De berechting van de muiter ij op De Zeven Provinciën. Radioprogramma 40ste Paaschcongres van de S.D.A. P. Schenkingen aan het Oranje Nassau's Oord- On :e vischuitvoer naar Frankrijk. Christ. Nat. Vakverbond. Het visscherijbedrijf te IJmuiden in 1933. Nederland en de wereldconjunctuur KOMEN 16 OFFICIEREN VOOR DEN ZEEKRIJGSRAAD. it'Jüï YSIÜG HELDERSCHE COURANT VAN DINSDAG 3 APRIL 1934. HET CRISIS PLUIM VEEBBESLUIT. Van meerdere zijden vernamen wij, dat er tal van kippenhouders zijn, die veron derstellen, dat door de regeeringsmaat re gelen het houden van kippen aan banden is gelegd. Men meent, dat men niet meer vrij is zelf het aantal hoenders te bepalen, dat men wil gaan houden, maar dat de Regeering dit doen kan. Dit is niet het geval bii de tegenwoor dige voorschriften. Het Crisis Pluimvee- besluit is wel een regeling, waarbij de totale grootte van den hoenderstapel kan worden beïnvloed door niet meer dan een zeker aantal eieren in de broedmachines te laten uitbroeden, doch het aantal hoen ders, dat ieder mag houden, wordt bü de thans geldende bepalingen vrijgelaten. Daarnaast beoogt de regeling verbetering van den pluimveestapel, waarom alleen fokkers, vermeerderaars en kuikenbroe ders onder het besluit vallen. Iedereen, die geen kuikens of broed- eieren verkoopt of een broedmachine in zijn bezit heeft, dus iedereen, die alleen kippenhouder is, valt geheel buiten het genoemde Crisis Pluimveebesluit en mag het aantal kuikens koopen, dat hij wil, zonder dat dit door de regeeringsmaatre gelen wordt beïnvloed. Het broeden met kloeken valt eveneens geheel buiten bovengenoemd besluit. Ook is men geheel vrij van wien men zijn kui kens of broedeieren wil betrekken. Alleen moet men zorgen, dat bij ontvangst van kuikens een geleidebiljet aanwezig is. Dit biljjet moet goed bewaard worden, opdat bü eventueele controle door den ambte naar van de Pluimveecentrale getoond kan worden, dat men zyn kuikens heeft ge kocht. Het gebruikmaken van een broedma chine is alleen geoorloofd, indien deze machine door den eigenaar is opgegeven aan de Pluimveecentrale te Beekbergen en door deze een machtiging is verleend om deze machine te gebruiken. Aan het Sanatorium Oranje Nassau's Oord worden dagelijks geldzendingen, vaak groote bedragen, ontvangen,zonder dat duidelijk blijkt voor welk fonds zij bedoeld zijn. Er bestaat nl. een Emmafonds, verbon den aan het Sanatorium Oranje Nassau's Oord, welk fonds is gesticht door H.M. de Koningin-Moeder en uit welks rente de verpleegden worden geholpen, die zelf de verpleegkosten in het sanatorium niet kunnen betalen. Voorts een Koningin-Emma-fonds, ge vestigd te 's-Gravenhage, door H.M. de Koningin-Moeder gesticht by gelegenheid van haar 70sten verjaardag en dat steun verleent aan oude dames en heeren. De geneesheer-directeur van Oranje Nassau's Oord verzoekt aan de schenkers (stersl duidelijk te willen opgeven voor welk fonds hun bijdrage bedoeld is, ten einde misverstand te voorkomen. Men schrijft aan de Nw. Rott. Crt. Nader kunnen wij melden, dat ons land gedurende de maanden April tot en met September naar Frankrijk mag uitvoeren 359.000 K.G. fijne visch, wat 21.000 K.G. minder is dan verleden jaar in hetzelfde tijdvak en een millioen K.G. grove visch, wat evenveel is als verleden jaar. Van de fijne visch mag elke maand ongeveer 60.000 K.G. worden ingevoerd, van de grove visch de eerste vier maanden telkens 200.000 K.G. en de beide laatste maanden 100.000 K.G. Het 25-jarig bestaan. Op 1 Juli zal het Christelijk Nationaal Vakverbond 25 jaar hebben bestaan. Het ligt in de bedoeling, dat dit jubileum zal worden gevierd met eenige vergade