bot en zijn mannen zijn niet
spoedig bevreesd en wilden in geen geval,
zoo vlak bij het voorwerp van hun red
ding. de zaak in den steek laten.
In goede conditie, alleen door en door
nat, kwam de admiraal aan den wal en
begaf zich onmiddellijk naar het directie
gebouw. Behalve de admiraal en de hier
boven genoemde officier van administra
tie, waren nog aan boord van de sloep
een bootsman, een kwartiermeester, een
korporaal-machinist en twee matrozen.
Allen waren blij met den goeden afloop
van dit onaangename avontuur.
De bemanning van de „Dorus Rijkers"
bestond uit: C. Bot, Eelman. mach.-drijver,
Oostendorp, W. de Boer, K. Bijl, Kl. Bijl,
Piet Bot, leerling.
In het restaurant van de „Emma".
De admiraal hij de kettingbak. De
laatste drcge lucifer. Uit liet log
boek van Koen Bot.
Onze bijzondere medewerker schrijft
ons;
Korporaal-machinist Rutte is bezig zijn
leeg voorraad magazijn aan te vullen....
met rooie kool, aardappelen en varkens-
vleesch.... Korporaal-machinist Rutte
eet namelijk
't Is een reuze gezellige pan, de omge
ving, waar korporaal Rutte zit.... Als
alle restaurants 't zoo druk hadden, als het
groote restaurant aan boord van 't Wacht
schip, dan was er geen vuiltje aan de
lucht, dan behoefde Horecaf niet te kla
gen. Rikketikkend slaan de vorken tegen
de geëmailleerde borden, waarop, hoog op
getast. het eten ligt, eten, dat verdwijnt
naar de hongerige, leege voorraadschuur
van de bemanning.
't Is echt een wonder, dat Rutte nog
hier zit te eten. Want het heeft gisteren
avond een haartje gescheeld, of Magere
Zeehein had hem opgesoupeerd..., toen
ie op de barkas, waarmee de admiraal was
uitgevaren, dienst deed.
Juist wilde de Heldersche Courant-
feuilletonist Rutte interviewen, toen de ma
joor op 'n langgerekt fluitje blies en met
een stentorstem tegen alle eters riep: „Al
degene, die bij de landingsdivisie ingedeeld
zijn. moeten zorrege, dat ze om één uur
gewapend op baksgewijs staan. Het tenue
is behoorlijk werkpak, behoorlijke jekker
en behoorlijk hoofddeksel...."
(Majoor af).
Morrie! zeg ik tegen Rutte. Je bent
er best afgekomme met die barkas en u
eet als een dijker.
't Was goje op die barkas, d'r was
niks loos! *t Is jovel dienen op een barkas,
daar krèg je melk in je koffie en dat krèg
je op een groot schip niet. Maar 't was
een dubbeltje op z'n kant, vervolgt Rutte
ernstig. Op zoon moment, dan denk je er
niet aan. dat je ieder oogenblik naar den
keloer kan draaien. As je daaraan gaat
denken, als je dan gaat lamenteeren. dan
ben je direct weg. dan kan je wel op dak
gaan zitte. We zijn geen beebies bü de
marine. Nee hoor. We zatte 'm niks te
knijpen, man.
De admiraal zeif bleef ook doodkalm.
Op zoo'n oogenblik dan pak je an. De een
voelde zich niks meer dan de ander. Je
had moeten zien hce ce admiraal met ons
meesjouwde, bij den kettingbak. Echt ka
meraadschappelijk! Je vecht niet voor je
eigen, maar voor allen. Eén voor allen,
allen voor één, dat was 't mooie gister
avond zie je, en 't was hardstikke donker,
en die gekke halve gare motor die ver
tikte het.
Ga jij nou maar es werken op dié dob
berende van honk geslagen schuit....
kruip jij maar es bij de machine! Man, het
eene oogenblik stond ik op me kop, het
andere lag ik op mijn buik en stootte ik
me knar....
Plotseling wordt Rutte onderbroken in
zijn verhaal door een langgerekt hoorn
geschal. Een c'oodsche stilte valt onder de
mannen.
