PAG. 8 ZATERDAG 12 MEI 1934 wm jtm su mm wm §Mk W Wm *m% "WM Wk WM mé li# Pi ZZm.Zfr BU1TENLANDSCHE FILMS IN DUITSCHLAND. Men kan er niet meer buiten. 'T JUTTERTJE TOB NOOIT HOEKJE De oplossing van den driezet van Dr. Niemeyer zal ik de volgende week geven. Het jury rapport over de tweezetten in 1933 van de N.S.B. kende den eersten prijs toe aan het volgende probleem. S. Boros. Ie prijs N.S.B. 1933. né, WÉÊ mm> mW Wit begint en geeft mat in twee zetten. Wit: Kc2, Del, Tb5 en h5, Lb8 en h7, Pf4 en f5, pi d4 en g2. Zwart: Ke4, Dg6, Tc8 en e3, La3, Pg7 en h2, pi c3, e2 en g3. Eigenaardig, dat de slagzet als sleutelzet geen bezwaar was voor de bekroning. De eerste en tot nog toe eenige partij in de match om het wereldkampioen schap. die Aljechin verloor, verliep als volgt: Aljechin d4 c4 Pf3 Pc3 Lg5 e3 Bogoljubow Pf6 e6 d5 c6 Pbd7 Da5 De Cambridge-Springs; 7 Pd2 Lb4 Beter dan direct dc4: 8 Dc2 dc4: 9 Lf6: Pf6: Na Lh4 kan zwart b5 spelen. 10 Pc4: Lc3:f 11 Dc3: Dc3:t Iets beter is bc3: 12 bc3: Ke7 Na afruil der dames is de rochade overbodig. 13 f3 Ld7 14 Tabl b6 15 Pe5 Thc8 16 La6 Tc7 17 Kd2 C5 18 Thcl Td8 19 g4 La4 Aljechin dreigt een stormaanval, die Bogoljubow op fraaie wijze afweert. 20 h4 Pd7 21 Pd7: Tcd7: 22 f4 h6 23 Ke2 Lc6 24 Lb5 Td6 25 Lc6: Tc6: 26 Kd3 f6 Aljechin wilde dit uitlokken. 27 a4 e5 28 a5 Tcd6 a5 lijkt te wild. Beter Ke4. 29 ab6: ab6: 30 f5 T8d7 31 Tal b5 Beter was Tb5 voor wit. 32 Ta5 cd4: 33 cd4: ed4: 34 e4 Tb6 Zwart is nu een pion voor en staat beter. 35 Tbl b4 36 gö b3 Beter Tb3 voor wit. 37 e5 fe5: 38 Te5;f Kf7 39 Tb2 Tb4 40 Te 4 Td5 41 Tf4 hg5: 42 hgö: Tb5 43 f6 g6 44 Tf3 Tg5: 45 Kd4: Tg4f 46 Kc3 Tgb4 47 Tfl g5 Een aardig spel op twee vb 48 Tbf2 b2 49 Tbl Tb8 50 Kd3 T4b6 51 Ke3 Tb3f 52 Kd2 T8b7 53 Kc2 T7b6 54 Kdl T3b4 55 Kei T4b5 56 Kdl g4 57 Kc2 Tb3 58 Th2 Kf6: De beslissing. 59 Th8 Kg7 60 Th4 Tg3 En na nog een aantal zetten g Dr. P. FEENSTRA KUIPER. HET OFFER. Meermalen komt het voor, vooral wanneer de tegenpartij op het maken van den robber staat en gij zelf niet kwetsbaar zijt, dat het veel voordeeli- ger is eenige slagen down te gaan, dan de tegenpartij te laten spelen, daar door den robber te laten maken en misschien nog wel klein of groot slam. Zelfs met een zwakke kaart, die ech ter door bijzondere lengte toch nog kracht kan hebben, indien die lange kleur troef zou zijn en indien men ge steund wordt door den partner, mag men dikwijls niet passen, ook al heeft partner reeds gepast en dus te kennen gegeven, ook geen sterke kaart te ben. Een treffend voorbeeld is wel het volgende spel: S. 9. 7. 4. 2. H. 10. R. h. 10. 9. 7. 5. 4. 2. K. 6. S. v. 10. 5. xt S. a. h. b. 6. II. a. h. b. 6. w n H. v. 7. 3. 2. R. v. W- R. 8 K. h. 10. 8. 7. 5. z- K. a. v. 9. 3. S. 8. 5. H. 9. 8. 6. 4. R. a. b. 6. 2. K. b. 4. 2. Noord heeft gegeven. Oost/West kwetsbaar. Noord past, Oost 1 S., Zuid past en West 3 K., hiermede van Oost eischen- de door te bieden tot manche-hoogte, indien mogelijk tot slam. En nu naakte Noord zijn fout door te passen j hij had hier veilig 3 Ruiten kunnen bieden, omdat hij toch reeds de zeker heid had, dat O/W zou eerbiedigen en dus van de gelegenheid gebruik kon maken aan Zuid zijn lengte in R. knn. baar te maken, voor het geval, dat Zuid hiervan kon profiteeren. Nu werd door O/W doorgeboden tot klein-slam K., zonder dat door de tegenstanders iets was gedaan dit bod tegen te houden of zelf een offer te