Buitenlandsch Overzicht. Neem 'n "AKKERTJE" NIEUWSBLAD VOOR DEN HELDER, KOEGRAS, TEXEL, WIERINGEN EN ANNA PAULOWNA Nsderlandschs middenstandsbank GEMENGD NIEUWS De Tweelingzusters DONDERDAG 24 MEI 1934 62ste JAARGANG Hftaat A7 I I 48, 50 en 52 breien wij IVIuul 'ff ook in alle soorten Kousen KONINGSTRAAT 7 Handelscredieten Girorekening De vo kenbond en de oorlog tusschen Bolivië en Paraguay. De politieke onrust in Japan. Verscherpt gevangenis- regime in Duitschland. Onrust in de universiteit van Belgrado. De staatsgreep in Bulgarije Een „draadlooze" tewaterlating. Patricia Wentworth HEEL-E2 Abonnement per 3 maanden bij vooruitbet.: Heldersche Courant 1.60; voor Koegras, Anna Paulowna, Breezand, Wieringenen Texel f 1.65: binnen land f 2.— Nederl. Oost- en West Jndië per zeepost 1 2.10, idem per mail en overige landen f 3.20 I.osse rog. 4 ct.fr.p.p Oct. Zondagsblad tesp f 0.50 f 0.70, f 0.70,f 1.— Modeblad resp. f 1.20, f 1.50, f1.50, 1 1.70 Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Redacteur: P. C. DE BOER. Uitgave N.V Drukkerij v/b C. DE BOER Ju. Bureau: Koningstraat 78 - Telefoon: 50 en 412 Post-Girorekening No. 16066. ADVERTENTIËN: 20 ct. per regel (galjard). Ingez. ineded (kolombreedte als redaction. tekst) dubbele prijs. Kleine advertentiën (gevraagd, te koop, te huur) bij vooruitbetaling 10 ct. per regel, min. 40 ct.; bij niet-contante be taling 15 ct. per regel, min. 60 ct. (Adres Bureau van dit blad en met brieven onder no.10 ct. per advertentie extra). Bewijsnummers 4 ct. De militaire dictatuur in Bulgarije. De Daily Expres doet onthullingen over den aanleg van militaire luchthavens in Duitschland. De militaire staatsgreep in Bulgarije Bulgarije heeft de wereld verrast met een militaire staats greep, want „hetgeen in den nacht van Vrijdag op Zaterdag in Bulgarije is geschied, is van dieper strekking te achten dan gewoonlijk een wijziging van regeeringsstelsel ln een be trekkelijk onbelangrijk land is"# schrijft het Hbl. De N. Rt. Ort. laat zich in den zelfden geest uit. Het blad schrijft na melijk o.m.: De staatsgreep in Bulgarije wijkt in ka rakter zeer af van hetgeen wij in de laat ste jaren aan fascistische ondernemingen hebben beleefd. Dit nu is eens een echte militaire dictatuur, veel zuiverder nog dan de „kolonels-regeering in Polen, al is zij niet uit enkel militairen samenge steld. De heeren doen volstrekt niet wild. Zij hebben ervoor weten te zorgen, dat Koning BORIS van Bulgarije. er heelemaal geen bloed heeft gevloeid, wat te opmerkelijker is, omdat de staats greep voorviel in een land, waar de po litieke moord een veel gebruikt middel uit de politieke medicijnkast is. Hun pro gramma is in veel opzichten belangwek kend, en bevat allerlei goede dingen, die helaas echter gemakkelijker te beloven dan uit te voeren zijn. Tot de staatsgreep is, na maandenlange voorbereiding, besloten in een geheime bijeenkomst van generaals en andere ver tegenwoordigers van de groote organisatie der Bulgaarsehe militairen. Toen eenmaal het besluit genomen was, hebben zij er geen gras meer over laten groeien. Een van hun eerste daden is geweest het ko ninklijk paleis te omsingelen. Daarop hebben zij, bij wijze van imperatief re kwest, de nkoning hun eischen gesteld betreffende de hervormingen, die zij en Sokken, le klas reparatie-inrichting voor alle soorten wollen kleeding, kousen en sokken (ook de allerfijnste). JAAP SNOR, Zuidstraat 19 (Let op den gelen winkel). wenschten in te voeren. De koning heeft lang geaarzeld. Maar hjj heeft tenslotte ingezien, dat hij geen keus had. Als troef in het Italiaansche spel op den