Het sein voor stilte om te bidden,
zegt Rutte, sst!
Ik zwijg. Zie, hoe matrozen deemoedig
het hoofd buigendan weer hoornge
schal Er breekt een heidensch lawaai
los. Alles staat op, borden kletteren op
elkaar en sigaretten worden gerold.
Wie heb er een beetje sjek voor me,
zegt Rutte.... Rotweer was 't.. ik snap
't nog niet van den motor, die hebbe kure
net as jonge meide. Bootsman Hessels,
die zit hiernaast te bikken, die ken je nog
wel meer vertellen....
Bootsman Hessels was juist klaar niet
eten. Hij brengt me m zijn hut en vertelt:
Toen we van Texel afvoeren, zegt de
admiraal: Bootsman, stuur zooveel moge
lijk onder den Texelschen wal op, bij de
Mok gaan we dan voor zee naar Den
Helder.
Er stond een vliegende vloed hé, zoo'n
water, dat zelfs de „Vulcanus" niet tegen
tij en wind kon inkomen. We waren juist
bij de Witte ton van Texel en Malzwin en
daar merk ik, dat de barkas, de „M. 2",
niet meer zoo snel vooruit komt. In eene
geeft de motor een paar ploffen en staat
stil. Ik gaf eerst nog direct standgas, dat
dce je om den motor niet op volle kracht
te laten draaien. Maar 't gaf niks. We
gooien direct de dreg overboord om de
zaak vast te leggen, maar dat gaf ook niet
veel, want die hield niet! Niks hield met
dien storm.
Wij dreven af naar den Zuidwal, maar
gaven 't niet op. t' Was peezen., van je
welste! De admiraal dee niets onder met
aanpakken, die werkte hard met de be
manning mee, maar 't was om den drommel
geen lolletje. Er stonden reuze-rollers,
harde wind en een stroomende regen.
We probeerden met vlammende watten
In benzine gedrenkt aandacht te trekken,
maar 't was ontzettend moeilijk om alles
droog te houden. Gelukkig dat de luite
nant nog een paar droge lucifers had. Wij
allemaal waren door en door nat, hadden
geen drogen draad aan ons lijf. Toch
kreeg na verloop van tijd, de „Dorus Rij
kers" ons in de gaten, maar 't was een
dubbeltje op zijn kant.
Bootsman Hessels heeft niet overdre
ven. 't Wès een dubbeltje op zijn kant.
Want Koen Bot heeft Donderdag werke
lijk den admiraal en de opvarenden uit
een zeer hachelijke positie gered.
Zie waren 't laatst bii 't Horntje ge
signaleerd hè, zegt Koen. daarom ging ik
eerst de Zuidergronden afzoeken, 't Was
leelijk, heel leelijk buiten, bii het eerste
baken van het Malzwin kwam een zware
bui opzetten. Het heele gezicht was weg.
We konden ons niet oriënteeren.
Om de aandacht van de barkas te trek
ken, ontstaken we een wit stakelvuur en
dit deden we bii de 4e boei van het Mal
zwin weer en toen zagen we een flap-
lichtje bij het Balgzand. Hierop zetten we
koers en peilden met de siagaart, dat is
een peilstok. Acht voet en zeven voet
water werd aangestoken! iVi mijl werd
door dit ondiepe water gevaren! Toen ga
ven we weer een stakellicht en zagen op
500 meter afstand het flaplichtje weer.
De barkas lag heel gevaarlijk, want het
water was 1 Yi meter boven gewonen stand
en de plek waar de barkas lag, was een
droogte en met dit weer bij zakkend water
wasdie scherpe sloep zeer zeker omge
slagen.... 't Was leelijk en gevaarlijk,
maar enfin, we kroegen 't gelukkig voor
eikaar.
Nabetrachting:
't Was leelijk en gevaarlijk en toch een
schitterend stakellicht, een heldere flam
bouw werpt klarend schijnsel over red
ders en geredden.
Op de barkas wa9 de hoogste van de
marine en de laagste.