ringen en de uitgave van een gedenk boek. De bij het C. N. V. aangesloten organisaties zijn voornemens een film als jubileumgeschenk aan te bieden. De ministers, dr. H. Colijn en prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine hebben reeds toezegging gedaan, in deze jubileum samenkomst het woord te zullen voeren^ De gevolgen van de staking doen zich nog ernstig gevoelen. In het jaarverslag der IJ muider Visch- handelvereeniging over 1933 wordt ge wezen op een verminderden omzet, een gevolg vooral van de staking, welke bijna zeven maanden duurde. In de tweede plaats werden aan onzen vischexport nog steeds meer moeilijkheden in den weg gelegd, of reeds bestaande invoerbelem- meringen verscherpt. Ook thans nog worden de gevolgen van de langdurige staking door den handel terdege gevoeld, aangezien o.a. een der grootste afnemers, België, zich vorig jaar door de staking genoodzaakt zag zijn orders in andere landen te plaatsen, waarbij vooral Dene marken in de gelegenheid kwam zich voor goed in België te nestelen. Dien tengevolge heeft de handel thans de grootste moeite het verloren terrein te herwinnen. Deze ontwrichting van den handel had in belangrijke mate voorkomen kunnen worden, indien onze regeering ware in gegaan op het herhaalde verzoek van handel en reederij, om de exporteurs, in verband met de staking, tijdelijk toe te staan ook buitenlandsche visch naar België, Frankrijk enz. te exporteeren. Meer en meer blijkt volgens De Neder l'andsche Conjunctuur, kwartaaluitgav van het Centraal Bureau voor de Statis tiek dat het wereld-bedrijfsleven is aange land in de phase der depressie waarin op verlaagd pSl. geleidelijk de aanpassing aan de nieuwe omstandigheden p.aats "De ontwikkeling heelt in 1934 nog voortgang gemaakt en leidde vooral tot uitbreiding van landbouw en veeteelt in de oude industrielanden en ,bcv°rc}fn^_f.f£ industrie in gebieden, die in hoofdzaak nog agrarisch zijn. De achteruitgang van het Inter nationale ruilverkeer. blijkt intusschen in goud uitgedrukt niet alleen absoluut, maar ook ten opzichte van het vorige jaar, minder groot te zijn geweest, dan in 1931 en 1932. De handelsbeweging van de onderschei dene landen ontwikkelde zich zeer verschil lend. Wat den Uitvoer. betreft, zijn min of meer duidelijk te on derscheiden: 1. Landen, waar de daling der goud- waarde van den uitvoer nog weinig ver minderde, het meerendeel der Europeesche landen, o.a. Nederland behoort tot deze groep. 2. Landen, waar deze daling neiging vertoonde om tot staan te komen. 3. Landen, waar de totale uitvoer in 1933 die van 1932' overtrof o.a. Japan. De productie-cijfers van verschillende landen geven een toeneming van 1933 ten opzichte van 1932 te zien, maar nog zeer zelden ten opzichte van 1931. De werkloosheid is over het geheel ge daald, vooral in Duitschland en Groot- Britannië, doch slechts weinig in Frank rijk, terwijl er een aantal landen is aan te wijzen, waar de werklosheid in 1933 groo- ter was dan in 1932, zooals Canada, Italië Noorwegen, Tsjechoslowakije, Polen en Nederland. Meer uitvoerig wordt stilgestaan bij de ontwikkeling van de zaken in de Veree- nigde Staten, en wel aan de hand van een tabel, waarin een groot aantal maand cijfers zijn aangebracht. Wat nu ten slotte Nederland betreft, is hieromtrent wel gebleken, dat in ons land aan de opleving die elders veelal te onder kennen is, een betrekkelijk gering aandeel gehad heeft. Een nieuwe wending ten ongunste heb ben sleehts enkele industrieën te zien ge geven, voornamelijk die betreffende de Twentsche textielnijverheid en de olie- en vetindustrie. Verdere gegevens omtrent den oecono- mischen