Raadsels
Uil DE GEBROEDERS KNOOPENSCHAAR
T JUTTERTJE
ZATERDAG 17 MAART 1934
PAG. 7
Padvinders
Weten jullie wel
Nieuwe Raadsels.
door G. Th. ROTMAN
een
grijpen, Klaas, dat jij wel iedere week een film
op school zou willen hebben, en dan zeker op
het uur, dat je het moeilijkste en lastigste vak
zou hebben? Ja, jij bent er achter, hoor. De
groeten aan Jan.
Akke v. Kampen, Haarlem. Wat een ver
rassingen deze maand voor jou, Akke, je vader
thuis, het feest van je verjaardag, twaalf dagen
vacantie, t is om een gat in de lucht te springen.
Nu, jongens en meisjes, tot volgende week.
Kindervriend.
Hoe lk welp werd.
Heerlijk is het in de vrije natuurt
door E. NIX.
We zijn het zoo gewend, dat onze
padvinders het is wel uit hun naam
pad-vinders" te verklaren hun bij
eenkomsten in de buitenlucht houden.
Daartoe leenen zich ook hun oefenin
gen en spelen beter. Die zijn door de
vrije natuur geïnspireerd en er ge
heel op ingesteld: spoorzoeken, seinen
met de vlag, kampeeren en kamp-spe
len. Maar op dagen, dat het weer niet
meewerkt en zij gedwongen zijn hun
heil binnenshuis te zoeken, of 's zomers
bij het kampeeren, in de tent, zijn er
toch nog zooveel andere dingen, die
de jongens onder elkaar doen kunnen
en waarbij ze een hoop kunnen leeren,
dat hun toch weer buiten te pas kan
komen.
Eén van mijn kleine vriendjes, die
het padvinder of liever welp wor
den tot den zomer dacht uit te stellen,
„omdat je er nou toch niets aan had,"
meende hij, zoolang het nog te koud
en te donker of te slecht weer was om
buiten te spelen, is daar heelemaal van
teruggekomen. Dat komt zoo. Zijn
vriendje op school is al langer welp en
die heeft hem, om hem te bewijzen,
dat aangesloten zijn bij de padvinderij
a 11 ij d leuk is, een avond meegeno
men naar een bijeenkomst bij hun
akela, die daar toestemming voor ge
geven had. En daar heeft hij zooveel
plezier beleefd, dat hij, één en al on
geduld, zich meteen heeft opgegeven
en al moet hij nog een paar weken
wachten, voor hij welp is, hij mag toch
al meedoen. Verder zal ik hem maar
aan het woord laten, dat is leuker.
„Zaterdagavond ben ik met Joop
meegeweest naar zijn akela, meneer
Hurgens. Ik mocht meekomen van dien
meneer, omdat Joop 't voor me ge
vraagd had. Maar eigenlijk had ik er
niets geen zin in, ik was net zoo lek
ker een fijn boek aan het lezen. Ik
deed het maar voor Joop, die zat al zoo
lang te zeuren, dat ik eens op een
avond moest komen kijken, als ze weer
eens een bijeenkomst hadden bij hun
akela.
Toen ik binnenkwam, kreeg ik een
kussen in mijn gezicht. Dat was „per
ongeluk", zei de jongen, die het gedaan
had, maar ik vond het niets erg. Juist
leuk, dat het niet zoo'n stijve boel was,
zooals, wanneer je ergens op visite
bent. Een paar jongens waren in een
hoek aan het vechten, ik keek vreemd
op, dat dat hier maar mocht. Maar dat
was den heelen tijd zoo; telkens waren
er kloppartijtjes, die dan weer gemak
kelijk werden bijgelegd, 't Was eigen
lijk maar voor de grap.
Op een gegeven oogenblik werd er
stilte geroepen. En ik dacht al: O jé,
nou krijgen we een fraaie preek, maar
neen hoor. Meneer Jurgens haalde een
guitaar te voorschijn en begon te spe
len, terwijl de jongens erbij zongen.
Het eerste liedje al kon ik meezingen
en ik deed het dan ook, uit volle borst.