Eén verraderlijke golf en de admiraal
was geen admiraal meer, de matroos geen
matroos! Maarer was contact, kame
raadschap, zelfvertrouwen en moed. Allen
waren kalm, rustig, paraat.... Op die
barkas was de marine, van hoog tot laag,
op zijn best! Schoner aan schouder ston
den vlootvoogd en minder marineper
soneel
Flinke, kranige zeelieden heeft de dap
pere Blauwe Zeeridder Koen Bot behou
den aan land gebracht. Hulde. Koen!
SURINAAMSCHE BEGROOTING 1934.
Blijkens de Surinaamsche begrooting
1934 wordt een bijdrage uit 's rijks schat
kist van 2.530.554 gevorderd.
A. WERUMEUS BUNING. t
Te 's-Gravenhage is. 87 jaar oud, over
leden, de bekende schrijver van marine
schetsen en zeemansboeken A. Weru-
méus Buning.
CRISISBOTERMERK.
De Crisis Zuivel Centrale maakt be
kend, dat voor de week van 5 tot en met
11 dezer de prijs van het crisis-botermerk
op 0.90 per kg en die van de vervoer-
vergunning voor buitenlandsche boter op
1 per kg is vastgesteld.
Verkrijgbaar voor 60 NORTH STATE boonen (240 punten) een LOTISICO TERMIJN
POLIS. Speel op iedere 60 pakjes NORTH STATE sigaretten Lotisico. Practisch d«elfde
prijzen als twintigje Staatsloterij van F 3.60. Prijzen van F 100.000, F 30.
F 30.000, F 25.000. F 15.000, F 10.000, F 5.000, F 2.000. F 1.500. enz. enz.
Bonnes nu: NORTH STATE. SCH1EKADE 12-14. ROTTERDAM.
BEGROOTING VOOR KOLONIËN
VOOR 1934.
Vermindering der uitgaven.
Verscheidene leden hadden niet den
indruk gekregen, dat de uiterste pogin
gen zijn aangewend om de uitgaven zoo
veel mogelijk te verminderen Zij vroegen
of het personeel van het commissariaat
voor Indische Zaken niet kan worden in
gekrompen. Sommige leden zouden gaarne
vernemen, hoe de minister denkt over
omzetting van het commissariaat in een
Indisch agentschap.
Verscheidene leden vestigden er de
aandacht op, dat het den laatsten tijd
herhaaldelijk voorkomt dat de gouverneurs
van Suriname en Curagao met verlof naar
Europa komen. Zij betwijfelden of dit wel
in het belang van die gebiedsdeelen is.
Vele leden vroegen, hoe het staat met
de toegezegde herziening van de West-
Indische regeeringsreglementen.
Na de geruststellende verklaring, daar
omtrent in de Troonrede gegeven, zouden
verscheiden leden gaarne meer uitvoerig
worden ingelicht omtrent den economi
sche» toestand van Cura^ao.
Mariniers voor Cura^ao.
Sommige leden stelden de vraag of de
inkrimping van het detachement mariniers
waarvan de M. v. T. spreekt, moet worden
opgevat als een eerste stap in de richting
van het toevertrouwen der militaire taak
te land aan de gewapende politie, zoodat
in het vervolg alleen het aantal mariniers
wordt aangehouden.dat voor de te Curagao
aanwezige scheepsmacht noodig is.
De derde dag van het proces.
Het pleidooi van den officier
van administratie Van 't Hof.
Soerabaia, 2 Nov. 1933 (Aneta).
Tijdens zijn pleidooi voor de 17 be
klaagden heeft de raadsman, de officier
van administratie H. C. van 't Hoff, nog
uiteengezet, dat de aantasting van het
gezag geen doel was bij de muiterij op
«De Zeven Provinciën*, hetgeen werd
gedemonstreerd door de afwezigheid van
de roode en de aanwezigheid van de
Nederlandsche vlag, terwijl bij de ver
nieling van meubilair, die onmiddellijk
na de muiterij plaats vond, het portret
van H. M. de Koningin opzettelijk door
de muiters is gespaard gebleven.
Overigens vonden de muiters in het
feit, dat de Amsterdamsche communisten
van de muiterij profijt poogden te trek
ken voor hun propaganda, aanleiding tot
het voorstel om den commandant weder
aan boord toe te laten, hetgeen slechts
door den sedert overleden (inl. schepe
ling) P. kon worden verhinderd.
