ZATERDAG 24 FEBRUARI 1934
T
ult met s-b-
het systeem-chiappe.
HET VERZAMELEN VAN
AUTOGRAMMEN.
Uit onzen Iachsproeier.
De oplossing van het probleem van Hannemann is 1 Pd4. De hoofdvarianten
zijn nu: La8, Pb7 of La2, Pb3 of Lg8, Pf7 of Lhl, Pf3. Een afsluiting van
den looper viervoudig vertoond. De oplossing van hPt probleem van Smith is
1 Dc4. Er dreigt dan Pf4:t. De varianten zijn: Ld4f, Pb6f of Tc4:, Ld7f of
Ke5, De4f of Kfö, Pe7f. Een mooi probleem.
G. J. Densmore.
Ie prjjs Brooklyn club Tourney 1914.
1.
2.
Overziet het antwoord:
16. Lf41 Ld6
Na Lc4: volgt Dc4:, Dc4:, Lf5f, Td7,
Te8, Pd8 en Peö!
Wit begint en geeft mat in drie zetten
Wit: Kb8, Db4, Tfl, Pgl, pi dö en e3. Zwart: Kh4, Lh5, pi g6, g4 en g3.
Uit Munchen bereikt ons de treurige mare, dat Dr. Tarrasch, depraeceptor
Germaniae, op 72-jarigen leeftijd overleden is. Hij is zijn gansche leven niet
alleen een schaakmeester van beteekenis geweest, maar ook een uitstekend
docent. De tragedie van zijn leven was, dat hij steeds naast Dr. Lasker stond,
die zijn meerdere was. De volgende partij is uit het tournooi te Berlijn 1920.
Dr. Tarrasch Dr. Tarfakower
d4 d5
c4 eö
Tartakower bemint de buitennissige
openingen. Ziehier Albin's tegen-
gambiet.
3. de5: d4
4. Pf3 c5
Fout is hier: e3, Lb4f, Ld2, de3:, Lb4:,
ef2Ke2, fglP I
5. e3 Pc6
6. ed4cd4
Lasker vindt Le2 beter.
7. Ld 3 Pge7
Dreigt Pe5en Daöf.
8. Pbd2 Lg4
Wit heeft nu een tegenuitval:
9. Db3 Dc7
10. 0-0 0-0-0
31. Tel Pg6
32. h3 Le6
Beter schijnt Lf3 Lföf, Kb8, Pf3:,
PeöPpK P«r. Lf4, f6.
Pge5:
Pe5:, Pe5:, Peö
13. Le4
Zwart moet nu wel slaan.
14. Peö: Deö:
Wit heeft geen voordeel van: Db7:f,
Kb7Lc6 :f, Kc6Te5
15. Pf3 Dc5
17. Lc6:
bc6:
18. Ld6:
Td6
19. Peö
Thd8
20. Da4
d3
De eenige kans.
21. b4
Dd4
22. Pc6
Tc6
23. Dc6:t
Kb8
24. Db5t
Ka8
25. Dc6+
Kb8
26. c5
d2
27. Tedl
Lf5
Spanning; Le2 dreigt.
28. Db5+
Kc7
29. Da5+
Kb8
30. b5
Lc2
31. b6
Td7
32. ba7
Ka8
Na Ta" volgt Dd2.
33. c6
Td5
34. c7
Lf5
35. c8D opgegeven.
Na Lc8:, Dc7, Tb5, Dc8:f, Ka7a4,
het uit.
Dr. P. FEENSTRA KUIPER.
Eindspel van C. Blankenaar, R'dam.
Zw. 3 sch.: 4, 16 en 34 en 1 dam op 49.
Wit 3 sch.: 13, 21 en 33 en 2 dammen
wp 27 en 41.
Wit speelt en wint.
Probleem van J. Fritz Jr., Wormer.
(Uit 1'Eclaireur du Soir).
12 3 4
M.
46
6
16
26
12
5
16
25
35
45
47 48 49 50
Zw.6, 9, 10, 15, 27, 28, 36, 38, 50D.
Wit: 16, 19, 25, 29, 30, 34, 35, 39, 44,
46, 47.
Wit speelt en wint.
Oplossingen:
Eindspel van C. Blankenaar.
