Wist U dat al?
*T JUTTERTJE
PAG. 5
Voor oudere jongens.
Interessante proeven.
„O, dat is dus de Posterijen!"
„Neen!"
„Maar u zei zooev^n toch zelf
„Ja, daar hebt u gelijk in, maar ik
bedoel dat 't de achterkant van de pos'
isde Pos' zelf is 't niet. Die ligt
in het voorhuis. Hier is de achterkant!
Als U om dat blokkie huizen heen
loopt, komt u van voren. Ik kan U even
naar achteren brengen als U naar
voren wilt!
Neen, dank u, ik wilde alleen maar
even weten, wat dat voor een gebouw
is.
„O, maar had dat dan dadelijk ge
zegd: dat is hte gebouw van de Pos'..."
1
Duitschers dagelijks met dankbaarheid.
Hoewel men thans in Duitschland zegt,
dat de internationale gedachte slechts
een uitvinding van de 19e eeuw is, is zij
in werkelijkheid zoo oud als de mensch-
heid. Want altijd is deze bezield door
een verlangen naar vrede en gerechtig
heid. De internationale gedachte in
Duitschland is niet dood en wanneer zij
weer te voorschijn komt. zal ze mis
schien krachtiger zijn dan tevoren.
Slechts door vertrouwden te hebben
en, zooals de heer Cseh in zijn rede op
merkte, niet slechts te luisteren naar
deze woorden, maar door allen te trach
ten, de woorden in daden am te zetten,
zal men den strijd voor de internatio
nale gedachte tot een goed einde bren
gen.
Het was prettig, ook op dezen avond
weer het groote voordeel van Esperanto
te kunnen constateeren. Immers, de
rede's van de heeren Siitam, Baghy en
Cseh werden rechtstreeks uit het Espe
ranto in het Nederlandsch vertaald, zoo
dat men geen hulp van Estlandsch en
Hongaarsch sprekende tolken noodig
had.
MOLLY KEISER,
2e Schuyt-str. 155, Den Haag.
Waarom wordt er bij de droog
making van de Zuiderzee nog zoo'n
groot stuk water opengelaten?
Er wordt zoo'n groot stuk water
opengelaten, omdat verschillende ri
vieren, stroompjes en beken haar uit
monding in zee hebben en deze mon
dingsplaatsen natuurlijk zullen moe
ten blijven bestaan!
Wat beteekent een roode vlag met
middenin een wit blok, zooals men veel
op schuiten ziet?.
Deze vlag beteekent, dat de sche
pen gesleept worden of deel uitmaken
van een zoogenaamde „sleep", een
groot aantal schuiten achter elkaar,
die door een sleepboot getrokken
worden.
Wie heeft Afrika ontdekt?
Toen de Grieken er kwamen, von
den zij in het Noordoosten van dit
werelddeel reeds twee beschaafde sta
ten, n.1. Egypte en Ethiopië. Van
Egypte is trouwens reeds in den Bij
bel sprake, waaruit blijkt, dat het
reeds in oeroude tijden bekend was.
Hoe wordt ontbijtkoek vervaar
digd?
Ontbijtkoek maakt men van rogge
meel, vermengd met honing.
Hoe komt het dat een kameleon
verschillende kleuren kan aannemen
en dat hazen dezelfde kleur hebben,
als de landstreek, waarin zij voorko
men?
In den jongsten oorlog heeft men de
soldaten niet meer in de kleurige uni
formen gestoken, maar in het grijs,
vaalblauw of vaalgroen, teneinde hen
zoo weinig mogelijk in het oog te
doen vallen. Bij de militairen heet dat
„camouflage".
Datzelfde kan men waarnemen bij
de dieren in de natuur. Dieren, die
niet met wapenen zijn toegerust om
hun vijanden te bestrijden, zooals b.v.
het kameloen, de haas en sommige in
secten, zijn begiftigd met het vermo
gen öf het uiterlijk aan te nemen van
een grooter, meer gevreesd dier, öf
zich aan te passen aan hun omgeving.