Omtrent P. merkte pleiter op, dat vol
gens een getuigenis deze reeds in 1927,
1928, 1929 en 1931 bij de autoriteiten be
kend was en geadviseerd werd hem te
ontslaan wegens zijn extreem-nationa
listische gezindheid en wegens zijn on
gunstige uitlatingen over officieren, ter
wijl hij niettemin boven een lOtal andere
gegadigden werd verkozen om tot kwar
tiermeester te worden opgeleid.
Bovendien is nog gebleken, dat ook
tegen den Europeeschen korporaal B.
was gewaarschuwd.
Pleiter achtte den invloed, welke bei
beleid ten aanzien van de salariskorting
bad op de inlaudsche schepelingen, on
gunstig, aangezien men meende, dat de
regeering alleen gevoelig was voor de-
monstreeren. Pleiter wees er op, dat de
geest vergiftigd was door achteraf toe
gezonden berichten omtrent de korting,
terwijl één der muiters heeft verklaard,
dat het den muiters speet juist een ver
trouwd en geacht commandant te moeten
teleurstellen.
De opruiers.
hebben op de ijdelheid der mede-schepe
lingen gewerkt door o.a. te wijzen op de
dienstweigering te Soerabaja, waarbij men
niet «normaal* kon blijven, zooals in de
berichten werd gemeld.
De officier van administratie tweede
klasse B. G. A. Mahieu, die de (inl.) be
klaagden S. en A. verdedigde, sloot zich
bij den vorigen pleiter aan. Bovendien
voerde hij aan dat genoemde schepelingen
onder psychisdien dwang der
leiders
stonden, zoodat ten aanzien van S. vrij
spraak en ten aanzien van A. de grootst
mogelijke clementie werd bepleit
De kweekschool kweekt geen goede
militairen.
Spreker achtte de door den fiscaal ge-
ëischte straffen over het algemeen zeer
zwaar.
Hij wees er op dat de Kweekschool
voor Inlandsche Schepelingen te Makassar
werd gekenmerkt door haar ethische
leiding, die nu eenmaal geen militairen
kweekt.
Repliek van den fiscaal.
De fiscaal, de officier van Administratie
L. P. van Boven, betoogde in zijn repliek,
dat de «Zeven Provinciën* inderdaad van
hulp verstoken was, terwijl de bedoeling
van Kawilaran maar al te duidelijk blijkt
uit diens verhoor, n.1. naar Madoera op
te stoomen om de gearresteerde schepe
lingen te bevrijden. Men mag niet aan
nemen, dat dit doel alleen kan worden
bereikt door den marinecommandant aan
boord te roepen.
De slechte invloed van dei
Kweekschool.
De verdediger van 2 beklaagden de
eerste groep, de officier van administrati
der 2e kl. B. G. A. Mahieu, zette de:
slechten invloed van de Kweekschoo.
voor Schepelingen te Makassar uiteeni
waarbij hij o.a. zeide: Na de opleiding
aan de kweekschool traden de jeugdige
schepelingen toe tot een organisatie, waar
in de maatregelen der overheid en de
handelingen van meerderen werden be-
critiseerd. In alles was de organisatie
der Europeesche schepelingen nagebootst
en bovendien wordt daarmede samenwer
king gezocht. Hierdoor stijgt de ontevre
denheid, die een uitweg zoekt in daden
van geweld tegen het militair gezag.
Pleiter wees nog op het te groote ver
trouwen dat in de Inlandsche schepelin
gen wordt gesteld en spreker vraagt zich
af of die betrouwbaarheid wel terdege
wordt onderzocht alvorens Inlandsche
schepelingen met soms zelfstandige be
trekkingen als die van telegrafist, mon
teur en schrijver, worden belast.
Pleiter meende dat de kennis van krijgs
artikelen bij de schepelingen alles te wen-
schen overlaat.
Mede hierdoor is het begrip militaire
tucht gering.
Pleiter memoreerde uit eigen ervaring
dat men aan boord geen vrije tijd be
schikbaar wilde stellen om zeifs onder
officieren uitleg te geven van verschil
lende strafbepalingen.
