Het Menu
ZATERDAG 26 MEI 1934
PAG. 3
De verlovingstijd en het
huwelijk.
Waak voor Uw levensgeluk.
De taak van de vrouw
in de echtelijke samenleving
door
„ITTERTJE
V^jDUWËNÏI^R HUIS
TINE BREEBAART.
Reeds van oudsher af is men de mee
ring toegedaan, dat het eerste huwe-
liiksjaar het moeilijkste is en in vele
Gevallen beslissend voor het verdere
leven en ongetwijfeld ligt hieraan een
groote waarheid ten grondslag.
Indien men als onbevoordeeld toe
schouwer jonggehuwden gadeslaat, dan
staat men eenvoudig versteld, hoeveel
conflicten zich voordoen tusschen twee
menschen, die inderdaad toch veel van
elkaar houden en die bezield zijn met
de beste voornemens om elkander ge
lukkig te maken.
De nuchtere toeschouwer vraagt zich
dan wel eens af:
„Hoe is zulks mogelijk, daar de men
schen lang genoeg verloofd geweest
zijn en men toch verwachten mag, dat
zij elkander dan goed leeren kennen!"
Hoe gaat het echter in den verlo
vingstijd?
Men ziet elkande? slechts van tijd tot
en beiden zétten het beste beentje voor,
om elkander alles zoo prettig mogelijk
te maken.
De groote fout is, dat de beide jonge
menschen den tijd vóór het huwelijk
teveel doorbrengen met uitgaan en
allerlei pretjes, bioscoop, dansen, ca-
fé's, schouburgbezoek, gezellige avond
jes bij wederzijdsche kennissen en
wat al meer. Wij willen hiermede niet
zeggen, dat de verlovingstijd een tijd
van absoluut ingetogen leven
zijn, doch wel meenen wij, dat zij in
derdaad als een proeftijd beschouwd
moet worden.
Men moet met elkander van gedach
ten wisselen en beider opvattingen
leeren kennen van verschillende pro
blemen en hierdoor zal men weten of
er inderdaad in de toekomst sprake is
van een harmonisch samenleven. Doen
zich in den verlovingstijd reeds meer
malen ernstige geschillen van meenin
gen voor, of ziet men karaktereigen
schappen .waarvan men weet, dat zij
'n den loop van den tijd niet zullen
veranderen, dan is er in den verlo
vingstijd alle reden niet tot den groo-
ien, bindenden stap over te gaan.
Menig huwelijksleven is gestrand,
omdat twee menschen eenvoudig niet
bij elkander pasten.
Wij zouden dan ook aan alle jonge
menschen, die min of meer schroom-
vallig den stap tegemoet gaan, willen
joggen: „Beter ten halve gekeerd, dan
'en heele gedwaald". Denken wij slechts
a?" bet nameloos leed, dat voortspruit
u't huwelijken, waarvan de man en de
houw elkander niet begrijpen en
"aarvan de kinderen de dupe zijn.
Een der „strijd"-punten in het
huwelijk is ook de geldkwestie.
Absoluut noodig is het dan ook,
al de a.s. jonge vrouw precies
voet hoe groot het inkomen van den
llan zal zijn en dat men samen een be
groting maakt hoeveel voor eiken
Post beschikbaar zal zijn.
«et huwelijk is nu eenmaal geen
sprookje, maar de harde werkelijkheid
aat zich gauw genoeg gevoelen en
aarom moet naast het aangename
ok de zakelijke kant van het huwe-
'Jksleven besproken worden. Indien
'en niet slechts in hooger sferen
ceit doch met beide voeten op den
jjiond staat, ook in den verlovingstijd.
n worden veel desillusies voorkomen.
v*eeft men eenmaal een begrooting
an de eventueele uitgaven opgemaakt,
bv, j an (leze naar overleg uitgevoerd
°rden. Veelal krijgt de vrouw geld
voor alle huishoudelijke uitgaven, zoo
als levensmiddelen, verwarming, ver
lichting, kleedgeld, terwijl de man voor
het overige zorgt. In andere gevallen
krijgt de vrouw het geheele maand-
of weekgeld en neemt de man er een
*eker deel voor zijn eigen behoeften
af. Al deze dingen kunnen in onder
ling overleg geregeld worden, alleen
één ding moeten jongehuwden voor
oogen houden, dat de begrootingspos-
ten niet overschreden mogen worden
en.... contante betaling van den be
ginne af aan als stelregel moet gelden!