Hetzelfde vermogen heeft het herme-
lijntje, dat des zomers de kleuren heeft
van den bemosten bodem (roodachtig
bruin) en des winters van den be-
sneeuwden grond (wit). De haas, die
geen enkel wapen heeft, behoudens de
snelheid van zijn „loopers", heeft de
gedurige, vale kleur van zijn omge
ving.
1. Hoe groot is de lichtsterkte van
de gewone gloeilamp? Nu, zal je
zeggen, dat is niet moeilijk te beant
woorden, want dat kan men op het bol
letje lezen!
Door een eenvoudige proef kan men
dit echter zelf ook vaststellen.. Ach
ter een recht staafje plaatst men een
blad wit papier, zooals onze afbeelding
te zien geeft, en een brandende kaars.
Het ingeschakelde gloeilampje wordt
heen en weer geschoven, zóó, dat de
schaduwen der beide lichtbronnen van
gelijke kracht zijn.
Nu is de lichtsterkte van de lamp
omgekeerd evenredig aan het kwa
draat van den afstand. Door een een
voudige berekening wordt de licht
sterkte der lamp dus aangegeven.
2. De warmteuitzetting van metaal
kan men duidelijk aantoonen, indien
men uit blik een spiraal snijdt, zooals
afbeelding 2 te zien geeft! Houden we
de spiraal boven een brandende kaars,
dan is de uitzetting duidelijk te zien.
Bij koude trekt de spiraal tezamen.
3. Hoe krijgt men een naald door
een koperen munt?.... Wanneer men
een naald met een hamer door een
munt wil slaan, zal men zeker weinig
succes hebben, indien men dit zonder
eenige voorbereiding doet.
Men neeipt een gewone kurk, waar
de naald eerst doorheen is geslagen en
zet deze op een koperen munt, die
weer op een houten onderlaag ligt;
dan kan men gemakkelijk bewijzen,
dat men een naainaald door een kope
ren munt kan slaan.
4. Hoe kan men twee glazen op
elkander zetten? Men neemt twee gla
zen, wier opening even groot is. zet
in het eene glas een brandende kaars
zet het andere er precies boven op.
De kaars verbruikt zuurstof en doet
een ruimte ontstaan, waarvan de lucht
zeer verdund is, zoodat de druk van
buiten af de glazen vast op elkaar
perst.
5. Gewoon schrijfpapier brandt niet.
wanneer men het boven een kaarsvlam
houdt. Het geheim hiervan is, dat men
op de plaats, waar de vlam is, boven
op het papier een stukje zilverpapier
legt (zooals om de chocoladereepen zit).
Het zilverpapier neemt de grootste
hitte tot zich, waardoor de warmte van
het papier verminderd en dit eerst na
een langere verhitting gaat branden.
6. Een suikerklontje brandt pas, in
dien men er een weinig sigarettenasch
op strooit. Zonder deze catalytische
werking van de asch smelt de suiker
slechts, indien men het klontje boven
de kaarsvlam houdt.
Natuurlijk, dat moet eraf!....
„Hallo, Henk, ouwe jongen, ik heb
gehoord, dat je getrouwd bent!
„Ja, dat is zoo.
„Nou, wel gefeliciteerd dan, kerel..
En ze hebben me ook verteld, dat dat
huwelijk je 100.000 gulden rijker heeft
gemaakt!
„Ach, dat is schromelijk overdreven.
Dat leeren de menschel n >it af,
schijnbaar! Men vergeet heelemaal,
dat er toch nog 15 gulden voor een
verlovingsring af moet!...."
Mevrouw X. heeft een antiek haard
stel, waarvan de tang een beetje ver
bogen is. Ze schrijft den smid een
briefkaart met het verzoek het ding
te komen halen om het te repareeren.