Met een Jachtgeweer geflaneerd.
De heer Joh. Str., een 38-jarig koop
man uit 't Zand, gein. Zijpe, wiens ver
schijning voor ons geen nieuwtje was
had zich op 9 Maart met een jachtgeweer
in het jachtveld bevonden, zonder, zooals
door brigadier Van Ens, die hem op den
Z(jperdjjk aanhield, werd getuigd, voor
zien te zijn van een jachtacte.
De jager was deswege door den Kanton
rechter te Schagen veroordeeld en nu van
dit vonnis in appèl gekomen. Hij beweerde
zich niet in het jachtveld, doch op den
openbaren weg te hebben bevonden en
noemde zelfs het nummer van den kadas-
tralen legger der wegen. Het geweer had
appellant na de aanhouding weggeworpen.
Over den openbaren weg werd nog eenigen
tijd onder deelname van alle belangheb
benden, gezellig geboomd en een ambte
naar van het Hoogheemraadschap tele
fonisch opgeroepen met een kadastrale
kaart, waaruit bleek, dat de weg inder
daad openbaar was en appellant der
halve behoorde te worden vrijgesproken.
Zooals de officier, eerlijk zijn nederlaag
erkennende, dan ook requireerde.
Binnenland.
V(|f jaar voor valsche rijksdaalders.
De Haagsche rechtbank heeft uitspraak
gedaan in de zaak tegen een 26-jarigen
motor-handelaar te Aartanderveen (gem.
Alphen), tegen wien het O. M. vier jaar
gevangenisstraf had geëischt terzake van
het vervaardigen van valsche Nederland
sche munten (Rijksdaalders). Deze zaak
werd met gesloten deuren behandeld. De
rechtbank veroordeelde den verdachte tot
Dupliek verdediger Van 't Hof. vijf jaar gevangenisstraf met verbeurd
verklaring van de inbeslag genomen voor
werpen.
Een der slachtoffers overleden.
Gisterenochtend is mej. H. C. v. d.
Berg, zonder bij kennis te zijn gekomen,
aan de gevolgen van de verstikking over
laden. De toestand van den heer A. Walter
i$ wrederom verergerd en baart nu groote
zorg.
De verdere graafwerkzaamheden, die
f'sterenochtend zijn voortgezet, hebben
g niets naders opgeleverd. Het Don-
rdag gevonden gewelf schijnt deel uit
té maken van een onderaardsche gang.
Het onderzoek te Utrecht zou volgens
V. D. hebben uitgewezen, dat men hier
te doen heeft met een geval van kool-
monoxyde-vergiftiging.
Verdacht van verduistering van
1500.—.
Op last van de justitie heeft ce Utrecht-
sche politie mr. W. A. V., advocaat te
Utrecht, gearresteerd verdacht van mede
plichtigheid aan oplichting van 1500.
Bij den vei koop van een villa had hij
zich bereid verklaard zijn medewerking te
verieenen door aan den kooper de door
hein noodige gelden te verschaffen. Om
deze gelden vrij te maken, moest bij mr.
V. 1500 worden gestort. De belangheb
bend© deed dit, coch hoorde er verder
niets meer van. Een aanklacht bij de jus
titie werd ingediend en de aanhouding van
V. volgde. De man is opgesloten.
De arrestatie van Notaris Le J.
Het Volk vermeldt nog nader:
Nu notaris J. le J. gearresteerd is,
komt langzamerhand de geheeie waar
heid los. Steeds meer menschen komen
aangifte doen. Er zijn er die een paar
duizend gulden hebben verloren, er zijn
er ook die tusschen de tien en twintig
duizend hebben verspeeld. Vele kleine
luyden, die hun spaarpenningen aan den
notaris hadden toevertrouwd, moeten
constateeren, dat zij alles kwijt zijn.
Het passief is op het oogenblik al bo
ven de tachtigduizend gulden. En dit be
drag kan nog hooger worden.
Er schijnen tal van hypotheken ver-
valscht te zijn, terwijl de notaris ook hy
potheken moet hebben doen verstrekken
op huizen, wier eigenaars zich van niet3
bewust waren....