toestand van Nederland verschaft het zoojuist verschenen nummer van de oeconomische en sociale kroniek, eveneens een uitgave van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Eene beschouwing over den toestand van de voornaamste groepen van bedrijfs takken wordt ingeleid met de opmerking, dat het afgeloopen jaar wel een zekere stabilisatie schijnt te hebben gebracht, zij het uiteraard op een laag peil. De totale werkloosheid was nog wel in elke maand van 1933 grooter dan in de overeenkomstige van 1932, maar het ver schil verminderde geleidelijk tot in Augus tus, om daarna weer eenige toeneming te vertoonen. Het hoogtepunt der werkloos heid, dat in verband met de vroeg inge vallen vorst reeds in December viel, was, voor het eerst sinds 4 jaar, iets lager dan dat van den vorigen winter. Tusschen de verschillende vakken, en ook tusschen de branches van één vak, heerschte echter nog groote verscheidenheid en van een algemeene ontlasting van het bedrijfsleven kan nog in het geheel niet besproken wor den. De landbouw. Bij den landbouw waren de weersom standigheden in 1933 voor den akkerbouw over het geheel gunstig. De economische toestand der veehou- dersbedrijven is in 1933 niet achteruitge gaan. De werking van de Crisis-Zuivel- wet en van de Crisis-Varkenswet heeft verdere afbrokkeling der bedrijfsuitkom- sten voorkomen. Bij den tuinbouw waren opbrengst en kwaliteit der producten in 1933 goed tot vrij goed. De financieele resultaten van den tuinbouw waren echter, met uitzondering van die van de fruitteelt, zeer ongunstig. De omzetten op de veilingen zijn we derom belangrijk gedaald. De zeevisscherij. Van de beide hoofdtakken der zeevis scherij. n.1. de haring- en de trawlvissche- rij, waren de resultaten onbevredigend. Het bedrijf werd tengevolge van de afzet- moeilijkheden wederom op slechts beperkte schaal uitgeoefend en daarbij kwam. dat de stoomtrawlvisscherij wegens staking gedurende bijna de geheele eerste helft van het jaar stillag. De haringvisscherij werd in het najaar, toen bij de overvloe dig geworden vangsten de reeds niet-loo- nende prijzen nog verder terugliepen, met stopzetting bedreigd, welke echter door steun van Regeeringswege werd voorko men. De goederenmarkten bleven het geheele jaar over het algemeen lusteloos; er waren echter tijdelijke oplevingen. De achteruitgang op het gebied der ar beidsvoorwaarden hield ook in het vierde kwartaal vrijwel onverminderd aan: voor al ook voor het overheidspersoneel wer den weer vele nieuwe loon- en salaris verlagingen vastgesteld. De kosten van het levensonderhoud ste- 9011 voor de groepen, ten aanzien waarvan gegevens beschikbaar zijn, in de laatste helft van 1933 en bereikten aan het eind van dat jaar een hooger peil dan aan het begin. De Nederlandsche Industrie in 1933. Het Centraal Bureau voor de Statistiek berekent jaarlijks indices, die de industri- eele conjunctuur zoo goed mogelijk belich ten. In de thans verschenen afleveri van het tijdschrift De Nederlandsche con junctuur worden de nieuwste cijfers ge geven. Deze cijfers geven den indruk, dat sinds 1930 de uurloonen tusschen 10 en 15 pet. gedaald zijn. LOONEN IN DE WERK VERSCHAFFING. Ter uitvoering van werken, door de gemeente Amsterdam in werkverschaf fing ondernomen, heeft de Minister van Sociale Zaken zich bereid verklaard tot het verleenen van een subsidie op de loo- nen der te werk gestelde werkloozen, wanneer rekening werd gehouden met de navolgende, door Z.Exc. gestelde eischen: 1. het uurloon zal worden teruggebracht van 50 tot 45 cents, zoodat het totaal wekelijksch inkomen komt op gemiddeld 23.76, terwijl dit voorheen gemiddeld kon zijn 26.40. 