brengen. Verder maakte Noord nog de fout zijn singleton-Harten voor te spelen, zoodat O/W een slag extra maakten. Resultaat 1590 punten voor O/W. Voor ditzelfde aantal punten kan men als tegenpartij gedoubleerd zes slagen down gaan, terwijl in boven stand geval N. toch kon berekenen, dat hij, indien Zuid de Ruiten kon steunen, in géén geval méér down kon gaan, zoodat hij, na de lange R. te hebben laten hooren en uit Zuid ver booging te hebben gekregen, dat die kleur door hem werd gesteund, zelfs tot 6 Ruiten zou hebben mogen opbie den en hiermede de tegenpartij over- boden hebben. Zelfs indien de tegenpartij elkander zou hebben gevonden voor klein-slam in Schoppen of Harten, zou Noord nog het beste hebben gedaan om 7 Ruiten te bieden, hetgeen altijd nog voordee- liger zou zijn dan de tegenpartij te laten spelen en den robber uitmaken, ongeacht nog de mogelijkheid van in het volgende spel zelf een manche te kunnen maken en hierdoor ook weer kans op den robber te hebben. Bekijkt men even de gezamenlijke kaart van N./Z., dan blijkt direct, dat slechts 4 slagen kunnen worden ver loren, n.1. 2 in S., 1 in H., en 1 in K., zoodat bij een eindbod van 6 R. slechts 3 down het resultaat zou zijn geweest, of gedoubleerd 450 punten voor de tegenpartij. Bij een eindbod van 7 zouden 700 punten verloren zijn gegaan, zoodat het offer in 't geheel niet groot zou zijn geweest. Het voorbeeld werd overgenomen uit Dr. Lasker's Bridge. N. D. S. In een klein bierhalletje roepen een tweetal vreemdelingen den kellner en vragen de rekening. Plotseling zegt een der vreemdelingen verontwaar digd: „Halt! Wat voert u daar eigen lijk uit? U telt den datum er ook bij op!".... waarop de kellner rustig en waardig antwoordt: „Maar natuurlijk- meneerU weet toch: Time is mo- ney!" Men is er zich in Duitschland wel van bewust, dat de eigen filmproductie onvoldoende is om te voorzien in de behoeften der bioscopen. Dit betee- kent, dat men is aangewezen op bui- tenlandsche, in de eerste plaats op Amerikaansche films. Niet alleen staat de Amerikaansche filmproductie met haar omvang op de eerste plaats, doch de Fransche en Engelsche producten zijn slechts bij uitzondering van inter nationale beteekenis. De Amerikaan sche films kan Duitschland echter niet missen, evenmin als men in Amerika tegenwoordig de Duitsche films nog kan missen. Dit laatste is voor de Duitsche industrie van de grootste be teekenis, want bij een groote film kunnen slechts de aanzienlijke inkom sten, welke door export naar en ver huren in het buitenland worden ver kregen, de onkosten goedmaken. Intusschen beschouwt het Duit sche publiek de Amerikaansche films volstrekt niet als een „noodzakelijk kwaad het weet, dat de „onbegrensde mogelijkheden" van Amerika niet al- 6611 oor sensationeole of SGntimon- teele films worden gebruikt. Amerika isi ook het land van de natuurfilms als „Chang en „Trader Horn", het land Ifr nreta Garbo-films, van de Ras- poetm-film enz. Zulke films vullen niet 7 ihv Dl'ltsche productie aan, doch zij brengen haar indirect ook op een hooger plan doordat het publiek ver gelijkingen kan maken. Bovendien ver- sche fiimm6 ïmnlen -der Amerikaan- SilT S?hanPMeD in Duitsch- aan vele Duitschers werk, iets klooSnf met de heers('hende werkloosheid ten zeerste wordt ge- vanrdeeeM h°MP bet ,Berl«nsche kantom- de?dn,!f; We^ken byv- ruim hon derd Duitschers. Bovendien maken zii gebruik van