OVERTREDING VAN HET
UNIFORMVERBOD.
Het drie-pijlen vlaggetje Is
uiting van een soc. dem. streven.
Gisteren heeft de kantonrechter te Rot
terdam, mr. C. C. Tieleman, uitspraak
gedaan in de zaak van den typograaf
B. K., die terecht gestaan had terzake
van overtreding van het uniformverbod,
door op zijn flets een rood drie-pijlen
vlaggetje mee te voeren.
De kantonrechter zeide in het vonnis
overtuigd te zijn en als bewezen aan te
nemen, dat verdachte het hem ten laste
gelegde feit heeft begaan, met dien ver
stande, dat het meegevoerde vlaggetje
een uitdrukking is van een sociaal-demo
cratisch streven, immers het is van alge-
meene bekendheid, dat de drie parallel
naast elkaar loopende en naar beneden
gerichte pijlen hier te lande sinds gerui-
men tijd het symbool zijn van de S.D.A.P.
Het als bewijs aangenomen feit levert op
overtreding van art 435a Swb., het voeren
van een opzichtig onderscheidingsteeken,
dat uitdrukking geeft aan een bepaald
staatkundig streven. De tenlastelegging
houdt niet nadrukkelijk in, dat het fiets-
vlaggetje opzichtig was, doch een fiets-
vlaggetje als zoodanig is reeds opzichtig.
'len aanzien van de strafmaat over
weegt de kantonrechter, dat de bepaling
waarbij het dragen van zulke onderschei
dingsteekenen verboden is, eerst sedert
kort in werking is, zoodat de mogelijk-
De verdediger van zeventien beklaagden
uit de eerste groep, de officier van ad
ministratie der tweede klasse H. C. van
't Hof, merkte in zijn dupliek nog op,
dat het criterium bij do strafoplegging
niet moet zijn de vraag of hulp is ver
leend, maar wrel of hulp verkrijgbaar
was. Dit laatste was wel het geval.
Pleiter merkte nog op, dat de plaats
waar de officieren en onderofficieren hun
dienstverrichtingen moesten uitoefenen
niet de reede van Oleh-Leh was, doch
de «Zeven Provinciën*, weshalve pleiter
onjuist achtte te zeggen dat door het
onder stoom gaan deze meerderen werden
gedwongen de plaats hunner dienstver
richtingen te verlaten.
De zeer zware straffen welke werden
geëischt plegen slechts weinig aan moor
denaars en andere ernstige misdadigers
te worden opgelegd, weshalve spreker
den fiscaal verzocht ernstig met ver
zachtende omstandigheden rekening te
houden.
Beklaagden aan liet woerd.
Verschillende beklaagden voerden nog
het woord J. K. Kawilarang betoogde
den luit. ter zee H. L. van Boven niet
met een pistool te hebben bedreigd.
Tahumena en Mannuputty voerden aan
alles onder bedreiging met geweld te
hebben gedaan. Soedijana en Parinussa
deelden mede, dat zij practisch niets
wisten van hetgeen de leiders hadden
bedisseld, terwijl Wahap opmerkte, dat
alles zoo snel in zijn werk ging, dat hij
de situatie niet goed begreep. Mohamed
Sarif ontkende te hebben deelgenomen
aan de bedreiging van officieren met
geweld. Kosumah voerde aan, dat hij de
navigatielichten ontstak, doch verder ge
noeg had van de zaak. Hij kon zich echter
niet bij de officieren melden. Ramelan
sloot zich bij deu verdediger aan. Soe-
warso betoogde het telegram «Ons niet
hinderen* te hebben doorgeseind, omdat
het zijn plicht was alles door te seinen.
Ardani ontkende van de plannen van de
overrompeling van »de Zeven Provinciën*
van te voren te hebben geweten. Hij was
ziek en moest aan boord blijven. Saleh,
Mintje en J. Hendrik ontkenden een
leidende functie te hebben gespeeld. Soe-
haradjo achtte den eisch van 14 jaar
onbegrijpelijk, waarop de president dezen
beklaagde wees op zijn aandeel in het
wegvoeren van de officieren Cool en
Stegeman, hetgeen een leidende rol dient
te worden geacht. Achmad betoogde, door
zijn deelneming alleen te hebben willen
detnonstreeren, dat hij ook zonder toezicht
zijn vak kon uitoefenen. Tatipikalawang
verontschuldigde zich door de mededee-
Lnq, dat hij zenuwachtig was geweest en
niet had geweten wat hij deed.