Zw. 2 sch. op 16 en 22 en 2 dammen
op 5 en 47.
Wit 2 sch. op 42 en 46 en 2 dammen
op 15 en 25.
1. 25-48 47X33 of 38.
Op 47X29; 15X11, 16X7; 48-37,
5X4146X37.
2. 15X42 22-28
Op 22-27; 42-37.
3. 48-39 28-32
Op 28—33; 39X13, 16x7 zie voren
4. 39-43 32-37
5- 42X31 16-21
6. 43X16 5—10
7. 31-37 10X41
8. 46X37
Probleem van Marius Fabre.
- 24, 38
5, 44. 46
18X29
8; 47-41,6X1'
41X14
2. 35—30 6X17
Op 24X35; 47—42 enz. als in hoofd
variant.
Probleem van luanua
Zw. 2, 6, 8, 9D, 18, 19, 24, 38
W. 11, 25, 27, 28, 31, 35, 44. 46, 47, 49.
3. 28—23 18X29
Op 19X28; 47-41,6X17; 27-21,17X37;
3.
4.
5.
6.
47-42
49-43
46-41
27—21
38X47
24X35
47X36
36X40
i.
DE BESTE SPEELWIJZE ZOEKEN!
Wanneer een spel moet worden af
gespeeld, moet de speler vóór alles na
gaan, welke weg de meeste kans op
winst geeft, en wanneer hij op twee
verschillende manieren het spel kan
spelen, welke wijze de meest kans
rijke is.
Volgens Mr. Frank England, in de
„Evening Standard", worden «chter
zeer veel spellen, zelfs door betrekke
lijk goede spelers verloren, omdat zij,
eenmaal een weg gevonden hebbende,
niet nog eens even kijken of er een
betere manier te vinden is; er wordt
teveel automatisch gespeeld, ziet een
speler een aas-vrouw, dan denkt hij
nergens anders meer aan, dan om te
probeeren de heer uit te snijden; ziet
hij in beide handen tezamen 9 van één
kleur met daarbij aas-heer, dan moet
en zal hij probeeren, of bij 2 maal spe
len de vrouw niet valt, enz.
Mr. England geeft een paar interes
sante voorbeelden, die het bekijken en
naspelen wel waard zijn.
S. v, 9,4,3,2.
H. a, 2.
R. a, 5,4.
K. h, v, 2.
S. b, x,x. N S. h. 30, x.
H. v, b, 10, x, x, x. W O H. h, x.
Z R. h, b,x, x.
K. x, x, x, x.
S. a, 5.
H. 7,6, 5.
R. v, 10,8,3, 2.
K. a, b, 3.
Oost. Zuid. West. Noord,
pas pas pas 1S.
pas 2 S. A. pas 3 S. A.
V est kwam uit met H. v, die in den
blinde genomen werd met het aas, en
waarop Oost, zeer goed verdedigende,
H .heer bijspeelde.
Zuid hoopte zijn lange Ruiten vrij
te kunnen spelen, en kwam met het aas
van de tafel en daarna een kleine.
Toen hij ontdekte, dat de R. buitenge
woon slecht verdeeld zaten, was hefte
laat, O. nam met R. h, en speelde kleine
H. na, zoodat W. zijn lange Harten-
kaart kon maken, en het spel hopeloos
down ging.
Had Zuid niet zoo'n haast gemaakt
om de Ruiten te spelen, maar rustig de
eerste slag in H. laten loopen. dan zou
er voor West niet veel kans geweest
zijn; bij goed spel behoeft hij met S b
niet aan slag te komen
S. 5,4, 2.
H- a, h, v, 6,3,2.
R. 7,6.
K. b, 3.
N S. 9,8
R. x.
K. x, x, x
Bieden:
S. h, b, 10,7, 6.
H. b, 10,8, 7.
R. b, 5.
K. 9, 7.
W O
H. 5.
Bieden
R. h, v,10,9,8.
Z K. v, 10,8,4,2.
S. a, v, 3.
H. 9,4.
R. a. 4. 3. 2.
K. a. h. 6. 5.
Oost. Zuid. West. Noord,
pas. 1 S.A. pas. 2 H.
pas. 3 S.A.