Duitsche drukkeriien voerrechtlrfelenenfc Z« ten in uil \en nemen Duitsche artis- mn a e"st voor de Duitsche versies van Amerikaansche films. Het is dus niet te verwachten dat de 'moer van Amerikaansche films in uitschland zou worden verboden MINDERWAARDIGHEIDSGEVOEL. Moderne psychologie tracht fouten te verbeteren door naar de oorzaken te zoeken en dikwijls met succes. Minderwaardigheidsgevoel ontstaat gewoonlijk voor het 10e jaar. Wij heb ben in onze practijk een jonge man gekend, die als jongen zwakke spieren had en daardoor bij ieder gevecht on- herroepelijk het onderspit delfde. Zoo dra hij deze nederlagen begon te accep- teeren en zichzelf als een lafaard te beschouwen, begon zijn minderwaar, digheidscomplex. Een ander voorbeeld betreft een jonge vrouw, wier ouders onbemiddeld waren en op een klein dorpje woon den. Daardat er maar één goede school was, ging zij school met de kinderen van rijke families uit den omtrek. Die kinderen waren goed gekleed; zij, als jongste, moestaltijd afleggertjes van haar twee oudere zusjes dragen. Haar kameraadjes hadden een ruim zakgeld, zij kreeg bijna nooit zakgeld, het kon er thuis niet op overschieten. Voortdurend voelde zij dit verschil pijnlijk, temeer daar kinderen onbe- wust-wreed zijn en een kameraadje plagen met armoedige kleeren en geen zakgeld. Een minderwaardigheidscomplex was ook hier het gevolg. Dit complex is een uitvloeisel van de kuddegeest in den mensch, die on middellijk geneigd is alles, wat „an ders" is dan hetgeen de meerderheid vertoont, als minderwaardig of bespot telijk te veroordeelen. Soms geeft een minderwaardigheids complex aanleiding tot het voorwen den van het tegendeel. Ons zijn diverse gevallen bekend van mannen zoowel als vrouwen, die te boek staan als aanmatigend en ver waand. Diezelfde menschen zoeken de rust van de spreekkamer van een psycholoog om te vragen hoe ze toch van hun hinderlijke verlegenheid kun nen afkomen! De beste manier om een minder waardigheidsgevoel! te voorkomen of te doen verdwijnen is: zichzelf te zijn. Weest eenvoudig en natuurlijk.f Tracht niet die een of andere na te doen of de een of andere ról te spelem" Als de menschen maar wilden be grijpen, dat van eenvoud en natuur lijkheid de grootste bekoring uitgaat. Wanneer het u niet schikt een duur pak of een dure japon te dragen, neemt dan genoegen met eenvoudige klee ding, maar zorgt dat deze goed zitten en geen vlekken of kreukels vertoont. Wanneer de natuur u bedeeld heeft met een middelmatige intelligentie, neemt dan geen deel aan gesprekken, die boven uw begrip gaan, maar ver genoegt u met te spreken over dingen, waarvan u wel op de hoogte bent. En wanneer u een gewoon, onopval lend uiterlijk heeft, tracht dan niet op kunstmatige wijze de algemeene aandacht op u te vestigen. Op den duur heeft een eenvoudig mensch, die niet meer tracht te ver- toonen dan hij is, eerder de algemeene sympathie dan iemand die men in eenig opzicht terecht voor aanstellerig kan uitmaken. Dr. JOS. DE COCK. „Zal je moeder niet kwaad zijn a je in zóó'n badcostuum ziet?" n „Dat zal ze zeker. Het is haar eig badpak!" 1 Waarom loop je zoo ontevreden t brommen? Och kerel, die ellendige vrouwen- daar krijg je nu nooit hoogte van, ben je driehonderd jaar getroiiw0U Mijn vrouw wil niet aan haar ie- herinnerd worden en als ik haai -aardag negeer, is ze woedend

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 24