Amsterdamsche Brieven.
Marine-brisvsn uit indië
,T nlTTERTJE
zoogenaamd stuk maakt; dit
Part zooveel mogelijk vermeaen te
die»1 omdat de spelers hiervan voor-
hebben. Onderstaand een VOOr-
^H
be S. h. b. 9. 8. 7. 4.
H. 9.
R. a. 7.
K. a. 9. 7. 5.
S. a.6.2.
S. - H. a. v. b. 10. 7.3.
w ix. a.
9.8. 6.5. 4.3. R. 2.
t? li» v# TT t_
P-
v.8.4.
K-
S. v. 10.5. 3.
H. 8. 6. 5. 4.
R. b. 10.
K. h.10.6.
K. b.3.2.
Voord moest 5 S. gedoubleerd spelen,
Oost had H. en West had R. geboden.
Oost kwam uit in de kleur van z'n
„armer, R. 2, waarop resp. vielen 10
v a.; vervolSt met s: 7' en bemerkt
a'c. renonce van W., die R. afwierp.
Voord S. 8., Oost nam met het aas,
hetgeen zeer juist was, omdat hij anders
de volgende slag toch moet nemen.
Dit nemen van den 2en in plaats van
den 3en slag heeft echter een bepaald
doel: men kan dan dezelfde kleur
terugspelen en is niet gedwongen een
andere kleur te spelen en hiermede
misschien één of meer slagen weg te
geven.
Oost maakte echter de fout niet in
S. terug te komen en speelde een
kleine K.. waarop Z. de 10 en West
was gedwongen de v. te spelen, omdat
het bijspelen van de 8 totaal doelloos
zou geweest zijn. N. nam met het aas;
vervolgens K. 5, sneed in Z. op de 10,
speelde dan de K. heer, daarna S. die
Noord weer overnam en N. z'n 13e K.
was vrij, waarop in Z. R. b. werd weg
gegooid, zoodat de R. 7 door Zuid kon
worden getroefd.
Had O. in troef teruggespeeld, dan
zouden N/Z 2 slagen minder hebben
gemaakt en dus down zijn gegaan, het
geen een behoorlijk verschil in punten
aantal had opgeleverd.
N. D. S.
De Raad haalt bakzeiL
Wat wel zoo goed als zeker was, is
inderdaad gebeurd: „hooger bestuur",
in dit geval Gedeputeerde Stalen, heb
ben aan ons Stadsbestuur te kennen
gegeven, dat zij aan de begrooting
^934 van onze gemeente hun goed
keuring onthouden. In de missive van
11 Mei j.1-, waarin dit door de Heeren
in Haarlem aan de Heeren op het
prinsenhof werd te kennen gegeven,
vordt, naar men reeds kon ver
wachten, als eerste argument voor
het onthouden der goedkeuring ge
noemd: de verwerping door onzen Ge
meenteraad van de herclassificatie
voor de belastingen, een herclassifica-
tie, die volgens de provinciale be-
stu'urderen „onontbeerlijke voorwaar
de" is voor een verhooging tot 100
opcenten op de gemeentefondsbelas-
ling, een verhpoging die de Raad wel
aannam. Wil men in de hoofdstad zulk
een verhooging doorvoeren, dan moet
ook, volgens Gedeputeerden het stads
gedeelte en 'landelijk gedeelte van
Amsterdam resp. in de 2de klasse en
3de klases der belastingen geclassifi
ceerd worden. Er worden in genoemd
Haarlems schrijven nog andere argu
menten te berde gebracht: zoo wordt
er in gewezen op enkele posten, die
dit hooger bestuur „niet als normaal
kan beschouwen", omdat de bij die
posten aangewende dekkingsmiddelen
slechts éénmaal kunnen worden toege
past. Maar men krijgt, vooral ook uit
de bewoordingen waarin deze bijko
mende argumenten gekleed zijn, den
indruk, dat een en ander op zichzelf
nooit tot het inhouden van de goed
keuring zou geleid hebben, ware er
die hoofdzaak van de herclassificatie
niet geweest! Nu hebben velen er zich
misschien over verwonderd, dat de op
positie in den Raad, die destijds dit
nerclassificatie-voorstel van B. en W.