Een dag later belt de smid aan en
zegt tegen het dienstmeisje, dat open
doet: „Ik kom om de ouwe tang!"
„Spijt me," zegt het meisje, ietwat
verbaasd, „maar mevrouw is niet
thuis."
Het geweten is het beste boek over
moraal; raadpleeg het veelvuldig!
(Pascal).
Studeer op het oude, opdat gij 't ont-
houde en krachten meugt winnen, om
't nieuwe te ontzinnen.
(Dr. Cuypers 18271920).
Wjjs is Mg, die zonder hartstocht is.
(Marcus Aurelius).
Konst es die alrehoogste schat, del
men ter wereld'ie bezat.
(W. v. Hildegaersberg 1400).
De stem der ervaring moet men
nooit laten verstommen.
(Amundsen).
Wat ge zjjt. dat zijt ge; ge kunt niel
door menschenpraat hcoger worden
dan voor Gods oog.
(Thomas a Kempi-).
Zéér nauw verbonden aan de Vredes-
gelachte is de internationale gedochte.
In verband daarmee lijkt het ons een
gelukkige keus van de Haagsche Espe
ranto-Vereeniging „Fine zi venkos"
(„Eindelijk zal het overwinnen"), om
juist in de Kerstweek een openbare bij
eenkomst te organiseeren met als on
derwerp de internationale gedachte.
7 Verschillende sprekers voerden het
woord, n.1.
Mr. Kalff, namens de AU Peoples'
Ass'ociation, de heer Siitam, student uit
FJhand, thans hier te lande Cseh-
tssen geeft, Mej. dr. Nicolette Brui
theologe, de heer Julio Baghy,
Hongaarsch schrijver, Mej. Rü-
Duitsch theologe, de heer Heilker,
Ifider van den Esperanto-cursus der
I.R.O. en de heer Andreo Cseh uit
Roemenië.
In haar openingswoord vestigde Me-
vVouw Isbrücker, presidente der Ver-
ednlging, de "aandacht op het feit, dat
deze, bijeenkomst ten doel heeft ëen
tegenwicht te vormen tegen de fel na
tionalistische stroomingen van den
la- ':sten tijd.
Ir. Kalff herinnerde er aan, dat de
A!1 Peoples' Association is opgericht
om de verstandhouding tusschen de
verschillende volkeren te bevoredren
door de menschen elkaar beter te doen
uit verschillende landen zooveel moge-
begrijpen. Het streven is de menschen
lijk met elkaar in contact te brengen,
zoodat ze eikaars cultuur leeren ken
nen. Ook wees hij erop, hoe dwaas het
eigenlijk is, het idee te heebben, dat
aan de andere kant van de denkbeeldige
lijnen, die grenzen genoemd worden en
die aan veelvuldige veranderingen on
derhevig zijn, vreemden, d. i. vol
gens een natuurinstinct meestal v a n-
d e n wonen
Hoe sterk dat instinct in de men
schen leeft, toonde Mej. dr. Bruining
aan met een voorbeeld uit haar jeugd.
Zy woonde n.1. als 8-jarig meisje op
een dorp, waar slechts 2 lagere scholen
waren. Nu was het de gewoonte van de
kinderen van Je scool, waarop Mej.
Bruining was, om na afloop van de
schooluren met stokken e.d. gewapend
op de kinderen van de andere school af
te gaan en hun er van langs te geven.
Alléén omdat die toevallig tot een an
dere groep behoorden. Gelukkig heb
ben de ouders er een einde aan gemaakt
door de kinderen te leeren, dat 't feit,
dat ze op verschillende scholen waren,
geen reden is tot vijandschap. Is het
eigenlijk niet hetzelfde tusschen de vol
keren? Het is waar, dat alleen een
gezond nationalisme, gepaard aan een
"redelijk internationalisme, misschien de
ramp van een nieuwen oorlog kan af
wenden, maar toch moet het instinct
om eigen ras en volk boven andere ras
sen en volkeren te stellen, onderdrukt
worden.