Meermalen hooren wij jonge vrouw
tjes zeggen, dat zij, die tot vóór het
huwelijk voor eigen kleeding zorgden,
doordat zij een werkkring hadden, het
onaangenaam vinden, nu door haar
man gekleed te moeten worden en alles
te moeten vragen. Laten wij echter
even mogen aanvoeren, dat dit een ab
soluut verkeerd standpunt is.
Het huwelijk is een verbintenis, ge
sloten tusschen man en vrouw, waarbij
de eerste zorg voor het onderhoud van
het gezin, doch waar de vrouw even
eens een niet te geringe taak heeft, n.1.
de verzorging van het huishouden, het
geen, wil men dit goed doen „vakken
nis" vereischt.
De vrouw geeft dus in ruil voor het
geld, dat zij ontvangt voor alle moge
lijke uitgaven, haar werkkracht. Nim
mer behoeft zij iets minderwaardigs te
zien in huishoudelijk werk, want ook
hierin kan zij ophouwend werk ver
richten. Zij kan een sfeer aan haar
huis geven, die weldadig en zonnig
aandoet, waar de man harer keuze zich
gelukkig voelt, zelfs.... als men het
in den beginne zuinig aan moet doen.
Nogmaals, willen twee menschen
inderdaad zooveel mogelijk waarbor
gen hebben, dat zij een gelukkig en
harmonisch leven tegemoet gaan, la
ten zij dan vrijuit spreken over de
zakelijke en gewichtige levensproble
men, die het huwelijk kan geven.
Géén terughoudendheid kan hier het
geluk brengen, waarop beiden toch
hoopen, doch het paleis hunner droo-
men moet op stevige grondslagen wor
den voortgebouwd.
van deze week.
Zondag:
Londonderrysoep.
Gevulde kalfsborst
Peultjes, aardappelen,
Rabarber-crême.
Maandag:
Rijst met kalfsvl. rag.
Sla met gebakken aardappelen.
Dinsdag:
Koude kalfsborst.
Bloemkool,
Aardappelen.
Ommelet souflé.
Woensdag:
Tomaten met garnalen en
geroosterd brood.
Asperges (met kaassaus)
Roereieren,
Aardappelpurée.
Donderdag:
Balletjes gehakt,
Gestoofde slakropjes,
Aardappelen,
Custardvla met perziken.
Vrijdag:
Pikante havermoutkoekjes,
Gebakken tong.
Komkommer en tomatensla.
Pommes frit»-~
Zaterdag:
Runderlapjes,
Postelein,
Aardappelen,
Havermout.
Londonderrysoep.
5 ons kalfspoulet, 2 liter water, 1 eet
lepel, zout, 1 stukje foelie, 1 laurier
blad, 1 stukje Spaansche peper, 1 wor
teltje, 1 takje selderij, 50 gram boter,
75 gram bloem, 1/8 bl. champignons, 1
dessertlepel kerry, 1 ui, 1 dl. melk, 2
eierdooiers.
We trekken de bouillon op de beken
de wijze, door het vleesch op te zetten
met koud water, zout en de z.g. bou-
quet, die bestaat uit verschillende krui
den, het takje peterselie, en laten alles
samen ongeveer drie kwartier trekken.
Daarna wordt de bouillon gezeefd en
maken we de soep op de volgende
wijze af.