West kwam
door Z. met
Zuid telde.
de vrouw werd
8 "lagen met dA^'%
in beide handen en moet dus h
Harten, wanneer deze gunstit
deeld zitten, hetzij uit Klaveren v'
K.v. bij West zit, een extra-si'
beeren te maken. p,
Hij speelde een kleine K. Ujt dn
en vond de vrouw bij Oost, m.A
keerd zitten. Oost kwam niet S v"
die door Z. met het aas werd genS
en nu werden de harten afgeSp,>et
bleken ook deze ongunstig te
zoodat het contract niet kon t/\
voldaan.
En toch was het contract M|
voudig te maken geweest,
Zuid slechts een kleine harten 6"
speelt en deze door de tegenpartij-
maken. Hij komt dan altijd w-etA1
slag en heeft nog een H. over 0A
tafel aan slag te brengen. Hij H
dan zelfs een slag over. v ""«kt
N.D.S,
De Farijsehe Prefect van po)
Jean Chiappe, die die door Daladi,
afgezet, zal wel spoedig volkomen'
rehabiliteerd worden. Pas was hr
getreden, of Parijs werd het. w/
van zóó bloedige onlusten, als
schijnlijk onder zijn bewind niet
ren voorgekomen. 1
Chiappe genoot bijzondere vrk
schap van den vroegeren Staats,
Clemenceau. Met Chiappe aan r
zijde achtte Clemenceau zich in
een staatsgreep met succes toe
passen-
Bij de in hechtenisneming van U»
Daudet, de leider der Royalisten 2
niet zóó gemakkelijk van stapel 'C
totdat Léon Daudet zich vrijwiK
overgaf, nam Chiappe voor den beken
den Royalist den hoed af met de
den: „Mijnheer Léon Daudet, ik
--->• *4. «r, i.on rln (•orroatiinn ,U.
uvciftai, iicwii viuMppv v/wj. ucu
den Royalist den hoed af met de voor
den: „Mijnheer Léon Daudet, ik dank
u uit naam van de regeering der Frail.
sche Republiek."
Toen had Chiappe voorgoed de gunst
van de Fransche regeering verloten!
Het is zeer moeilijk van- beroemde
personen een handteekening te beko
men. Joseph Chamberlain is er een»
leelijk ingeloopeiw Een 2ijner bewon
deraars schreef hem, dat hij zijn pa>
geboren zoon naar den beroemden En-
gelschen minister wilde noemen. In
denzelfden brief behandelde deze man
een toentertijd actueel, politiek vraag
stuk. Chamberlain vloog erin, ant
woordde persoonlijk in een uitvoert-
gen brief, die na een paar weken voor
voor een zeer hoogen prijs werd ver
kocht.
Bernard Shaw.
Bernard Shaw wil geen handteete-
Ringen meer geven, hij heeft brief
kaarten laten drukken, waarop hij dit
in een paar woorden aan zijn bewon
deraars mededeelt.
Een bekend tooneelspeler ontving
eens een brief van een zoogenaamden
bewonderaar, die hem vroeg mede te
willen deelen op welken dag, in welk
stuk en in welken schouwburg hij het
eerst was opgetreden? De tooneelspe
ler beantwoordde dezen brief breed
voerig, doch moest ervaren, dat zijn
handschrift korten tijd daarna voor
vijf en twintig gulden werd verkocht
Hè, zie je die juffer?
Ja, die zie ik. Wat is 'r met d'r?
Ken je die?
Nou je 't sjegt, ik bep d'r gelool
ik wel er's gezien!
Hoe heet ze?
Weet ik niet!
Heet ze niet Sjarlotte?
Weet 'k niet!
Woonde die vroeger niet in Zwam-
merdam?.
Weet ik ook niet!
En trok ze toen niet hierheen..-
Waarschijnlijk, anders was ze toen
niet hier.I
Zie je wel! Dot is ze! Ze kwam me da
delijk al zoo bekend voor!....
De gast van een dorpsherberg be
klaagde zich: „Toen ik in mijn beo
wilde stappen, kwam daar een knw"
rend varken onder uit!"
„Dat heeft niks te beteekenen!'
de waard, „dat went naderhand
aan ui"