Zingen doe ik zoo graag, dus dat trof
goed. Toen dat afgeloopen was, haalde
de akela zijn zakken uit en legde alles
op tafel; een manchetknoop, een pa
pierknijper, een paar kastanjes, een
zwarte knoop, een stukje vlakgom en
een halven stuiver. Dit was blijkbaar
nog niet genoeg, want hij vroeg aande
jongens of zij nog iets hadden om bij
de verzameling te leggen. Zoo kwa
men er nog een paar dingen bij: een
spiegeltje, een zakkam, een rol-centi-
meter en een pasfoto. Toen gooide hij
met zijn handen de heeleboel door
elkaar. Ik keek zeker wel erg be
nieuwd, want hij legde me toen uit,
waar het voor diende.
Je moet goed onthouden wat het alle
maal is, dan wordt alles toegedekt en
dan moeten de jongens zeggen, wat er
al zoo bij is. De anderen hadden veel
meer onthouden dan ik. Het gekste
was, dat ik de kam, die ik juist heel
goed had gezien, zoo zelfs, dat ik wist
dat er een paar tanden van stuk waren,
heelemaal vergat te noemen.
Daarna deden we weer wat anders.
Het licht werd uitgedraaid en een
oogenblik dacht ik, dat dit het saaie
gedeelte zou worden. Maar saai is het
den heelen avond niet geweest, hoor!
In het donker werden lichtseinen ge
geven. Ik begreep er niets van, maar
de anderen kenden dit al en riepen af,
wat er geseind werd. Dit vond ik haast
het leukste, wat ik op dien avond ge
zien heb. En ik heb toen heusch veel
gezien en geleerd! Even later kreeg ik
een stuk koord in mijn hand. Wat moet
ik daarmee? vroeg ik. Ik moest er een
knoop in leggen, zoo hard en zoo vast
als ik maar kon. Maar ze haalden hem
zóó uit elkaar. Toen leerden ze me een
goeden stevigen knoop te leggen. Dat
heb ik er alvast van geleerd. Den vol
genden dag op de speelplaats heb ik
die kunst al vertoond. Ook hebben ze
me laten zien, hoe je een touw kunt
inkorten, zonder er een stuk af te ha
len; hoe je een goede lus maakt, zooals
de cowboys aan hun lasso maken. En
tenslotte heb ik geleerd, hoe je zonder
kompas in het donker den weg kunt
vinden door op den sterrenhemel te
letten en daarvan de plaats, waar je
bent en de richting, waarin je loopt,
af te leiden.
Voor we naar huis gingen, zongen
we nog weer een lied, waaraan ik ook
kon meedoen, wat ik nu dubbel graag
deed, omdat ik het vaste plan had zoo
gauw mogelijk lid te worden, maar er
thuis nog even over praten moest. Nou
maar ik kan jullie verzekeren, dat ik
nu al naar de volgende bijeenkomst bij
den akela verlang. Als ik dat eerder
geweten had
dat er ook witte negers bestaan? Om
duidelijker te zijn: de kaffers rekenen
we om hun zwarte huid ook tot ne
gers, maar er blijken ook witte kaffers
te zijn.
In Noord Rhodesia, bij Broken HilJ,
is een dorp van enkel witte kaffers.
Dit zijn albino's. Zij hebben rood haar,
even wollig als hun donkere broeders,
een witte huid en roode oogen;
dat de naam Amerika van het we
relddeel, door Columbus ontdekt, be
halve van Amerigo Vespucci, die vol
gens sommigen nog vóór Columbus
Amerika heeft gezien, nog van een an
deren naam wordt afgeleid? Er wordt
beweerd, dat de allereerste ontdekker,
een zekere Cabot uit Bristol, het nieu
we land noemde naar een persoonlij
ken vriend van hem, die Richard
Amerijk heette;
wanneer de eerste tandenborstel
werd gemaakt? In het jaar 1780 zat een
meneer Addis figuurtjes te snijden in
een stuk been. Terwijl hij zoo bezig
was viel het hem ineens in, dat het wel
mogelijk zou zijn, om gaatjes in het
been te boren en daarin borstelharen
vast te maken. Zoo ontstond de eerste
tandenborstel;
dat in Siberië ook menschen een
soort winterslaap houden? Als het
donkere jaargetijde aanbreekt en de
sneeuw ligt „huizenhoog", zooals men
weieens zegt, kunnen de menschen, die
buiten moeten werken, toch niets doen.