2. de ziekteuitkeering, voorheen bedra gende 18.worde teruggebracht tot 14.40. Naar aanleiding van deze beduidende verslechtering in de tot heden geldende arbeidsvoorwaarden voor te werk gestelde werkloozen, heeft het Bestuur van de Ne derlandsche Vakcentrale zich tot den Mi nister van Sociale Zaken gewend, met het verzoek de hiervoren aangegeven ver slechteringen te willen opheffen en de tot heden geldende regeling voor de gemeen te Amsterdam te willen handhaven. Op dit verzoek is, voor wat punt 1 be treft, afwijzend beschikt onder motivee ring, dat de loonwijzigingen welke in het vrije bedrijf zijn ontstaan, het noodzake lijk hebben gemaakt, dat ook het loon bij de werkverschaffing wordt gewijzigd. Ten aanzien van punt 2 deelt de Minis ter echter mede, dat in de aanvankelijk aangebrachte wijziging van het daggeld voor de Ziektewet een verandering ten gunste van de arbeiders zal worden aan gebracht. I DE LOONEN VAN DE SCHEVENING- SCHE ZEEVISSCHERS. Nog niet gemiddeld f 18 per- week. In 1933 heeft het deel, dat de door de Scheveningsche vloot aangevoerde hoe veelheid haring vormt van den aanvoer der geheele Nederlandsche haringvloot, een stijging ondergaan. In 1929 was dit deel 37,3 pet., in 1930 39.9, in 1931 43,4, in 1932 45,9, om in 1933 te komen op 46.2 pet De gemiddelde prijs per kantje haring van de Scheveningsche aanvoeren onder- qinq in 1933 een gevoelige daling en be droeg 9.21 tegen 11.74 in 1932 11.32 in 1931, 17.47 in 1930 en 17.20 in 1929). Aan de haringvisscherij te Schevenin- gen namen gedurende korteren of lange- ren tijd deel 118 (115) loggers. Het cen trale register voor visschersvaartuigen vermeldt voor Scheveningen op 1 Juli 33 130 motorloggers en 6 zeilloggers; 10 mo- torloggers en de 6 zeilloggers waren opge legd. terwijl 2 motorloggers het geheele jaar aan de treilvisscherij hebben deelge nomen. De loonregeling voor de haringvisscherij (ten aanzien van motorloggers t.m. 124 pk) heeft voor 1933 in vergelijking met 1931 en 1932 eenige wijzigingen onder gaan. Uit de verdeeling der afrekeningen naar de grootte blijkt zeer duidelijk de vermin dering der ontvangsten van de beman ningen. In 1929 was slechts 5.8 pet. van de afrekeningen lager dan 5.00, in 1930 6.3 pet. in 1931 31.2 pet., in 1932 47.5 pet. en in 1933 63.3 pet., terwijl in die jaren onderscheidenlijk 23.2, 23.8, 0.6, 0.6 en 0.2 pet. der afrekeningen hooger was dan 900. Voor de stuurlieden daalden de gemid delde verdiensten per week gedurende de teelt van 30.09 in 1930, 24.34 in 1931, f 24.36 in 1932 op 19.55 in 1933; voor de motordrijvers daalden ze van 34.23, van 26.91 en 25.47 tot 22.17 en voor de matrozen van 31.68 in 1929 via 28.20, 21.49 en 21.99 tot 17.81. DE TWEEDE „ORANJETREIN". Naar wij vernemen is de inschryving opengesteld voor den Nederlandschen Tentoonstellingstrein, bijgenaamd de »Oranjetrein«, die ook dit jaar een tocht door ons land zal maken. Deenorme belangstelling van het vorige jaar (het aantal bezoekers beliep ca. '/2 millioen) heeft de behoefte aan deze in stelling duidelijk bewezen. Een bewijs voor het zakelijk succes der deelnemers ligt in het feit, dat verschillende expo santen zich onmiddellijk na afloop der eerste rondreis van plaatsruimte in den tweeden trein verzekerden. De «Oranjetrein 1984* bezoekt ruim 80 plaatsen, voornamelijk andere dan 't vorig jaar, terwijl het in de bedoeling ligt in de groote steden, die ook het vorig jaar werden bezocht, den trein aan andere stations op te stellen. Belanghebbenden kunnen zich om in lichtingen richten tot den Nederlandschen Tentoonstellingstrein, 3e Administratie gebouw Ned. Spoorwegen, Utrecht. OP 14 APRIL S.is eersf: Sferke drank dan: Snelheid Slecht sturen SnijdenSTOP Tenslotte is S: Schedel breuk of Strafgevangenis. WOENSDAG 4 APRIL. Hilversum, 301 M. Algemeen programma, verzorgd door de VARA. 8.00 Gramofoonpl. .