Buitenlandsch O versieht
Feuilleton- 'U
Radio-programma 1
Van links en rechts
Binnenkort is de benoeming te
verwachten van den burgemees
ter van Utrecht tot Commissaris
der Koningin in Groningen I
Verkrijgbaarstelling van brief
kaarten en speciale luchtpost
zegels voor de vlucht van den
postjager
De ,,Graf Zeppelin' is Donder
dag weer veilig te Friedrichshafen
geland 1
Vrachtauto door trein gegrepen.
Twee dooden2
Donderdagmiddag 3 uur is het
echtpaar Lindbergh te Amster
dam aangekomen5
Japan en Indië. Rake opmerkin
gen van een Indisch journalist -5
De berechting van de muiterij
aan boord van „De Zeven Pro
vinciën"
De brand in den Duitschen Rijks
dag. Dimitrof iveer verwijderd
Japansche troepenverschuiving in
Noord-China
Een accoord tusschen Rusland
en China?
De politie te Utrecht heeft een
bekende Utrechtsche advocaat
gearresteerd10
Bezwaren tegen wijziging van de
leerplichtwet5
Uet Burgerlijk Armbestuur en
zijn laatste bijeenkomst 5
Het voorloopig verslag van de
begrooting van Koloniën voor
1934 5
Op en om het Binnenhof 6
Omtrek-nieuws10
Marktberichten „11
Marineberichten „14
Sportnieuws„14
9
Zaterdag 4 November.
Zanguitvoering door gemengd koor „Mor
genrood", Casino 8 uur.
Alledagkerk. Doopsgezinde Kerk. 45 u.
Zondag 5 November.
Tooneelvoorstelling „De Spooktrein".
Casino. 8.15 uur.
ALKMAARSCHE RECHTBANK.
Ziting van Dinsdag 31 October.
Een recalcitrant musicus.
De 26 jarige toonkunstenaar Herman
Leo K„ was door den majoor der Rijks-
veldwaclit Holema, in den avond van 11
November, den welbekenden keuveltjes
avond of St. Maartensavond gelast om
zijn weg te vervolgen, aan welke lastge
ving niet werd voldaan. De kantonrechter
te Schagen had hem deswege veroordeeld,
tegen welk vonnis de veroordeelde een
thans behandeld hooger beroep aantee-
kende. De appellant verklaarde niet te
hebben geweten, wat er eigenlijk aan de
hand was. De burgemeester van Schagen
had assistentie verzocht aan den majoor
in verband met mogelijke wanordelijk
heden. Verdachte,hiertoe meermalen aan
gemaand, had niet voldaan aan het bevel
tot doorloopen. Hij had tegen den majoor,
die in politiek was, gezegd: Ik heb met
jou niets te maken 1 Appëllant beweerde,
voor het Kantongerecht, den majoor niet
te hebben gekend, doch een week te voren
had de majoor hem persoonlijk een dag
vaarding beteekend. De officier nam zijn
verweer dan ook niet serieus en requi-
reerde bevestiging van het gewezen von
nis, f 5.boete of 5 dagen hechtenis.
Volgens Wimpie laat het Gemeente
bestuur de niet brandende lantaarnpalen
staan uit het oogpunt van dierenbescher
minguoor de hondjes.
Voorstanders van de gemeentelijk
politiek ten opzichte van het verlichtings-
vraagstuk".
4 v/
Lange Jaap met blindheid geslagen.
heid niet is uitgesloten, dat verdacht»
daarvan niet op de hoogte was. In ver
band hiermede heeft de kantonrechter
een lichte straf opgelegd, nl. f 1.— boete
subs. 1 dag nechtenis, met bevel, dat het
in beslag genomen vlaggetje zal worden
vernietigd.