Heele boerenfamilies blijven dan in
bed en eens per dag staan ze een uur-
tjje op te eten en voor de kachel te
zorgen;
dat de bijen zelf voor de ventilatie in
hun korf zorgen? Een af deeling bijen
krijgt opdracht met de vleugels te
slaan, waardoor de slechte lucht uit
den korf verwijderd wordt, een tweede
afdeeling blijft voor den ingang van
den korf voortdurend heen en weer
vliegen, dat is om de frissche lucht
naar binnen te persen.
Oplossingen der vorige raadsels:
I.
Kers.
IL
Barbier.
nL
Voorjaar.
Java.
Oor.
Ar.
Goede oplossingen notvangen van:
Betsie B.; Alie de J.; Joh. en Corn.
L.; Jannie de Vr.; Jan de V.; Geertje
de V.; Ida de B.; Andrina R.; Dina W.;
Catharina v. B.; Marie v. V.; Nellie K.-
Gretha M.; Maartje H.; Geertje P.;
Fijtje M.; Lientje N.; Nellie N.; Nellie
B.; Froukje Z.; P. N.; Corrie J.; Geer-
truida M.; Andre W.; Tonia S.; Thea
S.; Jan G.; Jenny Z.; Pietertje v. B.;
Bertha H.; Marietje L.; Hennij M.;
Piet en Mientje V.; Tini W.; Rienus
K.; Annie v. d. W.; Cornelis S.; Lien
v. G.; Fientje M.; Mientje T.; Maarten
W.; Tini D.; Maartje v. d. D.; Nelly J.;
Kees D.; Agatha K.; Henk G.; Rietje
W.; Tini W.; Jansje W.; Corrie S.;
Gretha L.; Annie T.; Corrie P.; Trijn
tje V.; Pleuntje B.; Annie Annie de
W.; Nellie D.; Maartje S.; Christina
B.; Annie B.; Fietje K.; Toon T.;
Truus v. W.; Trijntje v. T.; Nellie v.
d. E.; Nieza B.; Piet H.
L
Welk bekend spreekwoord staat
hier?
T h nd n v. ht n .m
..n b n, d. d..d. 1 p
.rv..gm..h..n.
IL
Verborgen dierennamen:
Waar is de sla? Kijk maar eens in
die kom.
De olifant Jumbo kon over een touw
springen.
Kijk die wesp in het net verward
zijn.
Al eeuwenlang heeft die eik daar
gestaan.
III.
Met m ben ik een meisjesnaam, met
t een getal en met z een werkwoord.
6L Maar we zullen eerst eens zien,
n°e het onderwijl met Pieter gegaan
Toen deze zijn telefoongesprek
beëindigd had, kwam hij uit de tele-
1 te voorschijn en stapte,
briefje van tien op den kelner af.
bn te betalen. Nu, je kunt je de ver
ding voorstellen, die de verschijning
an Pieter verwekte, daar men hem
eerst niet binnen had zien komen.
62. Toen hij alles uitgelegd had en
men begreep, dat men met tweeling
broeders te doen had, zei de kelner:
„Dan mag u uw broer wel gauw op
zoeken, want die wordt door de politie
nagezeten!" Pieter ging er dus op
uit, maar hij was nog geen twee stra
ten verder, of een politieagent, die Jo-
docus in hem meende te erkennen,
sloop achter den niets vermoedenden
Pieter aan....
63. Juist wou de agent, nu zeker van
zijn zaak, op Pieter toespringen, toen
een voorbijkomende straatjongen hem
met een schreeuw op het gevaar op
merkzaam maakte. Pieter er natuurlijk
vandoor! Daar hij echter o«der het
loopen voortdurend omkeek om te zien
of de agent hem inhaalde, zag onze
Pieter niet, dat er vlak voor hem, op
het trottoir, een schilder op zijn ladder
stond
64. Bom! Hij vloog tegen de ladder
aan; de ladder sloeg om en een emmer
vol witte verf, die aan de ladder hing,
kwam precies omgekeerd op het hoofd
van den diender terecht, terwijl Pieter
zelf met zijn hoofd tusschen de spor
ten bekneld raakte en lag te spartelen
als een visch op het droge. Het was
een lawaai van belang, zoodat de men
schen van alle kanten kwamen aan-
loopen