■0.00 Morgenwijding VPRO. 10 15 Declamatie F. Nienhuys. 10.30 De Notenkrakers o.l.v. D. Wins. 11.00 Vervolg declamatie. 11.20 Vervolg orkestconcert. 12.00 IClein-VARA-ensemble ol.v. F. Bakels. 12.30 Gramoloonpl. 12.45 Vervolg concert. 2.00 .Zenderverzorging. 2.15 Orgelspel C. Steyn. 3.00 Voor de kinderen 5.30 De Flierefluiters o.l.v. J. v. d. Horst. 6.30 RVU. Prof Dr. A. C. Josephus Jitta: „De corporatieve staatsgedachte in Nederland en in het buitenland. 7.00 Sportuitzending. 7.20 Gramofoonpl. 800 Herhaling SOS-berichen. 803 Uit het Concertgebouworkest te A'dam: De Stem des Volks, Concertgebouworkest, To van der Sluys (sopraan) en L. Bogtman (bariton). Leiding: A. Krelage. 9.10 Vaz Dias. 9.20 VARA-orkest o.l.v. H de Groot. .0 00 Declamatie R. Numan. 10.15 Piatrogibas o.l.v. J Carlquist. 10.30 Vaz Dias. 10.35 Vervolg Piatrogibas. to.50 Klein VARA-ensemble o.l.v. F. Bakels, m.m.v. J. Jong (orgel). 11.15 De Notenkakers o.l.v. D. Wins. 11.4512.00 Gramofoonpl. Huizen, 1875 M. NCRV-uitzending. 8.00 Schriftlezing en meditatie. 8.159-30 Gramofoonpl. 10.30 Morgendienst o.l.v. Ds. G. Laarman. ,1.0012.00 Fluitrecital P. v. d. Hurk. Aan den vleugel: J. Monissen. 12.15 Gramofoonpl. 12.30 Orgelconcert R. Parker. 1.30 Trio v. d. Horst m.m.v. mevr. C. v. Ra- venzwaay-Möllenkamp (zang). 3.00 Chr. lectuur. 3.30 Gramofoonpl. 4.00 Gramofoonpl. 5.00 Kinderuur. 6.00 Landbouwhalfuur. 6.30 Afgestaan. 7.00 Ned. Chr. Persbureau. 7.15 Gramofoonpl. 7.30 Causerie door Ph. J. Ledegang. 8.00 Evangelisatiedienst uit de Baptistenkerk te Groningen, m.m.v. sprekers en koor o.l.v. A. Bos. Aan het orgel: J. Bos. 9.30 Gramofoonpl. 9-45 Blaaskwintet o.l.v. P. v. d. Hurk, R. Parker (orgel). In de Vaz Dias. 1100u.30 Gramofoonmuziek. DONDERDAG 5 APFIL. Hilversum, 301 M. AVRO-uitzending. 8.00 Gramofoonpl. ;o.oo Morgenwijding. 10.15 Gramofoonpl. ■.0.30 Hindoesche muziek door Musharaff Moulamia Khan, met sitar-begeleiding. 10.56 Gramofoonmuziek 11.00 Knipcursus kinderkleeding. 11.30 Zang door het Arnhemsch dubbelkwartet 12.00 Omroeporkest o.l.v. N. Treep en gramo foonpl. .•.45 Zang door Rita Oger (mezzo-sopraan) aan den vleugel: E. Veen. 2.00 Voordracht door Rie Beyer. 2.301 Omroeporkest o.l.v. N. Treep m.m.v. Rita Oger (mezzo-sopraan). 3.15 Gramofoonmuziek. 4.00 Voor zieken en ouden van dagen. 4.30 Gramofoonpl. 5.00 Radiotooneel voor kinderen. 5.30 Ludwig Rüth en zijn orkest. 6.30 Sportpraatje door H. Hollander. 7.00 Vervolg L. Rüth en zijn orkest. 7.30 Engelsche les Fred Fry. 8.00 Vaz Dias. 8.05 Gramofoonpl. 8.15 Concertgebouw-orkest o.l.v. E. Kleiber, m.m.v. Jascha Heifetz (viool). In de pauze, zang door Maria Basca. Aan den vleugel: E. Veen. 10.30 Gramofoonpl. 11.00 Vaz Dias. 11.1012.00 Dansmuziek door Ludwig Rüth en" en zijn orkest. 10.00 NCRV, 11.00 KRO, pauze m.m.v. om 10.00 Huizen, 1875 M. 8.009-15 KRO, 2.0011.30 NCRV. 8.009.15 en 10.00 Gramofoonpl. io.iS Morgendienst o.l.v. Ds. M. Holtrop. PO.45 Gramofoonpl. 11.30 Godsd. halfuur. 12.15 Orkestconcert en gramofoonpl. 2.00 Handwerkcursus. 3.00 Vrouwenhalfuur. 3 30 Gramofoonpl. з.45 Pauze. 4.00 Bijbellezing door Ds. K. Siestma, m.m.v. bariton en orgel. 5.00 Cursus handenarbeid voor de jeugd. 5 30 Vioolrecital coor J. Helden. Aan den vleu gel: F. Nolthenius. 6.30 Korfbalpraatje door C. de Graaf. 6.45 Causerie door J. Schipper. 7.00 Ned. Chr. Persbureau. 7 is Gramofoonmuziek. 7 30 Journ. weekoverzicht door C. A. Crayé. 