Ballkan had het zijn vroegere betee- kenis al verloren. Nu echter komt er een militair bewind tot stand, dat den koning zijn wil oplegt, vérstrekkende toenadering tot Zuid-Slavië op zijn program heeft en tegelijk een erkenning van Sovjet-Rus land; een anti-Italiaansche en stavophile politiek dus. De holle kern, die Bulgarije nog voor het Balkanpact vormde, zal nu volgegoten worden. Het blok van den Balkan wordt opeens heel massief. Het vertoont voor het oogenblik geen enkele spleet meer, waarin Italië zich politiek nestelen, of er een explosieve patroon plaatsen kan. Gaat het pas gestichte bewind in Bulgarije door, dan is dit de bezege ling van de verwonderlijk complete mislukking van Mussolini's politiek in Zuidoostelijk Europa. Zelfs op Al- Banië valt, zooals men weet, niet meer te vertrouwen! De erkenning van de sovjetregeering getuigt natuurlijk in het minst niet van spmpatliie voor haar systeem. Het hoort slechts bij de Slavische aaneensluiting. Tot dit beleid hoort ook een onderdruk king van de bloedige politiek der Mace- doniërs. Zij hebben naar het heet, allerlei Macedonische leiders in hechtenis geno men, en kondigen thans een straf beheer over het Macedonische gedeelte van het land, van Sofia uit, aan. Niets mag op het oogenblik de consolidatie in de Slavische wereld storen. De nijpende economische moeilijkheden van Bulgarije zullen door strenge spaar zaamheid in het staatsbeheer verholpen worden, zoo zeggen de nieuwe mannen, waarvan er enkelen om hun integriteit bij alle partijen in aanzien staan. Intusschen staat de positie van het nieuwe bewind nog verre van vast.. Alle gevaarlijke elementen heeft men niet ge vangen kunnen zetten. Bij militaire, revo lutionaire regeering blijkt ook menigmaal dat de handen verkeerd staan voor de taak, die zij op zich hebben genomen. Dan zijn andere, gematigder raadgevers als helpers soms zeer welkom. Een kat in een vreemd pakhuis is wel te lokken! Wij moeten afwachten, zoo besluit het blad, of het militaire bewind in Bulgarije standhoudt dan wel, of het spoedig weer vervangen zal worden, hetzij door iets waarlijk nieuws of wel door al dan niet gewijzigde vormen van het oune. 4 Militaire luchthavens in Duitschland De wereld ver trouwt Duitschland niet en Duitschland vertrouwt de wereld niet en te verwonde ren is het dus geens zins, vooral onder het tegenwoordig re giem, dat onze Oosterburen zich ln het geheim bewapenen, zoodat wanneer het tot een gewapende botsing komt, zij niet onvoorbereid zijn. Evenmin baart het ver wondering dat in Duitschland tal van spionnen zijn van andere Europeesehe landen, die trachten achter den werke- lijken toestand te komen van het „militaire Duitschland". En zoo heeft dezer dagen de Berlijnsche corr. van de „Daily Ex press" een artikel gepubliceerd over den aanleg van militaire luchthavens in Duitschland, dat heel wat stof zal doen opwaaien en den bestaanden geest van wantrouwen opnieuw zal versterken. Hefartikel bevat 0. m. het volgende: Hannover: Ondergrondsche militaire aerodrooms, gevrijwaard tegen luchtaan vallen, worden in verschillende deelen van Duitschland aangelegd. Een dezer onder grondsche luchthavens is bii het plaatsje Celle in de provincie Hannover in aah- bouw. Celle ligt op slechts enkele miilèn van de groote handelsluchthaven Hanno ver, daarom is geen commercieele recht vaardiging aan te voeren voor de nieuwe luchthaven, welke alleen voor militaire doeleinden bestemd is. Het is de grootste luchthaven, welke de corresondent ooit heeft gezien: grooter dan Croydon, Le Bourget, Amsterdam, Weenen en Berlijn en toch was zij uiterst moeilijk te vinden, geheel te midden van bosschen gelegen, van den weg en uit den trein geheel onzichtbaar ligt deze lucht haven achter hoogopgaande boomen. Zelfs S.A.