De boter wordt 7 smolten, en het
uitje, zeer fijn gesnipperd, wordt er
in gaar gesmoord, daarna de kerry er
doorheen geroerd en de bloem, ten
slotte de bouillon met kleine scheutjes
tegelijk en steeds roerende om te
voorkomen, dat zich klontjes vormen.
We laten de soep 10 min. doorkoken
en voegen tegelijk de champignons en
het vocht hiervan erbij. In een kom
metje kloppen wij de eierdooiers met
de d.1. melk en voegen hier tevens
ook wat warme soep bij, gieten het
daarna in de soepterrine en doen de
rest van de soep, steeds roerende» erbij
Het vleesuh bewaren voor den rijst
schotel van Maandag.
Rijst met kalfsvleeschragout.
Het soepvleesch van de Londonderry
soep benutten we nogmaals om er
slappe bouillon van te trekken en zet
ten ze daarom op met ruim J Liter
water en laten haar dan zoolang trek
ken, totdat het vleesch gaar is, min
stens i uurtje.
We koken of stoomen 1 h a 2 kopjes
rijst gaar, terwijl de bouillon staat te
trekken. Koken we rijst op de gewone
wijze gcar, dan hceberi we 3 maal zoo
veel water en een lepeltje zout noodig,
doch indien we rjj ;L stoomen, nemen
we b.v. 2 kopjes rijst en 2 kopjes wa
ter, wasschen de rijst, totdat het water
volkomen helder Is We doen de rijst
me! het zout ea water in een kleine
pan of kom zonder deksel en zetten
deze in een pan met zooveel kokend
water, dat het even onder den rand
blijft, doen de deksel erop en zorgen,
dat dit minstens 1 uur aan de kook
blijft. Wanneer noodig, bijvullen!
25 gr. boter wordt verwarmd met
35 gr. bloem en hierbij de gezeefde
bouillon gevoegd, steeds roerende,
daarna wordt de saus met het vleesch
nog 10 min .doorgekookt. Voor het op
dienen kan men nog wat citroensap
en een geklopte eierdooier door men
gen. De rijst wordt op een platte
schaal opgediend, terwijl in het mid
den een opening wordt gemaakt voor
het vleesch en de saus. De eiwitten,
die overgebleven zijn van de soep en
de ragout kunnen b.v. door puddingen
of rabarber geklopt worden.
Ommelet-soufflé.
4 eieren, 4 eetl. melk, 1 volle eetlepel
bloem, 4 lepels suiker, boter, strooi-
suiker.
We breken de eieren één voor één
in een kopje en doen daarna het wit
met een tik-je zout in de eierklopper,
de dooiers gaan apart in een komme
tje. Deze laatste worden met suiker tot
een goed schuimende massa geslagen,
waarbij de bloem gevoegd wordt.
Daarna wordt de melk hierbij gevoegd,
doch men moet zorgen, dat men steeds
goed roert, om het voorkomen van
klonten.
De eiwitten worden vervolgens stijf
geklopt, zóó, dat men het wt kan snij
den en daarna met de geklopte dooiers
vermengen. In een koekepan, die op
een asbestplaatje op een niet te groote
vlam is geplaatst, wordt boter warm
gemaakt en hierop het eiermengsel
gegoten, afdekken met een groot dek
sel en zachtjes laten bakken, totdat de
orderkant goudgeel is. daarna laten
we de helft van de ommelet op een
schaal glijden en slaan de andere
helft er over heen. Dit bestrooien' met
po~iarsuiker e" warm opdienen.
Tomaten met garnalen en geroosterd
brood.
6 tomaten, ongeveer gelijke grootte,
2h ons garnalen, peper, zout, olie, azijn,
enkele takjes peterselie, 1 hard ge
kookt ei.