8.00 Orgelconcert door J. Zwart. 9.QO J. Kuilman: De run op den fiscus. 930 NCRV-Kleinorkest o.l.v. P. v. d. Hurk: In de pauze om 10.00 Vaz Dias. и.0011.30 Gramofoonmuziek. Aneta meldt uit Söerabaia De zeekrijgsraad te Soerabajais tegen 14 April bijeengeroepen ter behandeling van de zaak tegen 16 officieren dienende aan boord van »De Zeven 1 rovini tijdens de muitery. Het zijn de luitenar der eerste klasse W. F. J. F., de luite nants ter zee der tweede klasse E M.r L. D. d. K. en D. D., de luitenants tei zee der derde klasse A. E. J. M-, R* Jv* v. E., J. A. A. v. II., H. T. K., W. J. R. en A. N. baron d. V. v. S., de officieren van den marinestoomvaartdienst der twee de klasse L. d. W., G. S. en,p*.j v. B., de officier van gezondheid der tweede klasse H. C. B. en de luitenants ter zee der derde klasse P. C. en J. G. o. De tenlastelegging aan den oudst- aanwezenden officier en den offi cier van de wacht. Aneta meldt uit Soerabaja: Aan de op 14 April voor den Zeekrijgs raad te Soerabaja terecht staande 16 officieren van de De Zeven Provinciën, isten laste gelegd, dat zij op de De Zeven Provinciën in den avond van 4 Februari 1933, terwijl beklaagde W. F. J. F., luite nant ter zee eerste klasse, bij afwezigheid van den commandant, kapitein-luitenant ter zee P. E., oudst-aanwezend zee-officier aan boord was, en beklaagde E. M. H., luitenant ter zee tweede klasse, officier van de wacht was, na vernomen te hebben, dat dienzelfden avond munitie uit een verlaatrolkast was ontvreemd, dat voorts verschillende manschappen, kennelijk met kwade bedoelingen in één derwalengan- gen waren op- en samengedrongen en zich aan de geweerrekken hadden ver grepen, deze eigenmachtig haden ontsloten en zich van geweren meester maakten of haddén gemaakt; in ieder geval na uit soortgelijke berichten begrepen te hebben, dat een deel der bemanning zich op ongeoorloofde wijze eigenmachtig van geweren en munitie had meester gemaakt, en zich had gewapend; na zich na het alarmgeroep van een geladen pistool hebben voorzien en zich naar het opper dek hebben begeven, alwaar zy consta teerden, dat het voorschip in donker was gezet, aan hen de vrije beschikking over de beide in gebruik zynde motorsloepen was onttrokken, de statie-trap aan stuur boord door eenige manschappen werd geheschen en verscheidene schepelingen op het opperdek samengroepten, kortom uit de door hen waargenomen situatie aan boord in verband met de reeds ont vangen berichten, begrepen, althans moesten begrijpen, dat een deel der be manning tegen het wettig gezag aan boord in opstand was gekomen en een aantal hunner voorzien van geweren en munitie zich op het voorschip bevondderhalve er van getuige zijnde, dat zjj van hun vryheid van handeling werden beroofd; opzettelijk nalieten tegen de daders de door het belang der zaak gevorderde maatregelen van geweld naar vermogen aan te wenden voor wat betreft beklaagde. Aan de overige beklaagtfen. F. door zich niet aan het hoofd te stellen van eenige te zijner beschikking staande gewapende ondergeschikten, naar voren te gaan en tegen voornoemd ge deelte der bemanning van de vuurwapens gebruik te maken, of te doen gebruik maken, dan wel eenigen anderen nood zakelijken maatregel van geweld toe te passen; voor wat betreft beklaagde H. door zich niet in de richting van het voorschip te begeven en niet door ge bruikmaking van zijn vuurwapen dan wel op eenige andere gewelddadige wijze tegen de delinqueerende schepelingen op te treden, teneinde voren omschreven handelingen van de zijde van de beman ning onmiddellijk te doen beëindigen, althans hun voortgang te stuiten, in ieder geval den omvang