-mannen worden er niet toegelaten! Het luchtstation is zoo groot, dat de correspondent voor zijn onderzoek een uur noodig had. Er zijn drie geweldige loodsen, glazen daken, grijze ijzeren deu ren, voorts groote barakken voor de be stuurders er. mecaniciens. De werkzaamheden onder den grond zijn juist begonnen. Er zijn geen toestel len in de loodsen. De militaire aard van deze havens wordt verraden door grijs groene benzinetanks, welke een inhoud hebben van ongeveer 5000 liter. De correspondent vervolgt dan: Duitschland heeft thans geen luchtvloot. De luchtvloot is ten minste niet te zien. Zü ligt over het geheele land verdeeld: in de eene fabriek motoren, in een andere vleugels, ergens anders rompen, zulks in afwachting van de toestemming der mo gendheden of de mislukking der ontwa peningsconferentie om er vliegtuigen van te construeeren. Generaal Goering kan niet wachten totdat Junkers de motoren voor de luchtvloot zal klaar hebben. Groote aantallen Amerikaansche vlieg tuigmotoren worden ingevoerd, doch ook Britsche. De correspondent verklaart te weten, dat „dag en nacht aan de vervaar diging der rompen wordt gewerkt bii de wereldbekende scheepsbouwers Blohm en Voss te Hamburg, waar in drie ploegen wordt gewerkt", terwijl te Kiel een be langrijke radiofabriek hulzen maakt voor bommen en granaten, te Gluckstadt wer ken 700 arbeiders in een papierfabriek aan ontplofbare stoffen voor bommen. Al deze werklieden moeten schriftelijk ver klaren, niets van hun werkzaamheden mede te zullen deelen. Op overtreding staat in sommige gevallen de doodstraf. KANTOOR DEN HELDER ROOSEVELTS ZILVERVOORSTELLEN Blijkens de boodschap, die hij Dinsdag bij het congres heeft ingediend, zal een vierde van de dekking der biljetten uit zilver bestaan, dat de regeering tegen ten hoogste 50 $-cents per ounce zal aankoo- pen. De helft der zilverwinsten zal aan belasting moeten worden afgestaan. Reeds zijn onderhandelingen met naburige landen aangeknoopt over het gebruik van zilver en goud als metaal-dekking. Het voorgenomen verbod van wapenuitvoer. De correspondent van de N. R. Crt. te Genève melat: Het Volkenbondssecretariaat heeft op verzoek van de raadscommissie van drie voor den oorlog tusschen Bolivië en Para guay tot de regeering van 31 staten waaronder Nederland, de vraag ge richt, of zij bereid zouden zijn op üun ge bied uitvoer en wederuitvoer van oorlogs materiaal naar Bolivië en Paraguay te verbieden. Tot de buurstaten van de oor logvoerende partijen, namelijk Argentinië, Brazilië, Chili, Peru en Uruguay is aan dit algemeen verzoek de opmerking toe gevoegd, dat het van bijzonder belang zal zijn, indien deze grensstaten de transit van wapenen, enz. zouden verbieden. De staten, tot wie het telegram gericht is, zijn zoo gekozen, dat daaronder vallen alle staten die verleden jaar of dit jaar bij de besprekingen in den Volkenbonds raad reeds hun princlpieele bereidwillig heid hebben uitgesproken, voorts de buur staten van Bolivië en Paraguay en ten slotte al die staten wier medewerking ver leden jaar noodzakelijk werd geacht voor de doeltreffendheid van het verbod of van wier medewerking andere staten hun eindbeslissing in dezen deden afhangen. Het is opmerkelijk, dat onder fleze staten blijkbaar niet behooren Japan en Sowjet- Rusland. Arrestatie van 736 communisten. Naar de Times uit Tokio verneemt, heeft de politie 736 communisten ge arresteerd, van wie er zich 53 voor de rechtbank te