verwierp, aanstonds maar, na dat
schrijven uit Haarlem, onder aanvoe
ring van de sociaal-democraten bak
zeil heeft gehaald. Zij begrijpen niet,
dat die oppositie zich nog niet eerst
beroepen heeft op „de Kroon", een be
roep waartoe de wet de mogelijkheid
biedt! Intusschen is dat, bij nadere be
schouwing van het geval, niet moeilijk
te begrijpen. Er zijn namelijk de meest
onmiskenbare bewijzen voorhanden
van het feit, dat de nog hoogere bestu
ren, d.w.z. de regeeringsinstanties bo
ven Gedeputeerde Staten, het in dezen
ongetwijfeld met het Haarlemsche
standpunt eens zullen zijn, ja, er is
zelfs alle reden te veronderstellen dat
„Haarlem" in dezen gehandeld heeft
onder drang en op aanwijzing van
hooger hand. Een bewijs, dat alle twjj
lel in dezen buiten sluit, ligt in het feit,
dat er reeds belastingpapieren in onze
gemeente werden uitgereikt, waarop
2de klasse en 3de klassegedrukt
staat! in de hoogere instanties was dus
eens en vooral besloten, dat de herclas-
^ficatie moest doorgaan en dat men er,
*ou de Raad „weerspanning" blijven.
zooals de Raad in het nabijgelegen
Zaandam dat onlangs in een ander ge-
val bleek te zijn. desnoods een Re
geringscommissaris voor zou over
I ben. Zoodoende. en zich Van
eze dingen terdege bewust zijnde.
^0n de Raad, wilde hij althans den
^cnijn van de autonomie van het ge-
eeriteliik beheer nog redden, wel
g anders doen dan bakzeil halen.
en andere uitweg was er niet meer.
Taxi-conflict en vrede.
01 laatste instantie en eenvoudig ge
formuleerd zou men dus hier kunnen
spreken van een overwinning van het
Rijk op de Gemeente. Intusschen valt
er dezer dagen tevens van een over
winning in.... omgekeerden zin te ge
wagen. Een kleine overwinning wel,
maar toch in zekeren zin een overwin
ning. Sinds eenigen tijd dreigde hier
wederom eens een zooveelste taxi-con
flict. Partijen, de taxi-ondernemers
en de chauffeurs, konden maar niet
tot overeenstemming over nieuwe ar
beidsvoorwaarden komen en, zooals in
dergelijke gevallen te doen gebruike
lijk is, werd tenslotte de hulp ingeroe
pen van den Rijks-bemiddelaar. Maar
ook deze kon, ondanks vele vergade
ringen, besprekingen enz., het drei
gend conflict niet uit de wereld helpen.
Maar ziet, wat nu het Rijk. door middel
van zijn „bemiddelaar" niet gelukt is
gelukte in dezen aan de Gemeente met
behulp van haar bemiddelaar, de wet
houder voor de Arbeidszaken- mr.
Kropman. Beide partijen hebben zich
thans met het tusschenvoorstel van
dezen wethouder accoord verklaard.
Door deze gemeentelijke „overwin
ning" is dan een nieuw taxi-eonflici
tenminste voorloopig weer van de
baan.
Het efnde van een lang proces.
Voorloopig van de baan is ook de
„zaak-Onnes", die de laatste maanden
zoovele gemoederen in beroering heeft
gebracht en die, met dn schier niet ein
digende zittingen en de vele verras
singen reeds was uitgegroeid tot een
van de grootste processen in de laatste
jaren ooit voor een Nederlandsche
rechtbank gevoerd. Met het vervroeg
de vonnis van de Rechtbank, waarbij
de hoofd-verdachte Onnes, kasteelheer
van Nijenrode, werd vrijgesproken, is
nu dan echter toch aan het lange eer
ste bedrijf van dit drama een einde ge
komen. Wat echter niet anders Betee-
kent dan dat er even een kleine pauze
zal zijn en er straks weer gehaald zaï
worden voor het tweede bedrijf, waarin
alle figuren weer opnieuw in het groote
gebouw aan de Prinsengracht voor het
voetlicht zullen komen, dan echter
niet meer in de zaal van de „Vierde
Kamer", maar in de zaal van het
„Hof". Zooals de ingewijden in het ge
val van de herclassificatie-zaak, eerder
genoemd, vooruit wel met zekerheid
konden voorspellen, dat er geen „hoo
ger beroep" zou worden aangeteekend,
zoo wisten de ingewijden in deze laat
ste zaak reeds bij voorbaat dat het zeer
zeker tot zulk een beroep zou komen.
De eenige verrassing is geweest de
vervroeging van het vonnis. Ingewij
den zoowel als anderen zijn er langza
merhand van overtuigd geraakt, dat
deze groote zaak door de Rechtbank
niet behandeld is op een, om het zacht
>t zeggen, al te gelukkige wijze en men
voelde de noodzakelijkheid steeds dui
delijker van een „dunnetjes overdoen"
door het Gerechtshof, al was het alleen
maar om de eer van de Nederlandsche
rechtspraak, die inderdaad en terecht
een zeer hooge is, weer volledig te her
stellen.