daarvan te vermin deren, hebbende zij geen enkelen maat regel van geweld aangewend en in stede daarvan zich naar de campagne en van daar in een inmiddels gestreken vlet be geven en zich zoo snel mogelijk van het schip verwijderd. Ten aanzien van den dertienden tot vter- tienden beklaagde (de luitenants ter zee 2de klasse L. D. de K. en D. D., de luit. ter zee 3de klasse A. E. J. M.,R. R.v. E., A. v. R., H. T. K., W. J. R. en A, -0 wapende onderofficieren van den aan. vang af gedurende ongeveer drie uren, waarin de leiding, welke van beklaagd» F. en na diens vertrek van den luitenant ter zee der tweede klasse van B.,'ais oudst-aanwezend zeeofficier, had behooren uit te gaan, óntbrak, na te laten, hetzij gezamelyk, hetzy individueel, tegen da muitende manschappen van de vuurwapens gebruik te maken of te doen gebruik, maken, althans eenigen anderen maatregel van geweld toe te passen, teneinde da orde en de tucht te herstellen, voren om schreven handelingen der bemanning on- middellijk te doen beëindigen, althans in hun voortgang te stuiten, in ieder geval in omvang te verminderen, hebbende zn geen enkelen maatregel van geweld aan gewend, terwijl in het bijzonder de be klaagden de W., S., en v. B. opzettelijk nalieten de toegangen tot de machine kamers en de stookplaatsen zoo noodig met wapengeweld te forceeren en de man schappen te dwingen hun ontoelaatbare verrichtingen te staken, en de beklaagden D., R., v, E., A., v. R., K„ en de V. v. S, toen zij zich onder aanvoering van luite nant v. B. gewapend naar den brug wilden begeven, en door een aldaar geposteerden gewapenden schepeling een geweerschot werd gelost, opzettelijk hebben nagelaten het vuur te openen, doch den terugtocht hebben ondernomen. De tenlastelegging van luitenant de V. v, S. houdt bovendien nog in dat hij in genoemden nacht, toen hij zich in de radiohut bevond en deed uitluisteren naar radioseinen en over een geladen pistool beschikte opzettelijk naliet tegen den korporaal-machinist M. B., die hem onder bedreiging met een pistool dwong de radiohut te verlaten, althans onder voor houding van een pistool aandrang op hem uitoefende tot het verlaten van bedoelde radiohut, met gebruikmaking van zijn vuurwapen gewelddadig op te treden, althans tegen dezen korporaal eenigen geweldmaatregel, welke noodzakelijk was ter verzekering van de radio-communi catie aan te wenden. Voorts luidt de ten laste legging ten aanzien van de beklaagden De K,D.,M., R. v. E., A. v. R., K„ R., de V. v, S., De W„ S„ v. B., B., O, en S. Dat zij gedurende den verderen loop van den nacht zich bij voortduring van gewelddadig optreden onthielden, zelfs toen eenige minderen het door beklaag den bezette achterschip betraden en de door beklaagden ontkoppelde stoomstuur- inrichting weder inschakeldenvoorts dat zij nimmer gedurende vijf achtereen volgende dagen een gewapende uitval ondernamen met het doel tiet schip onder het wettig gezag terug te brengen of het gedeelte van het schip waar zich da machine-kamers bevonden, te bezetten; terwijl zy daarentegen by herhaling de muitende schepelingen in het door hen bezette gedeelte van het schip toelieten. Ten slotte wordt nog aan den luitenant ter zee derde klasse C. en den officier M. S. D. tweede klasse S. ten laste ge legd, dat zij nalieten hun vuurwapenen te gebruiken toen gewapende schepelingen de campagne, waar deze beklaagden zich bevonden, bezetten met het doel contact tusschen hen en de overige officieren te verhinderen. j. A .mmmm.. - N. de V. v. St., de officieren M.S.D. 2de klasse L. de W„ G. S., C. M. W. v. B. en den officier van gezondheid der 2de klasse H. G. B.) luidt