verantwoorden zul len hebben. Onder de gearresteerde communisten is ook de Nieuw Zeelander Maxwell Bickerton. Van ongeveer 60 arrestanten is komen vast te staan, dat zij twee communistische kameraden, die verraad zouden nebben gepleegd, hebben willen lynchen, terwijl het voorts in hun voornemen zou hebben gelegen een politiebureau in de lucht te laten vliegen. De communisten die voor den rechter zullen moeten verschijnen, worden er ook van beschuldigd een anderen communist te hebben vermoord en tien personen te hebben gepijnigd. Van de gearresteerden zijn 163 studen ten, 249 in ander opzicht intellectueel ge schoold en 324 werklieden. bij Gevalle kou, Griep, Influenza., Reuter meldt uit Berlijn: Op last van den rijksminister van justi tie zal de behandeling der gevangenen in de gevangenissen verscherpt worden. De minister heeft een nieuw besluit uit gevaardigd, waarin de eenzame opsluiting wordt aanbevolen en bfj overtreding van de gevangenisreglementen het zitten op water en brood en het niet verschaffen van werk. Verder is het aan bezoekers verboden een handdruk of kus te wisselen met ge vangen, terwijl aan de gevangenen ver plicht onderwijs wordt gegeven in het zingen van nationaal-socialistische liede ren. De gouverneur van de Plötzensee- gevangenis verklaarde, dat het doel van deze maatregelen is het verblijf in de ge vangenis voor den gevangene zoo onaan- aangenaam mogelijk te maken, om aldus de eventueele wetsovertreders af te schrik ken. bOO studenten belegerd. Ruim 600 studenten worden sinds gis termorgen in de universiteitsgebouwen van Belgrado door een stence politie macht belegerd, die echter niet meer kan doen dan de belegerden uithongeren, want ze hebben vijf professoren als gijze laars in hun midden. Het conflict is ont staan door een proclamatie van tien rec tor magnificus, die Zaterdag is aange plakt en waarin zware straffen worden aangekondigd tegen hen die de colleges om politieke of andere motieven zouden verstoren. De studenten hadden reeds betoogd tegen de benoeming van een Sloweensch professor en deze proclamatie belette hun daarmee voort te gaan. Zij hebben toen drie der voornaamste ge bouwen bezet en vijf professoren, die, op hun populariteit vertrouwend, als bemid delaars wilden optreden, als gijzelaars gevangen genomen. De studenten bewe ren voor 3 a 4 dagen leeftocht te bezitten en daarna zullen ze zich wel moeten over geven, maar ze hopen inmiddels op een ingrijpen van de publieke opinie. Maatregelen tegen corruptie. Naar het blad Kambana van bevoegde zijde verneemt, zal de regeering dezer da gen scherpe maatregelen tegen corruptie uitvaardigen. Verduistering van staats geld zal b.v. met de doodstraf bedreigd worden. Een machtigingswet. Na den ministerraad heeft de nieuwe Bulgaarsehe minister-president Georgief, Dinsdag aan de pers verklaard, dat het kabinet vergaande besluiten had genomen, die gisteren bij decreet in werking zouden treden. Daarin zal bepaald worden, dat alle door de regeering uitgevaardigde ver ordeningen, of zij met de bestaande wette lijke bepalingen overeen komen of niet, rechtsgeldig zullen zijn. Het aangekon digde decreet, dat de regeering buiten gewone macht verleent, beteekent tevens de egaliseering van de dictatoriale macht, DE IMMIGRATIE NAAR PALESTINA. Niet voldoende. Men schrijft uit Tel-Aviv aaii de N. R. Crt.: Zeer teleurgesteld is de Joodsche be volking van Palestina over het geringe aantal arbeiders-certificaten, dat niet tegenstaande den dringenden grooten nood aan werkkrachten, weer voor het halve jaar April tot October verleend is geworden. Gedurende het laatste