Een veelbetreden gebouw.
Als het tweede bedrijf van dit Onnes-
drama binnen niet al te langen tijd in
het Paleis van Justitie weer zal be
ginnen, is dat voor de sensatie-belusten
natuurlijk weer een kolfje naar hun
hand. Nu moet evenwel gezegd wor
den, dat de Nederlandsche Justitie en
zeer zeker ook de justitie die in Am
sterdam zetelt niets, maar dan ook
niets doet, dit in tegenstelling met
wat men op vele plaatsen in het bui
tenland wèl ziet gebeuren, om het
deze sensatie-belusten gemakkelijk te
maken! Zoo draagt, om te beginnen,
het zoo juist genoemde Paleis zijn
naam niet met eere: van een werke
lijk Paleis heeft het niets, behalve dan
misschien den omvang. Verder is
het gebouw aan de Prinsengracht
eigenlijk zoo armtierig mogelijk. Som
ber, grauw, zonder eenige fantasie of
o eerlijkheid staat het daar kaal aan de
gracht; drie kleine deuren geven
voorin toegang tot het steenen bak
beest, waarbinnen de bedienden en
boden, veldwachter en getuigen, advo
caten en verslaggevers door de sche
merige koude gangen van de eene
naar de andere draven of eindeloos,
hangend tegen een trap-balustrade
staan te wachten voor een kale deur
waarachter straks, een straks dat
steeds veel verder in het verschiet
pleegt te liggen dan men zich aanvan
kelijk had voorgesteld, „hun" zaak
behandeld zal worden. Aan de ach
terzijde is de toestand nog veel arm
tieriger. Daar, in de Korte Leidscht
dwarsstraat, is de ingang voor hen,
die niet ambtshalve het gerechtsge
bouw bezoeken, dat zijn de stamgasten
en de gelegenheidsgasten van de pu
blieke tribune. Ongetwijfeld heeft het
zijn goeden kant om de gelegenheid
tot het onverplicht bijwonen der open
bare rechtszittingen zoo onaangenaam
en moeilijk mogelijk te maken. Recht
spraak mag geen publieke vermake
lijkheid worden, geen extra ver
zetje voor sensatiebelusten, maar men
behoeft nog geen breede tribunes met
gemakkelijke zitplaatsen beschikbaar
te stellen, zooals in Frankrijk, Ameri
ka en Duitschland, waar er vaak wei
nig verschil is tusschen een rechts
zaak en een cabaret-voorstelling,
om de zucht naar soberheid, die onze
eigen justitie ten aanzien van de ac-
comodatie van de belangstellenden uit
het pu.bliek betracht, wel wat ver,
om niet te zeggen overdreven te noe
men.
Het rad van avontuur.
Overigens en tenslotte bestaat er
wel kans, dat, niettegenstaande al de
kaalheid en somberheid van dit nuch
tere „Paleis" aan onze Prinsengracht,
daar binnenkort nog eens een oogen-
blik het...vroolijke „Rad van Avon
tuur" zal komen te draaien.... Er ia
toch namelijk een mogelijkheid dat er
weldra een aantal „speel-" oftewel
„gok-zaakjes" voor de groene tafel
van H.H. Rechters zullen gebracht
worden, waarbij dan als „stuk van
overtuiging" ook dat genoemde Rad
zal moeten vertoond worden en di
verse deskundigen hun oordeel zul
len moeten geven over „kansspel of
niet".... Er waren de laatste maan
den in de hoofdstad verscheidene „so
ciëteiten" geopend ten behoeve van
?peel-lustigen, die na het Straperlo-
verbod met hun ziel onder den arm
liepen en die men nu uit den brand,
en van hun geld af wilde helpen door
middel van weer een nieuw soort Rad
van Avontuur-spel. dat, volgens de
Heeren exploitanten, niet onder de
verbodsbepalingen der loterij-wet zou
kunnen vallenOf zij. het met deze
opvatting aan het rechte eind hebben
zal. nu de politie diverse van deze so
ciëteiten „overrompeld" heeft en het
spelen verboden heeft, misschien aan
de Prinsengracht moeten worden uit
gemaakt....: het Rad van Avontuur
zal dan ook daar, waar men het anders
het laatst verwacht, komen te draaien...
„Zeg, kun je nu niet een oogenblikje
vinden om even een knoop aan mijn
broek te zetten?"