De heer Baghy zei o. a., dat de inter
nationale gedachte een middel noodig
heeft, n.1. de taal, die over de grenzen
van de landen heen reikt en ion de eer
ste plaats moeten wij dan denken aan
de taal, die juist uit de vredesgedachte
geboren is. het Esperanto.
Interessant was ook, hetgeen Mej.
Rübens, Duitsch theologe, zeide, n.1.,
«at z(j kwam uit een land, waar men be-
{Jood^f' dat de internationale gedachte
bestaan 01 tenminste niet waard om te
dood W erwieJnati°nale gedachte niet
Vennan de ie Holland levende
Hoe komt het, dat de zee langza
mer van temperatuur verandert, dan
het land? Bij koud weer kan de zee
soms nog warm aanvoelen, terwijl bij
snikheet weer, de zee dikwijl vrij
frisch is...
Dit is een van de eigenschappen van
het water. Water neemt heel langzaam
warmte op, maar geeft die warmte ook
weer heel langzaam af. Het tegen
overgestelde is het geval bij de aarde.
Hier vindt men dus snelle warmte-
opneming en ook snellere afgave van
warmte.
Hoe komt het, dat als ik een pen
in rooden inkt doop, deze groen op
droogt?
In de inkt zitten kleurstoffen (roode
en blauwe), die bij het opdrogen, on
der inwerking van de zuurstof van de
lucht, oxydeeren (d.i. zich met de
zuurstof verbinden: zooals roesten) en
dan van blauw of rood overgaan in
zwart of groen.
Hoeveel zilverwaarde heeft een gul
den, een rijksdaalder, een halven gul
den, een kwartje en een dubbeltje?
De zilverwaarde van een gulden is
ruim 30 cent. De rest laat zich gemak
kelijk berekenen uit dit gegeven.
Hoe komt het, dat het uitgieten
van olie op de golven de zee rustiger
maakt?
Olie is een minder-elastische (veer
krachtige) massa dan water, zooals
men kan zien, wanneer men na elkan
der een fleschje water en een fleschje
olie schudt. Het water blijft na de
schudding nog een poosje in bewe
ging, terwijl de olie bijna onmiddellijk
stil staat en tot rust is gekomen. Het
olielaagje, dat op de golven van de zee
rustig drijft, belemmert dus de be
weeglijkheid van het daar onderlig
gende water. Men zou kunnen zeggen,
door de olie, die er bovenop ligt, kle
ven de waterdeelen aan elkaar.
Op sommige landwegen staan bor
den met „Verboden halfslag rijden".
Wat beteekent dit?.
Op het platteland zijn de wegen
meestal grintwegen, waar men een
wals overheen heeft getrokken. In het
midden van den grintweg ligt dan ech
ter een smal klinkerpaadje. Hierop
moet het paard van den wagen loopen,
opdat het vrij zachte grintpad, dat
door regens dikwijls nog week is ge
worden, door de hoeven niet vernield
wordt. Halfslag beteekent dus, dat
men zoodanig op den weg gaat rijden,
dat het paard niet op het klinkerpaadje
kan loopen. Het is daarom door de pol
derbesturen verboden.
Wanneer en waar is de eerste
postzegel in gebruik genomen?
In het jaar 1653 kreeg de Fransche
staatsraad de Velayer van koning Lo-
dewijk XIV, den zonnekoning, het
recht (privilege) om te Parijs een ste
delijke post in te richten. Op de brie
ven werden dan papiertjes bevestigd
(niet geplakt!) die men tevoren kon
koopen voor den prijs, welke voor het
bezorgen van een brief werd berekend.
Deze papiertjes zijn dus te beschouwen
als de voorloopers van de postzegels,
zooals wij die kennen en welke in 1839
voor het eerst in Engeland werden
gebruikt.