IJ jaar blijft dit aantal ongeveer stabiel. Hoewel de Jewish Agency om drie maal zooveel arbeiders vroeg, is slechts aan 5600 im migranten der arbeiderscategorie verlof gegeven het land binnen te komen. Dit aantal is in de verste verte niet voldoende om aan de steeds stijgende behoefte .aan arbeiders te voldoen. Het land blijft in snel tempo vooruitgaan op elk gebied. Deze vooruitgang wordt zeer stern getem perd, zelfs opgehouden en onmogelijk ge maakt, als oude ondernemingen tot stil stand gedoemd en met nieuwe onderne mingen niet begonnen kan worden. Niet slechts op het land lijdt men door het gebrek aan arbeidskrachten, ook in de steden, bij den bouwarbeid, de in dustrie en handel is hetzelfde het geval. In Tel-Aviv lijden wij zeer onder oen ar- beidersnood. Straten die hersteld moeten worden blijven eeuwigen tijd opgebroken, de huizenbouw en de bouw van openbare gebouwen gaan veel te langzaam vooruit en zoo blijft men steeds in een atmosfeer van stof, opgebroken wegen, ongemak en woningnood leven, wat verre van aange naam is. Binnenland Op 16 Juni zal te Amsterdam een schip te water loopen, waartoe te Pretoria (Zuid-Afrika) het sein wordt gegeven. Reuter meldt uit Johannesburg, dat generaal Herzog, minister-president, op 16 Juni draadloos het nieuwe, 17.000 ton metende stomschip Bloemfontein, dat te Amsterdam wordt gebouwd, te water zal laten, door te Pretoria op een knop te drukken. Tegelijkertijd zal minister Colijn hier te lande deelnemen aan deze tewaterlating door op een anderen knop te drukken. Deze eerste „draadlooze tewaterlating" brengt een zeer ingewikkelde organisatie teweeg wat betreft een volmaakte synchro nisatie van de telegrammen tusschen de radiodeskundigen van beide lanldcn. KIND VERDRONKEN. Dinsdagmiddag is het 6-jarig zoontje van den heer Z. uit de Valkstraat te Haar lem bij de schuiten van de groentemarkt op den Kondenhorn te water geraakt en verdronken. Na enkele uren is het lijkje opgehaald en naar de Maria-stichting overgebracht. Feuilleton Uit het Engelsch van Nadruk verboden. 26) „Ja, gisteren kwam ze uit Holloway." „Bent u naar de politie geweest?" „Neen. Ze werd gisteren in vrijheid ge steld en ging toen familieleden buiten de stad opzieken. Omstreeks half zeven moet ze in Londen zijn teruggekomen, aan Wa- terloostation. Haar familieleden zijn on gerust over haar en zouden graag willen weten waar ze nu is, omdat ze oang zijn, dat ze geen geld bij zich heeft," „En nu 't adres van die familieleden?" „Dat kan ik u niet geven. Dat doet er ook heelelmaal niet toe. Het komt er alleen maar op aan, uit te vinden waar ze naar toe is gegaan, toen ze in Londen terug kwam." „Heeft ze ook familie of vrienden in Londen?" „Ze heeft zich niet met hen ln verbin ding gesteld ze hebben niets van haar gehoord daarom zijn ze zoo ongerust. „Hm signalement?" Gruwelijk in woord, om aan dit sinistere fiujet 'n gedetailleerde beschrijving van Anne Belinda te moeten geven. Maar er 2at niets anders op ze moest immers gevonden worden. Daarbij was al het andere va ngeen belang. „Donker haar kort geknipt" (de her innering aan haar lange, donkere vlech ten, gaf John een pijnlijken prik(. „Bleeke gelaatskleur (maar ze zou toch wel niet steeds zoo bleek blijven, als toen ze zich aan zijn arm had vastgeklemd en hem aangestaard had met groote blauwe oogen, die niets schenen te zien). „Bleeke gelaatskleur," herhaalde Mes sing schrijvend. „Donker blauwe oogen. Donkere wim pers." (Die zouden nu wel niet meer door weekt zijn van tranen). „Kleeding?" „Grijs mantelpakje, en een klein zwart hoedje, 'n soort muts, die het haar heele