„Ik voel mij niet goed. Je denkt toch
zeker eerder aan je vrouw dan aan je
broek?"
„Jawel, maar de kwestie is, dat ik
wel zonder vrouw, maar niet zonder
broek kan uitgaan."
Amice.
Den 30sten April heeft de reede weer
gedaverd van de saluten. Den avond te
voren was hier een Siameesche kanon
neerboot de „Ratana Kosindr" op de
reede gekomen, die om 8 uur bij pa
rade het Gouvernement salueerde
welk saluut beantwoord werd door de
batterij van den Dienst Conservatie.
Om 12 uur gaven de „Java" en de
Siamees beide een saluut af ter eere
van onze Prinses, terwijl den volgen
den dag om 8 uur de vlag van den
Eskader-commandant gesalueerd werd
door „Kosindr" en de „Java" antwoord
de. Voor de havenkantbewoners en de
bezoekers van Modderlust is het altijd
weer iets aardigs om naar te kijken en
vooral dien vrijen Prinsesse-verjaar-
dag was er veel bekijks aan de Oed
jong. Aan boord van het vreemde
oorlogsschip waren drie jaren adel
borsten aan boord, dewelke ook de
werf hebben bezichtigd onder leiding
van hunne officieren. Zij zijn ook op
„Sumatra" geweest, waar voor hen wel
het een en ander te zien was, terwijl
ook de onderzeebootdokken bezichtigd
werden, waar de jongens het troffen
omdat eenige dagen te voren de K XIV
en XV waren gearriveerd en deze
nieuwste aanwinsten voor de Indische
marine nog in hun volle glorie te zien
waren. Trouwens de Siameezen hebben
den lsten Mei, toen het eskader weer
het Westgat uitging, van den aanblik
van onze vloot kunnen genieten. Het
geheele eskader, bestaande uit Hr. Ms.
.Java", twee jagers en 4 onderzeeboo
ten, benevens eenige Dorniers, trok
langs het Siameesche schip heen. De
marine maakte hierbij ongetwijfeld een
uitstekenden indruk.
Zooals je dus wel bemerkt zult heb
ben was het eskader de afgeloopen
weekend van de gevechtsschietoefenin
gen teruggekeerd en had de P.W. het
druk met het in ontvangst nemen van
alle leege hulzen en restant munitie,
dat begrijp je. De „Soemba" ging met
een in dok, die gaat de komende week
weer uit.
wn de K XIV en XV binnen! We
hebben ze begroet hoor. De Marine
commandant becheerde'ze vanaf het
Oostelijk havenhooofd van de Conser
vatie. Nadat de booten in de overkap
ping van het onderzeebootdok waren
gemeerd kwam de marinecommandant
samen met den commandant onderzee
dienst aan boord en werden met een
welkomst toespraak begroet. Dit zal wel
de eerste maal zijn dat een officier vlie
ger op een onderzeeboot een dergelijke
mooie reis meemaakte en de betrok
kene zal dan ook wel door zijn andere
colega's van den vliegdienst daarom
benijd worden.
De overste Dorren, commandant van
de M.K.G. tevens voorzitter van den
Krijgsraad is thuisgevaren. Thans is
de overste von Freytag Drabbe com
mandant der M.K.G. Na de laatste zit
ting van den Zeekrijgsraad voor „De
Zeven Provinciën" percara is de over
ste Dorren om zoo te zeggen meteen
thuisgevaren.
Afgeloopen week was ook de com
mandant der Zeemacht hier *nog een
dag in de stelling. Z.H.E.G. kwam van
af het eskader waar hij de G. S.O. had
mede gemaakt met de „Java" hierheen
en vertrok den volgenden dag per
K.N.I.L.M. vliegtuig.
Verder marine nieuws is hier niet.
O ja! toch nog. Het uiterlijk aanzien
van het M.E. is verhoogd met een
nieuwe inschietbaan voor de mitrai-
leurs. Ter hoogte de ligplaats der con-
serveerende Gouvernementsschepen,
aan den weg naar de Dienst Conserva
tie gericht naar het Oosten over de kali
Semampir heen. Kun je je het zoo'n
beetje voorstellen? Want dat is ten
slotte de bedoeling van deze brieven
schrijver^'. dat jullie in Holland een
beetje op de hoogte blijven van het
leven en de omgeving van onze Marine,
terwfjl er bovendien onder de inwo
ners van ons Nieuwediep genoeg oud-
gasten zijn die ook nog graag eens wat
van hun Marine of hun werf hooren
Als dat me nu maar lukt dan ben ik
tevreden. Saluut kameraad tot de vol
gende week.
HENK