de ten laste leg ging: dat zij, getuigen zijnde dat een deel der bemanning, derhalve hun minderen, zich kennelijk met kwade bedoelingen op ongeoorloofde wijze eigenmachtig van wapens en munitie meester maakte, althans had gemaakt, zich van geweren met bajo net en van pistolen had voorzien en deze wapens openlijk droeg, aldus gewapend het voor- en middenschip, en de toegan gen tot het voorschip, de machinekamers, stookplaatsen en de brug bezette, der halve vaardig was om bij een eventueel actief optreden der officieren van vuur wapens tegen deze meerderen gebruik te maken; de aan boord aanwezige offi cieren en de zich bij deze gevoegd heb bende onderofficieren aldus met wapen geweld bedreigde, voorts, dat het schip door de bemanning eigenmachtig onder stoom werd gebracht en gehouden, het anker werd gelicht, de machines in wer king werden gesteld, de communicatie met den van door 11 i v/U 11C oen wal werd verbroken en het schip zijn ankerplaats werd weggevaren, door welke gezamenlijke handelingen de beklaagden door bun minderen opzettelijk weiden verhinderd de noodige maatrege len, waaronder de instandhouding der verbinding met uen wal en de bewerk stelliging van persoonlijk contact met den afwezigen commandant, te nemen; opzet telijk nalieten tegen de daders de door het belang der zaak gevorderde maat regelen van geweld naar vermogen aan te wenden, door, hoewel zij gewapend waren en de beschikking hadden over een 7-tal ge- Tijdens de Paaschdagen is te Utrecht het jaarlijksche congres van de S.D.A.P, in Nederland gehouden. Het is Zaterdag middag geopend met een rede van den voorzitter J. Oudegeest. Dankbaar herdacht deze het feit, dat de Nederlandsche party tot dusver ge spaard is gebleven voor evenementen, die de partijgenooten in een aantal landen hebben te verduren gehad. Hij wijdde vervolgens woorden van piëteit en rouw aan de vele gevallen kameraden, aan de talrijke vrienden in de concentratiekam pen, aan de Oostenrijksche makkers, wier strijd hij herdacht. Ook de overleden landgenooten herdacht spr., prof. Kuyper, Eichelsheim, Smit en Snikkers, Zooals steeds op de kentering der tijden, is er ook thans, aldus ging spr. verder, bij het langzaam verval van het kapita listisch systeem, onrust, verwarring, wan hoop, twijfel allerwegen. In alle landen, waar dictatuur heerscht, ook in Italië, dat de zegeningen van Mus- solini's systeem nu gedurende elf jaren kent, bestaat de corporatieve staat slechts in de verbeelding der machthebbers. Niettegenstaande wij in ons land tame lijk veilig geacht kunnen worden te zyn voor het fascisme, blijft de grootste waak zaamheid geboden. Gedurende al deze komende jaren zal groote activiteit, groote toewijding, groote opofferingsgezindheid van alle deelen der beweging en van alle leden noodzakelijk zijn. Voor den strijd tegen fascisme en com munisme en om onze Duitsche kamera den, die hier heen gevlucht zijn, de noo dige ondersteuning te geven, is voor 1934 een bedrag aan extra-bijdrage toegezegd van rond f 30.000. Eenige burgenlijke groepen en vele burgeriijke dagbladen gaan voort niet hun pogingen, om de regeering verder te drijven op den weg, die naar de uitsluiting van de sociaal-democratie uit de nationale gemeenschap voert. Het is noodig, dat de regeering de gevaren ziet, die het geheele volk langs dien weg tegemoet zou gaan. Er zijn teekenen, dat de regeering die gevaren begint te zien en aan den kwaad* aardigen aandrang weerstand wil bieden* De ophitsing der burgerlijke pers tegen de arbeidersbeweging,zijn verontrustende teekenen van angst bij de vertenenwoor-

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 2