maal bedekt." „Bijzondere kenteekenen?" Het kleine hartvormige moedervlekje stond John weer levendig voor den geest; maar voor geen geld ter wereld zou hij hierover tegen Mr. Messing hebben ge rept.. Hij schudde het hoofd. „Annie's lengte." Hij wist, dat ze tot zijn schouder kwam, maar dat was alweer iets, dat hij niet vertellen kon. Snel reken de hij even en taxeerde één vijf en zestig. „Heel middelmatig. Nu, ni jjnheer. pardon, ik geloof, (lat ik uw naam niet goed verstaan heb." „Robinson," antwoordde John prompt. „Nu, mijnheer Robinson, we zullen on middellijk met het onderzoek beginnen. ziekenhuizen, lijkhuizen, de politie, reclas- seeringsvereenigingen, te huizen voor meisjes, toevluchtsoorden voor onbehuis- den en andere liefdadige instellingen, die in aanmerking komen. We zullen ze alle maal systematisch afwerken en ik twijfel er niet aan, of we zullen u in minder dan geen tijd bevredigende berichten kunnen geven. Mag ik nog even uw adres?" John gaf het adres van zijn advocaten kantoor. Zoodra hij het detectivebureau, dat hem een ellendig gevoel van beklemming had gegeven, veriaten had, belde hij Lewis Smith weer op om hem te vragen of hij, zoodra er eenig bericht kwam voor Mr. Robinson, hem dit direct te willen laten weten. In zijn hotel vond hij een dikken bundel drukproeven, die zoo juist per post gekomen waren en hij was blij afleiding te kunnen vinden in werk. Den volgenden dag herinnerde hij zich plotseling met iets van schrik, dat hij af gesproken had dien avond bij mevrouw Fossick Yatos „De" mevrouw Fossick Yates, te gaan dineeren. „Zij zal mij natuurlijk aangenaam bezig houden met boetpredikaties over het on recht dat de maatschappij aan de vrouw bedrijft en de kleine Fossick Yates zelf zal mij doorzagen met beschouwingen ovei; albinisme bij kikkers en soortgelijke wetenswaardigheden hemeltjelief, dat kan een gezellige avond worden!" Als inleiding tot den „geezlligen avond" ha dJohn een heel drukken dag. Met tus- schenpoozen belde hij Lewis Smith op om te informeeren of Messing al wat van zich had laten hooren en de laatste maal werd hij op bepaald onparlementaire wijze af gescheept. De Fossick Yates bewoonden een flat in een der lastigst te bereiken voorsteden van Londen. John, die in de meening verkeerde met de underground er op de minst omslachtige wijze te kunnen komen, ervoer dat hij twee keer overstappen moest, toen verder met een bus, vervol gens weer met een andere bus om ten slotte na een wandeling van circa tien minuten op de plaats van bestemming te belanden. Er was geen lift, dus klom hij de vijf en twintig treden naar de flat der familie Fossick Y ates in een verre van vroolijke stemming op. Hij had nauwelijks gebeld of de deur ging open en de heer des huizes, opgewonden en onstuimig-harte- lijk als altijd verwelkomde hem in hoogst eigen persoon. „Beste jongen m'n waarde Sir John bijzonder aardig van u, werkelijk bij zonder aardig. Ja, ja, kom trek uw jas uit en o, hier is nog een leege kapstok, ik zal m'n pet wel ergens anders hangen. Eens kijken uw jas, uw hoed, en das. Ja, kom ga mee naar binnen." De das, die hij zenuachtig in de weer, van John had aangepakt, viel op den grond, en toen hij bukte om hem op te rapen, viel de hoed. Ten slotte was het John zelf, die de garderobe op hingl Zijn gastheer voerde hem in de zitka mer, waar hij werd voorgesteld aan Mrs. Fossick Yates, een groote en onweerspre kelijk knappe vrouw, met een modern, hevig geonduleerd kapsel en goed-zitten- de, zwart satijnen japon, die haar welge vormde schouders ten volle de verschul digde eer bewees. Zij begroette John