De garnalen wasschen we voorzich
tig in warm zout water, doen ze op
efn vergiet om uit te lekken, en dro
gen ze zoo 110 idig later met een doek
r>i
De tomaten worden eveneens in
koud water gwasschen en afgedroogd,
daarna snijden we het kopje eraf en
hollen ze uit, het inwendige gebruikt
men b.v. voor een saus over de bloem
kool, inplaats van het traditioneel©
melksausje. De garnalen worden aan
gemaakt met olie, azijn, peper, zout,
terwijl het gepelde en fijn gehakte hard
gekookte ei er tevens door gemengd
wordt en met dit mengsel vullen we de
tomaten, doen er de kapjes weer op,
doch laten uit de opening een takje
peterselie komen. Opdienen op een
schaaltje, waarop blaadjes sla gelegd
zijn en presenteeren met toast of be
schuitjes.
Custardvla met perziken en cake.
H liter melk, 35 gram vannillecustard,
1 ei, 50 gram suiker, 1 eetlepel abri
kozen jam, 2 bl. perziken en cake.
We openen het blikje perziken en
plaatsen deze op een zeef, om het sap
in een pannetje op te vangen, zodoat
niet te vochtig zijn. De cake snijden
we in kleine ronde plakken van 1 cm
dik, of nemen gewone sneedjes vier
kante cake, evenveel als we perziken
hebben. De cake wordt gelegd op een
platte schotel, en op elk stukje leggen
we een perzik met een lepel jam in de
opening.
Voor de vla brengen we 4 dl. melk
met de suiker aan de kook en maken
van de custard met de achtergehouden
melk en den geklopten eierdooier een
papje, voegen hierbij wat warme melk,
voorzichtig en steeds kloppen, opdat
de dooier niet schift en doen daarna
alles terug in de pan. Even laten we
het doorkoken, steeds roerende. De
stijfgeklopten eierdooier voegen we bij
de pudding, alles goed vermengen,
nemen de pan van het vuur en blijven
kloppen, totdat de massa luchtig en af
gekoeld is. Dan. overgieten we de per
ziken ermede, daarna met een paar
lepels custardvla. Heeft men nog vla
over, dan kan deze als rand om het ge
heel gedaan worden.
Pikante havermout-koebjes.
150 gram havermout, 1 groote ui, 3
eieren, peper, zout, noot, kerry, 1 eet
lepel fijn gehakte peterselie, J kopje
warm water met 1 bouillonblokje, 50
gram boter, en delfrite of sla-olie.
We lossen het bouillonblokje in een
kopje warm water op, laten het daar
na koud worden en kloppen intusschen
de eieren flink schuimig, voegen de
kruiden erbij, eveneens de bouillon en
da havermout. Dit laten we een uurtje
staan. De ui snipperen we heel fijn en
bakken deze in de boter gelijkmatig
bruin, doch niet te donker en mengen
ze in de gehakte peterselie door de ha
vermout, nadat deze den vereischten
tijd geweekt heeft. Van dit mengsel
worden in de koekepan ronde koekjes
gebakken in slaolie of delfrite.
Sausjes voor groenten-slaatjes.
We mengen theelepel zout, 1 thee
lepel paprika, 2 eetlepels tomatenpurée
en peper dooreen en voegen hierbij
één rauwe eierdooier, waarna we klop
pen, totdat we een volkomen gelijke
massa hebltn verki gen. We meten
één kopje sla-olie en J, kopje azijn af,
kloppen de helft van de olie, druppels
gewijze door het mengsel, daarna ne
men we de azijn er door en tenslotte
de rest van de olie.
Visch en vleesch hebben minder
kans van aanbranden, indien men de
pan op het vuur zet, er zout in strooit
en daarna flink over den bodem wrijft
met boterhampapier. Het zout weg
gooien en daarna vet, boter of delfrite
heet maken, waarna men de genoemde
gerechten kan bakken zonder dat deze
aanbranden, aangezien de bodem ge
lijkmatig verwarmd is.