met een honingzoet lachje en stelde hem op haar beurt voor aan „mijn vriendin, Miss Webster," een lange, hoekige dame met kortgeknipt vlasblond haar en groote, eenigszins kwij nende oogen, die steeds op mevrouw Fos sick Yates bleven rusten in een haast extatische bewondering. Miss Webster droeg een overdreven hoeveelheid groene tule, met iets van Oosterschen zwier kun stig om haar broodmager lichaam gedra peerd en was behangen met een ongeper mitteerde hoeveelheid kettingen, kralen en halfsteenen, van zeer gevarieerde Orientalische herkomst. Een enorme broche, al even exotisch als de kralen en juweelensnoeren, en twee marklezenrin- gen met vreemdblauwe steenen er in, vol tooiden den rijkdom harer versierselen. Dank zij de kettingen, rammelde ze bij eiken stap dien ze deed. Het gezelschap begaf zich naar de kleine eetkamer, waar de soep reeds op gediend was. Laag boven de gepolitoerd mahonie houten tafel hing een lamp met een don- ker-roode kap. Ofschoon het buiten nog licht was, waren de zware donkerbruine gordijnen dichtgetrokken, zoodat de kamer in een rossigen schemer gehuld was. Het licht van de lamp was geconcentreerd op het midden van de tafel waar de kunstig opgevouwen servetten en het zilver blank contrasteerden met het 'halfduister in de rest van het vertrek. Mrs. Fossick Yates en Miss Webster zaten tegenover elkaar aan de lange zijde van den ovalen disch. Het licht viel over hun handen en armen, wierp nog juist een paar flitsen op 't rood en blauw van Miss Webster's tooi en fonkelde in de groote diamanten zon, die de uitsnijding van Mrs. Fossick Yates' zwarte japon ver sierde; hun gezichten lagen in 't donker. John en Mr. Fossck Yates, die aan de korte kanten van de tafel hadden plaats genomen, vonden zelfs hun borden in 't half duister. John schoof het zijne voor zichtig een beetje naar voren, en het ver maakte hem inwendig dat zijn gastheer zijn voorbeeld volgde. Terwijl ze hun soep nuttigden, hield Mrs. Fossick Yates tegen John een gedo cumenteerd betoog over door de regee ring voorgestelde wijzigingen in het straf recht, een onderwerp waar haar slacht offer geen grein verstand van bleek te hebben. Midden in het vuur van haar redevoering hield ze op om op een elee- trische bel te drukken, als sein voor het kamermeisje, om de soepborden weg to nemen. John hoorde de deur achter zich open- gana en werd zich vaag bewust van een schaduw, die tafelgerei verwisselde en nieuwe spijzen binnen bracht. „Ofschoon de voorgestelde maatregelen absoluut ontoereikend zijn heböen ze er in elk geval toch toe bijgedragen om de publieke aandacht te vestigen op ten hemel schreiende misstanden, die door de overgroote meerderheid van kiezers schandelijk genoeg verwaarloosd is ge- Worden," vervolgde de gastvrouw haar uiteenzetting. „Ja, dat is zoo," beaamde Miss Webster en leunde voorover, zoodat ze binnen den lichtcirkel kwam. „De onwetendheid. Tusschen twee haak jes, we zijn geheelonthouders. Annie, geef eens even het gerstenwater aan Sir John weet u, het is zoo rijk aan vitaminen; Frederik de visch staat voor je, wil jij die even doorgeven? Zooals ik zei, de betreu renswaardige, schandelijke onwetend heid John liet den woordenstroom langs zich stroomen. Hij at de glibberige visch en spoelde die weg met de kleverige vloei stof, waaraan blijkbaar wat citroensap was toegevoegd. Nooit te voren had hij gerste water geproefd; maar de kennismaking was van dien aard, dat hij zichzelf moest bekennen, verre de voorkeur te geven aan een glas rooden wijn. (Wordt vervolgd).

Kranten Regionaal Archief Alkmaar

Heldersche Courant | 1934 | | pagina 1